GENT, DIE FIERE STAD imtmv ryïja BEZIENSWAARDIGHEDEN za#erdagnummer Tips voor Gent Zaterdag 15 juni 1963 Ja. Gent is een fiere stad. Een grootse in drukwekkende stad waar in een oud en mo numentaal decorum modern nieuw leven bruist. Ga daar bijvoorbeeld eens staan op de brede brug over de Leie: wat een imposant en rijk uitzicht op het hartje van deze bezige stad. En toch, links èn rechts middeleeuwen: oude romaanse huizen, gothische gebouwen en fijnbesneden reneaissance-gevels. Het lijkt allemaal een beetje onwaar, een beetje al te mooi. Maar de drukte liegt er niet om. De drukte aan de voeten van de oude hoge to rens, die er in een indrukwekkende en be roemde rij in het centrum staan. Links de beroemde Graslei met de wondermooie Gildehuizen in verschillende stjjlen, daarvoor het stille donkere water van de Leie die vanuit het groene Vlaamse land zo vriendelijk de stad komt binnenstromen om er tussen de gebouwen en kade muren, onder donkere bruggen en langs drukke verkeersstraten luister bij te zetten aan het stads- schoon van Gent. En dat gebeurt dan vooral aan de Graslei. De combinatie van deze oude gildehuizen en de Leie die er stil voorbijdroomt, kan bijna niet mooier. Want neem nu alleen al het gildehuis der vrije schip pers dat in 1531 door de plaatselijke steenhouwer Christoffel van den Berghe werd gebouwd: een vol Als we weer buiten staan, zijn we na de korte wandeling van Graslei tot St. Baafs al vervuld van indrukken, hebben we al zoveel moois en merk waardigs gezien dat we even schrikken als we de kaart, zojuist ontvangen op de stedelijke dienst voor toerisme tegenover de St. Baafs, bekijken: er is in die relatief kleine „Kuip" van Gent nog enorm veel te zien: het Gravensteen, het reusachtige kanon „Dulle Griet" aan de Leie, nog een hele serie kerken, prachtige musea, het toreken op het gildehuis der leerlooiers, het huis De Achtersikkel en natuurlijk het Klein Begijnhof met de grappige huisjes, waar hét zo rustig wandelen "is langs de witgepleisterde tuinmuren, onder de schaduw van hoge rijke bo men. Langs het steen van Geraard de Duivel, een somber en indrukkend middeleeuws gebouw, draai en we naar de Schelde en deze volgend naar het noorden staan we plotseling voor een breed stuk wa ter, bruggen links en rechts, pakhuizen aan de overkant. En hier wordt het karakter van Gent eigenlek pas goed duidelijk, hier ligt de verklaring voor het feit dat in Gent een zo sterk modern industrieel leven kan bruisen zonder dat het eeuwenoude de corum en op zekere plaatsen de schilderachtige mid deleeuwse geest aangetast worden. Want hier stromen Schelde en Leie volkomen in elkaar over. Hier smelt de drukke, zakelijke Schelde samen met de dromerige, kunstzinnige Leie, hier komen nijver heid en cultuur bij elkaar. Is het dan een wonder, dat de fiere stad Gent daar iets van heeft meegekregen, alle eeuwen door? Zoveel zelfs, dat een wandeling in de Gentse sfeer al een belevenis om zichzelf is! komen gaaf brok gothiek, zo verfijnd van afwer king en zo zuiver van verhoudingen dat het zeker terecht als het mooiste voorbeeld van Vlaamse go thiek wordt aangemerkt. Maar we kunnen niet de hele dag aan de Graslei verwonderd blijven dro men voor de verschillende gevels, van diverse schoonheden en tijdperken. Er is nog veel te zien, we zullen de brug verder overgaan en de torenrij volgen. Die indrukwekkende torenrij met als groot sten die van de St. Niklaaskerk, het Belfort en die van de St. Baafskathedraal. Dit zijn zomaar drie namen, drie namen van drie monumenten op slechts enkele tientallen meters van elkaar verwijderd. Maar wat valt er op dat korte stukje al niet te zien! De grootste kunstschatten van de oude en eens zo machtige stad Gent, het rijkste stuk geschiedenis en het knooppunt van cultureel leven liggen hier allemaal vlak bij elkaar. Vlak bij elkaar in „De Kuip" zoals men dit oudste stukje Gent eertijdsnoemde, dat eeuwenoude stads deel, grotendeels omsloten door de eindeloos voor- stromende Schelde en Leie. En om de hoogbejaarde leeftijd van die „Kuip" te benaderen moeten we teruggaan tot in de zevende eeuw toen er reeds sprake was van de opvallende ne derzetting Ganda met kloosters als dat van St. Baafs en St. Pieters. Straks voert onze Gentse wan deling zeker langs het beroemde Gravensteen, dat verrees in het belangrijkste jaar dat deze stad ge kend heeft. Dat was 1180, het jaar waarin Gent hoofdstad van Vlaanderen werd, toen rijkbeladen zeeschepen binnenvoeren, de lakenindustrie zo'n grote vlucht nam dat enkele eeuwen later Gent een van de voornaamste Europese steden was, groter en dichter bevolkt dan Parijs! Is het dan zo'n wonder dat alles nog steeds die oude grootheid en roem uitademt? Zeker niet als we er rekening mee houden dat Gent diverse rjjke bloei perioden heeft gekend. Nee, het is niet vreemd dat Gent zulke grote en fiere gebouwen heeft, zulke geweldige torens rijk is en over zulke zware poor ten en kastelen beschikt. En daarom is die wande ling langs de torenry zo boeiend en zo mooi. Van de brug afgekomen laten we de Graslei links liggen en het eerste imposante monument staat groot en indrukwekkend voor ons: de St. Niklaas kerk. Eigenlijk een wonderlijk bouwwerk, waarin, verschillende bouwstijlen uit verschillende tijdper ken een plaatsje hebben gevonden. De oudste delen stammen al uit de dertiende eeuw en voortdurend groeiden er gedeelten aan. Zo bleef deze kerk door de eeuwen heen bijzonder nauw verbonden met het dagelijkse leven van de stad Gent, vooral omdat belangrijke middeleeuwse neringen er hun eigen kapel hadden. Het gebouw heeft dan ook iets ver- trouwenwekkens, men zou haast zeggen dat de zwa re vierkante toren met de kleine spitsen op de hoe ken gemoedelijk boven het kerkdak uitkomt. En dan de volgende toren: het stoere Belfort met de lakenhal, Gents trots en glorie compleet met klokke Roeland, rjjk verleden en de koperen draak op de spits, die drie en een halve meter groot is. Maar dat is van de straat af niet goed te zien. Al het stoere en fiere van deze mooie stad ligt als het ware verankerd in dit Belfort, dit zinnebeeld van vrijheid en kracht. Het is de moeite waard om even te blijven rondslenteren tot de beiaard van 52 klok ken gaat zingen. De beroemde beiaard met de Klokke Roeland waar een rijk verleden, een oudé cultuur en beroemde namen als die van Van Artevel- de aankleven. En intussen is er dan ruimschoots tijd om de klok De Triomfante te bekijken. Daarvoor hoeft niemand op het Belfort te klimmen (hoewel daar een lift in zit), want die klok staat gewoon op straat. De inscriptie verschaft nadere uitleg omtrent deze vreemde standplaats: Mijn naam is Triomfan te, Roelands erfgenaam, gegoten in '1660 en'gebar sten in 1914. En dan op dit korte traject de derde toren: de groot ste en misschien ook wel de mooiste, een specimen van Brabantse hooggotiek uit de vijftiende en zes tiende eeuw: de toren van de St. Baafskathedraal, die geweldige kerk met verscliillende bouwstijlen en beroemde kunstschatten. Men spreekt er zelfs van de zeven wonderen van de St. Baafs, waarbij men schilderijen rekent als het wereldberoemde Lam Gods van de gebroeders Van Eycb, het Calvarie- triptiek van Justus van Gent en de St. Bavo van Rubens. Dan herbergt de kathedraal het marmeren praal graf van bisschop Triest door Jeroom Duquesnoy en de opmerkelijke preekstoel van de hand van L. Del- vaux. Ten slotte is er de vermaarde krypt, een krocht die opvalt door soberheid en proportie. Het heeft geen zin hier al deze kunstschatten te beschrij ven, men moet ze gezien hebben. Men moet er rustig de tUd voor nemen. De Van Arteveldestad, het kunst- en nij verheidscentrum Gent met (inclusief rand gemeenten) ruim 250.000 inwoners, heeft ongelofelijk veel te bieden. Meer dan vol doende om er een geslaagde ééndagstrip vanuit Zeeland naar toe te maken. De ver bindingen naar Gent zjjn eenvoudig en men kan er een lange dag van maken. Wij zul len ons hier beperken tot een opsomming van de bekendste en mooiste bezienswaar digheden, (in bovenstaand artikel al min of meer aangeduid), waaruit de Gentbe zoeker uit Zeeland een keus kan maken. ST.-BAAFSKATHEDRAAL, prachtig go- thisch bouwwerk uit de dertiende tot de zestiende eeuw, met het vermaarde veel luik van de gebroeders Van Eyck, „De aan bidding van het lam Gods", de krypt en nog veel meer. BELFORT EN LAKENHAL, de stoere to ren met de 52 klokken tellende beiaard (o.m. Klokke Roeland) waaraan van om streeks 1300 tot 1910 werd gebouwd. De toren is dagelijks van af half negen 's morgens per lift te bestijgen. Prachtig uitzicht over Gent. De lakenhalle uit 1425 heeft een prachtige kelder en gothische zaal. KON. NEDERLANDSE SCHOUWBURG. Van half september tot eind april opvoe ringen door Nederlandse en Franse gezel schappen. ST.-NIKLAASKERK, grote romaanse kerk uit de dertiende eeuw, gewijd aan de pa troon der kramers en handelaars. GRASLEI, de prachtige kade langs de Leie. De mooiste specimen van oude bouwstijlen, vooral de gothische staan er prachtig ge conserveerd aan het water. ST.-MICHIELSKERK. Deze stamt uit de vijftiende tot de zeventiende eeuw en is bij zonder rijk aan schilderijen van zeventien de eeuwse meesters. Bijzonder is het werk stuk van Antoon van Dijck, Christus aan het Kruis. 'S-GRAVENSTEEN, beroemd bouwwerk van Gent. Het wonderlijke en zeer schil derachtige monument werd in 1180 ge bouwd door Filips van dgn Elzas, Graaf van Vlaanderen, geïnspireerd op de ver sterkte kastelen in Syrië door de kruisvaar ders opgericht. Grote zalen, kelders, mu seum van folterwerktuigen en vanaf het dak een mooi panorama van Gent. Ge opend van 9 tot 18 uur. VISMARKT. Deze ligt ten zuiden van het Gravensteen en heeft een standbeeld van Neptunus. De vismarkt biedt enkele uren van de dag een gezellige bedrijvigheid. Men kan er vrijelijk binnenlopen en in de kleine restaurants rond de Vismarkt van vele soorten vis smullen. DULLE GRIET, heet het geweldige kanon aan de Leie, eveneens dicht bq de Vis markt. Het stamt uit het Bourgondische tijdperk, is gesmeed uit 16.000 kg jjzer, meet meer dan vijf meter en schoot inder tijd stenen ballen weg van 340 kilo. Voorts zijn zeker een bezoek waard het „Toreken", de St.-Jacobskerk, het huis De Achtersik kel en het Klein Begijnhof. MUSEUM VOOR SCHONE KUNSTEN in het Citadelpark. Modern ingericht museum met rijke verzameling. Oude meesters als Boch, Brueghel, Jordaens, Rubens etc. He dendaagse meesters als Stevens, Smits, Claus, Permeke en etsen van Jules de Brycker. BIJLOKE MUSEUM, met herinneringen aan het gemeentelijk leven, met stijlka mers en oudheidkundige verzamelingen. ST.-BAAFSABDIJ, middeleeuwse gebou wen, grafmonumenten en sculptuur. MUSEUM VOOR DE GESCHIEDENIS DER WENTENSCHAPPEN, gelegen aan de Hofbouwlaan. Ook valt er een klank- en lichtspel te be wonderen in het Gravensteen. Het Interna tionaal Muziekfestival van Gent wordt ge houden van 24 augustus tot en met 13 sep tember. En voor wie de Gentse gastronomie wil leren kennen, moet ergens maar eens een Gentse waterzooi van kip, een Gentse huts pot of een Vlaamse kabeljauw bestellen. MUSEUM VOOR SIERKUNST en indus triële vormgeving, Jan Breydelstraat. Voorts vindt men in Gent het museum voor volkskunde, het centrum voor kunst ambachten St.-Pietersabdq en het opmer kelijke schoolmuseum van L. M. Thiery. TIPS VOOR GENT Men kan, na overdag in Gent vele nieuwe indrukken te hebben opgedaan, er de avond zeer genoegelijk doorbrengen. De stad kent vele amusementsgelegenheden, goede restaurants en vrolijke Vlaamse café's. In de zomer ontsteekt men bovendien de sprookjesachtige verlichting van de mo numenten en tijdens de gemeentefeesten van de derde tot de vierde zondag in juli zijn er flokloristische manifestaties, open luchtbals en vuurwerken.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1963 | | pagina 5