Karavaan naar Pokhara: wolken omhullen eerste achtduizender EXPEDITIE BEROEP OP V.N. NAMENS DE VERVOLGDEN IN DE WERELD INTERNATIONALE VERENICING STEUNT POLITIEKE GEVANGENEN DONDERDAG 4 OKTOBER 1962 PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT 9 niiiininniiimiiiniiiiiii s ALLE EXPEDITIES BEGINNEN ge- S makkelijk. Met vliegen bijvoor- S beeld. Zo vertrokken op woensdag 22 augustus de beide leiders van de Ne- jj derlandse Himalalaya-expeditie van s het vliegveld Schiphol om via Genève i en Beiroet New Delhi-waarts te koer- sen. De beide leiders: prof. dr. C. G. 5 Egeler, hoogleraar in de geologie aan de universiteit van Amsterdam, en zijn eerste officier", dr. T. de Booy. Zij ragen vanuit het comfortabale zwerk i neer op de top van de Mont Blanc en oemijmerden de bange uurtjes, die zij i er met klimgids Lionel Terray tegen s een of andere helling hadden doorge- bracht. En hun herinneringen wonnen 5 aan luciditeit bij het koele glas jene- s ver door een minzame stewardess 5 geschonken. Maar expedities plegen niet zo erg lang gemakkelijk te blijven. Vliegen is mooi om ergens vlug te komen. Maar zittend in de zachte stoel van een vliegtuigcabine denk je vooruit. Over zoveel duizend kilometer sta je weer op vaste bodem. En dan is het lopen geblazen om te komen, waar je wezen wilt: op de glooiiende hellingen van het Himalayamassief, op de meer dan zevenduizend meter hoge top van de Nilgiri. 7ojuist valt bij ons het eerste reisver- slag binnen, dat prof. Egeler voor onze lezers heeft geschreven. Zijn pleisterplaats: Kathmandu, hoofdstad van Nepal. Het is een verhaal, waar in niet onverhuld wordt gelaten, dat expedities een pad volgen waaraan de rozen in het algemeen ontbreken. Kanttekening van dr. De Booy: wees op gebeurlijkheden voorbereid. Weet, dat je voor alles moet betalen. Invoer rechten op je bagage, je voedingsmid delen maar ook op je mensen tien roepies voor een visum. Hou er rekening mee, dat de mooist denkba re schema's wel eens helemaal niet kunnen kloppen; 't kan regenen en misten en dan blijft je Dakota aan de grond. Of je stijgt op richting Kathmandu en onderweg blijf je in Patna steken, omdat er boven de Nepalese hoofd stad maar geen gat in de wolken wil komen. Wat dan Overnachten in Patna uiteraard, maar de prijzen zijn er zo, dat je voor een biertje ruim drie gulden betaalt. En dan te bedenken, dat miljoenen Indiërs niet meer dan drie kwartjes per dag verdienen 17 n dan zijn er overstromingen en bergstortingenDe weg naar Po- khara is onderbroken, omdat er een brug is weggeslagen. Per jeep op zoek naar de twee trucks, die het ex peditiemateriaal opvoeren van Bom bay naar Raxaul, aan de Indisch-Ne- palese grens. Smalle gevaarlijke berg wegen. Een klein plaatsje, Bhaise, dat in het donker vol staat met vrachtwa gens die niet verder kunnen omdat verderop de weg weg is. Met veertig andere gestranden slapen op de le men grond, zonder matras. Tussen de bedrijven door: bagage in klaren, documenten halen. Bij de dou ane spreekt niemand Engels wat een toestand Eindeloos palaveren over de prijs van de koelies. Iedereen is vol begrip, maar niemand haast zich. Morgen terugkomen. En je ge duld bewaren nooit boos worden. Dan is dat vliegtuig, dat je in nog geen etmaal boven alle zorgen uit naar je eerste bestemming bracht, volledig verleden tijd. En ook het borreltje, dat een vriendelijke stewardess je serveer de, behoort tot een andere wereld. pr zijn dingen, die veel vergoeden. De welwillendheid van de diplo matieke vertegenwoordigers, in wier huis je kunt logeren en de harte lijkheid en hulpvaardigheid waarmee ze je omringen. En wanneer alles stil staat omdat de Hindoebevolking een feestdag viert of omdat je vlieg tuig niet kan vliegen, valt er genoeg te zien. New Delhi: drukke kleurige straten, waar 'n vrouw niet weg te slaan zou zijn uit de textielwinkels, die de fijnste zijde te koop hebben, door weven met gouddraad. Agra - de Taj Mahal, een immens bouwwerk in wit marmer, graftombe voor de lievelings vrouw van een maharadja. De straat scènes, de klederdrachten, de kinde ren, die je in troepen belegeren. Maar dat is zo constateert dr. De Booy bijkomstigheid. En terwijl hij en zijn vriend Egeler hun ervarin gen te boek stelden, was de rest van de expeditie onderweg naar New Delhi om het team te completeren. Voor de tocht van Pokhara naar het expeditiegebied, een ongewis avon tuur tegemoet. t (door prof. dr. C. G. Egeler, leider van de expeditie) V'ATHMANDU, september. „Ik heb tijdens een verkennings- tocht 'ns een proef genomen met het dragen van een vracht, zoals onze koelies aanstonds te torsen krijgen van Pokhara naar Tukucha, 'n kleine honderd kilometer zwaar terrein, negen dagen lang. Ze houden de last met hét hoofd; sommigen hebben schou derbandjes, meer om de vracht in evenwicht te houden dan voor het dragen zelf. Vrijwel het hele gewicht komt op de hoofdband. Myn vracht was gelyk aan die van de koelies: een pak thee van ongeveer zestig kilo. De koelie komt met zyn volledige lichaamsge wicht daar niet eens aan toe; het zyn kleine kereltjes, maar volkomen ge traind op dit soort karweitjes. Dat bleek wel. Ik had de grootste moeite myn last enkele tientallen meters de berg op te dragen. Enkele tientallen meters: de koelies schaterden van het lachen. Van deze primitieve, oerster ke knapen kan straks het welslagen van heel onze onderneming afhanke lijk zyn". Zo begint het eerste reisverslag van prof. dr. C. G. Egeler, leider van de Himalayaexpeditie, dat hij medio iptember dateert. Terwijl hij hondwd dra- 5 de deur uit, die in een 150 kilo- septemb jchreef, meter lange mars de in Nepal aange schafte levensmiddelen en petroleum van Kathmandu naar Pokhara moKs- ten brengen, een voettocht van tien dagen. Rendez-vous in Pokhara op 20 september. Als alles volgens de plan nen is verlopen, zijn Nederlanders en Nepalczen dus nu in een grote kara vaan onderweg naar Tukucha, de werkbasis in het expeditiegebied. Als alles volgens de plannen verloopt, ja. „Want" zo schrijft prof. Egeler „wanneer de hoofdmacht in Kath mandu bijeen is, moet nog veel ge beuren. Ieder moet een visum hebben, want vreemdelingen mogen niet zon der meer vrij rondreizen in dit land. Maar het bijeenbrengen van officiële reisdocumenten kost hier tijd. Het in klaren van het expeditiemateriaal kost nog meer tijd... beuren kan ons werkelijk niets meer. Met dit gevoel stapten De Booy en ik op 22 augustus in het vliegtuig om opgewekt en blijde in Nepal het ver voer van proviand en expeditiemate riaal naar het binnenland voor te be reiden. Eenmaal op de plaats van be stemming aangekomen, bleek spoe dig, dat de werkelijkheid een tikkel tje anders lag dan de schone illusie. Ons gevoel van voldoening bleek zachtjes gezegd wat voorbarig te zijn geweest. Niet voldoende voorzien hadden we de mogelijkheid, dat juist dit jaar de moesson wel eens abnormaal heftig zou kunnen zijn, zodat het transport van onze bagage vele weken zou wor den vertraagd. Dat begon al in de haven van aankomst: Bombay. Over stromingen maakten, dat de hier aangevoerde goederen niet snel kon den worden afgevoerd, zodat schepen soms weken moesten wachten eer er een losplaats vrij kwam. Zo verging het ook ons: drie weken vertraging in totaal. Maar daarmee waren we er nog niet. Omdat de treinverbindingen in de moessontijd veel te wensen overlaten, werd onze zes ton wegen de vracht op twee trucks geladen om uit Bombay dwars door India naar de Napalcse grens te worden vervoerd. De regen stak hier abrupt een stokje voor. In Noord-India traden reusach tige overstromingen op. De moed zonk ons in. de schoenen, toen we hoorden, dat het wegvervoer wel eens maanden gestremd zou kunnen zijn. Onze trucks haalden zonder ongeval de plaats Patna, niet ver van de Ne- Na de plannen de werkelijkheid Het maken van plannen voor een expeditie naar de Himalaya is een fascinerende bezigheid, vooral wanneer je wilt proberen in alle on voorziene mogelijkheden toch te voorzien. Daar gaat al veel tyd in zitten en veel energie. Maar uiteïnde- lÜk komt het ogenblik, waarop je denkt, dat je er bent. Dan ga je iet wat zelfvoldaan achterover zitten en zegt: ziezo, nu kan ons niets meer Seoeuren; onze marges zyn zo ruim, at ze haast: belachelijk zijn. Nee, ge- Maar het lukte om naar Patna de opdracht door tè geven de hele vracht van de trucks over te laden op de trein, die vanaf daar o won der weer wel functioneerde. By de grens van Nepal houdt echter de spoorlijn op. Op 2 september ging de order uit: alles weer op vrachtauto's. Juist terwijl ik dit schrijf komt het bericht binnen, dat de bagage bij de grens is aangekomen. We zijn gered, op het nippertje binnen de door ons gestelde (ruime) marge. Helaas ook ten koste van een zeer ernstige fi nanciële aderlating die natuurlijk nauwelijks in onze begroting was voorzien. Op de routedie de trucks moesten volgen van Bombay naar de Nepalese grensont moetten zij menige hindernis. Deze foto komt uit het dorpje Bhaise, niet ver van de grens, waar een bergstorting de weg had geblokkeerd en tientallen vrachtauto's stonden te wach ten tot de route vrijgemaakt zou zijn. Alles marcheert naar wens alese grens, maar bleven daar ste- Nieuw tijdverlies dus. Dat zou je nog kunnen beperken, wanneer je maar de telefoon hoefde te grijpen en een paar afspraken maken. Zo is het hier echter niet. De communicatiemidde len zijn uiterst gebrekkig en uit Kathmandu met India telefoneren, daar is geen kwestie van. Telegram men doen er vaak dagen over opi hun bestemming te bereiken. Dat zijn dan van die tegenslagen, die het hele verloop van een ex peditie kunnen afremmen, maar die tot dusverre steeds konden worden opgelost. Overigens mogen we toch niet ontevreden zyn over het verloop van de expeditie. Integendeel: alles marcheert verder naar wens in de meest letterlyke zin. De dragers zyn onderweg gegaan onder leiding van de Sirdar Wongdhi, die een van de centrale figuren in de onderneming gaat worden. Zelf vliegen wij aanstonds van Kath mandu naar Pokhara. En eenmaal daar is er geen weg meer terug. Dan is de expeditie in haar eigen domein. Hoewel de besognes ons in Kathman du met bakken op het lijf vielen, heb ben De Booy en ik toch nog tijd ge had voor een eerste kennismaking met de Himalaya. Na onze verplich tingen voor' zover mogelijk te hebben afgehandeld, zijn we naar Pokhara gevlogen om tijdens een voettocht in het gebergte wat vertrouwd te raken met de voorkomende geologische for maties en tegelijkertijd onze toekom stige expeditieroute te verkennen. We waren met ons zessen: De Booy en ik, twee sherpa's en twee dragers. Vijf dagen hebben we in de bergen doorgebracht en we zijn terugge keerd, overweldigd door de indruk ken die we te verwerken hebben ge kregen. Het meest gespannen waren we natuurlijk op een blik naar de jjs- reuzen. Weliswaar loopt de moesson nu ten einde, maar de wolken han gen toch nog laag en een werkelijk heldere dag maakten we nog niet mee. Ook tijdens onze tocht stond de moesson ons niet véél toe, maar 'n enkele maal scheurde de wolkensluier toch open. Al vanuit Pokhara hadden we 't uit zicht gehad op de 6997 meter hoge Machhapuchare met zyn adembene- mend-steile wanden. In het gebergte bevonden we ons plotseling onder de immense zuidwand van de Annapur- na (8078 meter). Voor mij was het de eerste maal, dat ik 'n achtduizender zag. De Booy had me gewaarschuwd, dat de dimensies geheel anders zijn dan je verwacht, zelfs wanneer je gaat vergelijken met de toch redelijk hoge bergen in de Andes. Toch was ik volkomen onvoorbereid. Zelf ston den we op 2000 meter, toen het wol kendek brak. Eerst kwam de top vrij en dat maakte de hoogte van de berg eigenlijk helemaal onaanvaardbaar. Daarna trokken de sluiers ook van de basis weg en verhief de Annapurna zich in alle majestueuze pracht voor onze ogen: de eerste achtduizender die in 1950 werd bestegen. Door een Franse expeditie, waaraan ook Lionel Terray deelnam, die straks met ons aan de voet van de berg zal staan en alle avonturen van die dra matische tocht zal herbeleven. Hier, aan de voet van de Annapurna, voelden we ons voor het eerst midden in de Himalaya, ons land van belofte door vele jaren heen, het gebied dat wij in de komende maanden zullen exploreren en dat ons even vertrouwd zal raken als het nu al Lionel Terray is. We hebben er lang stil gestaan en zijn zwijgend en dankbaar terugge keerd. Wanneer we binnen enkele dagen op pad gaan, trekken we langs steile hellingen, over passen en door woeste dalen. De paden zijn over het alge meen uitstekend onderhouden. Op Eind augustus vertrok dr. De Booy uit Kathmandu voor een expeditie per jeep om contact te zoeken met de beide vracht wagens, die in totaal zes ton materiaal van Bombay opvoer den naar de Nepalese grens. Onderweg werd meteen alvast wat geologie gedaan om de routine te behouden'. De weg voerde langs gevaarlijke hellin gen, waar aardverschuivingen soms enorme verwoestingen aanrichtten. De foto geeft zo'n plek, kort tevoren vrijgemaakt met bulldozers. hellende stukken bestaan ze meestal uit een soort van trap, gemaakt van opeengestapelde steenplaten. Dat geldt voor alle belangrijke karavaan wegen; in het binnenland van Nepal zijn 't de enige verbindingsaders. Alle vervoer gaat hier op de schou ders van de mens, man of vróuw. Lastdieren kom je in de zone van Pokhara niet tegen. Er zyn wel een pdar bergpaardjes, maar die worden uitsluitend als rijdier gebruikt. Om de paar honderd meter vind je langs het pad steeds de zg. dragers rustplaatsen, een stenen platform, waarop de koelies hun lasten gemak kelijk kunnen neerzetten. Er wordt druk gebruik van gemaakt; we heb ben 't trouwens zelf ook al gedaan, want we moeten nog wennen aan de lange dagtochten en het vrijwel con stante sty'gen en dalen. Er staat ons nog wat te wachten, straks, naar Tu kucha. Want marcheren is in dit ter rein al geen geringe opgave en lo pen met lasten is dan nog iets heel anders. Toch zien we er met verlangen naar uit. We hebben vanuit de verte iets van ons doel mogen zien. Het heeft ons nu al geheel van verwachting vervuld". Weekend-congres in België (Van onze correspondent) In het historisch slot van Male by Brug ge is het afgelopen weekeinde een con gres gehouden van de internationale be weging voor vryheid van meningsuiting en godsdienst. Hieraan werd deelgeno men door een 50-tal afgevaardigden uit Europese en Afrikaanse landen. De be weging werd in juli 1961 te Londen ge sticht, onder de naam „Amnesty". Het voornaamste doel van de vereniging is de verdrukten over de gehele vyereld by te staan. Ontelbare personen worden im- •s vervolgd door regeringen of wor den om veiligheidsredenen opgejaagd. Naar schatting geniet ruim tweederde van de wereldbevolking niet van de arti kelen 18 en 19 van de verklaring van de „Rechten van de mens", die aan de bur gers het recht verleent van vrije me ningsuiting en godsdienst. Vervolgingen wegens ras en huidskleur, politieke onverdraagzaamheid en gods dienst zijn thans jammer genoeg nog schering en inslag. Daarom deze confe rentie in het kasteel van Male. De vergaderingen werden voorgezeten door de Belgische volksvertegenwoordi ger L. Kiebooms, die tevens voorzitter is van de Belgische afdeling van de be weging. HÜ verontschuldigde de heer Schrijver, staatsminister, die tijdens de bijeenkomst het woord zou voeren. Er werd echter een nota, welke door hem werd opgesteld, voorgelezen. In deze nota legde de staatsminister cr de nadruk op dat de voornaamste taak van de internationale beweging voor vrijheid van meningsuiting en godsdienst er in bestaat hulp te bie den aan gevangenen en veroordeel den. Men wil o.m. werkelijke bijstand verlenen van advocaten van het be trokken land zelf; tussenbeide ko men om een menselijke behandeling te verlcrijgen voor de gevangenen; stappen doen om amnestie te verkrij gen; de openbare mening waarschu wen door het verstrekken van objec tieve voorlichting over het lot van de politieke gevangenen. De heer De Schrijver drukte in zyn no ta ook de hoop uit dat het congres te Male ook een oproep zou verrichten ten voordele van brede genademaatregelen ten opzichte van politieke gevangenen, die over de gehele wereld reeds jaren lang opgesloten zitten. De Britse afgevaardigde P. Eenenson was de mening toegedaan dat vooral het vooroordeel oorzaak is van heel wat ver volgingen. Het is een moeilijk te gene zen kwaal en er ls heel wat begrip, naastenliefde en vooral opofferingsgeest nodig om deze krachtdadig te bestrijden. Hij wees dan op de vervolgingen in Spanje, waar politieke gevangenen dik wijls reeds sedert 1936 opgesloten zitten en waar nog dagelijks aanhoudingen om politieke redenen gebeuren. Hetzelfde geldt nog op groter schaal voor de Oost-Europese landen, het grootste gedeelte van Azië en Afrika. De rassenhaat laait hoog op, ook in La tijns Amerika. De Nederlander dr. S. van der Woude sprak in het Engels over de vervolgin gen wegens godsdienst. Hy noemde het een bijzonder verheugend verschijnsel, dat zich thans onder de kerken een toe nadering aan het voltrekken is. Toch zijn er ook thans nog vervolgingen om deze reden, zoals in Ceylon, Indië en Pakistan en achter het IJzeren Gordijn, waar discriminerende maatregelen ge troffen worden tegen bepaalde kerken. Zuid-Afrika Bijzonder ontroerend en meeslepend was het betoog van de Zuidafrikaan Alfred Hutchinson, die het had over de vervol gingen wegens de huidskleur. Deze ne ger onthulde ontstellende toestanden be treffende de apartheidspolitiek in Zuid- Afrika. Hy beschreef hoe de negerbevol king daar in een ware angsttoestand leeft. Volgens spreker verricht de politie er willekeurige aanhoudingen; negers wor den zonder vorm van proces naar gebie den gestuurd, die soms vele honderden kilometers verwijderd zijn van hun woonplaats; de deuren van de universi teiten blijven gesloten voor de zwarten en ook vele beroepen mogen niet wor den uitgeoefend door negers. Dit alles heeft bij de negerbevolking van Zuid- Afrika een diepe innerlijke verscheurd heid teweeggebracht, en vooral ook een werkelijke afgrond tusen blank en zwart, die bijzonder moeilijk zal te over bruggen zijn. Hutchinson smeekte het congres om te pogen iets voor de vele gevangen en verbannen negers te berei ken, wellicht door het sturen van een onderzoekingscommissie, die zich ter plaatse van de toestand zou kunnen ver gewissen. Beroep op V.N. Tydens werkvergaderingen werd van gedachten gewisesld over de besluiten van het congres. Ten eerste wordt in de ze een plechtige oproep gedaan tot de regeringen opdat zij de vrijheid van me ningsuiting en godsdienst zullen doen eerbiedigen in hun land. Verder zal een algemeen reglement worden opgesteld voor de behandeling van mensen, die er van verdacht worden de veiligheid van de staat in het gedrang te brengen. Dit document zal toegezonden worden aan de organisatie der volkeren, het interna tionale Rode Kruis en de Raad van Eu ropa. De conferentie hoopt ook een ver betering van het asielrecht te verkrij gen. De personen, die het asielrecht ver krijgen zouden dezelfde rechten moeten krijgen als de eigen landgenoten. Ver der hoopt de Amnesty-beweging dat een „Internationaal fonds voor de rechten van de mens" zal worden opgelicht. De ze vereniging zou dc strijd moeten aan binden tegen de vervolging van onschul- digen. Het fonds zou beheerd moeten worden door een internationaal comité verkozen onder de winnaars van de No belprijs voor de Vrede. Elk jaar zou ten behoeve van dit fonds een geldinzame ling moeten worden gehouden op de dag van de rechten van de mens, 10 decem ber. Verder zou de voorlichting over de rechten van de mens in de scholen die nen te verbeteren. Op voorstel van de Ierse afvaardiging zal ook een oproep worden gericht tot de Verenigde Naties in verband met de vervolgingen om politieke redenen. Er zal o.m. gevraagd worden een reglement vast te stellen dat de verschillende re geringen verplicht tweemaal per jaar een volledige lijst ter beschikking te stellen van alle gevangenen. Duurste Nederlandse postzegel sinds 1852 Op de dinsdag gehouden 242e postze gelveiling van J. K. Rietdijk N.V. te Den Haag kwam een postzegel van Nederland (uitgave 1891, 5 cent oranje ï.p.v. blauw) onder de hamer, die de somma van 8880,- opbracht by een cataloguswaarde van 300Ó. Hiermede is de zegel de duurste van de ruim 950 postzegels, die Nederland sinds 1852 uitgegeven heeft. Voor deze veiling, die drie zittingen in beslag nam, bestond een grote buitenlandse belangstelling.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1962 | | pagina 9