Ciw 'Pagina /Heozeoto
Kinderdagverblijf hoort bij
veranderde gezinsstructuur
Cleopatra favoriet,
in schoenenmode
KINDERKRANT
Dt
ZELFS PANNEN KOPEN
IS NIET EENVOUDIG MEER
Twee lieve lenteboden
LINNEN in
Het Stoffenpaleis
VeeXUess
zaterdag nummer
Zaterdag 2 maart 1963
(Van onze redactrice)
TLIet woord kinderbewaarplaats doet denken aan een instituut,
1 waar men lastige kinderen opbergt. Men denkt daarbij al gauw
aan het „arme kind", niet alleen in de materiële zin, maar meer
nog in de zin van arm aan liefde, omdat het niet opgroeit in een
gezin.
De geschiedenis van deze kinderbewaarplaatsen wordt raak ge
schetst in de naamsverandering. Tegenwoordig worden ze kinder
dagverblijf genoemd. In feiten en cijfers wordt de geschiedenis
nog duidelijker als men oprichting en bestaan volgt van zo'n in
stituut.
Dit hebben we kunnen doen tijdens ons bezoek aan de oudste van
de beide kinderdagverblijven van de Vereniging tot Oprichting en
Instandhouding van de Kinderbewaarplaatsen in Groningen.
Dagrooster
WERK BREIDT
ZICH SNEL UIT
In februari 1902 begon de Groninger
vereniging haar werk in een huis
in een van de oude buurten van de
stad. Het doel was kinderen van de
straat te halen, van wie de vader
(doorgaans) dronk en de moeder uit
werken ging. Tegen vergoeding van
een paar cent kregen de kinderen een
bord pap en een warm en beschut
dagverblijf. Het werk bewoog zich
die eerste tijd dus min of meer in de
a-sociale buurten.
De maatschappijstructuur is sterk
veranderd in de afgelopen zestig
jaar, maar weer of nog zijn er kin
deren, die overdag opgevangen moe
ten worden. En dat. zijn dan door
gaans niet zo heel veel kinderen
meer uit de minderaangepaste ge
zinnen. Er zijn vele andere redenen.
De gescheiden vrouw, de jonge wedu
we en ook de ongehuwde moeder
moeten aan het werk om voor zich
zelf en de kinderen in het levenson
derhoud te voorzien. Ook in het „vol
ledige gezin" echter kunnen er rede
nen genoeg zijn, waarom de jonge
moeder aan het werk gaat.
Het kan zijn, dat ze haar veeljarige
studie in praktijk wil blijven brengen,
of dat de jonge moeder blijft werken
om de hoge huishuur te helpen beta
len. Ook het feit, dat het jonge ge
zin moet inwonen, kan aanleiding
zijn om de kleine kinderen elders on
der te brengen en voor de moeder
een baan te zoeken.
Zo vindt men dus tegenwoordig in
het kinderdagverblijf kinderen oit
vele soorten gezinnen.
Tot vier of zes jaar
In de meeste andere kinderdagver
blijven in ons land is de leeftijd
van de kinderen zes weken tot zes
jaar; in Groningen is het zes weken
tot vier jaar. De directrice van het
Groninger dagverblijf in de Haddin-
gestraat, mejuffrouw H. de Kluyver,
zou ook in haar huis de leeftijdsgrens
graag zien opgetrokken tot zes jaar,
„want", zo zei ze, „één van onze doel
stellingen is kinderen van geschei
den en ongehuwde moeders onderdak
te bieden. Kinderen van vier jaar en
ouder kunnen weliswaar op de kleu
terschool, maar in dat geval kan de
moeder maar vijf uur per dag wer
ken en dat is vaak te kort".
Mejuffrouw De Kluyver heeft reeds
acht jaar de touwtjes in handen van
dit kinderdagverblijf. Het is een zeer
besliste jonge vrouw, die weet wat
ze wil en die ook duidelijk haar me
ning geeft op allerlei zaken, die be
trekking hebben op haar werk.
„Hier worden geen geestelijk gehan
dicapte kinderen toegelaten?" vroe
gen wij.
„Dit en het pas geopende tweede
huis zyn alle voor gewone kinderen",
zei ze een beetje spijtig. „Ik vind dat
heel jammer. Graag had ik hier ook
geestelijk gehandicapte kinderen ge
had, maar over het beleid beslist
uiteraard het bestuur".
Verblijdend is het wel, vond mejuf
frouw De Kluyver, dat in Groningen
ook de ongehuwde moeder vrij ge
makkelijk de weg naar het kinder
dagverblijf vindt.
boterhammen en een vrucht bjj zich
hebben. Om tien uur krijgen ze een
beker melk en om twaalf uur aard
appelen, vlees en groente. Na de war
me maaltijd wordt er gerust tot twee
uur, tegen drie uur krijgt de jeugd
een bord pap en om half zes gaan
de kinderen weer huiswaarts. Met
spel, zang, wandelen en fröbelen wor
den ze overdag bezig gehouden.
Een echtpaar betaalt voor een kind
per dag 1,50; alleenstaande vrou
wen betalen per dag per kind 1,10.
Het systeem, betaling naar draag
kracht, heeft Groningen helaas niet
ingevoerd.
De twee huizen bieden elk ruimte
aan veertig a vijftig kinderen. Mo
menteel heeft het huis van mejuf
frouw De Kluyver dertig kleuters en
zes leidsters en het tweede huis vijf
tien kinderen en vier leidsters.
De baby'tjes mogen zich verheugen
in de persoonlijke zorg van mevrouw
De Kluyver, behalve wanneer er te
veel werk is. Dan springt één van de
andere leidsters in. De flessenkinder-
tjes beschikken over een zonnig en
fris zaaltje met praktische bedjes,
een geschenk van de Groninger
brandweer bij de verbouwing van het
huis. De brandweermannen maakten
ook de rustbedjes voor de andere
kinderen.
Voor de kleuters zijn er gezellige en
lichte speellokalen en een modern
waszaaltje.
Van een soort liefdadigheidsinstelling
in het begin van deze eeuw is de kin
derbewaarplaats dus nu een kinder
dagverblijf geworden, aangepast aan
'de moderne gezinsstructuur. Een vei
lig tehuis voor kinderen, wier moeder
overdag haar werk buitenshuis heeft.
Een heel gewone zaak in deze tijd,
én een onmisbare. Dat blijkt uit het
feit, dat het aantal kinderdagverblij
ven in den lande hand over hand toe
neemt.
(Van onze medewerkster).
De tijd dat het kopen van een panne
tje een eenvoudige zaak was, lijkt
definitief voorbij. Ging vroeger de
keus tussen oude vertrouwde email
en het even degelijk, maar meer on
derhoud vereisende aluminium: tegen
woordig lijkt de pannenafdeling in
een winkel voor huishoudelijke arti
kelen al evenzeer op een doolhof als
de sector der wasmachines en koel
kasten. Technische benamingen als
„geanodiseerd of geëloxeerd mate
riaal" zijn niet van de lucht, de
„siliconen-pan" wordt beurtelings
verheerlijkt en bekritiseerd, het vuur
vast glas lokt veel huisvrouwen aan
omdat het de afwas tot de helft
reduceert
Dan is er het roestvrij staal, prachtig
van uiterlijk maar schrikwekkend
hoog in prijs en daardood onbereik
baar ideaal van menige adspirant-
huisvrouw. De keus is moeilijk, eigen
lijk moet elke soort in de praktijk
van de huishouding z'n specifieke
eigenschappen bewijzen!
Heel nuttig en informatief is een
technische beschouwing over al die
hedendaagse pannenmaterialen, ver
schenen in een der laatste nummers
van „Ons Gezin", het maandblad van
de nationale federatie voor huishou
delijke en gezinsvoorlichting. Elke
huisvrouw, zo meent de schrijver van
het artikel, kent uit ervaring wel de
goede en minder goede eigenschap
pen van pannen, vervaardigd uit de
vanouds bekende materialen geëmail
leerd plaatstaal („emaille"), alumi
nium en gietijzer. Geëmailleerd plaat
staal geleidt de warmte op een der
mate gelijkmatige manier dat het
voedsel in pannen van dit materiaal
niet snel aanzet. Daar staat tegen
over dat de geëmailleerde pan met
de nodige voorzichtigheid behandeld
moet worden, niet tegen stoten en
vallen kan en ongunstig reageert op
grote schommelingen in temperatu
ren. En wat niet iedere leek weet:
vooral de lichte kleuren zijn kwets
baar 1
Kwetsbaar zijn in een bepaald op
zicht ook de pannen en schalen van
gietijzer: als ze vallen, breken ze
gemakkelijk. Wel kunnen ze een ho
ge temperatuur verdragenzodat ze
erg geschikt zijn voor bakken en
braden, maar door hun gewricht zijn
ze (letterlijk) zwaar-op-de-hand.
Beide bovenstaande voorjaarsmodellen vinden wij bijzonder
geslaagd. Heim ontwierp het geraffineerd eenvoudige avond
jurkje vai zwarte erêpe-georgette. De beide losse sleepjes uit
de schouderpartij kunnen er ook worden afgenomen.
De bloussonlijn laat het nog steeds niet afweten. Rechts een
japonnetje van Falconetto. Hiervoor kunnen zowel lichte
tweedstoffen als dunne wollen stoffen worden gebruikt.
Ook het aliminium mag gerekend
worden tot de traditionele materialen.
Het wordt op grote schaal gefabri
ceerd en heeft een groot vermogen
tot het geleiden van warmte die zich
snel over de hele panwand verspreidt.
Weinig kans op aanzetten dus
tenzij de pan te dun is uitgevoerd.
De dunnere kwaliteiten krijgen bo
vendien sneller en deuk en vaak
zijn de oren minder solide bevestigd.
De zwarte putjes die na verloop van
tijd ook in goede kwaliteiten alu
minium verschijnen, kunnen gerust
over het hoofd worden gezien: ze
zijn onschadelijk voor de gezondheid.
Niet te veel schuren
Wel schadelijk, maar dan voor de
pan, is het te veel schuren dat som
mige huisvrouwen doen omdat ze me
nen dat een aluminium pan mooi
moet glimmen. Dat i3 natuurlijk wel
een aardig gezicht, maar al schurend
haalt men mét het doffe laagje bo
vendien de beschermende werking
van deze laag weg. Wordt er toen
geschuurd, dan kan dit het best met
een nylon pannespons, met fijne
staalwol en eventueel met fijn
schuurpoeder worden gedaan.
Dat oude vertrouwde aluminium
krijgt tegenwoordig vaak een spe
ciale bewerking waarmee men de
minder prettige eigenschappen wil
wegnemen. Het wordt geanodiseerd
of geëloxeerd hetgeen betekent, dat
het aluminium van een dun, maar
hard beschermend laagje wordt voor
zien. Andere pannen worden voor
zien van een siliconen- of teflonlaag.
Een glad oppervlak zorgt er dan voor
dat geen zwarte putjes kunnen ont
staan en dat aanzetsel gemakkelijk
loslaat.
Komen er echter krassen in de be
schermende laag (door schuren of
door roeren met metalen lepels),
dan verdwynen deze voordelen. Con
clusie: deze „bescherde" pannen heb
ben alleen nut voor de huisvrouw
die voorzichtig met haar kookmate-
riaal omgaat! En zelfs dan nog is
de levensduur van zo'n 6iliconen(aag
altijd korter dan die van het alumi
nium.
Resten het vuurvast glas en het
roestvrij staal. Het eerste spaart dus
afwas maar vraagt extra oplettend
heid, bovendien zyn vuurvaste scha
len zonder oren moeilijk te hanteren
als ze heet zijn. Roestvrij staal mag
onverslijtbaar worden genoemd, maar
het is een slechte warmtegeleider (al
kan deze eigenschap omzeild wor
den door een koperen of aluminium
huid aan de onderzijde van de pan),
en de prijs is erg hoog.
Wie haar pannenvoorraad wil aan
vullen doet er dus goed aan, alle
voor- en nadelen van de verschillende
materialen eerst tegen elkaar af te
wegen en zich niet in de eerste plaats
door een fraai nlterlyk of moderne
vormgeving te laten leiden.
Linnen voor mantels en pakjes
in 10 tinten, 140 cm br. 12,90.
Structuurlinnen,
in 8 tinten, 90 cm br. 5,90.
Multicolour linnen
in 7 tinten, 140 cm br. 9,50.
Burda- en Vogue knippatronen
met de veilige, gratis
knipverzekering.
Kleine
u/et erts-
waardigheden
Op maandag kan men in elke koel
of provisiekast wel restjes van de
zondagse vleeswaren aantreffen:
plakje worst, restje vleesAlle
maal een tikje aan de droge kant ge
worden, reden waarom een en ander
door de gezinsleden met lange tan
den wordt geconsumeerd! Dat hoeft
echt niet, want met wat slasaus en
augurk kan van die restjes een vlees
salade worden gemaakt waaraan het
niet-zo-verse beslist niet te proeven
valt. Hak en snijd de vleeswaren heel
fijn, hak ook een flinke augurk in
snippertjes en meng beide ingrediën
ten met een paar lepels slasaus-uit-
een-flesje. Leg het mengsel op een
schaaltje en strooi er wat paprika
poeder over het resultaat mag ge
rust als pièce-de-milieu op de koffie
tafel worden gezet!
Uit een zeer oud boek met „wen
ken voor de huishouding" dit
wasvoorschrift voor kousen: „Week
de kousen een half uur in water op
dat vuil en stof verwijderd worden,
wrijf vervolgens zeep op de vuil
ste plekken Was de kousen twee
maal en draai ze door de wringer
het eerst de tenen). Spoel de kou
sen tweemaal in schoon water en
draai ze nogmaals door de wringer
Schud ze goed uit en hang ze dan
op om te drogen..." Wie zei daar
nog boze woorden over onze moder
ne nylonkous, al heeft die bij tijd
en wijle z'n laddermisère f
Eieren versieren en lente vieren"
is de titel van een tentoonstel-
linkje dat het Landelijk Voorlich
tingscentrum voor ouders en opvoe
ders heeft ingericht In zyn gebouw
's-Gravendijkwal 60 te Rotterdam.
De expositie die tot en met 13 april
duurt, geeft onder meer antwoord op
de vragen „Hoe vieren we Pasen met
kinderen?" en „Wat zullen we in de
paasvakantie doen Bovendien geeft
het centrum weer diverse stencils uit
die betrekking hebben op het paas
feest; er is een werktekening voor
het maken van paasmobiles, er zijn
vouwblaadjes die suggesties geven
over het maken van paasversieringen,
het versleren van eieren, het maken
van een paastafel en het doen van
allerlei paasspelletjes. Tegen een
kleine vergoeding lamnen de werk-
blaadjes besteld worden bjj het voor
lichtingscentrum, telefoon 36905 te
Rotterdam.
Een paar eeuwen geleden waren er
nog geen „luchtverversers", die
nuttige tabletjes die in badkamers en
afgesloten ruimten worden opgehan
gen om de lucht fris te houden. Wat
men toen wel kende waren zelfge
maakte luchtverversers, bestaande
uit sinaasappels en kruidnagelen!
Een bekend Engels damesweekblad
raadt z'n lezeressen aan, toch eens
zo'n hyper-ouderwets luchtverver-
sertje te inaken: men neemt er een
middelgrote sinaasappel voor en
steekt die helemaal vol met kruid-
nageltjes. Nu haalt men een draad
door het midden van de sinaasappel,
bevestigt hieraan (terwille van de
romantiek) nog wat kwikjes en strik
jes en hangt dit wonderlijk maaksel-
tje in de linnenkast. Maandenlang zal
het linnengoed dan
dige geur nebben..
Een pump waarin diverse elementen
zijn verenigd: materiaal (kalfsleder)
en kleuren (marineblauw met loit)
zijn klassiek, hakje en diep-uitgesne
den zijkanten daarentegen zijn re
presentatief voor de voorjaarsschoe-
nenmode van 1963. (Model uitf de
voorjaarscollecties van Bata-Inter-
nationaal).
(Van i
medewerker).
Cleopatra, eens roemrucht konin
gin van het oude Egypte, door
de eeuwen heen prototype van de
„femme fatale", doet anno 1968 nog
haar invloed gelden.... Via het mach
tige medium film dat een groots op
gezette rolprent aan haar leven wijdt,
en via het zo mogelyk nog machti
ger medium mode dat de „Cleopatra-
look" lanceert. Vorig jaar al brach
ten de kappers en de schoonheidsspe
cialisten hun kapsels en maquillages
la Cleopatra, dit jaar hebben de
schoeiselontwerpers .de blik op de
stoffige historie gericht om zoveel
mogelijk oude Egyptische motieven
in hun creaties te kunnen verwerken.
Zo zullen Cleopatra-schoenen komend
seizoen „dernïer cri" zyn ongetwij
feld tot plezier van de vrouwen wier
voeten wat lang zyn uitgevallen.
Want de CJeopatra-schoen heeft een
opvallend lang voorblad en naar de
inhoud van zo'n schoen valt te raden
hééft de draagster nu zulke grote
voeten of doet ze alleen maar aan de
mode mee?
Wat de Cleopatrastijl-in-schoenen
precies omvat kan men zien in de
voorjaarscollecties van Bata-interna-
tional die dezer dagen in het Amster
damse Hiltonhotcl zyn getoond. Cleo
patra betekent: een spitse schoen met
een lang voorblad dat vaak is open
gewerkt, laag uitgesneden zijkanten
en een hakje van iets meer aan vijf
centimeter een redeiyke hoogte
dus. Komen strand en boulevard er
aan te pas, dan betekent Cleopatra
een Egyptisch sandaaltje in exotische
kleuren, vaak versierd met kleurige
namaak-edelstenen of met Egypti
sche motieven.
Die sandaaltjes komen vaak neer
op zotte bedenksels, met hakjes
die afwjjkend van vorm zijn en enigs
zins naar voren onder de zool worden
geplaatst. Bij andere modelletjes moet
de grote teen door een ring met glin
sterende steen worden gestoken, die
in het zooltje verankerd ligt. Veulen
huid is ook een nieuw materiaal voor
een sandaal die niet uitgesproken
elegant kan worden genoemd, maar
wel lekker stevig om de voet lijkt
te sluiten. Een kettinkje van gekleur
de steentjes of een namaak-antieke
ketting over de voet houdt sommige
van deze sandaaltjes op him plaats...
Allemaal bizarre details die zo'n
schoentje tot een extravagante
dracht maken die we niet serieus hoe
ven te nemen; de teenagers zullen
zich wellicht ontfermen over de
Egyptische sandaal zolang hy nou
veauté is en nog niet verveelt!
De meer draagbare Cleopatraschoen
kan heel elegant zijn. Hij heeft over-
dwarse uitsnijdingen waardoor de
langgerekte lijn enigszins gebroken
wordt en waardoor bovendien de hele
schoen een soepel, prettigzittend ka
rakter krijgt. Het materiaal is dik
wijls een fyngenerfdé leersoort, er -
zijn klassieke tinten bij zoals beige en
marine, maar ook kleurtjes als gif
groen en helrood: él te opvallend en
bovendien maar bij een enkel kle
dingstuk draagbaar.
Toonaangevend in de nieuwe schoe
nenmode is voorts de stijl „Cha
nel", een naam die welhaast even le
gendarisch is als Cleopatra zij het
aan van jongere datum! Chanel-mode
is bijvoorbeeld een prachtige klassie
ke pump met open niel, in blauw met
een smal wit randje. Het is een van
die verrukkelijke, volmaakte schoenen
van Italiaanse makelij zoals er meer
zijn in deze voorjaarscollecties: een
schoen met schaduweffecten van heel
licht beige tot donkerbruin (de gelij
kenis met een Italiaans ijsje is tref
fend!), of een sandaletje met zeer
hoog hakje, gemaakt uit dunne band
jes van rood en zwart lakledcr. Ge
knipt voor de vrouw die op heel ran
ke benen door dit leven gaat
ten dan ook allergemakkelijkst aan
de voet en zyn nog elegant op de
koop toe.
Modieus trio
Geslaagd modesnufje ten slotte is
ook het „trio", dat naar Italiaans
voorbeeld bestaat uit een tas, een
hoed en schoenen die in materiaal en
kleur harmoniëren. Ze worden uitge
voerd in kalfs- en nappaleer, de hoofd
deksels hebben het model van een
plat petje-met-klep. Die amazone-
hoedjes en petten zullen vooral bij
de teenagers wel aanslaan, dunkt ons
al zuilen ze voor haar beurs wel
licht vaak onbereikbaar zijnDe
jonge vrouw echter voor wie deze fi
nanciële restrictie niet geldt, kan met
zo'n leren mutsje een pittig en mo
dieus accent toevoegen aan een jas
of mantelpakje met sportief karak
ter.
(Advertentie)
Alleen 't beste...
goed
genoeg!
En gelukkig zyn ook de gemakkelijke
gevlochten pumps weer present: vaak
In twee kleuren zoals zwart met wit,
rood met wit of blauw met wit. Ze
worden met de hand gemaakt: dat
Is In de prijs tc merken, maar ze zit-
Binnenverlng
4jood will
Schuimrubber
HAZET FABRIEKEN ZEVENBERGEN
De w;nkel van mevrouw Marijntje
De winkel van mevrouw Afarijntje was de mooiste win
kel van de stad. Niet alleen van de stad, van de hele
wereld misschien wel. Maar.... Je moest er ogen voor heb
ben. Als je er te vlug voorbij liep met je hele hoofd vol
zaken of cijfertjes zag je het niet; dan was het een gewo
ne rommelwinkel zoals er in elke stad wel zijn. Maar voor
mevrouw Marijntje zelf was haar winkel de héle wereld.
Dat zei ze ook op een morgen tegen Kardoes, haar kater.
Mevrouw Marijntje praatte altijd met al haar spulletjes,
maar als ze iets heel belangrijks te vertellen had, sprak ze
alleen met Kardoes.
„Moet je horen, Kardoes",
zei ze lachend, „weet je wat
mijn zoon schrijft? Je weet
wel, mijn grote zoon Karei,
die nu Charles heet en In
een stad woont waar de
huizen aan de wolken ra
ken. Hij schrijft: moeder,
je zit maar in dat rare
winkeltje van je. Je moet
toch eens lets van de we
reld zien. Ik heb in dit verre
land zoveel geld verdiend
dat ik je met een vliegtuig
kom halen en je alles ga
laten zien wat er ln de we
reld te koop Is".'
Mevrouw Marijntje keek
Kardoes aan. „Stel je voor",
zei mevrouw Marijntje, „ik
zou niet weten wat er in de
wereld te koop ls! Alles
wat er ln de wereld te zien
en te horen ls heb ik bij de
hand. En dan vraagt zo'n
domoor of hy het mij mag
laten zien!"
En dat schreef ze terug.
„Domoor, ik heb de hele
wereld by de hand. Wat
kun je my nou nog laten
zien?"
De zoon, heel hoog in zyn
grote huis dat aan de wol
ken raakte, las de brief van
zijn moeder en begreep er
ntets van. Hy liet hem ook
aan zijn vrienden lezen, al
lemaal mannen die ln hoge
huizen woonden die aan de
wolken raakten.
„Ze woont ln een klein rom-
melwinkeltje ln een stil
straatje", vertelde hy. „Stel
je voor! Iets anders dan de
rare spulletjes die ze om
zich heen heeft ziet ze niet.
En toch schrijft ze: wat kun
jij me nou nog laten zien?"
De vrienden snapten het
ook niet. „Schril* maar te
rug", zelden ze, „dat we
haar met z'n allen komen
opzoeken en dat we willen
wedden dat ze niets van de
wereld weet".
„Moet je horen, Kardoes",
zei mevrouw Maryntje weer
toen ze de brief kreeg,
„moet je horen wat mijn
zoon Charles en zijn vrien
den schrijven. Ze geloven
me niet. Ze komen met een
Kardoes lachte die mannen
met hun hoge hulzen en
hun vliegtuig uit. Maar na-
tuuriyk kwamen de zoon en
zyn vrienden toch. Over de
oceaan vlogen ze naar het
land van mevrouw Maryn
tje. En toen het vliegtuig
landde stond er een reus
achtige auto klaar, waar ze
met z'n allen inklommen en
mee wegsuisden naar het
stille straatje. Op een plein
tje waar het straatje be
gon moesten ze uitstappen,
want auto's konden en
mochten hier niet verder.
„Woont je moeder in zó'n
klein straatje??, vroegen
de vrienden met opgetrok
ken wenkbrauwen. „Schan-
delijk! Jij die zelf in zo'n
mooi groot huis woont!
Waarom heb je je moeder
niet een groter huis ge
geven, Charles?"
„Weet je wat?", zei er één,
„als je moeder die wedden
schap wint, geven wy haar
met z'n allen een mooi
groot huis".
„Maar ze wint hem niet",
zeiden de anderen. „Dan
tóch!", riep de eerste, „ik
vind niet dat de moeder van
Charles in zo'n klein straat
je wonen kan". Op dat mo
ment stonden ze voor het
winkeltje van mevrouw Ma
rijntje. Charles wees er
naar en zei: „Hier ls het"
kreeg er een kleur van.
Toen kon hy niets meer
zeggen, want de deur van
het oude winkeltje vloog
open: het belletje boven de
deur rinkelde en daar stond
mevrouw Marijntje' met
open armen. Nadat ze haar
zoon heel lang had begroet
en wel duizend dingen tege-
lyk had gevraagd gaf ze
alle vrienden een hand en
duwde die grote mannen
voor zich het winkeltje in.
Met open mond keken ze
om zich heen, want nog
nooit hadden ze zó veel
verschillende dingen bij
elkaar gezien.
„Moeder", zei Charles, „dat
je geen reis om de wereld
wou maken was natuurlijk
maar een grapje. Wat heb
ie nou ln je leven gezien?
Zo lang ik me kan herinne
ren heb je in dit donkere
straatje gewoond tussen al
je prulletjes en spulletjes.
En wij, weet Je wel wat wy
alleen op onze reis hier naar
toe al hebben gezien?".
„O, jawel", knikte mevrouw
Marijntje, „ik weet precies
hoe de zee ruiste waar jul
lie boven vlogen".
„Hoe de zee rulste?", vroe-
§en de mannen, „hoe ruist
e zee dan?"
Mevrouw Marijntje nam een
f rote rose schelp die op een
afeltje lag. „Zo ruist de
zee", zei ze en ze liet hen
één voor één de schelp aan
hun oor houden". En toen
vlogen jullie over de ber
gen, waar de koeien klok
ken dragen en waar edel
welss en alpenroosjes groei
en. „Klokken? Edelweiss,
Alpenroosjes?"
De mannen keken elkaar
aan, maar kyk, mevrouw
Maryntje liet zo'n koeien-
klok al klingelen en wees
naar een glazen stolp waar
onder een boeketje van
edelweiss en alpenroosjes
stond.
„En dan het oerwoud!", zei
ze, „worden jullie ook niet
opgewonden als je de trom
mels van het oerwoud
hoort?" „Rombombom", te
gelijk roffelden haar vin
gers al op een grote neger-
trom. „Als je je ogen dicht
doet, ben je er al", zei me
vrouw Maryntje.
Ja. ze had geiyk. Het was
bijna of je er zelf was,
vooral toen mevrouw Ma
rijntje verder vertelde over
de apen, de reusachtige
klimplanten, de grote rode
bloemen en de wilde dieren
van het oerwoud. Het leek
allemaal veel dichter by
dan toen zo het met hun
eigen ogen uit de lucht
hadden gezien. „Verder ver
tellen?" riepen ze in koor
toen mevrouw Maryntje
klaar was met het oerwoud.
En zc vertelde. Ze voelden
de sneeuw van de noord
pool langs hun oren suizen
als zij vertelde; het woe
stijnzand was warm onder
hun voeten; golven brach
ten verhalen van schepen
en vissen mee en oude mu
ziekjes uit haar speeldoos
brachten hen naar nog veel
oudere en kleinere straat
jes dan waar ze nu waren.
En toen ze even ophield om
de olielamp in het winkeltje
aan te steken, konden ze
het niet meer voor zich hou
den en riepen: „gewonnen!
U hebt de weddenschap ge
wonnen, mevrouw Maryn
tje! U krijgt van ons een
mooi groot huis!"
„Een mooi groot huis?",
kwam verschrikt overeind.
„Maar lieve meneren. Ik wil
helemaal geen mooi groot
huis. Hier weg? Stel Je
voor!
De grote mannen uit de
stad van de wolkenkrabber
keken elkaar aan, maar ze
lachten niet. En later, terug
in hun grote auto's, hun
grote vliegtuigen en grote
huizen tot in de ivolken
dachten ze nog vaak terug
aan dat kleine mevrouwtje
dat meer van de wereld had
Schoord en gezien dan al
ie mensen ln al die wol
kenkrabbers by elkaar.
Mies Bouhuys.