Jonge gebrek huisvrouw heeft aan warenkennis CÉPOt'm Kraamverzorgster, een blij beroep KINDERKRANT „Bruin worden" heeft soms oranje resultaat zegt zuster Hayette Jeugd- ontharing? depilan MARRON, de soep-kabouter 10 PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT ZATERDAG 23 JUNI 1962 (Van onze redactrice) ZE WAS AAN HET STRIJ KEN, toen we binnenkwamen, zuster J. A. A. Hayette, uit Goes, kraamverzorgster var het Wit-Gele Kruis bij de fami lie J. S. Rienks in Middelburg Toen we gingen zitten dwaaldei haar ogen aarzelend heen ei weer tussen een stoel en ees stapel strijkgoed. „Vindt U het erg als ik bliji strijken?" vroeg ze aarzelend. En in één adem er bij: „Mijn moeder zei me eens dat zittend strijken zo lui staat. En eigen lijk vind ik dat ook". Het is een opmerking, die zuster Hayette eigenlijk tekent: ze is zich wel bewust van haar taak in het gezin waar ze hulp komt verle nen, ze kent de moderne huis- houdtechnieken en alle moderne zaken, die letterlijk en figuur lijk in haar „kraam" te pas ko men, zal ze toepassen, maar als ze iemand en in dit geval dus Zuster Hayette met op schoot baby Sipko Johan Lodewijk Rienks. Één jarige Welmoet heeft het helemaal niet naar haar zin en driejarige Xandra kijkt belangstellend toe. haar moeder een plezier kan doen, zal ze dat ook blijmoedig doen. Het is dus het beroep van zuste Hayette, dat we ditmaal een onder de loep willen nemen. Z vertelt er vlot en enthousiast over. Toen ze ongeveer vijftien jaar wa wist ze al, dat ze „in de kraam" wi Ie. Winkel of alleen huishoudelij werk trokken haar niet zo zeer. „I wilde iets, waar ik mijn hele persoc voor in kon zetten", zegt ze. En zo is het de kraamverzorging gi worden. Hiervoor is vereist de pri maire opleiding aan een huishoud school of een daarmee gelijkwaardig opleiding. Daarna volgt de cursus theorie en praktijk van drie maan den. Die cursus volgde mejuffrouw Hayette op een internaat in Breda. De minimum leeftijd hiervoor is achttien jaar. De adspirant-lcraam- vorzorgsters, die deze cursus met goed gevolg hebben, doorlopen, be ginnen dan aan haar praktijkjaar. De eerste zes bevallingen verzorgen ze ïog onder leiding van de leidster-do- :ente, maai- daarna gaan ze alleen de iraktijk in. 9 Eerste baby De eerste zelfstandige hulp aan moeder en kind wordt natuur lijk wel wat zenuwachtig tege moet gezien. „Toen ik voor het eerst in de praktijk ging", vertelt zuster Hayette, „had ik de pech, dat in dat gezin net een kennis van me kwam, die wist, dat ik net uit Breda was gekomen. Dat was niet zo leuk, te meer omdat de kraamvrouw het ook te weten kwam. Maar alles is prima verlopen". Spontaan vertelt ze, dat ze de verjaardag van „haar eerste baby'" niet zal vergeten. In dat eerste praktijkjaar zijn de kraamverzorgsters verplicht een avond per week naar de cursus te gaan. Als alles goed gaat krijgen ze na dat jaar het begeerde insigne. „Het is vaak hard werken", vindt zuster Hayette. „Eigenlijk is het zo, dat je na elk gezin (de kraamhulp duurt tien dagen) recht hebt op twee vrije dagen, maar het gebeurt wel, dat daar geen gelegenheid voor is, want nieuwe wereldburgers houden daar geen rekening mee. Anderzijds gebeurt het ook wel eens dat je meer vrije dagen krijgt". Zuster Hayette heeft het tot dusver niet erg gevon den, als haar vrije tijd er bij inschoot. „Het is zo'n fijn idee in een gezin te komen, waar een baby wordt gebo- ren. Er heerst altijd blijdschap waar ik kom en het is prettig een gelukkig §3zin achter te laten", ver de contacten met „haar" gezin nen is zuster Hayette ook al enthou siast. „Het is leuk, als je onderweg wordt aangehouden, door de jonge vader of moeder, om je te vertellen, dat alles goed gaat met de baby". Het werk van de kraamverzorgster bestaat in de eerste plaats uit de hulp aan moeder en kind. Maar daar naast heeft ze ook de zorg voor het gezin. Eventuele andere kinderen moeten worden verzorgd, er moet eten worden gekookt en het huis moet op crde worden gehouden. En juist in die tien dagen komt er veel bezoek om de nieuwe wereldburger te bewonderen. Dat betekent dus op en neer lopen met kopjes koffie of thee. Veel lof heeft zuster Hayette voor de kraam heren, die liaar vaak de helpende hand bieden. „Ze gaan bijvoorbeeld de kamer stofzuigen of ze helpen met de afwas", vertelt ze. Aanpassingsvermogen In dit beroep is een enorm aanpas singsvermogen nodig. „Je moet tenslotte van het goed gesitueerde gezin zo over kunnen stappen naar een gezin, dat het financieel bepaald moeilijk heeft". Zuster Hayette zegt het wat peinzend. Ze laat kennelijk haar gezinnen even in gedachten de revue passeren. „In het ene gezin eet je met mes en vork aan een goed ge dékte tafel en in het andere met een' enkel mesje zo van de kale tafel. Dat kan mij echt niet schelen, als de men sen, waar ik kom, maar tevreden zijn!" Ze is er in de loop van het gesprek toch maar even bij gaan zitten, „want dat praat gemakkelijker". Met een half oor is ze intussen boven, waar mevrouw Rienks, baby Sipko Johan Lodewijk, driejarige dochter Xandra en ruim eenjarige dochter Welmoet slapen. Van de verantwoor delijkheid van haar beroep is ze zich zeer bewust. De blijdschap, die ze in haar werk ontmoet, is echter in het leven van zuster Hayette de alles overheersende factor. (Advertentie) -puistjes PUROL-POEDER (Van onze medewerkster) ]Wr evrouw E. A. Schadee-Hartree uit Den Haag is presidente -y A van een organisatie, die de laatste tijd nogal eens „in het nieuws" is en waarvan overigens elke Nederlandse huisvrouw doel en streven zou moeten kennen: de Nederlandse Consumen tenbond Zij is bovendien bestuurslid van het Consumenten Con tact Orgaan, secretaresse van het International Office of Con sumers Unions, viee-voorzitster van het kortgeleden opgerichte Europees Bureau der Consumentenbonden dat de consument zeggenschap in E.E.G.-aangelegenheden wil geven. tenbond bij haar onderzoekingen constructies tegen die zulke ongeluk ken kunnen veroorzaken. Een mogelijkheid tot bescherming van de consument op dit terrein zou de reeds van voor de oorlog dateren de Electriciteitswet kunnen zijn maar het essentiële punt van die wet is nog altijd niet doorgevoerd. Daar door is het nog steeds niet verplicht dat elektrische materialen en toestel len aan de zogenaamde KEMA-keur voldoen; daardoor is de elektrische veiligheid nog altijd een willekeurige zaak. „Daardoor", zegt mevrouw Schadee fel, „én mede door de eenzij dige voorlichting kunnen er nog steeds ondeugdelijke elektrische ap paraten in de handel komen en ge beuren er steeds weer ongelukken met elektriciteit". „Start voorlichting op schooi" Mevrouw Schadee is dus kind-aan- huis bij de consumentenproblematiek en daarom hebben wij haar visie ge vraagd op een probleem dat onlangs werd gesignaleerd in een Nederlands weekblad: het ernstig gebrek aan warenkennis bij de Nederlandse huis vrouw, met name bij de jonge Neder landse huisvrouw. Een „brandende kwestie" die, merkwaardigerwijs, door een man aan de orde werd ge steld! Voor mevrouw Schadee „een in terview? met plezier, als het maar niet zo'n melig verhaal over mijn eigen persoontje wordt" blijkt dit probleem een welkome aanleiding tot het beklimmen van een paar stok paardjes. Een van die stokpaarden is de voorlichting op de Nederlandse huishoudscholen: „de gunstige uit zonderingen daargelaten werkt men er bij de huishoudelijke voorlichting nog maar al te vaak met ouderwetse denkbeelden en verouderde voorbeel den. En dat terwijl er toch genoeg aanknopingspunten zijn met allerlei aangelegenheden van deze tijd, zoals de afbetalings- en financieringsme thoden". En de mannen Ook lager en middelbaar onder wijs, zo meent mevrouw Scha dee, zijn bijzonder slecht aange past aan de situatie, waarin de con sument zich bevindt. „De voorlich ting zou veel eerder kunnen beginnen op de lagere scholen al. Een en kel voorbeeld: de labelling van was goederen is toch wel iets waarover op visuele wijze voorlichting zou kunnen worden gegeven. En niet al leen aan de aspirant-huisvrouwen: de mannen moeten ook het hunne weten van warenkennis! Zeker in de ze tijd, waarin de markt overstroomd wordt mee steeds weer nieuwe tech nische produkten Al pratend komt de presidente van de Consumentenbond bij een tweede stokpaardje: de kwestie van de „elektrische veiligheid" in ons land. Steeds opnieuw gebeuren er ongeluk ken met elektrische apparaten, steeds opnieuw komt de Consumen- Advertentie) Eenzijdig H" Arriveer n?! 20 "SjOF als u tegen reisziekte (in da blauwe verpakking - iet op de juiste dosering i/akantiefinanciën Financiële vakantie-perikelen Dan nog gauw even de brochure bestel len. die door de Nederlandse Huis- houdraad wordt, uitgegeven onder de titel Vakantiebestedingen een helder antwoord geeft op allerlei problemen rondom het vakantie-bud get Wie vijfenzestig cent over schrijft op girorekening 228950 van de penningmeester Stichting Neder landse Huishoudraad te Den Haag en daarbij duidelijk de naam van de brochure vermeldtkrijgt deze verzameling vakantievjenken zwart- op-wit toegezonden. KOELKAST IN HUISKAMER De jonge vrouw op deze foto hoeft niet tussen zitkamer en keuken heen en weer te lo pen als ze haar gasten een koud drankje wil voorzetten. Ze haalt de gekoelde flesjes uit een kleine, door een Neder landse industrie ontwikkelde „thermo-elektrische" koelkast, die slechts 32 liter inhoud heeft en waarvan de werking geheel afwijkt van de zoge naamde compressie- en a.b- sorptie-methoden die in de tra- ditïonele koelkasten worden toegepast. De koel-elementjes zijn samengevoegd tot een thermo-batterijdie maar zeven centimeter lang, vijf centimeter breed en een cen timeter dik is, en die de tem peratuur in het koelkastje op ongeveer tien graden brengt. Ruimtebesparing èn stroom- besparvng: want volgens de fabrilcant verbruikt een derge lijk koelsysteem op z'n hoogst 32 watt. Voor huisvrouwen die te weinig technisch voorstel lingsvermogen hebben om zich in te denken hoeveel dit ver bruik is: het komt overeen met. de stroom die door een kleine wandlamp wordt ver bruikt. lang. Waarom is men niet verplicht om op geneesmiddelen de samenstel ling te vermelden, zoals dat in Enge land gebeurt? Waarom staat op de buitenkant van een stuk zeep niet het gewicht, zodat de huisvrouw zelf kan controleren of een groter for maat inderdaad voordeliger is? Weet U, of een pakje boter en een stuk kaas kleurstoffen bevatten?" Eerlijk gezegd: we wisten het ant woord op deze laatste vraag niét In Duitsland zou een huisvrouw het waarschijnlijk wei hebben geweten, want daar boekt men al concrete successen met de verplichte vermel ding van „vreemde stoffen" op le vensmiddelen. Mevrouw Schadee noemt in één adem nog veel meer voorbeelden: „Labels op alle mogelijke soorten textiel zijn nodig; centrifuges zouden eveneens voorzien moeten zijn van een passen de labelling; wie een blikje koopt met een „complete maaltijd" zou op het blik moeten kunnen lezen hoeveel er van de diverse ingrediënten in ver werkt ztjn Mevrouw Schadee blijkt van A tot Z thuis op de diverse terreinen die door „haar" bond bestreken worden. Ze is bovendien zelf huisvrouw en moeder („vier teenager-kinderen") en ze is in haar privé-Ieven ongetwijfeld een zeer „bewust" consumente... Een om standigheid waarvan de Consumen tenbond waarschijnlijk meer dan eens profijt heelt getrokken! r uishoudelijlte voorlichting: heb ben we er werkelijk zo'n gebrek aan, gezien het respectabele lijstje van instituten die zich met het adviseren van de Nederlandse huis vrouw bezighouden? „Instellingen zijn er genoeg", zegt mevrouw Schadee, „maar hun me thoden zijn vaak onvoldoende". En als voorbeeld haalt ze de recente kwestie van de aardappelprijzen aan: „de voedingsvoorlichting over dit punt is voor de huisvrouw bepaald onvoldoende geweest! Met het ver strekken van een paar recepten vond men het wel bekeken radio en te levisie hadden aan dit probleem veel meer aandacht kunnen besteden". Verder is er naar haar mening te weinig coördinatie tussen de voor lichtende organen: de diverse soorten van voorlichting lopen vaak parallel, men lijkt soms zelfs afkerig van sa menwerking op dit gebied. En dan is er nog het „éénrichtings verkeer" in de voorlichting als we dat zo mogen noemen. „Nog altijd wegen de bezwaren van de industrie zwaarder dan het consumentenbe- Advertentie) Maar dan modern, veilig, snel en mild met de prettig geparfumeerde "n Hamol produkt uit Zwitserland tube 1.50 en 2.95 KLEUR UÏT EEN FLESJE (Van onze medewei-kster) T-4 et leek liet ei van Columbus, een paar jaar geleden; plotseling ver- schenen er allerlei middeltjes op de markt waarmee men bruin kon worden zonder zon. 's Avonds Inwrijven, 's morgens zongebronsd wakker worden het leek te mooi om waar te zjjn en dat was het dan ooit. Do middeltjes eisten een uitermate voorzichtige hand van opbrengen, ze vroegen bovendien om een gave huid; wie er ook maar een beetje non chalant mee omsprong, kwam gestreept of gevlekt uit de „schoonheids kuur" te voorsclijjn In Parijs hebben de grote mode-ontwerpers reeds hun collectie confectie- kleding voor de volgende herfst en winter getoond. Op de foto: drie modellen uit de collectie van Guy Laroche. V.l.n.r.: pur sang, een japon van zwarte en rose zijde, bewerkt met kant; pesage, even eens een zijden japon; en masina, een mousseline robe bedrukt met een bruin-geel motief. De kunstmatige „bruinmakers" be vatten een stof die de huid donker der maakt en zijn dus bijzonder aan trekkelijk voor degenen die niet om de zonnestralen-zélf, maar om het bruin worden in de zon gaan liggen. Voor hen de volgende wetenswaar digheden resultaten van een onder zoek dat de Amerikaanse Consu- sumentengids zijn gepubliceerd. Bruinmakende middelen werken niet op elk huidtype op de gewenste ma nier in. Een vette huid Kan er gelig van worden, een ander type huid oranjekleurig. Weer een andere huid wordt vlekkerig, een van nature niet fraaie huid wordt er soms nóg lelij ker van en op littekenweefsels heb ben de middeltjes vaak geen enkel effect. Het opbrengen van het mid del is in veel gevallen ook een strui- kelpunt: ongelijkmatig uitstrijken kan vlekken veroorzaken. Geen medische bezwaren Het Amerikaanse onderzoek heeft zich ook bezig gehouden met een vraag die al spoedig na het versclijjnen van dit soort middeltjes is gerezen: zijn er medische bezwa ren verbonden aan liet gebruik van „bruinmakers?" Voor zover bekend, zyn die bezwaren er niet; do werk zame stof is op zichzelf niet giftig en veroorzaakt blijkbaar geen over gevoeligheidsreacties. Als die wel voorkomen, zjjn andere ingrediënten bijvoorbeeld liet parfum waar schijnlijk de oorzaak. Het best kun nen de preparaten eerst in kleine hoeveelheden worden toegepast; de reacties van huid en gestel kunnen dan eerst even worden afgewacht en bovendien kan men meteen een beetje oefenen in de niociljike kunst van het aanbrengen van deze mid deltjes Dit „voorzichtig beginnen" geldt ook voor gewone zonnebrandoliën en -crèmes. Men is al gauw geneigd om te denken dat deze smeerseltjes des te doeltreffender werken, naar mate men er meer van op liet ge zicht smeert. Ook hier is echter de kans van overgevoeligheid voor sommige chemicaliën niet uitgeslo ten. Toepassen met mate en even controleren hoe huid en smeersel tjes elkaar verdragen, is hier het advies. Om de paar uur Wel moeten de beschermende crè mes steeds opnieuw worden opgebracht om een volledig ef fect op te leveren. Dat moet om de paar uur gebeuren en ieder geval na het zwemmen. Houdt er wel reke ning mee, dat jaargetijde en stand van de zon een rol spelen bij het gevaar van verbranding! In deze junimaand en ook in de maand juli is de kans op verbranding het grootst rondom het middaguur. De stadsmens zal in zijn vakantie ont dekken dat hij op het platteland sneller verbrandt dan in de stad, omdat roet cn rook in de grote stad veel ultra-violet licht tegenhouden. Hij zal misschien op een kwade dag ook merken, dat hij bij lichte bewol king of zogenaamd „heiig" weer veel sterker verbrandt dan de bedoeling was mist en heiïgheid namelijk laten het ultraviolet licht vrijwel on belemmerd door. Nog een factor tenslotte die van in vloed, is op het snel of minder snel bruin worden: de terugkaatsing van de ultraviolette stralen. Water kaatst tweemaal zoveel terug als gras, vers gevallen sneeuw viermaal zoveel als water. En dat is dus de verklaring van het feit, dat men in de bergen, op het water en aan het strand de meeste kans op verbranding loopt. Er was niet één kabouter in het hele land van prins Saffier, die zijn hartje niet sneller voélde kloppen toen ze zïcli op liet grote plein voor het paleis van hun vorst opstelden. O, niet dat ze zich ongerust hoefden te maken hoor, want ze waren een dapper en vriendelijk volk en tot ver over de grenzen van hun land waren ze beroemd om de prachtige dingen die ze konden maken. Maar toch De prinses die naar hun land was gereisd en misschien met prins Saffier zou trouwen stond bekend als het meest verwende elfenmeisje op de hele wereld. Iedereen wist hoeveel prins Saffier van haar hield en juist daarom waren de kabouters zo benieuwd en ook een beetje be zorgd of het haar in haar nieuwe land wel bevallen zou. Regelbare ijzers De Consumentengids geeft een nut tig tipje over het strijken met zoge naamde „regelbare strijkijzers": Probeer bij het strijken van tere stoffen eerst eens voorzichtig, of de stof de temperatuur van de aange geven stand inderdaad verdraagt. Dit advies geldt niet alleen voor ijzers met een onnauwkeurige tem peratuurregeling, maar ook voor ap paraten, die de gewenste tempera tuur vrij goed leveren zelfs het beste mechanisme lean ontregeld ra ken! Wordt het ijzer midden op de stof gezet dan is in zulke gevallen het kledingstuk meteen radicaal be dorven; wordt het eerst op een hoekje of op de'binnenkant van het materiaal geprobeerd, dan is de scha de vaak nog wel te camoufleren. „We zullen allemaal mee helpen om het haar naar de zin te maken", hadden zc hun prins beloofd en daar om waren ze nu naar hel paleis gekomen, waar di prinses dadelijk op de stoej zou verschijnen om kennit te maken met het volk var prins Saffier. Toen ze op dc trappen verscheen hielt iedereen zijn adem in, wanl nog nooit had één kaboutei een zó mooi elfje gezien. Dt prins stond naast haar ei sprak zijn volk toe: „Ka bouters", zei hij, „tot oj: vandaag dacht ik dat ik niet gelukkiger kon zijn dan ik al was. Mijn volk was het vriendelijkste en knap ste kaboutervolk ter we reld. Wat ik maar wilde hebben konden jullie altijd voor me vinden of maken „Maar", ging de prins verr der, „nu weet ik dat ik pas helemaal gelukkig zal zijn als Prinses Spirea mij r vrouw wordt. En ook d&ar moeten jullie me bij helpen; vanavond voor de maan op komt zal prinses Spirea me zeggen of ze in ons land blijft of niet. Het hangt van jullie af, vrienden. Laat haar zien, horen of proeven wat ons land te bieden heeft". Eén voor één kwamen de kabouters nu de stoep op en boden de prinses een ge schenk aan: kettingen nog mooier dan de prins zelf bezat, doosjes van het fijn- :te hout, kleedjes van zil- /eren spinrag gesponnen, .childerijen die wel gepen delde dromen leken en tloemen die alleen kabou- .ers weten te staan. Daarop cwamen de muzikanten van iet volk naar voren en ipeelden hun zelfgemaakte iedjes voor haar. 9e prins was opgetogen. En Je prinses? Verlegen keken Ie kabouters haar af en toe van terzijde aan. 'te zei pas iets toen de beurt aan Marron was om zijn kunsten te laten zien. Marron was de soep-kabou- :er. „Vertel de prinses maar eens, Marron", zei de prins vriendelijk, „hoeveel soepjes je maken kunt". De rode wangetjes van Marron glommen van trots loen hij op z'n vingers be gon af te tellen: „kastanje soep, bosbessen-soep, pad- destoeltjes-soep, rozebottol- 4oep, jónge berkentwijgjes- soep, doveneteltjes-soep..." De kabouters om hem heen en ook de prins smakten zachtjes met hun tong. Hij zou misschien nog wel een half uur zo doorgegaan zijn, als de prinses niet op eens met haar voet ge stampt had en de prins aan zijn mouw had getrokken: „Genoeg!", riep ze, „wat denk je eigenlijk wel van me? Dat ik ga luisteren naar zo'n kereltje dat over soep praat? Je lijkt wel «niet wijs om hem hier te laten komen. Ik houd helemaal niet van. soep". Het was heel stil geworden om haar heen en ook de prins zag bleek, want de soep van Marron, dat was iets waar je nooit genoeg over praten kon. Alleen Marron zelf glimlachte en zei: „Hoogheid, zo praten alle mensen die mijn soep nog nooit geproefd nebben, wacht U maar eens af tot TJ mijn prinsessen-soep heeft geproefd. Als de prins liet goedvindt ga ik nu da delijk naar de keuken en maak volgens geheim re cept een soepje dat U nooit meer vergeten kunt". De prinses trok haar neus op. „Als je soms denkt dat je mij met een bord soep kunt overhalen om in je land te komen wonen, heb je het mis", zei ze tegen dc prins. Zo draaide zich om en liet alle prachtige geschenken zo maar op de stoep van het paleis liggen. Met witte gezichtjes keken alle ka bouters naar hun prins, die zelf tranen in zijn ogen had. „Laat haar vertrekken, hoogheid", fluisterden de oudste kabouters, die hem in alle zaken raad gaven, „met zo'n prinses zou U nooit gelukkig kunnen zijn". De prins antwoordde niet, maar trok zich treurig in een kamer terug. De prin ses ging haar koffers pak ken en Marron ging naai de keuken, „want", dacht Hij, „gegeten moet er toch, ook al zijn we ongelukkig". Maar telkens weër zag hij het treurige gezicht van prins Saffier voor zich en noorde hij de harde woor den van de prinses. Daarom liepen de tranen over zijn blozende wangetjes en merkte hij niet dat 'ze neer- drupteri in zijn soepje vol gens geheim recept. „Hoogheid", zeiden do hof dames toen de koffers van cle prinses gepakt waren en de koets al voorstond, „U moet toch eerst nog iets eten voor we de hele nacht door de bossen terugrijden". ..O, best", zei de prinses, „breng me maar iets". „Er is alleen maar die soep, hoogheid", fluisterde éen van de hofdames die in de keuken was gaan kijken. „Dat kan me niet schelen", zei de prinses. „Waarom zou ik niet zo'n bordje van die soep eten tegen de hon ger? Ik laat me er alleen niet door omkopen". Met haastige happen at ze de soep, zonder te proeven wat ze at, trok haar neus op en zei: „niets bijzonders en hij is nog te zout ook. BahLaten we maar gauw gaan". Üonder de prins gedag te zeggen reed ze weg in haar koets. „Hoogheid, al heeft 'U ook verdriet, U zult toch iets moeten eten", zeiden de wij ze kabouters tegen de prins, die somber voor zich zat uit te staren. De prins liet zich een bordje van de soep brengen. Zonder erbij na te denken nam hij een hap en sprong toen woedend op. „Ze had gelijk!", riep hij, „Marron is oen soep-koker van niets. Proel' die soep! Veel te zout! Veel te zout! Ze had gelijk! Bij zo'n mooie prinses had ik niet met een soep-koker als Marron mogen aankomen". „Hoogheid, het komt dooi de tranen van Marron", fluisterden de wijze man nen, „hij had zo'n verdriet over wat de prinses gezegd heeft dat hij aldoor moest huilen en z'n tranen zijn in de soep gekomen". Maar de prins luisterde niet en joeg z'n wijze mannen weg, omdat hij vond dat ze de prinses niet hadden mo gen laten vertrekken nu iedereen kon proeven dat ze gelijk had. Huilend van woede en verdriet liep hij zijn paleis uit en de bossen in. Ondertussen was er met de prinses in de koets iets vreemds gebeurd. Ze waren merkte dat haar ogen vol tranen stonden. Driftig veegde ze ze weg en liet de gordijntjes van de koets sluiten, omdat ze dacht dat het van bet schelle licht kwam. Maar even later stroomden de tranen haar over de wangen en had ze het gevoel dat haar hart zou breken van verdriet. „Het is die soep! Het is die soep!", riep ze, „het was tranensoep, die ze me heb ben- voorgezet! Ze hebben het expres gedaan!" „Dat geloof ik niet", zei één van de hofdames, „ik heb gezien hoe die kleine soepkoker stond te huilen in de keuken. Ik denk dat het zijn tranen waren die do soep tot tranen-socp heb ben gemaakt". „Maar hoe moet het nu?", riep de prinses, „ik zal le lijk worden van al die tra nen en als ik thuis kom zal mijn hele volk het zien!" „Laten we wachten tot U bent uitgehuild", stelde een hofdame voor, „U kunt er toch niet mee blijven door gaan. Er zal heus wel gauw oen einde aan komen". Dc koets hield stil in hot bos en de prinses huilde, huilde en huilde, maar er kwam geen einde aan. Het was not of ze alle tranen van het hele kaboutervolk, van Marron en do prins op haar tong proefde. En hoe langer dat duurde hoe meer zc begon te begrijpen van het verdriet dat ze dat aar dige volk had gedaan. Toen zo daaraan dacht, huilde ze écht .Het leek wel alsof het bos haar snikken weerkaat ste, want tussen de takken door hoorde ze plotseling het geluid van nóg meer snikken. „Houd op, houd op!", riep vie prinses, „huil niet, wie je ook bent, daar achter die bcmen. Ik zal teruggaan en alles goed maken. Ik zal de kabouters zeggen hoe blij ik met hun geschenken ben cn dat zo het knapste en lief ste volk van de wereld zijn. En aan Marron zal ik ver geving vragen en tegen de prins zal ik zeggen Maar wat ze wilde zeggen hoefde ze niet meer te zeg gen, want de takken bogen opz(j en Jaar wés de prins. De vreemde toverkracht van Marron's tranensoep hield op hetzelfde ogenblik' op, want hun tranen droog den en hun ogen straalden alsof ze nooit hadden ge huild. En toen de maan even latei- achter de wolken tevoor schijn kwam had de prinses allang gefluisterd dat ze voor altijd en altijd in het land van prins Safticr wilde blijven en dat er geen dag van haar leven meer voorbij zou gaan zonder een soepje van Marron. MIES BOUHUYS.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1962 | | pagina 6