BEHOUDEN
TERUG
NEDERLANDSE
EXPEDITIE
1962
Jfe had nog geen tien passen over het
sneeuwdek waaronder de rand
spleet verscholen was gelopen, of de
bodem zakte plotseling onder mij weg.
Gelukkig had ik Pinchu, die met mij aan
één touw gebonden zat, even tevoren ver
zocht om mij extra goed te zekeren. Hij
had toen zijn pickel diep in de. sneeuw ge
stoken, het zekeringstouw er tweemaal
omheen geslagen en zich in geknielde
houding schrap gezet met het touw nog
eenmaal om zijn lichaam gewonden. Daar
aan was het te danken dat het touw mijn
val met een hevige ruk brak en ik niet he
lemaal op de bodem van de spleet be
landde.
MAANDAG 24 DECEMBER 1962
PR0VTNC1ALE ZEEUWSE COURANT
Met pijlen aangegeven de plaats, waar Holger in de randspleet
van de gletscher verdween.
zoek geraakt was en dat de plannen zich in kamp
III blijkbaar gewijzigd hadden waardoor Paul die
dag niet teruggekeerd was. Aan Egeler, die vanuit
kamp II de stippen 'niet te zien kon krijgen, meldde
hij terstond „het schitterende nieuws' 'per walkie-
talkie.
FEESTMAAL
en fluittoon uit dé richting van de keuken brak
de stilte welke gevallen was na het verhaal van
Egeler. Dannu, de sherpa-kok kondigde hiermee
aan dat het feestmaal gereed was. Op een rij dozen
stond met veel zorg de feestdis gedekt. Wij waren
overmatig hongerig, een honger, die opgewekt werd
door de geur van gebraden schapebout. Diezelfde
middag was het schaap omhoog gekuierd uit het
grote dal. Het dier kreeg niet eens de tijd om uit te
rusten van zijn wandeling, of het was reeds geslacht
en gevild.
Dat slachten ging zeer eigenaardig in-zijn werk. Het
geschiedde door een Takali, die waarschijnlijk geen
andere methode kende. Het dier werd op de rug ge
legd en stevig vastgehouden. Bliksemsnel werd een
korte snede gemaakt, even onder het borstbeen. De
rechterhand van de Takali verdween daar geheel in
en kwam na een vinnige ruk weer tevoorschijn met
een bloederig orgaan, dat nog samenstrekkingen
vertoonde. Hij had het dier letterlijk het hart ge
stolen!
Na de maaltijd begaven we ons naar het kampvuur
van de sherpa's. Zij gaven zangnummers ten beste:
de melodie is wel wat eentonig, maar de schorre
stem van Nurbu imponeerde ons zozeer dat hij vele
malen op moest treden. Geoloog Schaar leverde een
tegenprestatie in de vorm van een Russische dans,
die gewoon reeds vermoeiend genoeg is, maar op de
hoogte van het boskamp-3750 meter een kracht
toer betekende voor de ademhalingsorganen. Met
zijn zware baard en beremuts op kreeg hij bij het
schijnsel van het houtvuur sprekend het uiterlijk
van een woeste tartaar.
Terray wisselde het programma af met luidkeels
gezongen chansons, die om hun inhoud zelfs uit een
Frans radioprogramma geschrapt zouden worden.
Aan weinigen beviel de rakshi zo goed als aan sir
dar Wongdhi. Ontroerd omarmt hij Egeler en De
Booy: „You are my father.... and you my brother",
riep hij in zijn gebroken Engels uit.
De volgende morgen wekte ons een donde
rend lawaai. Een enorme lawine bleek zich
van de noordwand losgemaakt te hebben. Op
zijn weg omlaag werden grote wolken
sneeuwstof opgewaaid door de luchtdruk.
Het was of de berg een saluutschot op zijn
overwinnaars wilde uitbrengen.
prof. dr. C. G. Egeler, af van kamp II op
5900 meter hoogte naar het woudkamp
(Door Paul van Looker en Campagne)
Toch viel ik diep genoeg om er van onder de
indruk te raken: ongeveer vier meter boven
mij ontwaarde ik het gat waar ik doorheen
was gekomen,., als een blauw luik in een hoge
zoldering, waardoor wat daglicht naar binnen
drong in het duister van de drie meter brede
cn tientallen meters lange spleet. Twee me
ter onder mij vernauwde de ijskloof zich
sterk. Ik hing dus vrij in de lucht aan het
touw en kreeg nog geen steun voor de voe
ten; het touw snoert dan zeer onaangenaam
om de borst en lang houd je het zo niet uit,
je kunt bijna niet ademhalen."
De geologen, die zich na de beklimming van de top
naar het boskamp aan de voet van de Nilgiri hebben
begeven, om daar mgt de klimmers de overwinning
op de berg te vieren, "luisteren ademloos naar het re
laas van Holger van Lookeren Campagne.
„Pinchu" had je toch 'die twee resterende meters
kunnen laten zakken, en dan had je met gespreide
benen je voeten in de zijwanden van de spleet kun
nen planten?" opperde een van de geologen. Inder
daad is dat in zulke situaties de beste oplossing; je
moet de gevallene nog dieper in de spleet laten zak
ken, door het zekeringstouw voorzichtig te vieren, tot
dat hij op eigen benen kan staan en daarmee de
gevaarlijke snoering van het touw om de borst op
heft.
„Daar kreeg Pinchu de tijd niet eens voor, want ik
had met het kritieke van de situatie nog niet eens
gerealiseerd, of ik voelde een harde klap op mijn
hoofd en nog één en nog een hardere klap
grote sneeuwvlokken maakten zich los uit de rand
van het gat en beukten op mij neer. Het flitste door
mijn heen: het moest niet te gek worden, een groter
sneeuwblok en ik raak buiten westen. Aan het
bombardement kwam een einde toen de opening in
het sneeuwdek zo wijd geworden was, dat ik daar
doorheen een groot stuk hemel kon onderscheiden.
Tot mijn grote verrassing voelde ik nu vaste bodem
onder de voeten; de gevallen sneeuwblokken waren
in de vernauwing van de spleet onder mij blijven
steken en hadden deze opgevuld tot de hoogte waar
op mijn voeten bungelden".
Intussen was Wongdi, de sirdar en zonder twijfel de
bekwaamste van de sherpa's, te hulp gesneld- Hij
wierp een touw omlaag waaraan Holger zich gehol
pen door twee man, op kon trekken.
„Ik zag na deze val in de spleet wel wat wit om de
neus en dat niet alleen, ook zag ik er wit bepoederd
uit als een sneeuwman; sneeuw in mijn haren,
sneeuw in mijn nek en de handen gevoelloos van de
ijzige kou in de spleet. Eenmaal terug in de zon, ont
dooide ik echter gauw genoeg om verder te kunnen
gaan alsof er niets gebeurd was".
DE ANGST VAN HET
WACHTEN
fanneer Holger zijn verhaal beëindigd heeft, be-
giunen Egeler en De Booy. We hebben elkaar
veel te vertellen. Niet alleen om 11a te kaarten
maar ook om uit te rusten, zijn wij hier bijeen ge
komen. Tijdens de beklimming onderzochten de geo
logen Bodenliausen, Nijhuis en Schaar de dalwanden
van de Kali Gandaki. Zij klommen vaak meer dan
duizend meter omhoog en moesten dan dezelfde dag
weer naar de dalbodem terug omdat daar hun bi-
vaks zich bevonden. Ook zij waren aan rust toe.
Professor Egeler en dr. De Booy hadden de voor
gaande drie weken geheel opgeofferd aan de beklim
ming van de berg. Zij waren het, die ervoor zorgden
dat aan de klimgroep niets ontbrak. Ieder kamp
(het waren er vier in totaal) moest voorzien worden
van tenten, slaapzakken, voedsel en bovenal het ma
teriaal om de beklimming zo veilig mogelijk te doen
geschieden. Onze gids Terray kreeg de beschikking
over duizend meter nylon touw om de steile traverse
boven kamp II veilig genoeg te maken voor de
zwaar beladen sherpa's, die kamp IH moesten be
voorraden. Dank zij de radiozendertjes konden wij
vanuit de hogere kampen bestellingen doen. „Zend
zo snel mogelijk tien houten palen omhoog, Terray
heeft ze nodig op plaatsen waar de sneeuw te diep
is om ijshakken te slaan voor bevestiging van de
touwen in de traverseDe volgende dag had
Terry ze!
Het was dan ook volstrekt noodzakelijk, dat in ieder
van de lagere kampen zich iemand van ons bevond
om bestellingen in ontvangst te nemen en uit te voe
ren. In de laatste fase van de beklimming bezette
Egeler kamp H op 5900 meter hoogte en De Booy
kamp I op 5300 meter. Wat er in hen omgegaan is
toen zij ruim 24 uur niets meer van de topgroep za
gen of hoorden, werd ons duidelijk toen zij verhaal
den van hun angstig avontuur.
Angst weliswaar voor iets dat niet werkelijk is ge
beurd, maar dat zij in hun verbeelding wel hebben
doorgemaakt. Want zij waren voor ons verantwoor
delijk. Het moet voor hun beiden, juist doordat zij die
24 uur tot inactiviteit en lijdelijk afwachten gedwon
gen waren, een beklemmender avontuur geweest zijn
dan Holgers val in de ijsspleet of welk ander mo
ment tijdens de expeditie ook.
ZES SLAAPZAKKEN
Vanuit hun gezichtspunt bezien was de situatie als
volgt: I11 de vroege ochtend van 18 oktober ver
trokken Terray, Holger en Peter van Lookeren
Campagne met Wongdi en nog twee sherpa's uit
kamp II. Het steile wandgedeelte tussen kamp II en
de westgraat was in de voorgaande week door Ter
ray reeds voorzien van vaste touwen; te verwachten
was dus, dat zij deze graat tijdig diezelfde dag zou
den bereiken om kamp III te installeren.
Ter versterking van de kopgroep vertrok direct ach
ter hén aan Paul van Lookeren Campagne met nog
eens twee sherpa's. Zij hadden slechts tot taak de
meegenomen lasten op de westgraat te brengen en
diezelfde dag terug te keren naar kamp n omdat
in kamp III anders niet voldoende slaapzakken zou
den zijn.
„Zij keerden die avond niet terug, en wij
begrepen wel dat zij ergens op de westgraat,
buiten ons zicht, in het hoogste kamp ble
ven overnachten... Toch was dat een verve
lende situatie: negen man, die het daar-boven
op 6500 meter moesten stellen met zes slaap
zakken. Immers er was gerekend op maxi
maal zes man in dit kamp. De Booy en ik
maakten ons al zorgen, die nacht", vertelde
Egeler later in het boskamp.
De expeditieleden waren hier na drie weken voor
het eerst weer bijeen en zaten om een kampvuur,
dat zijn weerga niet snel zal vinden. Een dode boom
van zes meter lengte hadden de sherpa's uit het om
ringende bos gesleept en in zij' geheel op het vuur
gelegd. Dode bomen staan er voor het'grijpen, er is
geen houtvester die ze velt om het dennewoud een
verzorgd aanzien te geven.
De nacht was gevallen en de temperatuur onder nul
gezakt. Het kampvuur verdreef de koude echter tot
buiten een straal van i0 meter.
Inwendig verwarmden wij ons met rakshi. „Bocht"
noemden wij het bij de eerste kennismaking, maar
nu hoorde dit zwak-alcoholische brouwsel zo echt bij
het oord waar wij onze triomf vierden, dat geen van
ons tienen het glas ongeledigd liet staan.
Terray was als laatste van de berg omlaag gekomen.
Hij wilde ïn kamp II nog filmopnamen maken en
bleef boven totdat het kamp onder zijn voeten was
afgebroken. Een ererondje werd zijn deel toen hij
de open plek in het bos, waar de tenten in een wijde
lering om de vuurplaats opgeslagen stonden, binnen
kwam lopen. Onder het zingen van „The is a jolly
good fellow" droegen wij deze dierbare kameraad'
van de bergen rond.
CATASTROFE?
Die nacht maakten De Booy en ik ons reeds zor
gen", vervolgde Egeler zijn relaas, „de och
tend daarop maakten deze zorgen echter
plaats voor de grootste ongerustheid die ik in mijn
leven gekend heb. Het lag immers in de verwachting
dat niet lang na zonsopgang de volgploeg Paul
en twee sherpa's bij de afdaling langs de noord
wand in zicht zou komenmaar hoe ik de noord
wand ook afzocht, geen menselijke stippen kon ik er
ontdekken. Eenmaal per uur kon ik De Booy dank
zij de walkie-talkie deelgenoot maken van mijn ang
stige vermoedens. Welk ongeluk kon hen zijn over
komen? Het moest een massale ramp geweest zijn,
anders was er wel iemand van dc overlevenden ko
men opdagen. Zoals De Booy het toen uitdrukte: het
was de berg hen allen had opgeslokt! Buiten deze
momenten van radiocontact met De Booy was ik al
leen met mijn onheilspellende voorgevoelens en
met de sherpa Dannu, die het verschrikkelijk te
kwaad had door eeh heftige malaria-aanval. Hij lag
te huilen in zijn tent.
De spanning werd me bijna te machtig; ik greep
mijn dagboek en noteerde daarin de tekst, welke het
telegram aan de bewoonde wereld zou moeten be
vatten indien mijn voorgevoelens juist zouden blij
ken te zijn:
Nederlandse Himalaya-expeditie eindigt met cata
strofe. Nog schreef ik dit zonder er zelf in te gelo
ven. Klimmers keren niet terug van bergin ge
dachten zag ik voor me met welke koppen de kran
ten het fatale nieuws bekend zouden maken. Meer
dan ooit w'as ik me bewust hoe dicht bijeen volledig
succes en catastrofe kunnen liggen! Het is wel een
zware verantwoordelijkheid, die op de schouders
rust van de leider van een expeditie. Aan de ande
re zijde: welk een voldoening wanneer de onderne
ming met succes bekroond wordt".
De Booy in kamp I bracht deze spannende uren door
met een verrekijker in de hand. Tegen twee uur in
de middag werd zijn geduld beloond: hij ontdekte
vijf stippen die zich in de richting van de top bewo
gen. Wie het waren kon hij niet ontdekken, maar
voor hem was het voldoende zekerheid dat niemand
Nadat de beklimming van de Nilgiri is vol
bracht, daalt de leider van de expeditie,
Egeler, de Booy en Wongdhi brengen na een feestdronk uit bij het kampvuur. Russische dans ten beste heeft gegeven,
het welslagen van de beklimming elkaar Schaar zit er uitgeput bij, nadat hij een