KANAAL WORDT BREDER DIEPER EN DUURDER OP DEZE PAGINA: Op de plaats waar eens een prehistorisch oerwoud groeide is men thans bezig met een gigantisch werk: de verbreding en ver dieping van het kanaal Terneuzen-Gent. Dit grootse project verandert het gezicht van de kanaalzone van Zeeuwsch-Vlaanderen geheel en zal nieuwe kansen bieden voor de industrialisatie. Deze werken komen tot stand op grond van een Belgisch-Nederlands verdrag, dat op 20 juni 1960 te Brussel werd gesloten. België betaalt voor de werken op Nederlands gebied 80 pet. putten. Verwacht wordt dat de bouw van de twee sluizen vier vijf-jaar in beslag zal nemen, dus ge reed komen op een tijdstip dat ook de overige ka- naalwerken voltooid zullen zijn. Een ander bekend Nederlands aannemingsbedrijf ZanenVerstoep uit Den Haag is in het afgelopen najaar begonnen met de uitvoering van het tweede bestek. Deze 2c fase omvat liet graven van binnen- voorhavens voor de sluizen, aanleg van een nieuwe kanaaldijk met weg waaraan men thans volop bezig is) en onder meer de aanleg van opritten voor de nieuwe brug nabij Sluiskil en een rondweg om deze fabrieksplaats. Het meest spectaculaire van deze fase is de feitelijke verbreding en verdieping van het ka naalgedeelte TerneuzenSluiskil. De derde fase, waaraan men nog in de' loop van 1963 hoopt te kunnen beginnen, betreft het verruimen van het gedeelte Sluiskil-noord tot aan de Nederlands-Bel gische grens. Hierin valt onder meer de operatie Sluiskil", die de bewoners van deze nijvere fabrieks plaats al sinds jaren bezighoudt. Midden in Sluiskil moet namelijk een bocht uit het kanaal worden ge haald ten koste van 130 woon- en zaltenpanden. Het kanaal wordt tot in deze bocht aan de westzijde ver breed. Zuidelijk daarvan vinden de werkzaamheden aan de oostzijde plaats. Daarna rest nog de bouw van de beide bruggen, het graven van de buitenhavens en uiteraard een bijzonder groot aantal bijkomende werkzaamheden. Het laat zich aanzien dat eerst begin 1964 alle werk zaamheden tegelijk in volle gang zullen zijn. Grondbergmg Waar blijft men nu met de vele miljoenen kubieke meters baggerspecie, die door de verruimings werkzaamheden vrijkomen?" Dat was een pro bleem waarmee de ingenieurs van rijkswaterstaat jarenlang hebben geworsteld maar waarvoor nu toch een definitieve oplossing is gevonden. Uit de toekom stige buiten- en binnenvoorhavens en de kanaalver breding en verdieping (1000 m3 per meter kanaal lengte!) zal in totaal tussen de 25 en 30 miljoen m3 overtollige baggerspecie vrijkomen. Aanvankelijk zou het grootste deel van de gronden worden gebor gen in de naby gelegen en 240 ha grote van Wuijk- huisepolder. Landbouworganisaties verzetten zich te gen dit plan zodat naar nieuwe mogelijkheden diende te worden gezocht. Uiteraard werden die ook gevon den. De bovenlaag uit de sluisputten is zonder meer de Westerschelde ingespoten. Uit de onderlaag werd 380.000 m3 zeer bruikbaar zand in reserve-depots ge pompt. Dit wordt thans onder meer gebruikt voor aanleg van een nieuwe rijksweg naar Sluiskil. Uit de twee geprojecteerde voorhavens zal niet minder dan 8.8 miljoen m3 grond worden opgediept. Daarvan gaat 7.8 miljoen eveneens de Schelde in (voor de haven van Terneuzen is die ongeveer 60 meter diep!). Het reste rende miljoen m3 zal worden gebezigd voor het op werpen van een dijk langs de voorhavens en voor het verhogen van de zeedjjk van de Nieuw Neuzenpolder. Het kanaaltraject Terneuzen-Sluiskil is 4.3 km lang, hetgeen betekent dat de verruiming daarvan 4.3 mil joen m3 oplevert. Hiervan verdwijnt 1.3 miljoen naai de 15 ha grote Serlippenspolder, die daarmee drie meter zal worden opgehoogd voor de toekomstige huizenbouw. De rest wordt afgevoerd naar de Braak manpolder, waar de gigantische zoetwaterspaarbek kens van de Waterleiding Maatschappij „Zeeuwsch- Vlaanderen" met de kanaalgronden worden bedijkt of verhoogd. De miljoenen torinen vrijkomende grond zal voorts worden aangewend ter verhoging van ter reinen in het uitgestrekte uitbreidingsplan ten zuid oosten van Axel en voor het dempen van kreken en laaggelegen gebieden in de Canisvlietstreek, tussen /Vestdorpe en de grens met België. Grote otters De uitvoering van kanaalwerken brengt vrijwel over al grote consequenties mede ten opzichte van be woners in de betrokken gebieden. De voorhaven van de zeesluis kan niet anders dan aan de westzijde van Terneuzen worden gegraven; hetzelfde geldt vooi de sluis en de kanaalvoorhaven. Dit hield in het bren gen van zeer grote ofers. Boerderijen, gehuchten, landerijen en tussen dc voorhavens in, zelfs sportter reinen en een fraai wandelpark, moesten geheel wor den opgeruimd. De grootste klappen vallen evenwel te Sluiskil, waar ten behoeve van de toekomstige grotere schepen, een bocht in het kanaal moet worden verruimd. Circa honderddertig panden in het- hart van Sluiskil moeten aan die ruimere bocht worden opgeofferd. Ook in Sas van Gent zullen in een later stadium van het werk, enkele tientallen woon- en zakenpanden moeten worden afgebroken. Voor Sluiskil, dat een geheel nieuw „gezicht" krijgt, was een nogal uitgebreid wederopbouwplan nodig, met de uitvoering waarvan inmiddels een aanvang is ge maakt. Onderhandelingen over schadevergoeding zijn reeds jaren bezig en duren nog voort. Het sloopwerk vordert ook gestadig Op het Belgische gedeelte van het kanaal zijn de ver- ruimingswerken al meer dan vijf jaar bezig. Van het noorden uit krijgt het kanaal over een afstand van 4 km door Zelzate eveneens een breedte van 150 meter. Aan dit gedeelte moet nog worden begonnen. Het traject Zelzate-Langerbrugge wordt 200 meter breed, terwijl in Rieme een zwaaikom ter breedte van 270 meter zal worden gegraven om grote schepen een keergelegenheid te verschaffen. Tussen Zelzate en Langerbrugge is een gedeelte van 5 km reeds op de gewenste breedte uitgevoerd, met uitzondering van een stuk in Terdonk, waar ook nog onteigeningsonder handelingen gaande zijn. Ten zuiden van Zelzate komt in de toekomst een tun nel onder het kanaal om de verbinding Antwerpen Belgische kust ongehinderd voortgang te doen vinden. In het verdrag van Brussel is tevens overeen stemming bereikt over de aanleg van een z.g. „verdragsweg", die aan de oostzijde van het kanaal via een nieuwe verkeersrotonde te Zel zate, een korte en snelle verbinding tussen Gent en Terneuzen zal verzekeren. Tegen de tijd dat deze weg gereed is, zal ook de verbin ding Rotterdam-Goes via de Oostersclieldebrug wel een feit zijn geworden. Blijft voor de toe komstige 120 km lange noordzuidroute Rot terdam-Gent nog te overbruggen de afstand van circa 17 km van Goes naar Terneuzen. Een bijzonder belangrijk stukje overigens. Aannemers en uitvoerders met namen,. die over.de hele wereld bekendheid, genieten, hebben in de 'kanaalzone van Zeeuwsch-Vlaanderen een karwei onder handen dat gigantisch van omvang en inter nationaal van betekenis kan worden ge noemd. Dat karwei omvat de verruiming van het Nederlandse gedeelte van het ruim 30 kilometer lange kanaal van Terneuzen naar Gent. Dit kanaal, bevaarbaar voor schepen van maximaal het Liberty-type" van 10.000 ton, zal na de verruimingswerk zaamheden de passage mogelijk maken van supertankers en andere vrachtvaarders tot 50.000 ton. Medio 1961 beten gulzige draglines de eer ste happen uit de vette en zware Zeews- Vlaamse klei. Hoewel op dit moment nog niemand zich definitief durft uit te spreken over het tijdstip van voltooiing der werkzaamheden, mag rustig worden aangenomen dat het nog wel een jaar of vijf zal duren eer de 50.000 tons schepen Gent kunnen bereiken. Ook over de totaalkosten van de kanaalwerken lopen de schattingen nog uiteen. Men kan die evenwel voorzichtig stellen op 250 miljoen gulden, waarbij een speling van een paar miljoen bepaald wel in acht kan worden genomen. Wèl staat vast dat België 80% van de kosten voor zijn rekening neemt en dat Ne derland de rest circa -50 miljoen gulden zal be talen. Uit deze Nederlands-Belgische overeenkomst, vast gelegd in het op 20 juni 1961 te Brussel getekende verdrag, blijkt overduidelijk het Gentse belang van het kanaal. Deze vaarweg is niet minder dan de levensader van Belgïë's tweede havenstad. Reeds in de Middeleeuwen was de Vlaamse stad een een knooppunt van handel en verkeer. Maar een na tuurlijke verbinding met de zee ontbrak of was ontoe reikend. Steeds werd naar uitwegen gezocht, aan vankelijk via een kanaal naar Damme en het Zwin, later langs Sas van Gent naar de voormalige Braak man. In dc twintiger jaren van de vorige eeuw werd in ruim twee jaar tijd het kanaal van Gent naar Sas van Gent doorgetrokken naar Terneuzen. Een prestatie, waarvoor de tegenwoordige waterstaatsingenieurs nog steeds de grootste bewondering koesteren. Het kanaal is daarna verscheidene malen vergroot. Het belangrijkste daarvan is geweest het graven van de westelijke kanaalarm met de bouw van een nieuwe zeesluis in het begin van deze eeuw. Al deze veranderingen hebben eigenlijk nooit aan dc behoefte kunnen voldoen. Door dc zee- en de twee binnenvaartsluizen te Terneuzen kan alleen worden geschut als de buitenwaterstand hoger is dan het gemiddeld tij. Dit betekent in het algemeen dus van drie uur vóór tot drie uur na hoog water. Voor de scheepvaart een groot bezwaar door de lange wacht tijden. De grootste schepen, die de Terneuzense zeesluis kunnen passeren, zijn de z.g. „Liberties", vracht schepen van ruim 7000 brt. of 10.000 ton dwt. Dit type schip moet ter vermindering van de diep gang eerst een deel van de lading overslagn in lich ters, eer het de drempel van de zeesluis kan passeren. In de sluis heeft zo'n „Liberty" slechts 20 cm. spe ling aan weerszijden. Alle schepen met grotere af metingen en tonnage - moeten hun voor de kanaal zone bestemde goederen, op de rede van Terneuzer. overslaan in lichters Hoe intensief het scheepvaartverkeer door het kanaal is. moge bl'yken uit enkele cijfers. In 1962 passeerden 5904 schepen de zeesluis in Terneuzen. 4533 daarvan gingen naar of kwamen van een Belgische kanaal haven. Op de rede van Terneuzen werden 83 groti zeeschepen gelost of geladen. De drie sluizen zorgden te zamen voor de passage van 49.060 binnenvaartsche pen met een totaal laadvermogen van 20.286.000 ton De reeds genoemde bezwaren waren oorzaak dat Gent (in mindere mate ook de kanaaihavens op Belgisch /in jn de toekomst over een ge- beschikkëri "Triet een lengte van 260 bij een breedte van 24 meter en volledig af gestemd op de toekomstige vaart met duwconvooien. De grillig gevormde en daardoor onhandige midden- en oostsluis kunnen daarna worden gedempt. Eerst zal evenwel naarstig worden gezocht naar een kistje goudstukken dat volgens de overlevering in gemetseld moet zitten in één van de muren, van de oostsluis! Gedeelten van midden- en oostelijke kanaal- arm zullen eveneens vervallen en worden aangepast aan een geheel nieuw stelsel van wegen aan de west zijde van Terneuzen. De huidige zeesluis blijft als reserve gehandhaafd. Momenteel krijgt deze sluis een zeer grondige op knapbeurt. Eén van de bruggen is juist 'vorige maand herplaatst na een grote revisie bij Kl'oos te'Kinder dijk. Een tweede, geheel nieuwe brug zal nog in de loop van dit jaar over de noordelijke sluisovergang worden gelegd. Zee- en binnenvaartschepen krijgen in het nieuwe plan elk een eigen buitenhaven om binnen te lopen, vaart te minderen en te meren. Dit zijn alle bezig heden. die veel ruimte vergen, temeer daar de havens zijn gelegen aan een snelstromend vaarwater als de Westerschelde. De voorhavens dienen dus berekend te zijn op zesmaal de grootste scheepslengte. Voor de nieuwe zeesluis betekent dit een voorhaven van 1500 meter lengte. In de fabrieksplaats Sluiskil zal tot groot onge noegen van de plaatselijke bevolking de „Minis ter Lelybrug" verdwijnen. Een overzetpontje zal daar in de toekomst de verbinding verzorgen tussen de woonwyken in Sluiskil-West en de fabrieken aan de overkant van het kanaal. Anderhalve kilomeier benoorden Sluiskil zal een brede en hooggelegen nieuwe brug worden gebouwd, die onder meer de verbinding tussen Oost- en West- Zeeuwsch-Vlaanderen aanzienlijk zal gaan verkorten. Vrjjwel alle binnenschepen zullen onder deze brug door varen. Dat wordt iu elk geval een belangrijke verbetering voor weg- en scheepvaartverkeer (Minder wachttijden). Een soortgelijke brug zal in Sas van Gent worden ge bouwd, op ongeveer een kilometer afstand van de NederlandsBelgische grens. Beide bruggen krijgen een doorvaartbreedte van 60 meter. Dit is belangrijk breder dan bij de hefbrug in de Rotterdamse Konings haven. De ingewikkelde eilandensituatie te Sas van Gent wordt eveneens drastisch gewijzigd. Door de bouw van één grote brug kunnen de bestaande smalle kanaalovergangen worden opgeruimd, waarbij de doorlopend geopende sluizen eveneens kunnen ver vallen. S'ukputten gereed Hoe is nu de stand van zaken na 20 maanden ver ruimingswerkzaamheden Er is een enorme berg werk verzet maar oppervlakkig bezien is de uit voering van de plannen nog maar nauwelijks begon nen. Het spectaculaire van het hele karwei zal eerst goed zichtbaar worden als de feitelijke kanaalver breding en het graven van de voorhavens op gang is gekomen. Overigens kan de uitvoering van het eerste bestek het graven van de bouwputten voor zee- en binnen- vaartsluis. als voltooid worden beschouwd. De put voor de zeesluis heeft een lengte van 451 bij een breedte van 77 en een diepte van 13.50 tot 15 meter min N.A.P. De bouwput voor de binnenvaartsluis is iets minder groot maar beeft toch nog de respectabele afmetingen van 396 bij 53 meter en een diepte van 11 meter beneden het maaiveld. Aan de beide putten heeft de Aannemings Mij. Jac. G. v. Oord uit Utrecht met drie zandzuigers en een baggermolen bjjna 1V> jaar continu gewerkt. Vooral het zuigwerk werd aanzienlijk vertraagd door de aan wezigheid van een pre-historiscli oerwoud, waarvan men het bestaan niet kende. Oudheidkundige onder zoekers hebben aan de boomstammen en wortels veel plezier beleefd maar de zuigerbemanningen hadden er geen goed woord voor over. Door de onverwachte belemmeringen moest ook de aannemïngssoiu voor het graven van de putten grondig worden herzien inmiddels is de „Internationale Combinatie -tot Uit voering van Scheepvaartsluizen te Terneuzen" (ds I.C.U.S.T.") oktober van het vorig jaar begonnen met de voorbereidingen voor de sluizenbouw. Spe ciaal daartoe opgespoten werkterreinen naast de putten worden in gereedheid gebracht. Eén van de eerste zaken, die de „ICUST" ter hand gaat nemen, is het droog pompen en droog houden van de beide en Nederlands grondgebied) sterk achter bleef bij de ontwikkelingen in de havens van Rotterdam en Ant werpen. Door allerlei belemmeringen waarbij voor al de Terneuzense havengelden en de zeehaven- en spoorwegtarieven een belangrijke rol hebben gespeeld duurden de onderhandelingen tussen België en Ne derland over de kanaalverruiming tientallen jaren. Dit blijkt wel uit een gezegde van de toenmalige Neder landse minister jhr. Beelaarts van Blokland in 1925 tot de Belgische gezant: „Zeg aan uw minister dat als hij met my over het kanaal Terneuzen—Gent wil komen praten, hij eerst aan Terneuzen terug geve wat deze stad wederrechtelijk is ontnomen". Hier werd heel duidelijk gedoeld op de reeds ge noemde tarievenkwestie. Eerst zes en dertig jaa: later bleken de moèilijkheden overwonnen en kon het verdrag van Brussel worden getekend en ten uitvoer gebracht. Voor wat betreft de verruiming van het kanaal werd in het verdrag bepaald dat liet Nederlandse gedeelte (ongeveer 15 km. lang) van 8.75 meter op 12.50 meter diepte zal worden gebracht. De bodembreedte, thans 24 nieter, wordt verdrievoudigd en zal In de toekomst dus 72 meter bedragen. De breedte van de water spiegel wordt verruimd van 67 tot 150 meter. Hier door krijgt de vaarweg naar Gent de afmetingen van liet iiuidige Noordzeekanaal. Stiah 50.000 ton Om tankers van bijvoorbeeld het type „Tina Ona> sis" of tanker-ertsschepen tot 50.000 ton op he verruimde kanaalt oe te laten, zal een nieuwe zeeslui, westelijk van de huidige sluis worden gebouw met een lengte van 290 bij een breedte van 40 mete>- Supertankers van deze grootte zullen de sluis alleen bij hoog water kunnen passeren. Voor schepen van 30.00035.000 ton zal het kanaal doorlopend toegan kelijk zijn.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1963 | | pagina 9