Parijs wil een gezellig dorp op betonplaat bouwen Sowjet-economie staat thans op een keerpunt IJzeren renpaard vond laatste rustplaats Zaterdag 17 nov. 1962 zaterdagnummer EN HET VERKEER MOET ER ONDERDOOR DARIJS is begonnen aan een gewaagd experiment: het bouwt een gloednieuwe, hyper moderne stadswijk opeen betonplaat van 25 hectare. Een plaat, die een van de hellingen overspant van de kom, waarin de lichtstad ligt: de helling ach ter Font de Neuilly, wanneer ge van de Tuilerieën, de Place de la Concorde, de Champs Elysées, de Are de Triomphe en over de Avenue du Général de Gaulle rechtuit naar het westen gaat. Een betonplaat, waar het ver keer onderdoor geleid wordt, zo dat er in de stad daarboven geen enkele auto, geen motor, geen scooter, niéts komt. De nieuwe stad wordt er één van enorme flatgebouwen. Van 25 verdie pingen minimaal tot 80 maximaal, die van tachtig wordt een gebouw van 200 meter hoog... Gelukkig be hoeven er geen mensen in te wonen: er wordt alleen in gewerkt, want de nieuwe Dét'ense (zo heet de wijk) wordt in de eerste plaats een kan- toorstad. In het centrum van Parijs is geen kantoorpand meer te bezet ten en om nu te voorkomen, dat alle kantoren over de stad verspreid zou den worden, bouwt Parijs een nieuwe kantoorstad. Geen torenflats dus, maar kantorenflats. Woonwijk Om er nu niet een stadswijk van te maken een van de voor naamste bovendien, liggend aan de grote verkeersas oost-west waar 's avonds na kantoortijd alle leven en licht uit is, bouwt men tussen de to rens flats van drie tot zeven verdie pingen voor de oorspronkelijke bewo ners van de wijk. Dat zijn er zo'n 12.000, die nu (tijdens de periode van afbraak) tijdelijk in nieuwe flats el ders aan de Seine-oever worden on dergebracht. I-Iet stadsplan houdt er rekening mee, dat het aantal vaste bewoners van de stad-op-de-beton- plaat in de toekomst tot 20.000 kan groeien. In de kantorenflats zullen dan bovendien dagelijks nog 30,000 man werken... Het is een heel revolutionair plan, dat het „Etablissement Public pour tionair, dat de directeur-generaal mr. Prothin een pittig Frans manneke, die niet van wal steekt vobröat hij precies weet, wie zijn bezoeker is, waar hij vandaan komt en hoe het „daarginds" in het noorden is ge zegd moet hebben: „ministersbaan tje? Nou nee, laat mij m'n verdere leven maar wijden aan de Défense, want dat wordt wat". HET wordt wat! Om u precies te vertellen wat, is geen gemakke lijke opgave, want, er is geen verge lijkingsmateriaal. Tenzij u Parys kent en weet, lioe koning na koning ge werkt heeft aan die gro.e vtv :s die van het Louvre via Concorde en Are de Triomphe naar het westen loopt. Eigenlijk is die grote verkeersas nog niet klaar: hij eindigt In Neuilly en zou, als het goed was, doorgetrokken moeten worden rechtuit-rechtaan naar het terras van het Bos van Saint Germain, dat grote wandelpark aan de Seine, zo'n twintig kilometer uit het hart van Parijs, vlak bij de „betere" buitenwijken van Le Vésinet, Le Pecq en Saint Germain, waar een van de kleine kasteeltjes van de Franse koningen stond (en nog staat: alleen er zjjn geen koningen meer). Dat doortrekken gebeurt in de naaste toekomst ook nog. want eigenlijk omvat het werk van het Etablissement Public niet alleen die 25 hectare van de betonplaat van de Défense, maar de hele hoek tot het terras van Saint Germain. Eerst komt de 25 hectare en Défense en dan de 800 ha tussen Neuilly en lie de Chatoux aan bod. De Défense vraagt tien jaar en als we zover zijn, zegt monsieur Prothin, dan hebben jongere krachten mijn taak al over genomen. En jonge, enthousiaste krachten werken er genoeg aan de Défense! Een toekomstbeeld in de nieuwe Parijse wij/c Défense: hoge kantoorflats en lage woongebouwengebouwd in een vierkant „om de gemeenschapszin te bevorderen". In de stad-op-de-betonplaat vindt men alleen voetpaden: alle verkeer gaat eronderdoor via een ingewikkeld zenuwstelsel" van hoofdwe gen, buurtwegen, wijkwegen en wat er maar meer aan, wegen is. De kan toormensen 30.000en bewoners 20.000bereiken hun stad via trappen door „gaten" in de betonplaat of via liften uit de souterrains van de ge bouwen. Futuristisch Parijs; een maquette van de nieuwe wijk Défense die op een betonplaat wordt gebouwd. Op de voorgrond de Pont de Neuilly, de brug over de Seine. De verkeersader, die daarover van Parijs-centrum naar het roesten loopt, duikt over de brug ónder de betonplaat en komt er bovenaan de foto weer uit. Wat men ziet, is de verkeerloze stad met kantorenflats (hoog) en woonblokken (laag). Linksboven het tachtig verdiepingen hoge kantoorgebouw, rechtsboven (de witte schelp) de expositiehal. Onthullende publikaties tekenen dreigend bankroet ^^anneer de tekenen niet bedriegen, zal dezer dagen hef centrale comité van de communistische partij in de Sovjet-Unie in een con frontatie met het dreigende faillissement van een belangrijk stuk econo mische politiek opgeroepen worden tot een radicale koerswijziging. Kroesjtsjew voor dilemma geplaatst Standbeeld CENTRUM van de activiteit is de Place de la Défense, waarop een protserig standbeeld staat, dat de- verdedigers van Parys in de oorlog 18701871 eert. Het staat in een buurt, die bepaald niet uitmunt door aantrekkelijkheid, maar het punt. is magnifiek: van de Place de la Dé fense af heeft men een uitzicht over de gehele kom van Parijs met de Are de Triomphe in het hart en de Sacré Cocur aan de einder op de an dere helling. Vandaar dat de Parijzenaars gezegd hebben: „hier maar" en meteen zijn ze aan het afbreken geslagen. ITet is er een rommeltje maar tv van die chaos wordt al weer ge bouwd: het eerste flatgebouw heeft z'n hoogte al zowat, en dan is enor me expositiegebouw, waarin de grootste tentoonstellingen Van Parijs in de toekomst zullen worden gehou den, ook al in gebruik. Het zal evenwel tien jaar duren, eer het hele plan van de Défense verwe zenlijkt is. Dan zullen er zo'n 80 miljard oude Franse franken, dat is 800 m?lioen nieuwe ofte wel 600 m!l- joen gulden ingestoken zijn. Twintig -procent van het rijk, tachtig pro cent van particulieren vermeldens waard omdat liet voor het eerst in de geschiedenis is, dat in Frankrijk zo'n vorm van samenwerking tot stand komt. Overigens: die stad is straks helemaal particulier, want het geld van het rijk zal waarschijnlijk helemaal opgaan aan de verkeers- voorzienlngcn onder de betonpaat. Aan het vreemde zenuwstelsel va" wegen, dat daar wordt aangelegd, maar dat straks door de betonplaat aan het oog wordt onttrokken. Het zit namelijk zo, dat de oost west-as, de Avenue du Général de Gaulle, de drukste verkeersweg is van Frankrijk. Daar passeren dage lijks 50.000 auto's, meer dan tien keer zoveel als er nu op onze Af sluitdijk rijden. Die 50.000 zitten her haaldelijk in de knoop, want bij de Place de la Défense houdt de brede boulevard op: er waren geen konin gen meer om hem naar het westen door te trekken. President de Gaulle zet evenwel de traditie voort: de weg wordt doorgetrokken naar het Bos van Saint Germain en het wegenstel sel onder de betonplaat van de Dé fense is er het begin van. Ingewikkeld DAT verkcersnet van de Défénse wordt iets byzonder ingewik kelds: er komen onder de betonplaat niet minder dan vijf „circulaties" bo ven elkaar. Helemaal onder, diep in de grond, komt de nieuwe lijn van de Métro, de sneldienst (Métro-Ex press), die van west naar oost gaat en maar op enkele punten stopt. On der de Défense komt een groot sta tion en men overweegt daar dat mon strum van het beeld van cle Défense neer te zetten, waarmee men boven in de nieuwe stad, geen raad meer weet. Daarboven komt de dubbele snelverkeersweg de hoofdader van het oost-westverbinding Louvre-Saint Germain. Dan de aftakkingen van de hoofdweg naar de buurtgemeen schappen aan dezelfde kant van de Seine. Daarboven (we zijn nog steeds onder de betonplaat) het V9rk9er dat in de Défense moet zijn, dus de auto's waarmee men naar de kantoren rijdt, de auto's van de bewoners van de Défense (voor kantoormensen en be woners komt er een stalling van 10.000 auto's in totaal!) en de vracht wagens, waarmee de winkels worden bevoorraad: van onderen uit dus, want op de betonplaat komt geen auto. Tenslotte de vijfde circulatie: de voetgangerspaden, die door gaten in de betonplaat naar de tuinstad boven leiden. De stad zonder ver keer, zonder uitlaatgassen. De kan toorstad én de woonstad, want bij alles wat de mannen van het Eta blissement Public doen ter leniging va.n de Parijse kantoornood, vergeten zo toch de3500 tegenwoordige en 1200 toekomstige gezinnen van de ban lieu Défense echt niet. Integen deel! Conclusie Om tot een verantwoorde woonstad tussen de kantoorstad te komen, hebben we tal van studies gemaakt, zei ons de kleine enthousiaste archi tect Orbach. We zijn tot de conclu sie gekomen, dat die grote blokkon- bouw van flatkolossen, die los van elkaar staan, eigenlijk fout is ge weest. Ze kweken geen sfeer, geen gemeenschapsgevoel. We gaan terug naar de carré-bouw, naar het maken van woonflats in vierkanten met een gezellige tuin, speelplaats of wat dan ook in het midden. Dat geeft de mensen toch blijkbaar meer het gevoel van bij elk aar te horen, met elkaar mee te leven en zo nodig elkaar te moeten helpen dan die losse woonkazernes. Inder daad: we gaan weer in de richting van de kloostersfeer, maar was die zo slecht? In de nieuwe wijken van Pa rijs, waar de bewoners in die enorme mensenpakhuizen zijn ondergebracht, De tekening hierboven geeft een schematische voorstelling van hoe de nieuwe wijk Défense wordt gebouwd: de flats reiken tot de (rotsachtige) grond en als die eenmaal staan, wordt de betonplaat aangebracht, die de helling tussen de huidige Place de Défense (links) en de Pont de Neuil ly, de brug over de Seine (rechts) overspant: hoogteverschil dertig me ter. De souterrains van de flats wor den gébruikt voor parkeerruimte 10.000 auto's) en daartussendoor komen de verkeerswegen. Op de be tonplaat zelf komen geen motor voertuigen. zit geen leven, zit geen sfeer. De mensen hebben niet meer het gevoel dat ze een eigen wereldje hebben. Welnu: we trachten ze in deze mo derne stad, misschien wel de modern ste van de wereld, weer iets van die oude dorpssfeer terug te geven. Want dat staat voorop: we willen Parijs be woonbaar houden. Zij was een echt raspaard, een volbloed ijzeren renpaard van de rails. Lang en slank, van de (punt van haar lange, be schilderde baanschuiver tot haar glimmen de tender op snelheid ontworpen, bereikte zij iets wat een locomotief nog nooit was gelukt, zij werd beroemd. Men schreef het jaar 1893. De snelheid begon de Amerikanen in bet bloed te kruipen. In die jaren van rivaliteit tussen de verschillende spoor wegen kwamen de functionarissen van de New York Central Railroad op de gedachte de. snelste locomotief ter wereld te ontwerpen- Het resultaat was een standaard achtwieler, die echter was uitgerust met ongewoon grote drijf- wielen voor het verkrijgen van een hoge snelheid. De machine kreeg het nummer 999 en op 10 mei 1893 kreeg zij haar kans te bewijzen, dat de hoog gespannen verwachtingen niet tevergeefs waren geweest. Als renbaan was uitgekozen een recht stuk spoorbaan van 58 kilometer lengte, ten westen van Batavia in de staat New York. Zelfs haar ontwerpers wisten niet tot welke snelheden zij in staat zou zijn. Plet perron stond zwart van verslaggevers en functionarissen der spoorwegen toen de trein, getrokken door de 999 het station van Batavia verliest. Snelste locomotief Langzaam trok de macliiniat de regulateurschuif aan. Sneller en sneller begonnen de drijf wielen te draaien. Stopwatches werden tevoorsclujn ge haald. Een myl werd afgelegd in 40 seconden, een tweede in 38 seconden en eindelyk een in 31.3 seconde. Een snelheid van 112 /2 myi (180,5 km) per uur. Geen locomotief had ooit een dergelyke snelheid gehaald. Met een slag was de 999 de beroemdste locomo tief ter wereld geworden. Het zou 10 jaar duren voordat haar snelheid geëvenaard zou worden. De 999 trok in dat gedenkwaardige jaar 1893 een enorm publiek op de wereldtentoonstelling te Chicago. Zij maakte later een rondreis door de V.S. en werd de vedette der Amerikaanse spoor- Na een lange en nuttige loopbaan heeft de 999 nu een laatste rustplaats gevonden In het mu seum voor wetenschap en industrie te Chicago. Een van deze tekenen is het feit, dat dit comité a.s. maandag bijeengeroe pen is, 't andere de openzienbarende publikaties over economische moei lijkheden, over stakingen, zelfs in of ficiële bladen. „Sovietskaja Russia", heeft gemeld, dat dit voorjaar 47-000 arbeiders in de streek van Kemerovo in Centraal Siberië het werk neerleg den uit protest tegen de lage lonen en de treurige werkomstandigheden. Stakingen kunnen in de Sowjet-Unie eenvoudig niet bestaan, omdat de doctrine leert, dat zij niet nodig zijn. „Sovietskaja Russia" erkende nu niet alleen dat er stakingen waren ge weest, maar ook dat zij niet zonder gevolgen waren gebleven. Vele ar beiders uit het onrustige gebied zou den de streek hebben verlaten omdat de levensomstandigheden er niet meer te dragen waren. En het meest verbluffende aspect in deze bericht geving was ,dat het blad de arbei ders, die Siberië hebben verlaten, nog gelijk gaf ook. Het beschreef de toe stand van de industriële ondernemin gen ter plaatse als lamentabel. Het blad gaf voorbeelden. Zo werd in de streek Kemerovo een conservenfa- briek gebouwd, die naderhand weel moest worden afgebroken omdat de fruitbomen, die er de grondstof voor hadden moeten leveren, in centraal Siberië niet willen groeien. Een soortgelijke mislukking moest wor den opgetekend te naanzien van een keramische fabriek, waarvoor de be nodigde klei op duizenden kilometers afstand werd gedolven. Daarnaast bericht de „Prawda", dat in Kazakstan, en in districten van de Oekraïne, Wït-Rusland en de Balti- sche republiek tal van boerderijen hun oogstplan niet hebben vervuld. In Moskou voelbaar Kroesjtsjew wilde van Siberië een produktiegebied maken, dat de Verenigde Staten naar de kroon moest steken. De situatie is er dit jaar weer bijzonder ongunstig gewor den. Maar ook in talrijke andere de len van de Sowjet-Unie klinken alar merende geluiden op. Zelfs in Mos kou ontkomt men niet aan een ze kere schaarste. De prijzen van groen ten en vlees zijn in de loop van dl( jaar met 30 pet gestegen. De „Izwestia" schrijft thans: „ter wijl de Moskouse huisvrouwen de grootste moeite hebben om groente te krijgen en lange rijen voor de win kels in de hoofdstad blijk geven van de verontrustende toestand, staan rond Moskou 35000 spoorwagons met aardappelen vast. De inhoud, die al aangetast begint te raken door de vorst, wordt gelost in een tempo van enkele dozijnen wagons in de acht enveertig uur". Eén troefkaart De problemen van de voedselvoor zieninghebben voor de grote massa heel wat meer betekenis de Cubaanse kwestie. Zij zullen op 19 november, wanneer het centrale comité van de communistische partij bijeenkomt, in het centrum van de belangstelling staan. Sinds hij aan de macht kwam, heeft Kroesjtsjew steeds gezwaaid met een grote troefkaart: de verbetering van de levensomstandigheden van het Sovvjet-volk. De premier weet heel goed, dat dit zijn beste argument is tegen de oppositie. Deze zal nieta ar- zelen hem het leven bijzonder onaan genaam te maken, wanneer zijn eco nomische politiek blijkt te hebben ge faald. Er moet iets gebeuren. De ad viseurs in de omgeving van de pre mier technologen, agro- en econo men zijn van mening dat er een drastische wijziging moet komen in het economisch denken van staat en partij. Zij willen voor de boeren te rug naar een zekere mate van per soonlijk eigendom. Wat de industrie betreft heeft een een van de vooraanstaande economische deskundigen van de unie, professor Liebermann, een re volutionair systeem ontworpen, dat tijdens de komende vergadering van het centraal comité besproken zal worden. Naar de overtuiging van de ze deskundige moet iedere onderne ming een zekere mate van autono mie hebben. Zij moet vrijelijk kun nen beslissen over haar eigen in- en verkoop en zelfstandig haar produlc- tieplan kunnen ontwerpen, zonder op leggingen van bovenaf. De industrie- en moeten tot onderlinge concurren tie gestimuleerd worden. Daartoe moeten de arbeiders -in de gelegen heid worden gesteld om mee te delen in de winst als die ter tenminste Plan-Liebermann Wanneer hef plan-Liebermann zou worden aangenomen, zouden de socio logische en politieke gevolgen ervan onafzienbaar zijn. Het zou na vele Ja ren het eigen initiatief weer invoeren en in sterke mate leiden tot verzwak king van het starre dirigisme, dat de staatsorganen uitoefenen. Maar daar mee zou ook een deel van hef staats gezag in de sector van het bedrijfs leven verdwijnen. Geen wonder der halve, dat dit plan bij orthodoxe Marxisten een waar geloei heeft doen opgaan. Bonsai-cultus in Europa nieuwe hobby, in Japan goudmijntje Een der schone Japanse volks- toneelstukken uit de vijftiende eeuw gaat over een eerbied waardige maar arme Samoerai, een zekere Sano Genzaemo, die op een vochtige en koude avond een gast kreeg, maar tot zijn grote verdriet geen lekker vuur tje kon maken, omdat hij geen geld had gehad om hout te ko pen. Blijkbaar was Sano aan hanger van de Bonsai-cultus, het kweken van dwergboompjes. Opdat zijn gast het niet koud zou hebben, offerde hij ridder lijk zijn lievelingsboompje in de vuurschaal. Zou Sano vandaag geleefd hebben, dan had hij het probleem minder roman tisch 'maar wel veel praktischer opgelost: hij zou zijn boompje verkocht hebben tegen een fancy- prijs en zijn gast royaal hebben kun nen trakteren op saké, de geliefde Japanse rijstwijn, en kaviaar, geser veerd door de mooiste geisha's. En over het verlies van zijn boompje dat vermoedelijk toch maar een arm zalig vuurtje zou hebben opgeleverd had hij zich kunnen troosten met het vele geld, dat hem na het gast maal, waarbij een royaal haardvuur brandde, nog gebleven was. den per stuk. Ja, er worden zelfs prijzen van tweeduizend gulden ge vraagd en betaald. Maar derge lijke bedragen zijn nog niets verge leken met de tienduizend gulden, die Japanse verzamelaars gaven voor enkele honderden jaren oude, uitgele zen exemplaren. Kortgeleden verkondigde een Engelse importeur aan de Bonsai-liefhebbers, dat hij bij een prijs van 300 per stuk bereid was, in Japan te laten zoeken naar bijzonder mooie exem plaren teneinde speciale wensen van zijn klanten te bevredigen. Na ge detailleerde opgave over grootte, soort en „styl" van de boom door kruisen de agenten van de firma in Japan het land teneinde een aan de gestelde eisen voldoend boompje op te sporen. Hebben zij het eindelijk ge vonden, dan wordt het gefotogra feerd. Pas wanneer de klant zichzelf van de schoonheid van het boompje heeft kunnen overtuigen, wordt een definitieve bestelling geplaatst. Afwachten Liefhebbers De Bonsai ontwikkelt zich langzamer hand tot een waar goudmijntje op de internationale markt en de Japan ners, begaafd in het geldverdienen, exporteren de dwergboompjes bij duizenden naai- West-Europa. Het aantal liefhebbers van deze grillige kleine gewassen neemt voortdurend toe, vooral in Engeland. Twee jaar geleden werd het Genootschap Enge landJapan in Londen uitgebreid met een afdeling voor de Bonsai-cul tus. Het werk van de Bonsai-enthou siasten heeft veel bijgedragen tot de verbreiding van deze „cultus". Minstens vier Britse importeurs voeren op het ogenblik de dwergdennetjes uit Japan in. Oude, byzonder mooie exemplaren werden kortgeleden ver kocht voor prijzen van rond 700 gui- Door dit alles verliest de Bonsai-cultus natuurlijk veel van zijn oorspronke lijke mystiek. In Engeland zijn reeds leerboeken te krijgen, waarin de zorgvuldig door de tuiniers van het oude Japan bewaarde geheimen ont huld" worden. De „geheimen" blijken bij nader inzicht te bestaan uit vry simpele aanwijzingen over de samen stelling van de compostaarde waarin de boompjes groeien, over het kwe ken, het binden en het snoeien, zo dat de kleine denneboom in een voor stadtuintje dezelfde bizarre vormen krijgt, die zijn grote broer op de berg helling door wind, sneeuw en regen wordt gegeven. De mystiek van het oosten trekt de Europeaan nu nog in deze door een net van regelen en een complete cul tus omgeven kweek van dwergboom- pjes. Maar hoe lang dit zal duren is de vraag. Want ook zo'n boompje heeft water nodig en het is beslist geen prettige terugkeer van een va kantie, wanneer men merkt, dat de buurman vergat het boompje van 600 gulden water te geven, z>odat het ter ziele is gegaan. Wij menen ons te herinneren, dat de Japanse dwerg dennetjes zo'n dertig jaar geleden ook erg in trek en dus zeer kost baar waren en dat die rage ook toen niet zo lang heeft geduurd.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1962 | | pagina 11