Mr. Beernink hoopt dat Kamer
de mammoetwet zal verwerpen
Gratiecampagne voor Jouhaud in Frankrijk
C.H.U. wil gesprek met A.R.P.
ZEEVARENDEN ONTVANGEN
3 PROCENT MEER OP DE GAGE
GEEN OMBUIGING
MEDEDINGINGSBELEID
Ook Pineau pleit voor O.A.S.-er
De Gaulle nam
nog geen besluit
DONDERDAG 26 APRIL 1962
PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT
3
„Nederland mag Papoea's niet
zo maar in de steek laten"
(Van onze verslaggever).
Mr. H. K. J Beernink, de voorzitter van de Christelijk Histori
sche Unie, hoopt, dat de Tweede Kamer de mammoetwet zal
verwerpen. In de rede, waarmee hij gisteren te Amsterdam de
jaarvergadering van de C.H.U. opende, zei mr. Beernink het
volledig eens tc zijn met de kritiek, die dr. Tilanus in de Tweede
Kamer op dit wetsontwerp tot regeling van het voortgezet on
derwijs, heelt geuit. Ons onderwijs is met deze wet beslist niet
gediend. „Tk heb alle waardering voor de bekwaamheden van
minister Cals, maar ik laat mij door de mededeling, dat hij zal
heengaan bij verwerping van het wetsontwerp, toch niet weer
houden om tegen de wet te stemmen. En in het belang van ons
onderwijs hoop ik, dat de meerderheid van de Kamer dit zal
doen".
Mr. Beernink wijdde ook aandacht
aan het Nieuw-Guineavraagstuk. Hij
betoogde dat het Nederlands bewind
«laar slechts een tijdelijk karakter
had, gespeend van elke vorm van ko
lonialisme. Wanneer Nederland even
wel verdwijnt zal er geen chaos mo
gen achterblijven.
Bovendien heeft ons land. zo ging hij
verder, morele en materiële verplich
tingen tegenover de Papoea's na te
komen, terwijl ten slotte de Papoea's
in vrijheid hun keuze zullen hebben
te maken. Wij staan open, aldus ging
de Unievoorzitter voort, voor elke op
lossing, waarbij de Papoea's niet be
drogen worden en waarbij wij deze
mensen recht in de ogen moeten
kunnen kijken. Hij betreurde welis
waar het sturen van troepenschepen
maar meende overigens, dat het nood
zakelijk was dit te doen om leven en
goed van landgenoten daar te be
schermen. Mr. Beernink bleef hopen
op het uitblijven van botsingen en op
succesvolle onderhandelingen.
Eén ding achtte hij moeilijk verteer
baar, dat was de houding van de
Partij van de Arbeid. De regering, zo
ging mr. Beernink voort, is bereid tot
elke oplossing. Waarom loopt de
P.v.d.A. de regering dan tussen de
benen. Toen dr. Drees minister-pre
sident was zijn de rechten van de
Papoea's toch erkend geworden. Van
waar dan thans die ommezwaai. Het
zou haar als oppositie sieren wan
neer ze de regering steunde zolang
die streeft naar een rechtvaardige en
vreedzame oplossing, aldus besloot
mr. Beernink zijn passage over het
Nieuw-Guineavraagstuk.
Brief aan A.R.P.
Mr. Beernink deelde voorts mede,
dat het hoofdbestuur van de C.H.
U. met algemene stemmen heeft
besloten tot het bestuur van de
A.R.-partij een brief te zenden,
waarin een uitnodiging voor ge
sprek op landelijk niveau juist
over de verschillende punten is
vervat.
Wat de resultaten van dit gesprek
zullen zijn, weet niemand, aldus mr.
Beernink. maar hij wilde voor één
ding waarschuwen. „Laat men nu
niet denken, dat wanneer wij dit ge
sprek in mei 1962 houden er in juni
een samensmelting van beide partijen
zal plaatsvinden. Het kan best mo
gelijk zijn, dat beide partijen tot de
conclusie komen, dat net het meest
verstandig is. de A.R.-Partij en de
C.H.U. te laten voortbestaan als zelf
standige politieke groeperingen, die
echter meer contact gaan onderhou
den dan tot dusver plaatsvond en
die samenwerken, waar samenwer
king kan plaatsvinden".
Wat de verhoudingen tussen rooms-
katholieken en reformatorische chris
tenen aangaat, meende mr. Beernink,
Sieto Hoving
conferencier op
koninginnedag
(Van onze speciale
verslaggever)
Op de avond van koninginne
dag, biedt de gemeente Am
sterdam het koninklijk paar en
achthonderd genodigden
de buitenlandse vorsten zpn
dan officieel nog niet gearri
veerd een grote feestavond
aan in het Concertgebouw. De
koningin heeft gewild dat het
vooral een genoeglijke avond
zou worden met licht ver
maak, dus zonder plechtige
zangkoren, toneelstukken en
dergelijke. De koningin heeft
Amsterdam volledig de vrije
hand gelaten in de samenstel
ling van het programma.
Zij wil ook niet weten wat zij
te zien zal krijgen. Het moet
een verrassing blijven. Maar.
zoals dat gaat, er lekt altijd
wel wat uit. We kunnen mee
delen dat de cabaretier Sieto
Hoving dó verschillende num
mers van het spectacle coupe
aaneen zul praten. Algemeen
word aangenomen dat Wim
Kan deze taak toebedeeld zou
krijgen. Sieto Hoving is ecliter
meer dan Wim l\an dc man
om woord te spelen op tie ..hit
te van de dag". Aan Sieto Ho
ving dus de eervolle taak de
gasten met een spits doch
a-politisch woord, dat mag
niet in de goede stemming
te brengen. Een van de mede
werksters aan het programma
is de toneelspeelster-chanson-
nière Georgette Hagendoorn.
Ze weet nog niet wat ze gaat
zingen. Het mag niet Frans
zijn, niet ernstig... waarschijn
lijk wordt het iets van Annie
M. G. Schmidt.
dat men goed zal doen deze verhou
dingen nauwkeurig te blijven volgen.
Er is momenteel sprake van toena
dering op theologisch en kerkelijk
terrein. Ook hier zal ieder zich kun
nen verheugen in 't tot stand komen
van meer eenheid die dan als basis
zal moeten hebben het geloof in
Christus alleen. Zulk een eenheid, die
er helaas nog niet is, zou op politiek
gebied vérstrekkende gevolgen kun
nen hebben, alsdus mr. Beernink.
Decentralisatie
Inzake het probleem van de ter
ritoriale decentralisatie bleek mr.
Beernink het moede hoofd in de
schoot te hebben geworpen. „Per
soonlijk koester ik omtrent de ver
wezenlijking van de decentralisa
tiegedachte van het huidige kabi
net geen grote verwachtingen
meer", zo verzuchtte de voorzit
ter van de C.H.U. Hij meende, dat
men goed deed rekening te hou
den met de centraliserende ten
densen, die de maatschappelijke
ontwikkeling nu eenmaal met zich
brengt. „Ik leg mij daarbij nood
gedwongen neer".
Wel stelde mr. Beernink de vraag of
het mogelijk en gewenst is de grotere
gemeenten, met behoud van zekere
hoofdbeginselen, zelf over de bijzon
derheden van haar bestuursinrichting-
te doen beslissen. Dat zou gepaard
moeten gaan met 'n ingrijpende beper
king van het goedkeuringsrecht van 't
provinciaal bestuur. De problemen en
activiteiten liggen in de grotere ge
meenten anders dan in de gemeenten
met 500 inwoners en toch vallen zij
onder dezelfde regelen van de ge
meentewet. Dat leek mr. Beernink
op de lange duur niet houdbaar. De
gepieentewet zal op dit punt wijzi-
Wdensdagochtend is op het vlieg
kamp Valkenburg de prijs voor de
beste luchtvaartcadet 1961 van. de
raad voor de jeugdluchtvaartbriga-
de, uitgereikt aan de 17-jarige h.b.s.-
leerling Jan Jolian Broeze uit Hen
gelo. Foto: commandeur-vlieger J. L.
den Hollander, vlag-officier van de
marineluchtvaart dienst, (links)
reikt de prijs, beschikbaar gestéld
door majoor John Rarl Szesze aan
Jan Broeze uit.
ging moeten ondergaan, aldus mr.
Beernink. De voorzitter van de C.H.
U. besprak ook de woningbouw,
waarbij hij er op wees, dat ongeveer
drie-vierde van de woningzoekenden
in ons land is aangewezen op een wo
ning met lage huur. In de vrije bouw
komen dergelijke woningen nu een
maal niet voldoende tot stand. Wij
zijn dus voorlopig aangewezen op de
bouw van voldoende woningwetwo
ningen en premiewoningen. „Als
christelijk-historischen zijn wij voor
standers van een sociaal gericht wo-
ningbeleid en wij zijn dat welbewust.
Wij hebben geen bezwaar tegen de
vrije bouw als zodanig, maar deze
vrije bouw kan en mag niet de over
hand hebben".
Respectabel
Mr. Beernink nam het op voor zijn
partijgenoot, minister Beerman, óp
wiens wetgevende arbeid door politie
ke tegenstanders in de Eerste Kamer
kritiek was geleverd. Geheel ten on
rechte vond mr. Beernink, die had
geconstateerd, dat deze minister een
respectabel aantal wetsontwerpen
had ingediend en verdedigd. Dank
bracht mr. Beernink aan zijn geest
verwant, minister De Pous, die er
in is geslaagd inflatie te vermijden.
Bezwaar had mr. Beernink tegen het
wetsontwerp op de subsidiëring van
de kerkenbouw, omdat daarin een be
paling voorkomt, die het mogelijk
maakt ook de bouw van humanisti
sche bezinningscentra te subsidiëren.
AKKOORD IN KOOPVAARDIJ
Stakingsdreiging
afgewend
Dinsdagavond en gisteravond zijn in
Rotterdam, Amsterdam en Gronin
gen bijeenkomsten gehouden van of
ficieren en scheepsgezellen ter koop
vaardij, belegd door de Centrale van
Zeevarenden ter Koopvaardij en Vis
serij (C.K.V.) waarop de ontwikke
ling van het conflict tussen reders
en opvarenden uitvoerig is bespro
ken.
Alle vergaderingen keurden het he-'
leid van het bestuur van de C.K.V.
in deze kwestie goed, wat betekent
dat de dreiging van een staking op
de Nederlandse koopvaardijvloot per
1 mei is afgewend.
Van de zijde van de C.K.V. is mede
gedeeld dat wat de loon- en arbeids
voorwaarden betreft, is bepaald dat
de gages met 3 procent zullen wor
den verhoogd, met uitzondering van
die van de hoofdofficieren, die wat
meer zullen krijgen. Bovendien is be
paald dat brj verandering van rederij
de anciënniteitsverhoging tot de
helft zal blijven meetellen. Voor de
geldelijke verrekening van het over
werk zal het dagloon worden bepaald
door de'in de huidige c.a.o. vermelde
formule te vermenigvuldigen met ze
ven/zesden. De verhoging wegens
reisduur van 5 procent respectieve
lijk 15 procent is gewijzigd in 10
procent respectievelijk 20 procent.
Verder zijn er nog een aantal secun
daire arbeidsvoorwaarden herzien.
Een en ander is door de onder
handelingsdelegaties overeenge
komen behoudens goedkeuring
van het college van rijksbemid
delaars, aan wie deze voorstel
len zullen worden toegezonden.
Naar aanieiding van de suggestie
van vele leden van de vaste commis
sie voor economische zaken van de
Tweede Kamer om over te gaan tot
generieke onverbindendverklarïng
van horizontale minimumregelingen
en van exclusiefverkeersregelingen
wordt in het thans verschenen ver
slag over de toepassing van de wet
economische mededinging van 1 ja
nuari 1961 tot 1 januari 1962 mede
gedeeld, dat bestudering van deze
suggestie en van het tot nu toe ge
voerde mededingingsbeleid niet tot de
conclnsie heeft geleid, dat een om
buiging van liet huidige beleid ge
wenst is.
In het verslag, dat door de staats
secretaris van economische zaken
mede namens de staatssecretaris van
algemene zaken en de ministers van
financiën, van justitie, van landbouw
en visserij, van sociale zaken en
volksgezondheid, van verkeer en wa
terstaat en van volkshuisvesting en
bouwnijverheid is uitgebracht, wordt
verder o.a. gezegd, dat ook in het
afgelopen jaar het kartelbeleid in
belangrijke mate gericht was op de
verwezenlijking van het prijsstabili-
satiebeleid. Zo werd na de revaluatie
van de gulden aan 168 prijskartels
een brief gezonden, waarin werd ge
ïnformeerd naar de invloed van de
revaluatie op de hoogte van de vast
gestelde kartelprijzen. In totaal heb
ben 27 prijskartels de kartelprijzen
als gevolg van de revaluatie ver
laagd. Wanneer werd opgegeven, dat
een prijsverlaging zou worden ach
terwege gelaten, werd telkens nage
gaan, of de hiervoor opgegeven mo
tivering aanvaardbaar was. In zes
gevallen bleek een nader onderzoek
noodzakellijk. Aan het einde van 1961
was over drie gevallen nog geen be
slissing genomen.
Het Deense schip Siena
dat dinsdagavond in dichte
mist bij de Nieuwe Waterweg 5
werd geramd door de Neder
landse tanker „Atys" en daar
bij aanvankelijk leek te gaan
zinken, ligt op het ogenblik in
de Waalhaven in Rotterdam. S
Het schip heeft een gat van -
zes meter breed en vijf meter
diep aan stuurboord opgelopen,
waardoor een ruim onder wa
ter kwam te staan. (Foto).
„Vrij Nederland" voor
militairen niet verboden
(Van onze Haagse redactie)
Naar verluidt zal het de Nederlandse
militairen niet verboden worden het
w.eekblad „Vrij Nederland" te lezen.
In deze zin zou het liberale Tweede-
Kamerlid, de generaal buiten dienst
Couzy, geantwoord worden op diens
schriftelijke vragen aan de minister
van defensie.
De enige maatregel blijft dat het
weekblad niet meer van de zijde van
de legerleiding in de leeszalen zal
worden neergelegd.
In gevallen dat in bepaalde kazernes
reeds een verbod was uitgevaardigd
„Vrij Nederland" mee naar binnen
te nemen, is er sprake van een eigen
machtig optreden van de kazerne
commandanten. De soldaten, die door
het verbod getroffen zijn, kunnen in
beroeD gaan.
Inmiddels heeft ook de marine haar
abonnementen op „Vrij Nederland"
opgezegd. Bij de administratie van
dit blad heeft men gisteren een brief
ontvangen, waarin verzocht wordt
de wekelijkse aflevering van 118
abonnementen aan het bureau O.S.
en O. van de%iarine te staken. De
brief was ondertekend voor de mi-
"•nister van defensie door de vlag
officier personeel van de Kon. Ma
rine.
Naar men ons van de zijde van „Vrij
Nederland" nog meedeelde, heeft de
marine (zulks in tegenstelling tot de
landmacht, die een weekabonnement
had) een halfjaarlijks contract, dat
op 1 juli afloop.
Echtpaar dood gevonden
voor t.v.-toestel
Gistermiddag is het echtpaar J. Sie-
belt (79) en A. Siebelt-Scheerhoorn
(73) in hun woning aan de Melk-
kade te Coevorden dood aangetrof
fen.
Sectie heeft uitgewezen dat het echt
paar door kolendampvergiftiging om
het leven is gekomen. Men vermoedt
dat zij einde van de vorige week zijn
omgekomen. Men vond de oude men
sen. zittende voor het televisie-toe-
stel.
Gistermiddag bemerkten omwonen
den, dat het televisietoestel nog aan
stond, terwijl de gordijnen waren ge
sloten.
(Van onze Parijse correspondent).
Er zijn in Frankrijk sedert ex-
generaal Jouhaud ter dood werd
veroordeeld en op zijn executie
wacht plotseling verscheidene
principiële tegenstanders van de
doodstraf naar voren gekomen
van wie men onder normale om
standigheden in dat verband
nooit had gehoord.
Jouhaud, chef van de O.A.S. in Oran,
die voor de militaire rechtbank alle
misdaden van deze clandestiene orga
nisatie voor zijn rekening had geno
men, moet gratie krijgen. Dat wil
zeggen: levenslang met invrijheid
stelling na enkele jaren. Met die cam
pagne voor gratie is het grote Parijse
ochtendblad Le Figaro begonnen.
Andere bladen volgden. Het katho
lieke weekblad Temoignage Chretien
achtte de doodstraf dubbel en dwars
verdiend, maar pleitte in een slot
woord van tien regels voor gratie.
Tot de laatste pleitbezorgers behoort
de vroegere minister van buitenland
se zaken onder de vierde republiek,
de socialist Christian Pineau.
„Eerlijk man'
„Wanneer Salan moest worden ge-
executeerd", schrijft Pineau, „zou
ik waarschijnlijk aarzelen. Maar
voor Jouhaüd staan de zaken an
ders. Hij is een eerlijk man, van
een gemiddelde intelligentie, mee
gesleept door de liefde voor zijn
vaderland en zonder enige twijfel
zich niet bewust van de ernst van
de misdaden die men in zijn naam
begaan heeft".
De Algerijnse oorlog, schrijft Pineau
verder, is nog niet afgelopen. Het
komt er thans op aan het bloedvèr-
gieten zo veel mogelijk te vermijden
en alles na. te laten wat de spanning
en de hartstochten zou kunnen doen
toenemen. Ter gelegenheid van de
wapenstilstand heeft men terecht am
nestie verleend aan mohammedanen
die in naam van de F.L.N. misdaden
hadden begaan.
Past men een grotere gestrengheid
toe ten opzichte van de Europeanen
dan zullen z\j in die houding van de
regering een nieuw voorwendsel vin
den om zich verraden te gevoelen.
Laat ons de reacties van hun wan
hoop niet onderschatten. Zij kunnen
weliswaar Algerije niet aan Frank
rijk teruggeven, integendeel, maar zij
kunnen ons land nog heel wat kwaad
berokkenen. Tot zover de oud-minis
ter Pineau.
Probleem
Gaat de terreur van de OAS. in
het huidige tempo voort niets
wijst nog op een vermindering
dan wordt straks het leven van
iedere Fransman in Algerije een
probleem. De weinige goeden zul
len onder de vele slechten moeten
lijden.
Verstandige mensen als kardinaal
Feltin, hoofdredacteuren van Figaro
en Temoignage Chretien, vroegere
ministers als Pineau, zelfs leden van
het militair gerechtshof dat Jouhaud
ter dood veroordeelde, zien deze ge
vaarlijke evolutie aankomen en plei
ten voor gratie. Vandaag voor gratie
aan Jouhaud. Morgen voor gratie
aan Salan. Er mag vooral geen bloed
meer vloeien. De Fransen in Algerije
moeten worden ontzien en voorkomen
moet worden dat zij met de executie
van de een of van de ander opnieuw
een voorwendsel vinden om zich ver
raden te voelen.
President De Gaulle heeft gisteren
inmiddels het oordeel van de Hoge
Raad van de ^Magistratuur vernomen
over het verzoek om gratie voor
Jouhaud. Het merendeel van de leden
van do raad zon voorstander van
gratie zijn. De Gaulle ontving ook de
advocaten van Jouhaud. Een beslis-
heeft de president nog niet ge-
Het Wereldgebeuren
Afrikaanse glorie
Glorie is vergankelijk, vooral in
het Afrika der jonge staten -
Twee weken geleden stapte op
het vliegveld van Elizabethstad in
Katanga een schilderachtige figuur
in een gereedstaand vliegtuig, dat
kort daarop met onbekende bestem
ming vertrok. Het was kolonel Hu-
bert F. Julian, beter bekend als de
„zwarte adelaar". De heer Julian
(65) verwierf deze romantische bij
naam in de jaren, voor de tweede
wereldoorlog. Als moedig oorlogs
vlieger wist hij toen al inde ge-
uniformeerde massa op te vallen
door een zeer persoonlijke stijl van
soldaatje spelen. Tijdens de Italiaan
se campagne tegen Ethiopië name
lijk richtte Julian zich persoonlijk
tot een van de zoons van dictator
Mussolini, die hij uitnodigde voor
een luchtduel boven de Middellandse
Zee. Hoewel in de lucht evenzeer in
zijn element als zijn tegenstander
accepteerde de Italiaan de invitatie
niet. Waarschijnlijk was dat ook niet
de bedoeling van Julian geweest,
want hij had zijn doel al bereikt,
toen hij de uitnodiging verzond: Ju
lian kwam in de krant. Later haalde
hij hetzelfde kunstje nog eens uit en
deze maal was het nazi-leider Her
man Göring, die de. uitnodiging af
sloeg.
Het verlangen naar publiciteit Is
Julian niet kwijtgeraakt, even
min als de zucht naar avontuur,
die hem in oktober van vorig jaar
naar Katanga voerde. Daar nam hij
met een brutaal gezicht zijn intrek
in het paleis van president Tsjombe
en bombardeerde hij zichzelf tot
„speciaal vertegenwoordiger" van de
president- Om tussen de vele Euro
pese adviseurs van het Katangaanse
staatshoofd op te vallen riep hij de
hulp in van de Britse meesterkleer
makers. Zo „schreed" kolonel Julian
vorige week in een kostuum, dat
duidelijk het stempel droeg van Lon-
dens herenmodecentrum Saville Row
over het vliegveld. Een monocle en
een hoge hoed, die hij zelfs in de
drukkende Afrikaanse hitte slechts
nu en dan van het hoofd lichtte,
completeerden deze modieuze uit
monstering. Tegenover ieder, die het
weten wilde en dat waren vooral
de talrijke buitenlandse journalisten
op het vliegveld vertelde Julian, dat
hij binnenkort naar de Verenigde
Staten ging- Als „reizend ambassa
deur van president Tsjombe" met de
opdracht de Amerikanen nu eens
precies te vertellen hoe men ip Ka-
tanga over Leopoldstad dacht en hoe
de Amerikanen eigenlijk over Katan
ga dienden te denken- Eerst had hij
echter een geheime opdracht te ver
vullen.
ulian werd uitgeleide gedaan door
de minister van buitenlandse zaken
van Katanga, Evariste Kimba en
enkele leden van Tsjombes persoon
lijke staf. Dat gaf aan de reis een
officieel tintje. Nu kan men nooit
zeker zijn van Katangaanse minis
ters. Talrijke Europese adviseurs
hebben dat tot hun schade vóór
Julian al moeten ondervinden. Toen
de „kolonel" terugkwam van zijn
„speciale missie" stond er een ont
vangstcomité van de Verenigde Na
ties klaar om de „ambassadeur" in.
te rekenen en de staf van president
Tsjombe haastte zich te verklaren,
dat Julian geen adviseur van Tsjom
be was en dat men dat fabeltje wel
uit de wereld zou helpen. Dat was
voor Julian geen pretje, maar het
illustreerde wél hoe eensgezind func
tionarissen van de V.N. en van Ka-
tanga thans samenwerken. Er is wat
dat betreft geen vuiltje aan de lucht-
Dank zij het hoofd van de V.N-, de
Ghanees Robert Gardiner, ontsnapte
Tsjombe trouwens kort geleden nog
uit Leopoldstad. waar de president
besprekingen had gevoerd met pre
mier Adoela over de hereniging van
beide landen. Adoela wilde zijn Ka
tangaanse gast liever niet laten gaan,
want de besprekingen waren minder
vlot gelopen dan hij had gehoopt.
Tsjombe had het aan de V-N. te
danken dat zijn vliegtuig toch ver
trok.
Leve de V-N" riep hij. eenmaal
thuis, vijfduizend Katangezen
toe. „Ze hebben een hele nacht
voor mijn vrijheid gevochten- We
moeten hen alle lof toezwaaien voor
wat ze hebben gedaan". We hebben
het wel eens anders van de heer
Tsjombe gehoord. Niets is verander
lijker dan een mens en geen mens
wellicht veranderlijker dan een Afri
kaanse politicus. Adoela zal er zo
ook over denken, want zijn jongste
mededelingen vooral bestemd voor
Washington houden een dreige
ment in: wanneer er niet spoedig
een akkoord over de hereniging tot
stand komt, zal Leopoldstad de hulp
vragen van bepaalde Afrikaanse en
Aziatische landen.
Het is duidelijk, dat de V-N. en
de Verenigde Staten trachten Tsjom
be met een zacht lijntje over te
halen de onderhandelingen voort te
zetten. Maar het is ook duidelijk, dat
Tsjombe weinig voor werkelijke her
eniging voelt. Hij vertelde in Leopold
stad het meest te zijn getroffen door
de anarchie. „De. politici houden
mooie toespraken, ze doen het er
goed van, maar de bevolking lijdt
honger". Geen bemoedigende woor
den. Tsjombe verlajigt er zeker niet
naar de honger in Kongo met voedsel
uit Katanga te stillen.
TSJOMBE
...„Leve de V.N".„