SKELTEREN
ZE WILLEN WEL
DRAAITAFELEN
JEUGD LAAT DAMMEND
ZEELAND MEETELLEN
JONGE SPORT
IN OPKOMST
VOOR NOG GEEN HONDERD GULDEN
Zaterdag 9 februari 1963
Een laag-bij-de-grondse-sportskelteren, ook wel karting genoemd. In
wagèntjes op vier wielen suizen ze voorbij, laag bij de grond. Dik
ingepakt, met valhelmen en stofbrillen, het ziet er allemaal nogal
gevaarlijk uit. Skelteren maakt in Nederland de laatste tijd veel opgang.
De grootste sport is evenwel om de skelter zelf te bouwen. Wat is een
skelter eigenlijk En wat een kart
De skelter of kart, want dat is hetzelf
de, is zoiets als een uiterst eenvoudige,
open race-auto, die wordt aangedreven
door een kleine twee-tact motor. De ont
dekking werd betrekkelijk kort geleden
in 1955 gedaan door een Amerikaan,
een zekere Art Ingels. In Amerika was de
sport al spoedig zeer populair, omdat het
in vergelijking met de autorensport zo
goedkoop was. Niet alleen jonge mensen,
maar vooral ook ouderen, gingen verwoed
aan het bouwen en zochten in gaten en
hoeken naar kleine motoren. De één kon
zyn kart nog sneller laten rijden dan de
ander en steeds vond men weer nieuwe me
thoden om die snelheid op te voeren. De
grote verscheidenheid in modellen maak
te een eerlijke wedstrijd onmogelijk. Tot
dat er clubs werden opgericht, die spel
regels voorschreven en klasse-indelingen
maakten. Ongeveer vier jaar later in
1959 deed de karting-sport zijn intrede in
Nederland. In Assen en Amsterdam durf
den twee constructiewerkplaatsen het aan,
deze nieuwe sportwagentjes te produceren
en al gauw werden de karters grif ver
kocht. Waarom de naam geleidelijk is over
gegaan op „skelteren" is niet te zeggen.
Waarschijnlijk is het woord afgeleid van
het Engelse „skeleton" (geraamte). Ook
zegt men wel dat het afkomstig is van het
Engelse spreekwoord „Go helker, skelter",
dat zoiets betekent als „scheer je weg,
haast je weg".
IN NEDERLAND
Half april 1960 vonden in Nederland de
eerste skelterdemonstraties plaats en
wel op het circuit van Zandvoort onder
auspiciën van de R.N.A.C. Al spoedig kwa
men er meer demonstraties en in hetzelfde
jaar werden al wedstrijden georganiseerd,
waarvoor veel belangstelling bestond. De
K-N.A-C. was het, die bouw- en wedstrijd
reglementen opstelde. De belangstelling
werd zó groot, dat men besloot een aparte
organisatie In het leven te roepen: de Stich
ting Karting Nederland.
Een van de eerste mensen die zich in Ne
derland bezighield met de skelterbouw,
was de jonge Olto Klein uit Hilversum, lid
van de Jeugd Automobiel Club (J.A.C.).
Deze organisatie was trouwens van het be
gin af aan bij de skeltersport geïnteres
seerd en in samenwerking met andere or
ganiseerden zij de eerste demonstraties en
wedstrijden.
IN ZEELAND
In Zeeland kwam de belangstelling voor
het skelteren pas veel later. Nooit is er
hier een demonstratie of wedstrijd geweest,
mede doordat er geen geschikt terrein ge
vonden kon worden.
Hoe staat het nu met het skelteren in Zee
land? Nog niet zo best, als we het vergelij
ken met de andere provincies. Maar plan
nen zijn er wel. We hoorden die van de
jonge secretaris van de Jeugd Automobiel
Club in Zeeland, Rob Zagers uit Middel
burg.
„We voelen het als een soort verplichting
om ook in Zeeland het skelteren te propa
geren, juist omdat de J.A.C- deze sport in
Nederland heeft geïntroduceerd, in alle
andere provincies vindt men al oefenterrei
nen, by voorbeeld in Bergen op Zoom, Am
sterdam, Rotterdam en in Liraburg. Zee
land is wel achter", vertelt hij. Toch gaat
dt J.A.C.-Zeeiand daar binnenkort iets aan
doen. In maart of april wil het bestuur een
skelterdomonstratie houden. De wagentjes
wil de J.A.C.-Nederland voor deze gelegen
heid wel uitlenen. Maar het terrein!
„We hadden gedacht aan Goes, Middelburg
of Vlissingen", vertelt Rob verder, „het
meest ideale is Goes, omdat dit zo gemak
kelijk bereikbaar is voor de mensen van de
diverse eilanden. Deze winter hebben we al
eens geprobeerd of we de veilinghal in Goes
niet voor enkele avonden als skelteroefen
terrein konden afhuren, maai dit was niet
mogelijk omdat er ook al handbalwedstrij
den werden gehouden."
Het slechtste terrein is voor skelteren ge
schikt, zo verzekert Rob ons, „voor een
echt circuit moeten natuurlijk wel bepaal
de banen gelegd worden, bijvoorbeeld van
beton. Zo'n circuit heeft niet eens zo erg
groot te zijn, ongeveer de oppervlakte van
de Middelburgse Markt. Het belangrijkste
is, dat er verschillende bochten zijn. Een
circuit met veel „bochtwerk" is bovendien
veel veiliger, omdat men de snelheid dan
niet zo hoog kan. opvoeren. Het gaat bij de
ze sport om een samenspel van snelheid en
behendigheid.
„De kunst is", zo weet Rob die overi
gens zelf nooit skelterde ons te vertel
len „om even voor een bocht af te remmen
en in de bocht op te trekken".
GEVAARLIJK
Nee, gevaar Is er echt niet bij", stelt
hy gerust „anders zou de J.A.C. het
immers ook nooit gepropageerd hebben?
Een van onze doelstellingen is namelijk be
vordering van een veilig verkeer". De skel
ters liggen stevig op de weg en volgens
Rob is het haast onmogelijk dat ze kante
len. „Als je In zo'n skelter zit, lykt het of
je een enorme vaart hebt, maar dat is al
leen maar zo omdat je zo laag bij de grond
bent". De hoogste snelheid, die je op een
recht stuk knnt bereiken is 90 km. Meest
al wordt echter niet meer dan 60 km. ge
reden. By de races gelden bovendien stren
ge bepalingen, die de veiligheid van het
publiek en de coureurs op het oog hebben.
Heel duidelijk blyken de veiligheidsvoor
zieningen ook uit de „Nederlandse Skelter
Formule", die de K.N.A.G. opstelde. Daarin
wordt o.a. bepaald dat Iedere skelter, die
voor een wedstryd wordt ingeschreven door
de K.N.A.O. moet zyn gekeurd en voor
zien van een goedkeuringscertificaat.
In het januart-nummer van het orgaan van
de J.A.C. „Volgas" lezen we nog een arti
kel van de voorzitter van de Stichting Kar
ting Nederland, de heer B. B. van den
Hoorn, die de jeugd aanspoort zelf een kart
te bouwen, daarmee te gaan rijden in wed
strijden om zodoende de kartingsport in
Nederland populair te maken.
Vele gegevens voor dit artikel vonden wij
in een bijzonder helder geschreven boekje
uit de Alkenreeks, nl. „Karts-skelters"
door Peter de Graaf. Deze „beeld-encyclo
pedie" bevat vele foto's van R. P. A. Ver-
straeten, G. P. Berk en Ton Lohr en an
deren. Men vindt er bovendien een maat-
schets in van een eenvoudige, zelf te bou
wen skelter.
Skeltcrwedstryden in Zee
land. Voorlopig natuur
lijk wel op een stratencir-
CUlt, want we zien het er in
do naaste toekomst nog niet
van komen, dat er hier een
permanent circuit zal wor
den geopend. We hebben
aan verschillende ambtena
ren van sportzaken ge
vraagd wat zij van skeltcr
wedstryden in Zeeland dach
ten. Zonder uitzondering
voelden ze er veel voor.
De heer J. Scholten. ambte
naar voor lichamelijke op
voeding in Middelburg zei.
dat de gemeente graag mee
zou werken. Verder gaf Hij-
te kennen, da» hij niét veel
verstand had van skelte
ren. ,,'k Heb het weieens ge
zien op de televisie..." Toen
we de Middelburgse Markt
als eventueel toekomstige
plaats van een skclterwed-
strijd aanstipten, zei hij. dat
dat ongetwijfeld de beste
plaats zou zijn in Middel
burg. „Het enige bezwaar
kan komen van commissa
ris Reneman". Deze had
echter ook al geen grote be
zwaren. „Als iemand iets
wil organiseren, moet hij
maar eens komen praten,
'k Hou wel van wat leven in
de brouwerij. Het is boven
dien het streven van het ge
meentebestuur. Het zal ech
ter wel moeiiyk zjjn met het
parkeren op do Markt.
Maar dat ls, als het moet,
wel te regelen".
SUGGESTIE
Commissaris Reneman had
nog een aardige sug
gestie: „Misschien kan het
op zomeravonden wel re
gelmatig gedaan worden.
De meeste badgasten lopen
dan toch met hun ziel onder
hun arm".
In andere plaatsen kregen
we dergelijke geluiden te
horen. De heer H. C. van
de Vreugde, ambtenaar van
sportzaken in Goes, zag ook
wei mogelijkheden voor
wedstrijden, bijvoorbeeld op
de Bergweg en de Parallel
weg, die nu als rolschaats-
haan worden gebruikt. Maar
ook hij moest toegeven niet
deskundig te zjjn op dit ge
bied. „De Grote Markt is
ook wel groot genoeg".
Adjudant Louisse van de
Goese gemeentepolitie zei
over de verkeersmoeilijkhe
den: „Waar een wil is, is
een weg". Een antwoord,
dat aan duidelijkheid niets
te wensen overlaat.
De heer Johannissc, sport
ambtenaar van Temeuzen,
achtte de beste plaats het
terrein rond de schaatsvij-
ver in het Zuidersportpark.
Bovendien komt daar in de
toekomst een jeugd-ver-
keerstuin, zodat men daar
voor permanent hetzelfde
terrein' kan gebruiken.
BOCHTEN
A djudant Vreeken van de
/ti Vlisslngse politie zag
ook wel mogelijkheden in
Vlissingen. Hij had een
groot aantal suggesties voor
eventuele parkoersen. Hij
dacht, dat de Singel tussen
de Bonedijkestraat en de
Hobeinstraat wel een ge
schikte plaats zou zijn. Men
kan hier aan twee zijden
van het water rijden en het
publiek heeft een goed over
zicht van de strijd.
Adjudant Vreeken zou het
bijzonder leuk vinden als
men een skelterwedstrijd
zou organiseren. We betwij
felen echter of „zyn" par
koersen wel van genoeg
bochten zjjn voorzien. Als er
namelijk veel rechte lange
stukken in zitten, krijgen de
skelters een te hoge snel
heid.
Ai met al: aan de overheid
zal het niet liggen, dat ook
Zeeland skelter-minded
wordt. Het wachten is nu
op initiatieven van de be
trokken verenigingen.
Voor een skelterwedstrijd op de
openbare weg moet het uitgekozen
circuit voldoen aan verschillende
eisen:
1. glad wegdek (bij voorkeur asfalt)
2. wegbreedte van tenminste 4,5 m
3. baanlengte van 5 600 meter
4. bochtig parkoers (rechte stukken
liefst niet langer dan 100 meter)
5. veilig parkoers (stopakken langs
de weg, geen publiek op de rij-
- baan en overzichtelijke bochten)
6. overzichtelijke baan, zodat het
publiek de strijd goed kan volgen.
Goedkoop
Als je zelf bouwt kost een skelter een kleine honderd gulden. En dat terwijl
massa's jongelui op brommers rijden van 600 of nog al meer.
Nu zijn de Zeeuwse skelterrijders aangewezen op het circuit van Driebergen.
En als je daar heen wilt, moet je wel de beschikking hebben over een auto
met een aanhangwagen of een groot imperial.
rrans de Bruin (18) en Hans van Sabben (19) uit Middelburg zijn een
half jaar geleden begonne aan de bouw van een skelter. Er begint al
een beetje schot in de zaak te komen, al maken ze er geen haast mee. „We
kunnen toch pas van de zomer gaan rijden. „Dat rijden zal dan gebeuren op
het circuit van Driebergen.
Aan de hand van een uitgebreide bouwtekening hebben ze het frame nu
praktisch klaar. En dat is het moeilijkste gedeelte. Alle buisjes moeten precies
in de juiste vorm worden gebogen en ook moeten ze natuurlijk aan elkaar
worden gelast. De wielen en het motortje liggen al klaar en kunnen zo be
vestigd worden.
Vorstverlet
De afgelopen maand hebben ze er niet veel aan gedaan. Ze zijn zo'n beetje
met vorstverlet. Bovendien moet er ook nog wel eens wat worden geleerd.
Hans is slager en Frans is smid, en daar komt nog meer voor kijken dan een
leek op het eerste gezicht zou denken. En als er ijs ligt moet je toch ook
weieens gaan schaatsen Overigens is de vader van Frans ook smid,
zodat ze de beschikking hebben over alle benodigde gereedschappen en een
ruime loods. De skelter van de twee Middelburgers zal voldoen aan de wed-
strijdeisen. De 100 cc motor, die een vermogen heeft van 5 pk, zal de skelter
met een snelheid van 80 kilometer per uur over de baan kunnen laten vliegen.
Over een baan gesproken Er is in Zeeland praktisch geen gelegenheid
om te rijden. Wel is het bestuur van de Jeugd Automobiel Club bezig om het
veilingterrein van Middelburg voor een middag in de week te pakken te
krijgen, maar of het zal lukken Hans van Sabben dacht, dat als er een
baan in Zeeland kwam, de skeltersport in korte tijd erg populair zou zijn.
UVVA/^VMWUVVWWVVnAAnAAAAAnAnAAAnAnAMVVVVMnWVMnMIAAAnAIVMfVVftAAIVVVI/IA/tMUVUXMAAAIVVVVVVVVVWeVM
De Zeeuwse jeugd houdt van draaitafelen.
Daar zijn we deze week wel achter-
geltomen. Het draaien en beluisteren van
grammofoon platen schijnt een liefhebbery
in opkomst te zyn. Bedienend personeel
van de grammofoonplatenwinkels krygt
steeds meer bezoek van jonge mensen. En
het zyn in de regel nog vaste klanten ook.
Het drukst is hot In dit soort zaken wol
's woensdag- en 's zaterdagsmiddags. Dan
komen veel tieners een gedeelte van hun
zakgeld omzetten in grammofoonplaten. Ze
kopen er voornanieiyit Engelse en Ameri
kaanse toppers voor.
BELANGSTELLING
De instrumentale plaatjes met veel gi-
taargetokkel zijn erg in trek by de jeugd
Minder belangstelling hebben de jonge
mensen voor de smartlappen van de Zan
geres zonder Naam en de hela-holaliedjes
van Johnny Hoes om maar een paar voor
beelden aan te halen. Die nummertjes wor
den voornamelijk doo- oudere mensen aan
geschaft. De belangstelling van de rijpere
jeugd gaat verder dan al die tydelijke
„bestsellers". Na een praatje met een aan
tal handelaren is vast komen te staan, dat
vooral de oudere mannelijke jeugd zich
meer interesseert voor jazzmuziek. De
meeste oudere meisjes schijnen graag naar
chansons te luisteren. Dat er by de jeugd
over het algemeen zo weinig aandacht is
voor klassieke muziek wijte.. de meeste
handelaren aan de geringe ervaring van de
jonge mensen. Ook dc opvoeding speelt
hierin een niet onbeduidende rol. Daarbij
komt, dat een zwart schijfje met klassie
ke muziek altijd nog heei wat meer geld
kost dan een populair plaatje.
VERONICA
Mochten er nog mensen denken, dat de
grammofoonplatenhandelaren last on
dervinden van het muziekstation „Veroni
ca", dat dagelijks de beste nummertjes tot
vervelens toe afdraait, dan hebben ze het
mis. „Veronica stimuleert", zeggen de han
delaren. „Men kent de plaatjes al. Dat
scheelt ons. We hoeven dan dikwyls niet
meer het hele deuntje te laten horen." An
derzijds gooit „Veronica" naar de mening
van een grammofoonplatenverkoper wel
een beetje roet in het eten door „oude
rockers" en andere nummertjes, die al
weer een aantal jaartjes uit de roulatie
zija, uit het stof te halen. En als die plaat
jes dan weer „goed lopen", moeten de han
delaren maar weer zien, dat ze er aan ko
men.
Over het algemeen kan de jeugd moeilijk
tot een keuze van grammofoonplaatjes ko
men. Althans die indruk wil men wekken.
Natuurlijk laten de meesten maar voor de
aardigheid wat plaatjes draaien voor men
beslist.
De tieners, die, zoals een handelaar het uit
drukte, „de zaak willen flessen", zijn be
slist in de minderheid. Men heeft ze trou
wens ook gauw in de gaten. Wanneer er
op een regenachtige middag een paar jon
gelui een winkel binnenstappen, in de pla-
tenbakken gaan snuffelen en folkloristi
sche muziek, gymnastieklessen voor zwan
gere vrouwen op de plaat en hele program
ma's van Toon Hermans' „One man show"
willen hnren. dan komt men er snel achter,
dat het hier geen serieuze klanten be
treft...
J^OG NIET ZO heel lang geleden, in de jaren kort na de tweede
wereldoorlog, vreesden de leidinggevende figuren in de Zeeuwse
dambond, dat hun gelederen in de toekomst alleen nog maar gevormd
zouden worden door oude en oudere spelersEr waren op dat
moment geen jongeren, die wat in deze sport zagen. De huidige voor
zitter van de Zeeuwse Dambond, de heer M. F. de Jonge uit Middel
burg, was rond het jaar 1934 één van de jongste zo niet de jongste
dammer in Zeeland en na de oorlog was hij dat geruime tijd nog.
EN THANS, nog geen vyftien jaar
later? Zonder overdryving mag
gesteld worden, dat Zeeland een hausse
jeleeft in het jeugddammen. Honder
den jongeren strijden regelmatig in
jeugd- en schooltoernooien, ze vormen
een welkome versterking voor de ver-
ichillende Zeeuwse clubs, ze vertegen
woordigen Zeeland op een voortreffe-
Iyke manier tijdens landelijke jeugd-
en schooltoernooien enz. En hoewel
het grootste deel van deze jongeren
geen lid is van de clubs, zorgen bij
zondere faciliteiten er voor, dat ze
dammend Zeeland kunnen laten mee
tellen op het „landelijke front".
HOOGSTE REGIONEN
Het mag de Zeeuwse Dambondbe-
stuurders als een eer aangerekend
worden, dat zy het initiatief hebben
genomen voor de schoolwedstrijden en
de wedstrijden voor jeugdvijftallen. Zy'
hebben de landelyke bond van het
grote nut daarvan weten te overtui
gen en thans blykt welk een goede
greep de Zeeuwen hiermee hebben ge
daan. En de jeugd is enthousiast, zo
wel in Zeeland, waar bijvoorbeeld vo
rig jaar de deelneming aan de toer
nooien wat afgeremd moest worden,
omdat het anders niet te overzien
was voor de organisatoren, als in de
andere gewesten en districten van ons
land.
r\e schooldamwedstrijden worden voornamelijk in Middelburg en Vlissingen
gehouden, waar de verenigingen de supervisie hebben. De Z.D.B. organiseert
de toernooien voor de jeugdvijftallen, die op Zuid-Beveland en op Walcheren
gehouden worden. Die toernooien zijn voor de jongelui bijzonder interessant: de
kampioenen spelen mee om het gewestelijk en daarna om het landeüjk kam
pioenschap. De Zeeuwse jongens zyn tot in de hoogste regionen doorgedrongen:
Immers, het team van de Middelburgse Olmenlaan-ulo won enkele jaren gele
den de landstiteL
De goede resultaten van vele jonge
ren worden thans merkbaar in de
clubs: de Middelburgers Nico van
Eenennaam (sinds kort le klas kam
pioen) en Aart Walraven (momen
teel in dienst) zyn aan het school-
dambord begonnen, maar thans vor
men ze een geduchte versterking van
het hoofdstedelijke tiental, Souburg
heeft zyn sterke jeugddammer Al-
iaart, in 's-Gravenpolder (met een
bloeiende jeugdafdeling van 20 dam
mers) kwamen de jonge Dubbelman
en de Trampers naar voren en zo
zijn er nog meerdere voorbeelden te
noemen.
De Zeeuwse dambond heeft dus de
jeugd en het cliché geldt hier toch
wel onverkort de toekomst. Voor
zitter De Jonge ziet die toekomst dan
ook met een gerust hard tegemoet.
Zeker, de Zeeuwse dammers kunnen
zich in het algemeen nog niet meten
met de sterke clubs uit ae grote ste
den in het westen van ons land (Am
sterdam, Rotterdam en Den Haag, en
daarbij het sterke IJmuiden). maar ze
zyn gelijkwaardig met de rest van het
land.
Daarby mag zonder twyfel gesteld
worden, dat het eerste deel van de
Zeeuwse eerste clubteams (de eerste
4 a 5 borden) zich ook kan meten
met de sterkste Nederlandse (dus ook
de grote steden-) clubs. Maar de
laagste Zeeuwse clubborden zijn he
laas te zwak om een totaal gunstig
resultaat te verwachten van dergeiy-
ke „grote" wedstrijden. Daarvoor ont
breekt het de Zeeuwen nu eenmaal
aan de grote „damarsenalen", waaruit
die clubs uit de grote steden kunnen
putten.
ZONDER VREES
A/faar met de voorgaande conclusie zal het echter ook duidelijk zijn, dat bij-
voorbeeld een Zeeuws tiental, bestaande uit de sterkste dammers, het zon
der angst en vrees zou bunnen opnemen tegen de sterkste Nederlandse teams.
De Z.D.B. heeft al eerder plannen uitgewerkt om tot een Zeeuwse tientalclub
te komen, maar de narigheid hierby was, dat de deelnemers daaraan niet meer
voor hun club zouden mogen uitkomen...
Maar een tiental samenstellen was
niet eens zo moeilijk: namen als
Anderson en Sinke, thans Joh. Lere,
hebben al een naam' verworven in Ne
derland, en spelers als Strooband sr.
en jr., De Jonge, Kaan, Blom, Van
der Schraaf, Van Rijswijk, Heydra en
Schuitema (om er maar enkele te
noemen) doen eigenlijk niets voor de
eerste drie onder. Anderson en Sin
ke waren al vaker in de landelyke fi
nale voor het persoonlijk kampioen
schap te vinden en van de huidige
Zeeuwse kampioen, de Vlissinger Jo-
han Lere (al vaker kampioen, maar
thans voor de eerste maal in de na
tionale titelstryd) heeft voorzitter De
Jonge beste verwachtingen.
Ook de Zeeuwse clubs zijn gevrees
de tegenstanders in de gewestelijke
en landelyke kampioenschappen.
9 Goes drong a! eenmaal in de finale
om de landstitel door;
9 En thans probeert. Middelburg weer
een gooi te doen naar een ere
plaats. Zaterdag 16 februari speelt
de Zeeuwse kampioensploeg in de
Eendracht te Middelburg tegen het
sterke Excelsior uit Den Bosch.
Waarom kunnen de Zeeuwen de top
net niet halen? Het ontbreekt hen
nog aan techniek en slagvaardigheid.
„Ze laten zich nog te makkelijk "over
spelen", verzekerde de heer De Jonge.
En de oorzaak daarvan is, dat er te
weinig contact bestaat met de clubs
uit het westen en overig Nederland.
Reden van dat summiere contact: de
slecht gevulde clubkassen. De jonge
ren hebben in dit verband weer een
voorsprong: via de school- en jeugd
wedstrijden hebben zy veel meer con
tact dan de meeste oudere clubleden
ooit hadden.
1 ALLEEN „MIDDEN"
Eigenlijk is het niet helemaal juist te spreken van een „ZEEUWSE" dam
bond, want de denksport op de 100 velden speelt zich voornamelijk af in
Midden-Zeeland: Walcheren en Zuid-Beveland. Hoewel de dambondbestuurders
de zaak zo veel mogelijk stimuleren is het bijzonder moeilijk om een aanzet te
krygen voor de georganiseerde damsport in Zeeuwsch-Viaanderen, op Schou-
wen-Duitveland en op Tholen. Terneuzen handhaaft met moeite een team, in
Scherpenisse is een aangesloten club, maar van enige bloei kan men toch niet
spreken. Het grootste struikelblok vormen hier de verbindingen.
„Maar we moeten figuren vinden, die
zich voor de opbouw van de damsport
in die gewesten inzetten", verklaarde
voorzitter De Jonge. „Tot nu toe heb
ben we ze echter nog niet gevonden"...
Vooral in Zeeuwsch-Viaanderen
streeft de Zeeuwse dambond naar
een eigen afdeling. Dit geldt niet zo
sterk voor de andere gebieden, omdat
de toekomstige Oosterscheldebrug het
isolement van de Schouwse dammers
(en die zyn er) zal opheffen.