Boodschap van koningin Juliana
voor rampherdenking Zierikzee
Stille bloemengroet bij
monument Serooskerke
Stavenisse herdacht in raadsvergadering ramp
Gedenkzuil met 24
namen in Zierikzee
Jhr. De Casembroot: „Uw levensspreuk
zijMij geleidt des Heren hand
N.R.U.-PROGRAMMA GAF BEELD
VAR RAMP EN HERSTEL
KRUININGEN HERDACHT RAMP MET
KRANSLEGGING EN KERKDIENST
VOORTREFFELIJK VERZORGDE
HERDENKING VOOR DE T.V.
Handel in plaats van
Zeeuws volkslied
ZATERDAG 2 FEBRUARI 1963
PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT
l
In radioherdenkingsdienst
„Hare Majesteit de Koningin heeft mij spontaan opgedragen om he
den U te zeggen, hoe intens zij met U allen en in het bijzonder met
hen, die familie, vrienden of verwanten hebben verloren, meeleeft".
Zo begon vrijdagavond in een bijna geheel bezette Grote Kerk van
Zierikzee de commissaris der koningin, jhr. mr. A. F. C. de Casem
broot zijn toespraak in een over. het nationaal programma van de
radio uitgezonden herdenkingsdienst van de stormramp 10 jaar ge
leden. Deze woorden klonken door het oude, hoge gebouw, dat met
name in het rampjaar 1953 op twee markante momenten velen heeft
samengebracht voor bezinning en dankbaarheid: op de bekende rouw-
zondag, een week na de eerste februari en op 7 november, een dag
na de sluiting van het laatste dijkgat bij Ouwerkerk.
chaos is aan Schouwen-Duiveland een
nieuw gezicht gegeven. Onze dankbaar
heid gaat uit naar allen, die ontroerend
hebben geholpen. Wy zullen het nooit
vergeten, zei de oud-burgemeester van
Ouwerkerk.
Onmiddellijk na de toespraak van de
heer Romeyn zette de Zierikzeese Ora-
In deze boodschap van de koningin zag
de commissaris weer een duidelijk be
wijs hoezeer onze vorstin zich in vreug
de en leed met Zeeland, met óns allen
verbonden voelt. Jhr. De Casembroot
ging in gedachten terug naar de acht
ste februari 1953 toen hij in hetzelfde
kerkgebouw de rouwdienst meemaakte.
„Die zal ik nimmer vergeten", verze
kerde hy. Hij memoreerde in grote lij
nen de spanning in de rampnacht onder
allen, die zich met levensgevaar ter be
waking en ter verdediging van de dij
ken hebben ingezet.
Het leed dat daar op volgde stipte de
commissaris met enkele woorden aan.
„Dankbaar getuigen wij hier van de
ontroering, de innige en eerbiedige hou
ding in die dagen getoond. De Zeeuw
heeft zich van zijn beste kant laten
zien. De moed en de ijvere wil om toch
door te gaan heeft overal, in binnen-
en buitenland, bewondering afgedwon
gen". Onmiddellijk verbond jhr. De Ca
sembroot hieraan de vraag: „Waaraan
heeft hij dat te danken Het antwoord:
„Aan zijn aard, maar bovenal aan zijn
grote Godsvertrouwen". Nauwkeurig
kon de commissaris zich nog herinne
ren hoe het slotlied van die rouwdienst
in 1953 de Grote Kerk van Zierikzee in
beweging had gebracht: ..Wat de toe
komst brengen moge, mij geleidt des
Heren hand..."
„Moge deze levensspreuk U op uw weg
van geluk en duisternis begeleiden", zc
besloot hij zijn toespraak. Drie verze:
van hetzelfde lied klonken daarna door
de kerk, op het orgel begeleid door de
heer J. Baas. De dienst was geopend
met het Introïtus en het lezen van
Psalm 93 door pastoor H. van Deursen.
De dijken dicht
Oud-burgemeester J. Romeyn van
Ouwerkerk, het dorp bij het meest be
ruchte stroomgat van de ramp, vertolk
te in een korte toespraak de dank voor
de overweldigende hulpacties en het
vertrouwen dat de koninklijke bezoekers
in de bewoners van het rampgebied
hadden geschonken. „We wisten toen:
de dijken gaan dicht", zo zei hy de
Troonrede op Prinsjesdag 1953 citerend.
Daarna zei de koningin: „In de worste
ling om het herstel van de waterkerin
gen zyn de beste tradities van ons volk
gehandhaafd", aldus de heer Romeyn.
Hij herinnerde aan de komst van prin
ses Wilhelmina in Zierikzee, al op 2
februari 1953. Aan de bezoeken van ko
ningin en prins. Hij memoreerde d€
grote steun van jhr. De Casembroot, de
adopties, de massale hulp uit alle we
relddelen. „En als een blijvens object
voor onze dankbaarheid staat in deze
stad het Zweedse Rode-Kruisziekenhuis.
Na tien jaar voelen wij ons veiliger
achter de dijken. Uit een onvoorstelbare
Radio en televisie
per helikopter naar
Schouwen-Duiveland
Radio en televisie hebben voor
hun rampherdenkingsprogramma
van Schouwen-Duiveland vrydag
alle verenmoeilijkheden omzeild
door een helikopter in te schake
len, die verschillende malen op
het eiland een landing heeft ge
maakt. Morgens zette het toe
stel in Serooskerke cameralieden
af, die de kranslegging bij liet
monument voor het N.T.S.-jour-
tiaal in beeld brachten. Later op
de morgen daalden op het sport
terrein van Zierikzee de technici
van de N.R.U. met hun appara
tuur voor de herdenkingsdienst
vanuit de Grote Kerk. die 's
avonds in het nationaal program
ma over de radio werd uitgezon
den-
wwwwwwvwuwwwwwvwvwwwwvw
toriumvereniging onder leiding van de
heer Jac. M. Luykenaar het „Ecce Quo-
modo Moritur" van Jacob Handel in.
Les
„Wat wil deze herdenking betekenen?"
Met deze vraag kwam vervolgens ds. Y.
J. Tiemersma, gereformeerd predikant
te Zierikzee tot net moment van heden.
„Zij is geen reünie van oud-strijders. Zij
wil uitdrukking geven aan onze ver
wondering en ons eerbetoon. Wij weten
nog hoe het was en kunnen zien hoe het
is geworden". Ds. Tiemersma zag in de
ramp deze les: „We moeten elkaar op
wekken zoveel vertrouwen te hebben in
de herstelwerken Gods, dat we bereid
zijn in afwachting van de nieuwe situa
tie bepaalde bindingen en emoties los te
laten. We moeten niet krampachtig de
sfeer van toen oproepen. Wel kunnen
we vaststellen dat we in het rampjaar
in deze kerk boven onze macht hebben
gezongen. En zulke liederen zingen we
nu weer".
In zyn dankgebed vergeleek ds. M van
der Klis, de christelijk gereformeerde
predikant van Zierikzee, de regenboog
van God met het herstel dat ook voor
het rampgebied is gekomen. Zierikzee
heeft ten aanhore van geheel Nederland
de ramp herdacht.
OP ALGEMENE BEGRAAFPLAATS
Voorloper van
rampmonument
,,In raemoriam". Twee woorden en
daaronder vierentwintig namen,
sinds vrijdagmiddag 1 februari
1963 staan ze met zwarte let
ters gebeiteld in een zuil op de al
gemene begraafplaats te Zierik
zee. „Als een boodschap aan vol
gende generaties en als een uiting
van de bewogenheid en de ge
schoktheid, die zich in de ramp
nacht van Zierikzee meester maak
te". Zo omschreef burgemeester
mr. F. Th. Dijckmeester de bedoe
ling van de eenvoudige zuil, toen
hij deze namens het gemeentebe
stuur aanvaardde. De steen is een
voorloper van een rampmonument
Zierikzee, waarvoor op het
ogenblik de plannen worden uitge
werkt. Met de onthulling daarvan
in de nabije toekomst zal de be
volking haar ereplicht jegens de
verdronken ingezetenen vervullen.
Na een korte, vrij druk bezochte bij
eenkomst in de aula, legde de bur
gemeester van Zierikzee buiten op
het besneeuwde grasveld de krans
aan de voet van de zuil. Kort tevoren
had de heer P. Heering, als voorzit
ter van het kortgeleden oprichte co
mité rampmonument, de namen van
de 24 slachtoffers voorgelezen.
Hij deed dat, omringd door verschil
lende familieleden, vrienden en be
kenden van de slachtoffers en tal
van andere belangstellenden. Welbe
wust ging de heer Heering voorby
aan wat zich tijdens de rampdagen
in Zierikzee heeft afgespeeld. „Daar
voor ligt alles te vers in het geheu
gen. Speciaal de taferelen op deze
begraafplaats zal iemand, die ze
heeft meegemaakt, nooit vergeten".
Het oprichten van een monument ln
1953 zou volgens de heer Heering al
leen maar droefheid hebben veroor
zaakt. „Van meer waarde was in die
dagen het hartverwarmde gevoel van
saamhorigheid". Daarom noemde de
voorzitter met erkentelijkheid het Ini
tiatief van de heer L. H. A. de Jonge
om op de tiende herdenkingsdag van
de ramp tot een gedenkteken te komen.
„Naast het leed moet ln dit monument
te Zierikzee ook de zege van de ramp
tot uitdrukking worden gebracht, wil
het slagen. In de wetenschap en het
vertrouwen, dat de gemeente Zierikzee
deze steen tot in lengte van dagen in
ere zal houden, draag ik haar over", zo
besloot de heer Heering zijn toespraak.
In ccn programma van de Nederland
se Radio i nic is gisteravond over de
beide zenders Hilversum van half
aclil tol half elf uitvoerig aandacht
gewyil aan de ramp, het herstel van
het tien jaar geleden geïnundeerde
gebied en het toekomstbeeld dat
door het Deltaplan wordt opgeroepen.
In deze met muziek afgewisselde ra-
dloultrending is het accent vooral op
Zeeland gevallen, in het byzonder tij
dens de vraaggesprekken met Zeeu
wen op Schouwen-Duiveland, Tho-
len, de Bevelandcn en Walcheren.
Het programma opende met een
klankbeeld „De ramp en de redding",
samengesteld door Herman Felderhof
cn Jan de Troye, waarbjj beelden en
klanken van tien jaar geleden terug
keerden. Zij gaven een schets van de
komst van het water, de reddingsac
ties die prompt op touw werden ge
zet en heten fragmenten horen van
toespraken uit die dagen, zoals die
van koningin Juliana, prins Bern-
hard en lr. Maris, oud-H.I.D. van
rijkswaterstaat.
Nadat het Radio Filharmonisch Or
kest onder leiding van Willem van
Otterloo „In memoriam op. 38" van
Lex van Delden had laten horen (ge
componeerd ter nagedachtenis aan
hen die omkwamen bij de ramp)
volgde een uilzending van de herden
kingsdienst In de Nederlands her
vormde kerk van Zierikzee.
Om negen uur volgde een reportage-
serie over de situatie van vandaag en
morgen in het voormalig rumpgebicd,
waarin veel bekende Zeeuwse gelui
den te horen waren.
Vin Goeree-Overflakkee kwamen de
reporters naar Schouwen-Duiveland
waar de jonge boer Wim Kuipers ge
tuigde van de tevredenheid onder de
landbouwers over de herverkaveling.
Burgemeester jhr. R. J. H. Q. Röell
van Westerschouwen onderstreepte
ln een vraaggesprek de toeristische
belangen van zijn gemeente die,
naast rust goed drinkwater te bieden
heeft, hetgeen aldus de burgemester
vooral voor de Rotterdammers van
groot belang is. Dijkgraaf M. W. van
Arenthals van Noord-Beveland zei
onder meer dat zijn eiland de ver-
keersrotonde van Zeeland gaat wor
den en burgemeester A. Schipper van
Kruiningen noemde de herbouw in
zij'n gemeente „spectaculair".
Uit Yerseke kwam een somber ge
luid. en dat betrof natuurlijk de oes
ter- en mosselcultuur waarvoor het
Deltaplan donkere perspectieven
biedt. Wat Walcheren betreft kon
burgemeester A. de Kam van Vrou
wenpolder nog eens op het toerisme
wijzen.
Drs. K. Laansma van de stichting
„Zeeland" voor cultureel en Maat
schappelijk werk moest de reporter
wat afremmen, soms teleurstellen.
Hem werd namelijk gevraagd of
ramp en Deltaplan grote omwente
lingen teweeg hadden gebracht, in de
geest van: het isolement is eindeljjk
verbroken.
Drs. Laansma drukte de vraagsteller
op het hart dat Zeeland echt geen
achtergebleven gebied was, dat die
omwenteling al lang gaande was en
dat Zeeland het toerisme al bijzonder
lang kent. „Men vindt het gezellig",
verklaarde hy. Teleurgesteld vroeg de
reporter of er dan in Zeeland hele
maal niets aan de hand is
Ir. M. A. Geuze, voorzitter van de
Z.L.M- uit Poortvliet sloot de ry van
Zeeuwse sprekers met enkele opmer
kingen over de veranderingen op zyn
eiland.
Na nog een soortgelijk interview uit
Willemstad volgden enkele opnamen
van G. F. Handel (het optreden van
het Middelburgs kamerkoor kwam te
vervallen) en met de voordracht „De
Trompet" van Ed. Hoornik, gebracht
door Guus Hermus, werd het N.R.U.-
nrogramma besloten.
Be/erenis
Burgemeester Dyckmeester bepaalde de
aanwezigen even nadrukkelijk by het
moment, waarop de steen is geplaatst.
„Het is goed, dat dit nu gebeurt. Het
monument moet een belevenis zijn van
de verschrikkelijke gebeurtenissen en
tegelijk van wat er uit is voortgevloeid.
De namen erop vermeld zyn maar al
te bekend.
Niemand zal moeite hebben om zich
de mens achter die naam voor de geest
te halen. Zij namen ieder een plaats in
gezin en eigen kring in. Maar deze na
men moeten ook levend gehouden wor
den voor volgende generaties", aldus
de burgemeester in zyn toespraak.
„NIET GODS STRAF"
Bloemen gelegd bij
rampmonument
„De ramp is niet Gods adem, is niet
Gods straf voor ons geweest. Wel is
Hij aan ons voorbijgegaan; door de
watersnoodramp van 1953 heeft God
naar onze liefde voor Hem ge
vraagd". Dit stelde ds. J. A. J. Hoff
man centraal in zyn predikatie ty-
dens de sobere interkerkelijke her
denkingsdienst, die naar aanleiding
van de februariramp 1953 gister
avond in „Ons Dorpshuis" te Krui
ningen (wegens de weersgesteldheid
niet in de kerk) gehouden werd. Het
eerste deel van deze herdenkings
dienst werd geleid door ds. J. Kool
stra, predikant van de Geref. Kerk,
het tweede deel door ds. Hoffman, de
Ned. herv. predikant.
Nadat ds. Koolstra was voorgegaan
in gebed las hij een bybeldeel uit het
negende hoofdstuk van Daniël. Ds.
Hoffman las vervolgens gedeelten
uit Marcus 4, de verzen 35—47, Lu
cas 13, de verzen 15 en Lucas 11,
de verzen 2932.
Ds. Hoffman wees er in zijn predi
katie op. dat de Nederlanders zich
ook in 1953 nog op de borst sloegen,
omdat zij wat waterstaatszaken be
treft zoveel in hun mars hadden. Tot
op die ene nacht, waarin er bressen
in de dijken werden geslagen, zoveel
als er nog nooit waren voorgekomen.
„Wij gedenken hier met diepe wee
moed degenen, die in Kruiningen ge
troffen zijn", verzekerde ds. Hoff
man.
Zeeland, Brabant en Zuid-Hol
land en niet geheel Nederland, en
waarom kinderen? Weer anderen
zeiden: Dat bestaat niet. Ds.
Hoffman herinnerde daarbij aan
een betoog van prof. Kooiman,
die niet wilde geloven, dat de
ramp Gods adem was. „Want
Gods adem is Gods Geest".
„Het antwoord op de vraag: is de
ramp een oordeel van God, zegt Je
zus in Lucas 13: Neen", betoogde ds.
Hoffman. „Hij geeft er geen verkla
ring bij, maar Hij zegt neen. Verder
heeft men er niets mee te maken.
Elke ramp is een mysterie", aldus de
predikant, die tot slot betoogde:
„God was niet in de storm, in de be
ving, maar wellicht hebben wij die
nodig gehad voor Zijn stille toe
spraak, Zijn vraag naar onze liefde
voor Hem".
Klokgelui
Gods straf?
Hij verklaarde vervolgens zich te
kunnen voorstellen, dat velen zich
afgevraagd hebben: Wat was dat,
die ramp. Wie heeft dat gedaan?
Was dat God of was dat God
niet? De meningen waren ver
deeld: Er werd verklaard, het is
Gods straf. Maar als dat waar is
vroegen anderen, waarom dan
Des morgens om half twaalf hadden
de klokken in de toren van de Ne
derlands hervormde kerk te Krui
ningen geluid. Daarna werden in het
gehele dorp de vlaggen half-stok ge
hesen. Tegen twaalf uur verzamel
den zich vele nabestaanden van
slachtoffers en belangstellenden voor
het rampmonument. Van twaalf uur
tot twee minuten over twaalf werd
stilte in acht genomen. Deze twee
minuten stilte werden vooraf gegaan
en gevolgd door klokgelui.
Vervolgens werden aan de voet van
het rampmonument bloemen neerge
legd. Burgemeester A. Schipper leg
de namens de gemeente een krans.
Met het leggen van de bloemen, werd
deze korte sobere plechtigheid, die
onder andere werd bygewoond door
nabestaanden, raadsleden en school
kinderen, besloten.
Bij het rampmonument voor de
Nederlands hervormde kerlc te
Kruiningen werd vrijdag een kor
te plechtigheid gehouden ter her
denking van de slachtoffers van
de watersnoodramp in 1953. Na
mens het gemeentebestuur legde
burgemeester A. Schipper aan de
voet van het monument een
krans.
(Foto P.Z.C.)
EEN KRANS met witte anjers stond
vrijdagmorgen in de sneeuw voor het
monument ter herdenking aan de
Watersnoodramp van 1 februari 1953
op de Ring van het Schouwse dorp
Serooskerke.
De vlag wapperde halfstok in een
koude oostenwind rondom de kerkto
ren. Schoolkinderen cn een handjevol
inwoners van liet dorp liepen er
langs, toen burgemeester jhr. R. J.
II. Q. Röell, de beide wethouders en
de gemeentesecretaris van Wester
schouwen na ccn korte, stille plech
tigheid weer uit do kom van hot dorp
waren vertrokken.
Het was een sobere, piëteitsvolle
herdenking van de slachtoffers van
de overstroming, wier namen in het
grijze. natuurstenen gedenkteken
staan' gebeiteld. Vijftien inwoners
van het dorp, dat eens de kleinste
gemeente van Nederland was en in
het rampzalige jaar 1953 vlak voor
de opening van het grootste dijkgat
&an de Schelphoek lag. In de verte
lag de grote Phoenix-caisson, half
verpakt in de ringdijk in de schrale
ochtendzon. Het monumentale beton-
lichaam, waarmee de gevaarlijkste
stroomgeul de Gemene Geul
een half jaar na de zwarte datum van
1 februari is bedwongen. Niet ver
daar vandaan heeft zich in de ramp
nacht hot drama van de kleine ha
ven Schelphoek afgespeeld. Een zol-
derbak met een dragline er bovenop
sloeg over de dijk. nam de kruin mee
en stortte op het huis van de haven
meester. waar zich diens gezin, de
bewoners van een woonwagen en en
kele omwonenden bevonden. De
meesten van hen moeten vrijwel di
rect het leven hebben verloren. Hun
namen staan met die van de andere
slachtoffers in de steen op de Ring
van het dorp gegrift. Men heeft er
met het gemeentebestuur een een
voudige groet gebracht. Dat gebeur
de gistermorgen van de kant van het
gemeentebestuur in Burgh en bij het
fraf van een uit Haamstede ver-
ronken inwoner.
(Foto P.Z.C.)
„DIE EERSTE FEBRUARI 1953"....
Onder deze titel heeft de N.T.S. gis
teravond een voortreffelijk verzorgde
herdenking van de watersnoodramp
op het scherm gebracht. Dick van
Bommel is erin geslaagd het uit ver
schillende films en reportages sa
mengestelde programma tot een
boeiend geheel te maken. Niet alleen
werden de kijkers met vaak diep ont
roerende taferelen herinnerd aan de
grote ellende waarin zuidwestelijk
Nederland werd gedompeld, maar
vooral ook werd - terecht - zeer veel
aandacht besteed aan de wijze, waar
op het herstel ter hand is genomen
en aan de eerste fase van de uitvoe
ring van het Deltaplan.
Nadat het journaal reeds enkele
beelden van de kranslegging te Se
rooskerke (Sch.) had gebracht,
sprak de minister van verkeer en wa
terstaat, drs. H. A. Korthals voor
het herdenkingsprogramma een in
leidend woord waarin hij een terug
blik gaf op de ramp en het ontstaan
van het Deltaplan schetste.
In de documentaire „Met de rug
naar de zee" liet Dick van Bommel
de ramp herleven, met indringende
reportages van mensen die hun bele
venissen vertelden, afwisselend met
film- en fotobeelden uit de rampda
gen zelf. De landbouwer Groenen
dijk vertelde hoe daar op de zolder
van zijn boerderij, boven twee meter
water, zyn vrouw zonder doktershulp
het leven schonk aan haar vierde
kind, een 81-jarige schipper vertelde
met tranen in de ogen hoe hij meer
dan honderd mensen mocht redden
en de landbouwer Romeijn verhaalde
op de met sneeuw overdekte caissons
van Ouwerkerk, hoe het laatste
stroomgat op Schouwen-Duiveland
werd gesloten.
Burgemeester Vogelaar van Nieu-
werkerk a. d. IJsel, als oud-burge
meester van Baarland en Hoedekens-
kerke voor vele Bevelanders ook
geen onbekende, vertelde in een
„live"-reportage aan Koos Postema
hoe Zuid-Holland voor een ramp
werd gespaard door het behoud van
de dijk die de op 6 m-N.A.P. liggen
de Prins Alexanderpolder beschermt,
terwijl de bekende oud-vlieger Wil
lem van Veenendaal in een interes
sante filmreportage nog eens dezelf
de vlucht over de Zuïdhollandse en
Zeeuwse eilanden maakte, die hij op
de zondag na de ramp met een aan
tal journalisten en fotografen in een
Dakota heeft gemaakt.
Een aardige afwisseling vormde het
uitstekende tekenfilmpje Nederland-
Deltaland, waarna vooral ook de
Zeeuwse kijkers bijzonder geboeid
zullen zijn door de boeiende film
Delta Fase I van Bert Haanstra,
over de afsluiting van het Veerse
Gat.
Het programma kreeg een waardig
slot met een herinnering van ds. Ok-
ke Jager aan „Een zondag zonder
kerkdienst".
De radioluisteraars die gister
avond, het herdenkingsprogram
ma van de ramp volgend, met
verlangen uitkeken naar het op
treden van Bart Leynses Middel
burgs Kamerkoor, hebben een
teleurstelling moeten verwerken
toen dit programmapunt zonder
opgaaf van reden werd afge
voerd. In plaats daarvan volgden
enkele werken van Handel. Geen
Middelburgs Kamerkoor dus, dat
negen werken, waaronder het
Zeeuwse volkslied, zou laten ho
ren. Toen wij de heer Leynse naar
de reden vroegen, bleek hy nog
bezig zijn teleurstelling weg te
slikken.
„Ik begrijp er niets van", aldus
de dirigent, „we kregen nog wel
een briefje waarin stond dat de
opnamen zo goed geslaagd wa
ren. Onder toezicht van George
van Renesse werden onlangs de
opnamen gemaakt. Het hele pro
gramma stond in drie kwartier
gaaf op de band. Als ze in tijd
nood hadden gezeten, hadden ze
in plaats van de muziek van
Handel toch zeker nog enkele lie
deren of desnoods alleen het
Zeeuwse volkslied kunnen laten
horen. Ik had nog wel speciaal
een avondje vrij genomen om
m'n koor te kunnen horen".
In Hilversum bevestigde de
K.R.O.-omroeper (die vanuit de
studio de delen van het herden-
kingsprogramma aan elkaar
praatte) dat tydnood er de oor
zaak van was geweest, dat de op
namen van het kamerkoor niet
waren uitgezonden.
„We hadden nog maar enkele
minuten over. We hadden natuur
lijk het Zeeuwse volkslied kunnen
laten horen, maar de laatste van
de serie reportages uit het voor
malige rampgebied, was afkom
stig van het Brabantse Willem
stad. En dat konden we" de Bra
banders toch niet aandoen prompt
erop het Zeeuwse volkslied te la
ten horen? Dat zouden ze niet
nemen".
Zo verviel dus het programma
punt Middelburgs Kamerkoor.
Van de tien reportages (inter
views) uit het voormalig ramp
gebied kwamen er acht uit Zee
land. Er was één Brabants inter
view bij, liet laatste van de serie.
Daarop volgde dus heel neutraal
Georg Fried rich Handel.
STILTE OM VERLIEZEN
Cijfers
Burgemeester Pluymers:
„Plicht: verder gaan"
„HET IS nu eenmaal de plicht
van een mens, de plicht van een
gemeenschap om ondanks alle toe
gebrachte slagen verder te gaan.
Niet in eigen kracht maar bou
wende op God, waar troost is zelfs
in alle leed." Deze woorden sprak
vrijdagavond burgemeester A.
Siuijmers in een speciale herden
kingsbijeenkomst van de raad van
Stavenisse. Staande en met enkele
ogenblikken volkomen stilte her
dachten de raadsleden de 153 in
woners, die tien jaar geleden op 1
februari 1953 in de golven om
kwamen, herdachten zij het leed,
uut in heel zuidwestelijk Neder
land over duizenden gezinnen
kwam.
„Bij een droevige herdenking als
deze worden vanzelfsprekend weer
herinneringen levend, die voor velen
van ons pijnlijk zijn, terwijl wij als-
mens, die pijn niet kunnen verzach
ten. Doch weet, dat God wil troosten
hen, die daarom in ootmoed vragen".
Uitvoerig haalde burgemeester Sluy-
mers voor het gehoor van de raads
leden de rampzalige gebeurtenissen
in Stavenisse op.
Hy stond in zijn herdenkingstoespraak
stil bij hel taaie en tegelijk onbegonnen
werk, dat polder- en waterschapsbestu
ren en vele ingezetenen hebben verzei
om Stavenisse voor een catastrofe te
bewaren. Een werk. dat vergeefs bleek
te zyn. „Het water bleet stijgen met een
snelueid, die tot grote ongerustheid aan
leiding gaf, zodai de bevolking gewaar
schuwd moest worden. Steeds kritieker
werd de toestand tot het moment, dat
de dyken de enorme watermassa niet
meer konden houden. Het ene gat na
het andere werd in de dijk geslagen
met het gevolg, dat onze gemeente een
prooi van het water werd, terwyl in een
minimum van tijd veel werd wegge
vaagd. Toen de dageraad aanbrak gaf
Stavenisse een verschrikkelijk beeld te
zien. Een ware ramp had zich over het
dorp voltrokken".
In sobere bewoordingen vatte burge
meester Sluymers de overweldigende
hoeveelheid tragische feiten samen. Hij
releveerde de cijfers nog eens, die Sta
venisse de zwartste balans in zijn his
torie bezorgden. Cijfers, waarachter het
leed en de ellende van een heel dorp nog
steeds schrijnt.
Van de 1737 inwoners waren er 153 om
gekomen, zodat bijna iedere familie do
den had te betreuren. Daarnaast een
geweldige materiële schade: een ver
woesting van 140 woningen en nog an
dere gebouwen, waarvan het geldelyk
verlies oen totaal van f 2.120.000 beliep.
Aan landerijen werd voor circa f 2,5
miljoen beschadigd. „Maar dit alles
weegt niet op tegen iiet verlies aan men
senlevens. Ook het aantal dieren, dat
hier het leven verloor was aanzienlyk."
Burgemeester Sluymers braent nu tien
jaar na de ramp ook nog weer eens hul
de en dank aan allen, die van elders
kwamen om hulp te bieden en aan de
gemeenten, die adoptie aanboden- om de
eerste nood te lenigen: Bergen (N.-H.),
Alkmaar, Hoorn en Enkhuizen. Ook be
trok hjj in deze dank koningin Juliana,
prinses Wilhelmina en prins Bernhard.
die kort na de ramp van hun belangstel
ling blyk gaven en aan de commissaris
der koningin, jhr. mr. A. F. C. de Ca
sembroot, die veel voor Stavenisse heeft
gedaan. Ook dc vele andere autoriteiten,
aie snel ter plaatse waren. Met waarde
ring gewaagde burgemeester Sluymers
van de manier, waarop zijn voorganger
burgemeester L. A. Verburg thans te
IJselmuiden het gemeentebestuur
het waterschapsbestuur zich van hun
zware taak hebben gekweten. „Daad
werkelijke en financiële hulp werd ruim
schoots geboden, zelfs uit het buiten
land, onder andere uit België. Zwitser
land, Frankrijk. Duitsland. Noorwegen
en Zweden."
„Hij besloot zijn coespraak met deze
woorden: „Ondanks het gebeurde in
die droeve dagen is er weer berusting
en rust gekomen over Stavenisse. Dit
is bovenal te danken aan God. die de
geslagenen gesterkt heeft en die de
verwoesting in een nieuw Stavenisse
deed verkeren". Mogen de Deltaplan
nen, die zo belangrijk zijn voor ons
gewest, ons in de toekomst uitkomst
schenken.
Op de algemene begraafplaats te Zierik
zee is een gedenkzuil geplaatst met de
namen van 24 slachtoffers van de ramp.
Op de foto: burgemeester mr. Dijck
meester legt een krans bij de puil.
(Foto P.Z.C.)
KERKNIEUWS
Mogelijk interkerkelijke
kerkbouwactie in 1964
Mogelijk zullen de grote protestantse
kerken en de R.-K. Kerk volgend jaar
gezamenlijke kerkbouwactïes voeren. Er
is overleg gaande tussen de kerken
over de organisatie van één nationale
kerkbouwzondag. Van r.-k. zijde be
staat het verlangen om te komen tot
deze interconfessionele kerkenbouw-
zondag. Dit is megedeeld naar aanlei
ding van de kerkënbouwzondag 1963,
die zondag a.s. morgen in de
r.-k. kerken in ons land wordt gehouden.
Het staat nog niet vast welke vorm de
ze samenwerking zal krijgen.
Er is een mogelijkheid tot samensmel
ting van de diverse acties of tot con
centratie van de afzonderlijke acties in
één periode, waarin dan een nationale
propaganda wordt gevoerd. Eén en an
der heeft de bisschop van Breda, mgr.
G. H. de Vet meegedeeld op een pers
bijeenkomst. De R.-K. Kerk kent een
jaarlijkse kerkenbouwzondag, de Ne
derlandse Hervormde Kerk" had van
september 1959 tot september 1960 een
kerkbouwjaar, dat ruim tien miljoen
gulden opleverde De Gereformeerde
Kerken voerden in 1961 een actie met
als resultaat ruim zeven miljoen gul
den.
In 1962 kwamen in ons land 37 r.-k.
kerken gereed, aan het eind van het
jaar waren er 67 in aanbouw. Men
meent nog zeker 68 nieuwe kerken dit
jaar te moeten aanbesteden. De -kos
ten hiervan zijn respectievelijk 26, 41 en
bijna 38 miljoen gulden.
In het bisdom Breda werden in 1962
aanbesteed kerken in Westkapelle, Roo
sendaal en Bergen op Zoom. Strand-
kerken zijn in aanbouw in Dishoek en
Westkapelle. Er zijn plannen voor
strandkerken in Kamperland en Renes-
Kerkelijke mutaties
GEREF. KERKEN.
Beroepen te Edam en te Wilnis Joh.
Kroeze, kand. te Apeldoorn, die geen
verdere beroepen m overweging kan
nemen.
Beroepen te Wijckel E. Warnink, kand.
te Zaandam.
CHRIST. GEREF. KERKEN'.
Tweetal te Vlaardingen G. Blom te
Meerkerk en G. de Vries te 's-Graven-
deel.
EXAMENS.
Aan de v.u. zijn geslaagd voor het
prop. examen theologie de heren J. D.
Cremer te Kollum en D. Tieleman te
Bussum
GEREF. KERKEN (VRLJGEM.)
EXAMENS.
Aan de theologische hogeschool te
Kampen slaagde voor het prop. exa
men de heer M. H, Sliggers te Haar
lem.
CHK. GEREF. KERKEN.
Beroepen te Zutfen Joh. Prins te Gro
ningen.
GEREF. GEMEENTEN.
Bedankt voor Middelharnis en voor
Zaandam C. Wisse te Hendrik Ido Am
bacht.