de gekwelde maagd
Honderd maal
WISKUNDE-OLYMPIADE VOOR
MIDDELBARE SCHOLIEREN
IN ENGELAND „SPOOKT" HET
NOG ALS VROEGER
JANUARI 1962
PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT
ZATERDAGAVOND is in zaal „De Zwaan" te Souburg
de opera „De gekwelde maagd, of niet met de wap'nen der
barbaren" voor de honderdste maal in Zeeland uitgevoerd.
Dit was voor ons aanleiding wat langer stil te staan bij de
inhoud van deze opera, die in 1957 te Ossenisse in primière
ging en toen grote beroering verwekte.
De opera van de liand van
Wim de Graaf uit Middel
burg is niet alleen revo
lutionair van constructie: hij be
handelt tevens op indringende
wijze een felbewogen episode uit
het leven van een tweetal be
jaarden, dat op een afgelegen
hoeve gesitueerd in de Dom-
burgse manteling een terug-
fetrokken bestaan leidt. Twee
ijna uitgebluste levens tegen een
achtergrond van een somber win
ters woud, twee karakters, vlijm
scherp getekend, twee silhouetten
tegen de einder van een sober be
staan.
Het enige zonnetje in het leven
van de oude heren is hun beider
kleindochter Maria, energiek, be
redderend en stilaan huwbaar.
Maria is in haar stoffige omge
ving opgebloeid, zoals ieder jaar
de sneeuwklokjes hun belletjes
weer boven de amper ontdooide
grond steken. Niets is Maria te
veel in de verzorging van haar
grootvaders, die de huwbaarheid
van de in schoonheid toenemende
kleindochter in hun gedachten
hebben teruggedrongen, zoals
men een moeilijk verteerbare
zaak naar de dag van morgen
verwijst.
Maar de morgen komt, dat Maria
zingend door het huis gaat. 's
middags uit het huis gaal en 's
avonds héél laat nog niet terug
is. De beide oude heren zitten
kommervol bijeen (foto 1). Stil is
de liefde in Maria's hart geslopen
en terwijl zij zich met haar min
naar in de omgeving van Oostka-
pelle vermeit, staan de beide
grootvaders aan het venster,
wachtend op haar thuiskomst.
De volgende dag, aan het noen
maal, komt het hoge woord er
uit. Een der grootvaders heeft
zich tot Maria gericht: „Maria
mijn kind wat zijt gij toch stil.
Wat schort er aan 'mijn kind.
Waarom zijt gij zo bedrukt. Gij
2iel zo witjes. Zijt gij lijdende
aan een kwaal wellicht Kom lief
kind wilt gij uw opa in uw zor
gen laten delen? Kom stort uw
hartje eens uit."
Waar is uw opgewektheid toch
gebleven. Moet ik een chirurgijn
ontbieden, opdat hij U aderlaat?"
Doch dan treedt Maria naar vo
ren en zingt ln een meeslepende
aria haar liefde uit:
„Ik ben heus niet nog niet levens
moe,
Maar ik wil naar m'n vrijer toe".
(foto 2).
Het blijkt, dat Maria wel eens
ander gezelschap wil dan de beide
oude heren en zij zegt:
„Ik verzorg U beiden nu reeds
meer dan tien jaren. Dag en nacht
ben ik U een wake geweest. Nim
mer ben ik van Uw zijde geweken.
Nimmer hfeb ik een verzetje. Gij
denkt slechts aan Uw eigen ge
luk. Bedenk toch mijn jeugd vliedt
snel daarhenen. Ik heb nu genoeg
van oude mannetjes, ik heb nu
een«*_"
Een Jan Huygen. Zo heet de
vrijer. En Maria's liefde is zo
sterk, dat zjj in opstand komt
tegjen de beide grootvaders, die
een verschillend standpunt inne
men.
„Ik kan best begrijpen dat je eens
kokkelen wil" meent grootvader
van vaders zQde, maar opa van
moeders kant reageert: „Moet gij
onze kleindochter stijven in haar
rampzalig verlangen? Zwijg zeg
ik U opdat ik U de mond niet
snoere".
Dra verschijnt Jan Huygen ten
tonele. Eigenlijk is het een weinig
acceptabele figuur. De nukkige
opa bijt zich hierin onmiddellijk
vast. Hij maakt zijn indruk ken
baar: „Maria heeft geredeneerd:
zorg dat je erbij komt of zij
heeft hem leren kennen, toen de
avond over het woud was geko
men".
Jan Huygen staat er bij, als Maria
wat terzijde wordt genomen om
haar deze mogelijkheid nader
toe te lichten. Zij is echter vol
komen in de ban van de in wezen
primitieve Huygen, die alles ge
laten aanhoort en op de vraag
„Wenst gij mijne kleindochter te
huwen" en op alle andere vragen
antwoordt:
„Ikke wè".
Maria weet zich reeds zo met Jan
verbonden, dat ook zij op alle
vragen volstaat met „Ikke wè".
Het is een afdoend antwoord, dat
geen ruimte openlaat, een reflex
van een rotsvaste overtuiging.
Dan eist de meegaande opa, om
aan alle moeilijkheden een einde te
maken, dat het huwelijk terstond
en ter plaatse zal worden voltrok
ken en met een voor zijn leeftijd
opvallend krachtige bariton zingt
hij zijn instemming uit. (foto 3).
„Een priester" roept hij comman
derend en spoedig is daar de
Priester, die de huwelijksvoltrek
king voortvarend aanpakt, (foto
4).
De plechtigheid is nauwelijks
voorbij of de nukkige grootvader
ontdekt: „Deze man is geenszins
een priester. Het is een ordinaire
oplichter, die zijn jas achterste
voren heeft aangedaan."
„Pardon, dat doe ik voor de
koude" verweert de man zich,
„en bovendien heb ik gezegd De
Priester ls myn naam", (foto 5).
Een meneer De Priester dus en
onmiddellijk voert nu de zwart
gallige grootvader aan, dat het
huwelijk onwettig is. Als Maria
toch wil doorzetten, ontsteekt hij
in woede. Begrijpende, dat Maria
van zwin tot zvjpf*"
hem toch zal ontglippen sugge
reert hij in een wanhopige poging
het huwelijk te verijdelen met
een blik op de goedwillende opa:
„Heb ik U niet eens op het rand-
et dramatische hoogtepunt.
Hoewel blijkt, dat Maria op
het ^gewraakte moment ma
zelen haa acht hij zich dermate
beledigd, dat hij meent deze
smaad alleen te kunnen tiitwissen
op een manier, die een man past.
„Gij zult deze laster terugnemen.
Neem terug dat ledikant" roept
hij uit en als het koor aanmoe
digt: „Geef hem zijn vet, geef
hem zijn vet, Maria's eer is be
smet" roept hij om zijn degen.
Terwijl hij moeizaam uit zijn jas
en vest wordt gehesen (foto 6) ju
belt het koor:
„Niet met de wap'nen der bar
baren
met kruid noch degen kampen
wij,
het geldt Maria te bevrijden
gij lasteraar, gij vuige tong,
wil toch uw snode woorden
wegen.
straks wordt gij aan het mes
geregen."
Het duel begint, (foto 7).
Aanvankelijk glijden de degens
slechts langs elkaar en er is zo
weinig actie, dat de nukkige
grootvader uitroept: „Wat doe je
toch
Maar nadat zijn tegenstander
heeft verzekerd: ,,'k Zet 'em nog
maar aan!" brandt de strijd los.
De goedwillende grootva is echter
zo bijziende, dat hij ongelukkiger
wijze de heer De Priester over
hoop steekt. Hij gaat zo onge
lukkig te werk, dat weinig later
ook Jan Huygen naar de planken
wordt gezonden. Op dat moment,
terwijl het toneel zich meer en
meer met slachtoffers vult,
vraagt de goedwillende een kleine
onderbreking.
,,'k Zal eens even m'n leesbril
pakken."
Het baat hem weinig. Ondanks de
leesbril steekt hij vervolgens ook
Maria overhoop.
Beide grootvaders buigen zich nu
over Maria, doch ztf kunnen haar
slechts bewenen (foto 8).
ZtJ zijn de enige overlevenden;
alles wat hun lief was, ligt
dood terneer.
Het doek zakt en nog eenmaal
laat het koor zich horen in het
smartlied: „Het is nu zo stil om
ons heen......"
De strekking, de moraal?
We hebben deze vraag voorgelegd
aan Wim de Graaf dit jaar een
kwart eeuw cabaretier die met
zijn gezelschap de opera in de
laatste drie jaar zowat in alle
Zeeuwse steden en dorpen heeft
opgevoerd.
„Een moraal of een strekking is
niet aanwezig. Hoe onwaarschijn
lijker en kolderieker het is, hoe
meer de mensen het blijkbaar op
prijs stellen. Vandaar, dat wij „De
gekwelde maagd" zolang op het
repertoire hebben. Ik venvacht
nog wel honderd voorstellingen.
Maar het dan ook een unieke ope
ra. Niet alleen wat de inhoud be
treft, maar ook wat de duur aan
gaat: zij neemt maar een half
uur".
„Zoudt U het werk een bepaal
de stijl willen toeschrijven?"
„Neen. We zouden het eigenlijk
volkomen stijlloos kunnen noe
men".
„Voelt U dit niet als een be
zwaar?"
„Neen. Een bezwaar is slechts,
dat op kleine tonelen de mensen,
die getroffen worden door een
degenstoot niet voldoende ruimte
hebben om een beetje aannemelijk
te vallen. Is de ruimte geheel on
voldoende, dan gaan zij eenvoudig
op een stoel zitten. Toch is ook
deze oplossing niet geheel afdoen
de. De Priester bijvoorbeeld kwam
in Middelburg, een stad die uit
munt door slechte toneelaccommo
datie, klem te zitten tussen de
coulissen en een uurwerk".
„Was dit de pijnlijkste erva
ring?"
„Neen. Eenmaal is, tijdens het
duel, de kling van m'n degen uit
het handvat gevallen. Toen heb
ik m'n tegenstander maar een
schop tegen de schenen gegeven.
Men dient te weten, dat de degens
om de kosten te drukken zijn ver
vaardigd uit platgeslagen traproe
den. Misschien is dit voor het ge
meentebestuur een hint een be
scheiden subsidie beschikbaar te
stellen: (Foto's P.Z.C.)
BEGIN MEI EERSTE RONDE
Belangstelling wekken
voor exacte vakken
Dit jaar zal er in Nederland voor liet
eerst een „wiskunde-olympiade"
worden gehouden, een competitie
in het oplossen van wiskunde-
vraagstukken voor leerlingen van
de op een na hoogste klassen van
de hogere burgerscholen en gym
nasia. Het initiatief hiertoe is ge
nomen door de Nederlandse on
derwijscommissie voor wiskunde,
met het doel bij de jeugd belang
stelling te wekken en levendig te
houden voor de wiskunde. De
vraag naar wiskundigen is op het
ogenblik ondanks het toenemend
aantal studenten nog steeds veel
groter dan het aanbod en het is
ook van economisch belang, dat
de industrie voldoende van deze
specialisten kan aantrekken.
De eerste ronde van de olympiade
wordt op woensdag 2 mei „ge
speeld". De opdracht is. schrifte
lijk enkele vraagstukken op te
lossen, waarvan er sommige niet
uit de gebruikte schoolstof wor
den geput, maar meer een beroep
doen op gezond verstand en denk
vermogen dan op wiskundige tech
niek. De problemen moeten op de
deelnemende scholen worden op
gelost onder toezicht van de lera
ren, die het werk zullen corrige
ren voor ze het aan de commissie
opsturen.
De tweede ronde is bepaald op 24
oktober. De topploeg die na de
eerste ronde wordt geselecteerd,
komt dan centraal bijeen waar
schijnlijk in Utrecht voor het
oplossen van nog ingewikkelder
vraagstukken. Het ministerie van
onderwijs, kunsten en wetenschap
pen heeft een subsidie beschik
baar gesteld voor de olympiade.
Welke prijzen er zullen komen is
nog niet precies bekend, maar de
commissie neemt aan, dat de „eer"
de grootste betekenis zal hebben.
Het winnen van de olympiade is
natuurlijk altijd een aanbeveling
bij de verdere studie en bij ver
zoeken om studiebeurzen.
Pythagoras
Het ligt in de bedoeling, van de
olympiade een jaarlijks weerke
rend gebeuren te maken. In Hon
garije worden al sinds 190Ó der
gelijke wiskundewedstrijden ge-
Proef met
zebraverlichting
Sedert de voetgangers op de zebra
paden door de wet beschermd zijn,
is er een nieuw probleem ontstaan,
namelijk de zichtbaarheid van het
zebrapad en de daarop overstekende
voetganger.
Gedurende de dag beperkt het pro
bleem zich voornamelijk tot de mo
gelijkheid van onvoldoende zichtbaar
heid van de zebramarkering, vooral
bij nat weer. De voetgangers zelf
zullen overdag, gezien de hoge om
gevingshelderheid, in het algemeen
voldoende zichtbaar zijn. 's Avonds is
dit niet het geval.
Bij de over het algemeen te lage ver
lichtingsniveaus van de meeste
straatverlichtingen zullen zowel de
voetgangers als de markering van
de oversteekplaatsen onvoldoende
zichtbaar zijn.
Om hierin verbetering te brengen,
zal men in enige gemeenten binnen
kort een proef gaan nemen, waarbij
extra licht zal worden aangebracht
op het weggedeelte ter weerszijden
van de zebrapaden. Men neemt aan
dat de overstekende voetganger dan
tegen de heldere achtergrond duide
lijk zal afsteken en daardoor veiliger
zal zijn.
Adenauer heeft griep
Kanselier Adenauer van West-Duits-
Iand heeft in verband met een griep
aanval alle afspraken voor deze week
moeten afzeggen, aldns is gisteren
officieel te Bonn bekendgemaakt.
De S6-jarige kanselier bad onder
meer een bezoek zullen brengen aan
West-Berlijn.
houden. Een gevolg hiervan is ge
weest, dat Hongarije relatief de
meeste wiskundigen heeft voort
gebracht, onder wie vele vooraan
staande geleerden. Enkele andere
landen hebben na de tweede we
reldoorlog het Hongaarse voor
beeld gevolgd.
Hoeveel deelnemers de Nederlandse
olympiade zal trekken valt nog
niet te schatten. De wiskunde
blijkt zich wel in een grote be
langstelling van de jeugd te kun
nen verheugen. Zo heeft een wis
kundig tijdschrift voor de jeugd.
„Pythagoras", dat enkele maan
den geleden voor het eerst ver
scheen, inmiddels al 12.000 abon
nees, een aantal dat de verwach
tingen van de onderwijscommissie
verre heeft overtroffen.
Mening van E.E.G.
over coöperatie
De commissie van de E.E.G. ïs van
mening dat bepaalde coöperatieve
stelsels inderdaad tot de middelen be
horen die als grondslag kunnen en
moeten dienen bij het nemen van ver
schillende maatregelen tot verho
ging van de levensstandaard in de
ontwikkelingslanden, altlus het ant
woord op een vraag van de lieer
Troclet.
In het kader van de meeste door het
Europees ontwikkelingsfonds gefi-
nancieerde projecten die zijn gericht
op de ontwikkeling van de land
bouwsector, is dan ook voorzien dat
voor de exploitatie van de verschil
lende installaties zal worden gebruik
gemaakt van 'middelen van coöpera
tieve aard. Er zij echter op gewezen
dat zich in verband met de aanwen
ding van dergelijke middelen in de
met de E.E.G. geassocieerde landen
overzee nog vele problemen voor
doen, vooral als gevolg van het te
kort aan leidinggevend technisch
personeel en de onvoldoende voor
lichting van de betrokken bevolkings
groepen. De commissie heeft reeds
belangrijke bedragen uit de te harer
beschikking staande fondsen bestemd
voor de opleiding van leidinggevend
technisch personeel, in het bijzonder
op het gebied van de landbouw.
O.A.S. ontvoerde
Parijse arts
Franse rechtse extremisten hebben
gisteren een gaulistisclie afgevaar
digde uit zijn woning in Parijs ont
voerd, maar nog geen zeven uur la
ter werden ze door de politie gegre
pen, en kreeg de ontvoerde zijn vrij
heid weer.
De député was de weinig bekende
53-jarige arts Paul Mainguy die zijn
praktijk uitoefent in de Parijse voor
stad Bourg-la-Reine, waar hij in de
gemeenteraad zitting heeft. De
twee extremisten vervoegden zich
gistermorgen om half tien aan het
huis van de arts. Onder bedreiging
met wapens dwongen zij hem in een
gereedstaande auto. waarin nog ten
minste één handlanger was gezeten.
Bijna zeven uur later ging er een
communiqué uit van het hoofdbureau
van politie in Parijs, waarin stond
dat ontvoerde en ontvoerders waren
opgespoord in een villa in Montigny,
zestien kilometer ten noorden van de
Franse hoofdstad. De twee mannen
werden voor verhoor naar het poli
tiebureau overgebracht.
Nyerere treedt af als
premier van Tanganyika
Te Nairobi werd gisteren vernomen
dat de premier van Tanganyika,
Nyerere, is afgetreden. Hij is opge
volgd door Kawawa, die tot dusverre
minister van binnenlandse zaken
was. Kawawa, wordt politiek als veel
linkser dan Nyerere beschouwd. Vol
gens onbevestigde berichten int Nai
robi, Kenia, zou Nyerere tot aftreden
zijn gedwongen door politieke groe
peringen die hem te gematigd en te
westers vinden.
nog niets van hun vroegere popula
riteit verloren hebben. Vrijwel elke
bonafide Engelse schrijver heeft wel
een spookgeschiedenis 'op zijn naam
staan als het er niet meer zijn. En
zo is het dan begrijpelijk, dat spoken
en geesten in Engeland-een zeer hoge
leeftijd konden bereiken. Sommige
moeten al duizend en meer jaren
geleden uit bet graf zijn opgestaan
om nu. in 1962, nog met verbazing
wekkende frisheid hun taak te ver
vullen.
Tocht
Van wetenschappelijke zijde is
vaak de bewering geuit, dat de
constructie van deuren en ven
sters in Engeland, die zodanig is,
dat liet in geen enkele Engelse
kamer niet tocht, liet geloof in
spoken levend heeft gehouden.
Want tocht laat, zoals bekend,
vitrages en overgordijnen heen
en weer waaien. En een bewegen
de. stoffen achtergrond hoort nu
eenmaal bij het spookbedrijf.
Waarschijnlijk echter ligt de ware
reden voor de ongebroken populari
teit van de geest en het spook bij
de Engelse mens zelf. die meer waar
de hecht aan tradities. da:i welk
ander volk ook.
Mogelijk krijgt elk volk de spoken,
die het verdient. De Britten hebben
in elk geval nog hun oude, beproefde
geestverschijningen, wier gedrag
zich bepaald niet stal wijzigen, ook
al zal Engeland in de gemeenschap
pelijk markt geconfronteerd worden
met gemeenschappelijke spoken.
Tocht begunstigt „bestaan"
der geesten
Van een speciale correspondent)
De laatste grote geesten en spoken-
telling heeft met statistische zeker
heid geleid tot de volgende conclusie:
In Frankrijk is het aantal geesten
sedert de Revolutie van 1789 met 30
procent afgenomen; in Duitsland
zijn de spoken in hun verschillende
vormen, zoals trollen, „witte wieven"
en „grauwe mannetjes" nagenoeg
volledig uitgestorven; in Engeland
daarentegen hebben de geestverschij
ningen zich in de loop der eeuwen
zozeer vermeerderd, dat het „gees-
tenberoep" vandaag de dag of
beter vandaag de nacht overvuld
is.
Elk beter kasteel in Engeland, om
van de vele ruïnes nog maar te zwij
gen, beschikt reeds over zoveel erfe
lijke geesten, dat het „nageslacht"
gedwongen is, bescheidener plaatsen
in gewone woonhuizen, meestal ook
nog in afgelegen streken, od te zoe
ken.
Hoge leeftijd
De vraag, hoe het gekomen is tot
een dergelijke overbevolking, behoort
tot de onopgeloste controversen in de
wetenschappelijke wereld. Waar
schijnlijk heeft de Engelse littera
tuur er toe bijgedragen, dat geesten
in Engeland ondanks alle vooruit
gang van ons rationalistisch tijdperk