PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT
PRINSES WILHELMINA BIJGEZET
Indrukwekkende witte stoet trok naar
„Ik ben met U tot de voleinding der wereld...."
Ontroerende en sobere
dienst in Nieuwe Kerk
van
Delft
ZEEUWEN ALS
EREWACHT
KOUDE EN TELEVISIE HIELDEN
VELEN THUIS
j^antliin
Je maintiendrai
Het koninklijk gezin in de Nieuwe Kerk
Aankomst van
vorstelijke gasten
Kerstboodschap
over
prinses Wilhelmina
DÉFILÉ LANGS
DE GRAFKELDER
205e jaargang - no. 291
WAARIN OPGENOMEN DE MIDDELBURGSE, VLISSINGSE, GOESE, BRESKENSE COURANT EN VRIJE STEMMEN
Directie: F. van de Velde, F. B. den Boer en W. de Pagter. Hoofdredactie: W.Leertouwer en O. A. de Kok. Abonnementsprijs 62 cent per week, 8,00 perkw.; franco per post 8,25 p. kw. Losse nummers 15 ct. Bureaus: Vlissingen.
Walstraat 58-60, tel. 2355 (b.g.g. red. 3508/3546, adv. 3647/3643); Middelburg: Markt 61, tel. 3841 (b.e.g. red. 2078/3169, adv. 2375); Goes: Gr. Markt 2, tel. 6140 (b.g.g. red. 7853, adv 5213); Oostburg: tel. 2395; Tenieuzen: red. tel. 2116. adm. tel.
2911: Zierikzee: red. tel. 2425, adm. tel. 2094. Adv.pr. 27 ct. p. mm. Min. p. adv. 4,-. Ingez. med. 3 tarief. Kleine adv. (max. 8 regels) 25 ct. p. regel (min. 1,25). „Brieven bur. van dit blad" 25 ct. meer. Giro 359300 P.Z.C., Middelburg.
Maandag 10 dec. 1962
Fotoreportage
op pagina 3
(Van onze verslaggever)
ZATERDAGMIDDAG om vijf minuten over half twee is
Willielmina Helena Pauline Maria, prinses van Oranje-Nassau, van
1890 tot 1948 koningin der Nederlanden, op de schouders van acht
dragers afgedaald in de koninklijke grafkelder in het koor van de
Nieuwe Kerk te Delft. Kort tevoren, terwijl het orgel zacht speelde,
hadden kadetten de Nederlandse vlag weggenomen van de een
voudige houten kist, waarna de dragers in het uniform van het
kroondomein langzaam het stoffelijk omhulsel van de geliefde
vorstin naar haar laatste rustplaats droegen. Langzaam ook volg
den koningin en prins, gevolgd door de prinsessen. Aan het begin
van de trap, die toegang tot de kelder geeft, bleef koningin Juliana,
de linkerarm op de steunende arm van de prins, een ogenblik roer
loos staan, tot de blanke kist met koperen naamplaat in het kleine
voorportaal van de kelder tussen de terzijde geschoven grijsgroene
gordijnen naar binnen werd gedragen. Daarna daalde ook het
koninklijk echtpaar, gevolgd door de vier, in ontroerend-wit gaan
de kleindochters af in het gewelf, waar de dragers, enkele meters
achter de kelder waarin de resten van Willem de Zwijger liggen
opgebaard, de stoffelijke resten van prinses Wilhelmina plaatsten
naast die van haar in 1934 gestorven echtgenoot.
Tijdens de bijzetting in de Nieuwe
Kerk te Delft werd aan twee
Zeeuwen een bijzonder eervolle
taak opgedragen. Deze twee
Zeeuwen waren de adjudanten-
onderofficier van de koninklijke
marechaussee J. A. Meeuwsen,
brigadecommandant te Hansweert
en J. Bos, brigadecommandant te
Sluis. Zij hebben gedurende de ge
hele plechtigheid ais erewacht ge
fungeerd bij de ingang van de
grafkelder in de Nieuwe Kerk.
De beide adjudanten waren hier
toe uitgenodigd, omdat zij de eni
ge twee nog in actieve dienst zijn
de marechaussee-onderofficieren
zijn, die in de oorlogsjaren in het
Engelse Maidenhead waren belast
met de veiligheid van de toenmali
ge koningin Wilhelmina.
Op dat ogenblik verbrak het hoge
orgel de bijna tastbare stilte en vie
len meer dan 2500 stemmen in de
Nieuwe Kerk in met het welhaast
juichende lied van de Noorse dich
ter E. Edmund Hewitt „De zon
schijnt in mijn ziel vandaag, het
donker is gezwicht". De bijna tast
bare weemoed, welke de kerk over-
De verwachting dat de dienst daar
door ook eerder een aanvang zou
nemen werd echter niet vervuld. Ge
durende bijna een half uur bleven
terwijl de kransen die in de stoet
waren meegebracht door een zij-in
gang werden binnengedragen de
duizenden ogen in de doodstille kerk
gericht op ae hoge donkere deuren,
totdat om half een precies, het orgel
het opstandingsgezang inzette; „Ont
waakt gy die slaapt en sta op uit
doön".
lichte kist van de katafalk
kansel omhoog werd getild, werd
door de overrompelende blijheid van
dit Noorse lied als het ware wegge
vaagd. Zoals de nu uit het midden
van haar volk heengegane prinses
het ook heeft gewild, toen zij de
wens had geuit dat dit lied, dat haar
zelf in de dertiger jaren zo had aan
gegrepen, in deze minuten zou wor
den gezongen. Voor wie het nog niet
ten volle zou hebben aanvaard na
de woorden van de beide predikers,
ds. J. F. Berkel en pasteur G. For
get, moest dit lied elke twijfel weg
nemen, over de zekerheid waar de Kou on televisie hebben zaterdag ver
prinses is heengegaanEn aard moedelijk velen thuis gehouden.
Toen openden zich de deuren en
werd achter een ere-escorte van le
den van de hofhouding de kist, ge
dekt door de driekleur binnengedra
gen. Gevolgd door een koningin, drie
koningen en een regerend groother
togin en vele verwanten. De gehele
dienst, die daarop volgde getuigde
van het opstandingsevangelie. De
preek van ds. Berkel over Mattheus
28:20 sloot daarbij aan.
Een doodse stilte hing in de kerk,
toen nadat twee coupletten uit het
Wilhelmus waren gezongen „Mijn
schild ende betrouwen" en „Oorlof
mijn arme schapen" de Waalse
hofprediker, pasteur Forget, op
zachte toon het Franse gebed zei,
waarin hij de volle betekenis van
het geloof van de overledene in haar
vele aspecten in zo innige woorden
tot uitdrukking bracht, dat vooral de
koningin er zichtbaar door ontroerd
werd. In dat moeilijke ogenblik
sprak met een warm gebaar prinses
Beatrix haar moeder de sterkte toe
die zij toen scheen te behoeven.
(Van onze verslaggever)
en hemel lacht mij toe, want Jezus
is mijn licht".
Het gelaat naar heel ver omhoog
geheven, trad nu het wegvloeien
van de laatste orgelklanken, de ko
ningin, nog steeds dicht naast de
prins gaande, weer in de door een
zacht zonlicht dat door de hoge ra
men stroomde, bijna warm verlichte
kerk, om met zichtbare overgave in
te stemmen met de lofspalm, waar-
- -gel
Waarschijnlijk zijn ook velen afge
schrikt door de strenge verkeers
maatregelen rond de route van de
politie. Bij een wat betere weersge
steldheid, zo menen verkeersautori-
teiten, zou het aantal belangstellen
den langs de route in Den Haag ze
ker het dubbele zijn geweest. Nu
bleef men veelal bij de kachel en het
televisieapnaraat, behoudens de dap
peren, die kou en gladheid trotseer-
rugkijken op de gebeurtenissen van
zaterdag, vonden de politieautoritei
ten in Den Haag, Rijswijk en Delft
het bijzonder moeilijk om een ra
ming van de drukte te geven. In Den
Haag zei men; „We weten het be
slist niet, het is zeermoeilijk te
schatten, omdat dit voor ons allen
heel nieuw was. We weten alleen, dat
tussen het palcis aan het Voorhout
en het Buitenhof, dezelfde route dus
als van Prinsjesdag, veel en veel
minder menseii op de been waren als
op Prinsjesdag".
ifspal
iets uitgelopen dienst werd De uitgebreide verkeersmaatregelen die
beëindigd, „Zijn naam moet eeuwig
eer ontvangen".
Na vervolgens de zegen te hebben
ontvangen van ds. Berkel verrezen
do leden van de koninklijke familie
uit hun zetels tegenover de kansel,
om, voorafgegaan door de twee
hofpredikers, de commissaris van
de grafkelder en enkele hoffunctio
narissen. en gevolgd door de vorste
lijke gasten, de kerk te verlaten,
ggfefl *S«£bm d°ae Er
in Delft waren genomen, zijn achter
af gezien niet nodig geweest: de
drukte is ver beneden de verwach
tingen gebleven. Ook in Delft hebben
velen kennelijk de voorkeur gegeven
aan het volgen van de reportage via
televisie of radio boven een verblijf
langs de route van de rouwstoet. Van
de parkeerplaatsen werd slechts een
klein deel benut. Langs de route kon
men kort voor de stoet arriveerde
bijna overal een plaats vinden.
ventien uur lang koude en vermoeid
heid heeft getrotseerd om een plaats
zo dicht mogelijk bij de hoofdingang
van de Nieuwe Kerk te hebben. Het
was mevrouw Van Uden, die reeds
vrijdagavond om zeven uur een
plaats had ingenomen. Zij had daar
ook in 1934 bij de begrafenis van
koningin Emma en van prins Hen
drik de aankomst van de rouwstoet
bijgewoond.
Behalve de leden van Ook zondag, toen men had kunnen te-
BIJNA DRIEDUIZEND
BEZOEKERS.
Bijna drieduizend mensen waren bij
deze vermoedelijk eenvoudigste van
alle uitvaartdiensten der Oranjes
vertegenwoordigd, de meesten door
koningin en prins uitgenodigd op
persoonlijk verzoek van prinses
Wilhelmina. Behalve de leden van
het kabinet, van beide Kamers der
Staten-Generaal, Raad van State en
andere hoge colleges, vooral talloze
vertrouwden van de laatste jaren,
mannen en vrouwen uit het verzet
en mensen uit de wereld van kunst
en cultuur.
Onmiddellijk achter de zetels van de
leden van het koninklijk gezin, zat
prinses Wilhelmina's vertrouwde se
cretaris Thijs Booy, te midden van
andere leden van de kleine gemeen
schap van Het Loo- Ergens achter
de hoge, lichte natuurstenen zuilen,
zaten de dichter Roland Holst, de
verzetsstrijder H- M. van Randwijk,
de bedremmelde en ontroerde pete
kinderen van Wilhelmina, de popu
laire Mies Bouwman.
Allen waren verrast toen veel eerder
dan verwacht, de zware slagen van
de bijna vier eeuwen oude bourdon
in de hoge toren van de Nieuwe
Kerk, om twaalf uur precies, plotse
ling zweeg ten teken dat de koets
niet het stoffelijk overschot voor de
hoofdtoegang van de kerk was aan
gekomen.
Om dertien minuten voor tien
was zaterdag de uitvaart vanaf
het paleis aan het Lange Vqor-
hout in Den Haag begonnen.
Even tevoren had het be
trekkelijk weinige publiek
dat hier tussen de hekken
stond, met eerbied gadegesla
gen, hoe de eikenhouten kist
in de witte rouwkoets weid
geplaatst. Vanuit de met zil
ver afgezette kroon van deze
wagen werd de nationale -lag
over het stoffelijk overschot
van de prinses gedrapeerd, liet
rood voorop. Schout-by-nacht
H. A. W. Goossens plaatste
het Grootkruis Militaire Wil
lemsorde op de kist. In de
stilte, die na het spelen van
het Wilhelmus was gevallen,
trad de koninklijke familie
naar buiten. De koningin in
een xvit trois-piece met herme
lijnen kraag en wollige witte
toque, de prins in het groot
gala-uniform van generaal der
mariniers. Zy stapten snel in
hun rijtuig. De prinsessen
eveneens in witte mantels en
volgden de vorstelijke
Terwijl van het Malieveld en
het vliegveld Ypenijurg dof de
minuutschoten klonken, zette
de stoet zich In beweging.
Aan de kop en achterin in to
taal een achttal militaire deta
chementen. In het midden de
witte koets, waaraan gehecht
een anderhalve meter hoge
krans van het voormalige Ne
derlandse verzet.
Een indrukwekkend beeld:
de hoge blanke koets met
pluimen op de hoeken, de
ruiters, het kleurrijke cere
monieel, waartussen de
eigentijdse soldaten die met
een walkie-talkie de ver
bindingen onderhielden een
merkwaardig anachronisme
vormden. Op het Rijswijk-
seplein traden de acht ka
merheren uit, die ter weers
zijden van de lykwagen
hadden gelopen. Hier, in
het open land en over de
autoweg, begon de tocht
naar Delft.
DELFT
Even voor twaalf uur begon
de grote luidklok in de Delft-
se toren te beieren. Koningin-
Juliana en prins Bernhard
stapten onmiddellijk na de
aankomst uit hun koets, die
achter de bloemenwagen was
blijven staan, links voor de in
gang van de kerk. Zij liepen,
strak voor zich uitkqkend,
naar het voorportaal, gevolgd
door de vier prinsessen: twee
aan twee.
Iedereen op het plein ontbloot
te het hoofd toen de kist werd
ingedragen. Op dat moment
zweeg de klok het werd zo
stil, dat het leek alsof ieder
een de adem inhield.
Hierna arriveerden de vorste
lijke gasten. Ze waren niet
zoals in de bedoeling had ge
legen komen lopen vanaf
het stadhuis. De markt werd
in verband met de snijdende
kou overgestoken in hofauto's.
Met bijna drieduizend landgenoten heb
ben wfl ons zaterdag in de Nieuwe
Kerk van Delft rond de baar van ko
ningin Wilhelmina geschaard en met hen
hebben wij afscheid genomen van haar,
die een mensenleven het koningschap
over ons land heeft uitgeoefend.
Het waren aangrijpende ogenblikken.
Temidden van afgevaardigden uit alle
lagen der bevolking werd hier een vrouw-
ten grave gedragen, die haar taak als
leidsvrouwe der natie had gezien als
een heilige roeping, die gesterkt door
een onwrikbaar geioof, overeenkomstig
die roeping had geleefd en gewerkt. En
naar wij allen erkennen: tot heil van
land en volk.
Een vrouw met een groot en nobel
karakter, die het symbool was van een
tijdperk, symbool ook van de vrnheids-
drift der Nederlanders. Dit afscheid
heeft allen, die zaterdag in de Nieuwe
Kerk bijeen waren, diep ontroerd.
Met gebogen hoofd groette men nog
eenmaal de oude koningin terwijl
zij langzaam grafwaarts werd gedra
gen. „Een veeleisende, maar rechtvaar
dige en waarachtige moeder" karakteri
seerde de Waalse predikant Forget haar
zaterdag. In de afgelopen week was zij
„moeder des vaderlands" genoemd.
Daarom was er bij alle droefheid tevens
een sterk nationaal besef: het scheen
zelfs alsof de grenzen van de tijd ver
vaagden en men zich verbonden wist met
velen uit de geschiedenis van het land.
In deze kerk immers was men bijeen
rond de tombe van de Oranjes, rond het
geopende graf van de grondlegger der
Nederlandse natie, rond de laatste rust
plaats van vele grote en minder grote
leiders van ons volk.
Als een herinnering
aan die eerste dagen
van de onafhankelijk
heid klonk van de
kansel het Evangelie
in de Franse taal, een traditie terug
gaand tot de Hugenoten-prinses Louise
de Coligny, die haar leven stelde in
dienst van Willem van Oranje en het
Nederlandse volk. Er was zaterdag nóg
een herinnering aan dit eerste uur van
de natie: de samenzang van Aldegondes
oude prinsenlied: „Mijn schild ende be
trouwen". En als zo vaak in de geschie
denis van ons land en van deze kerk
droeg men nu ook een Oranje graf
waarts, die in bewogen dagen voor land
en volk een lichtend voorbeeld was ge
weest.
Dit alles, deze ogenblikken van histo
rische bezinning, van nationaal besef en
van droefheid, waren als het ware gebed
in de strakke, sobere liturgie van de
vaderlandse kerk. Het is bekend gewor
den, dat het de wens van de overleden
koningin was, dat haar uitvaart „Neder
lands" zou zijn. Welnu, deze plechtig
heid was zo Nederlands als maar moge
lijk.
Er was echter meer, zaterdag in de
Nieuwe Kerk van Delft. Meer dan
nationaal besef. Meer dan droefheid
om dit verscheiden. Bovenal was er in
dit godshuis waar duizenden witte
bloemen alle tragische accenten sche
nen weg te nemen een sfeer van
blijdschap en rotsvast geloofsvertrou
wen, imponerend ook voor diegenen, die
de overleden koningin in haar overtui
ging niet kunnen volgen. Alles tijdens
deze dienst sprak van haar sterke ge
loofsleven, alles ademde de geest van
het Schriftwoord, dat zegt: .,Wij hebben
hier geen blijvende plaats". Deze bijzet
ting was in wezen een getuigenis.
De blijdschap overheerste.
Zy uitte zich vooral toen orgel, bazui
nen en de duizenden rond de overleden
koningin samen de jubelende zang inzet
ten: „A Toi la gloire", aan U de over
winning. Simpele woorden op de indruk
wekkende melodie, die Handel eens
schreef in één van zijn oratoria als een
zegezang voor het oude Israël.
In deze geest nu is overeenkomstig
haar wens zatetdag afscheid geno
men van koningin Wilhelmina. Daarom
willen wij deze korte notities afsluiten
met de woorden, die de Waalse predi
kant zaterdag uitsprak aan het slot van
zijn gebed: „Haar lichaam gaat thans
ter ruste tot aan de dag der opstanding.
Haar geest echter blijft in diegenen, die
bouwen op Gods trouw en genade, en
die wachtend op het uur van het
grote weerzien beloven: Je maintain-
drai, ik zal handhaven".
De dienst in de Nieuwe Kerk werd
geleid door twee predikanten, na
melijk de Apeldoornse hofprediker
ds. Berkel en de Waalse hofpredi
ker, ds. Forget. Ds. Berkel hield de
predikatie, namelijk over de tekst
Mattheus 38 vers 20: „En zie, ik
ben met U al de dagen tot de vol
einding der wereld". In zijn preek
getuigde ds. Berkel van Gods lei
ding in het leven van de mens en
van de overwinning door Jezus
Christus. Ds. Forget sprak het
slotgebed uit, in een prachtig, ge
dragen Frans.
Gods leiding is duidelijk te zien in
het leven van de Vader des Vader
lands, aldus ds. Berkel in zyn predi
katie. Deze eerste Oranje heeft God
zijn hart gegeven, toen hy door God
zelf gegrepen was en een taak op
zich nam, die hopeloos leek..
In de bezettingstijd is dit voor ons gaan
opleven. In de nood was geen hulp
voorhanden dan van God. De prinses
zegt van hem dat hy een man was
met een visie op heden en toekomst door
God geïnspireerd en werktuig in Gods
hand, wiens verborgen omgang met God
hem heeft toegerust voor zijn roeping
en taak. Willem van Oranje (zegt zij)
streed en gaf zijn leven voor de onaf
hankelijkheid en de vrijheid van ons
volk, voor de gewetensvrijheid in de ver
draagzaamheid en voor de rechtvaar
digheid. En zij voegt eraan toe „eerst
was het mijn roeping en thans die van
Juliana om toe te passen en voort te
zetten wat hij begon, toegepast op het
leven en aan de polsslag van onze tyd,
ons gedragen wetend door dezelfde God
als Willem van Oranje".
Hier hebt'U het levensniotief van
haar, die vyftig jaar over ons volk als
koningin heeft geregeerd en die na
haar aftreden aTs prinses der Neder
landen duidelyk en onomwonden haar
geloof heeft beleden en ons telkens
heeft opgeroepen tot het licht, tot de
levende Christus, die ons leidt, aldus
ds. Berkel.
Koningin Wilhelmina is getroffen door
de geschiedenis van de ryke jongen, die
alles op moest geven en het niet deed.
Zy voelde: alles, wat het geloof in
Christus in dè weg staat, moet opzij: ik
moet Christus volgen. Daarvoor moet
alles wyken, ook ingeroeste gewoonten
en traditie zonder inhoud.
Dit is langzaam door veel worsteling
heen, gerijpt tot een sterk geloof. Zo
kon zy in Engeland zelf kracht hebben
en kracht geven. En in het bezet Neder
land is zij ons, door Gods gunst, een
lichtend voorbeeld en een sterke steun
geweest. Het verzet was zeker vastge
lopen zonder deze moeder des vader
lands. Achteraf kan men slechts zeg-
f3n: Dit was leiding Gods, genade,
ie lit ben met u, al de dagen tot de
voleinding der wereld.
Na haar aftreden als koningin zag zij
een nieuwe taak zich door God op de
schouders gelegd: het evangelie van
Christus iedereen bekend te maken,
niet in dienst van een bepaalde kerk
of een bepaalde groep. Zij zocht het ge
loof in Jezus Christus als de band die
universeel, over de ganse aarde de men
sen samenbindt. Rotsvast was haar
overtuiging, dat Christus de levensvorst
is, dat dus Christus door ieder moet
gekend worden, dat een verdoolde we
reld de rechte weg gewezen .moet wor
den naar het vaderhart Gods.
Prinses Irene, prinses Beatrix, H.M. Ko
ningin Juliana, Z.K.H. Prins Bernhard,
prinses Margriet en prinses Marijke
volgen de dienst in de Nieuwe Kerk
in Delft.
Sprekende over de oecumenische ge
zindheid van de prinses, zei ds. Ber
kel: „Wat zou zij graag de ver
scheurdheid van Christus' kerk onge
daan hebben gemaakt. Wat was ze
blij als zij jongeren zag zoeken naar
eenheid, als zy met anderen samen
Avondmaal kon vieren.
Wij zijn dankbaar voor Gods leiding,
die in het leven van koningin en prinses
Wilhelmina haar en ons is gegeven en
de lof en dank ervoor gaat boven de
aarde uit tot Hem, die haar leven heeft
geleid en die voor haar stierf en haar
doet leven bij Hem.
Nu roep ik u op, gy allen, die hier in
de Nieuwe Kerk zijt, en heel Neder
land en allen die deze dienst volgen,
om het getuigenis van prinses Wilhel
mina niet in de wind te slaan.
Ik roep u op, ook te buigen voor de
Koning der Koningen en Heer der He
ren, Die in Zijn oneindige liefde Zijn
Zoon gaf, om mensen in nood blij te
maken.
Laat los uzelf, los, waar ge ook op
steunt, los uw zonden en hoort van
uw eigen hart de lcvensboodschap„Ik
ben met u. God neeft zo groot geduld
met ons, laten wij hem niet laten no
digen. Als ge hoort. Hij is er, dan is de
doode de ingang tot het leven. Dit is
ook de troost die we nu nodig hebben.
Dit geldt byzonder voor haar dochter en
gezin. Ik herhaal de woorden van uw
koninklijke moeder: wat een voorrecht,
zulk een moeder gehad te hebben.
En als het verlies diep gevoeld wordt,
ruist de troost ons toe: Christus blyft.
Zij is geborgen by haar Heer.
En hij zegt tot ons: Zie, Ik ben met u
al de dagen tot de voleinding der we
reld. Amen.
DS. FORGET.
In het dankgebed sprak ds. Forget over
de grote genegenheid, die de overle
dene in de gehele wereld had verwor
ven. „Mensen, gemeenschappen, rassen,
zeer verschillende in cultuur en tradi
ties, zelfs en vooral in godsdienstige tra
dities, buigen zich te zamen boven deze
baar. Zy hebben het getuigenis gehoord
van haar die, meer dan alle andere din
gen, Christus heeft willen plaatsen ir
het middelpunt van heel haar leven. Zij
brengen U hulde door haar te eren, die
niet meer van deze wereld is en hun
aanwezigheid is als het voorspel voor
lag, waarnaar zij, die van ons heen
gegaan is, in haar wensen en gebeden
zozeer heeft gehaakt, de dag waarop in
Jezus' naam iedre knie zich zal buigen,
in de hemelen, op aarde en onder de
aarde en waarop iedere tong belyden zal
dat Jezus Christus de Heer is.
.,Daar zijn zij, stil en dankbaar, al die
genen met wie zij een heeft willen zijn in
liefde en geloof. Jeugd van de wereld,
ongeruste en bedreigde jeugd, vurige en
gekwelde jeugd, onafzienbare legerscha
ren van lqdenden, armen, vervolgden,
slachtoffers van economische conflicten
of van rassentegenstellingen, dolend en
opgejaagd, gevluchten, verstrooiden, met
verborgen zwakten maar ook met ver
borgen krachten, onbekenden, bezocht
door het grote onbekende: verantwoor-
delqke christenen, verlangend de eisen
van hun arbeid te doen stroken met de
geboden van het evangelie; zendelingen
en getuigen van overal, al deze hebben
een plaats gehad in het gebed en in de
liefdevolle, waakzame en actieve zorg
van koningin Wilhelmina
Ds. Forget eindigde zyn gebed met het
„Onze Vader".
Koning Boudewyn en koningin Fabiola
arriveerden zaterdagmorgen enkele mi
nuten voor elf uur per trein te Delft.
Het ceremonieel op het station hier was
tot het uiterste beperkt. Onmiddcllqk
na de begroeting inspecteerde de ko
ning de erewacht, waarbij hy de com
mandant in verwarring bracht door met
uitgestoken hand op hem toe te stappen.
Daarna stapte het gezelschap in een
auto van het Nederlandse hor, dat non
naar het stadhuis in Delft bracht. In
de loop van de middag vertrok liet ko
ninklijk paar uit Den Haag per trein.
Het Luxemburgse groothertogelijk paar
vertrok met een Friendship van de
luchtmacht en koning Olaf van Noor
wegen per lijnvliegtuig van Schiphol.
De Engelse prinses Alice vertrok per
vliegtuig van Soestdqk.
Het particulier secretariaat van de ko
ningin heeft meegedeeld dat Hare Ma
jesteit de Koningin voornemens is met-
Kerstmis voor de radio over haar moe
der te spreken.
lijkheid tot het defileren langs de k
ninklijke grafkelder in de Nieuwe Iicrk
waartoe vanaf vier uur gelegenheid was.
Reeds ver voor die tyd stelde een groot
aantal belangstellenden zich op liet
marktplein op, waarby leden van het
korps gemeentepolitie van Delft '/org
droegen voor een vlotte afwerking.
Het défilé werd geopend door het ge
meentebestuur en het college van kerk
voogden der Nederlands Hervormde Ce-
meente te Delft, die beiden een krans
legden. Na deze kranslegging begon het
défilé van de duizenden belangstellen
den. Zy kwamen uit de hoofdingang op
de markt de kerk binnen.
Zondag had Delft een ware invasie te
verwerken van mensen, die in de ver
onderstelling verkeerden dat er ook
tóen gelegenheid bestond om te defile
ren langs de koninklyke grafkelder. De
markt stond vol geparkeerde auto's en
voor de kerk zag men steeds mensen,
die daar de mededeling lazen, dat het
kerkgebouw was -gesloten en dat het
defile maandag zou worden voortgezet.
Honderden belangstellenden verdrongen
zich op de oude Langcnd(jk waar in liet
gazon langs de Zujklerzijbeuk van de
kerk een groot aantal kransen en
bloemstukken zyn neergelegd.