Inwonertal van Vlissingen daalde ten gunste van gemeente Souburg Raad Middelburg teleurgesteld over herzien herindelingsplan Kritiek in raad Vlissingen op „ommezwaai van minister NIEUW HERINDELINGSPLAN IN NIEUWJAARSREDES 4 PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT WOENSDAG 3 JANUARI 1962 INWONERTAL MET 30S GESTEGEN Stijging van aantal woningzoekenden De gemeenteraad van Middel burg heeft dinsdagavond liaar teleurstelling uitgesproken over het gewijzigde herindelingsplan voor Walcheren. Men was van mening, dat de regering de grote lijnen uit het oog heeft verloren. Deze tijd vraagt geen aandacht meer voor lokale be langen, maar voor Zeeuwse be langen. Zowel de burgemeester als de verschillende fractievoor zitters bezagen de herindeling tegen de achtergrond van de dubbelstadgedachte Middel burg-Vlissingen en het Sloepro- ject. Zij stelden voorop, dat het Sloe- project gedragen moet worden door sterke bestuurseenlieden. Evenals burgemeester Drijber drong de voorzitter van de P.v.d.A.-fractie, jhr. mr. X. A. J. W. Schorer, er op aan dat de dubbelstadgedaclite nog eens terdegD onder de aandacht van de regering moet worden gebracht Daartoe zullen de passages uit de nieuwjaarsrede van de burgemeester, die daarop betrekking hebben, by de brief van de raad over de herindeling worden gevoegd. Mr. Schorer leverde enige kritiek op de memorie van toelichting bij het wetsontwerp. Hij stelde voorop, dat er belang moet worden gehecht aan de Zeeuwse ontwikkeling, die „niet uit de verf kan komen", zonder krachtige bestuurseenheden. „Wij hebben hier te maken met te kleine stedelijke agglomeraties", zo zei hij. Het oorspronkelijke plan steunde zijns inziens op drie punten: een re creatiegemeente, een agrarische ge meente en de aanzet tót sterke be stuurseenheden. Hij suggereerde dat de noodzaak van steike bestuurseen heden in de brief tot uitdrukking ge bracht zal worden. Dit zal gebeuren door het toevoegen van een zin van die strekking. „De slag is nog niet verloren", aldus mr. Schorer, en we moeten alles doen wat mogelijk is orn tot een goed einde te komen". Mr. P. van Empel (c.h.) zei dat zijn fractie volkomen achter de brief van b. en w. staat. Ook met de kwestie Nieuw- en St.-Joosland kon zijn frac tie zich met het standpunt van het college verenigen. Het Sloeplan, zo zei hij. kan alleen van de grond ko men als er een sterke stedelijke ag glomeratie is. Ook de heer B. A. Hesselink (v.v.d.) ondersti*eepte dat men deze gehele kwestie moet zien tegen de achter grond van het Sloeproject. De heer P. H. M. Adriaansens (k.v.p.) stemde in met de opinie van b. en w. over Nieuw- en St.-Joosland. Met betrekking tot de dubbelstadge dachte was hij echter bevreesd dat in sommige opzichten de ene partner de ambities van de ander zal moeten dienen. In zijn antwoord wees burgemeester Drijber er op, dat samenwerking al leen mogelyk is, als beide partijen een offer voor elkaar willen brengen. Hy sprak er zijn vreugde over uit, dat de raad in verband met de her indeling de dubbelstadgedachte ter sprake liad gebracht. Inwonertal Middelburg Is op weg naar de 23.000- ste inwoner. De hoofdstedelijke be volking is in het afgelopen jaar met 305 inwoners van 22.571 tot 22.87G gestegen. Dat deelde burgemeester, mr. J. Drijber mede In zijn nieuw jaarsrede tijdens de raadsvergade ring van dinsdagavond. Mr. Drjjber was verheugd over deze grotere stij ging ten opzichte van 1960, toen de Middelburgse bevolking toenam met 150 personen. Het verheugendste van dit alles vond de burgemeester het feit, dat het wat lagere aantal ge boorten ruimschoots opgevangen werd door een vestigingsoverschot. „Bravo Middelburg, dat doen niet vele oude steden U na", riep de bur gemeester verheugd uit. Een veel minder rooskleurig beeld boden de cijfers die mr. Drijber opnoemde van het huis vestingsbureau: 936. ingeschreven woningzoekenden tégen 874- een jaar geleden. Uit de cijfers bleek voorts, dat het woningtekort, a.n- ders dan in vele gemeenten, niet in hoofdzaak goedkope zoge naamde arbeiderswoningen be treft, maar in vergelijkbare pre mie- en vrije sectorwoningen voor- middelbare en hogere ambtena ren, onderwijzend personeel en employés van bedrijven. De burgemeester betoogde, dat in het nu begonnen jaar aan het huis vestingsbeleid veel aandacht gegeven zal worden. Het grotere aantal wo ningzoekenden maakt een wat meer bij de behoeften van een groeiende stad aangepast huisvestingsbureau volgens mr. Drijber wenselijk. Het aantal in het afgelopen jaar gereed gekomen woningen bedroeg in totaal 220 tegen 193 in 1960. Op 31 decem ber 1961 waren voorts in aanbouw 122 woningen. Dit aantal is opvallend laag en vindt zijn oorzaak in een ver traging in de flatbouw aan de Nas- sauiaan. Er is thans overleg gaande, zo deelde de burgemeester mede, om de kans op een redelijk contingent woningen voor 1962 zoveel mogelijk 'te vergroten. Projecten Zeven belangrijke projecten zijn than* in Middelburg in uitvoering, de uitbreiding van het postkantoor, de vernieuwing van de Generaal-roajoor Berghuis-kazerne, de bouw van de christelijke h.b.s., de christelijke kweekschool, het rioolgemaal aan de Veerseweg, de Nederlandse her vormde kerk aan de Oosterschelde- straat en de zeer belangrijke uitbrei ding van het grootste bedrijf, „De Vitrite". De burgemeester zei voorts te wen sen, dat de hoge autoriteiten de mo gelijkheid zien in 1962 rjjksgoedkeu- ring te verlenen voor de schouw burg, de garage voor de reinigings dienst, de brandweerkazerne, de ge reformeerde ulo aan de Nieuwe Ha ven, de o. 1. school J„ de ulo van de gereformeerde gemeente, twee loka len voor openbaar kleuteronderwijs en een lokaal voor hervormd kleuter onderwijs in de Stromenwijk. Hij wees er voorts op, dat 1962 de con cretisering zal moeten brengen van de te lang slepend gebleven vernieu wingsplannen voor het politiebureau en het gymnasium. Voor het laatste bestaan uiteenlopende mogelijkheden, waaruit het college binnenkort een definitieve keuze hoopt de doen. zo deelde hij mede. Ook de vernieuwing van de behuizing van gemeentewer ken zal in 1962 de aandacht van de raad vragen. Van ganser harte hoop te de burgemeester dat de onuitstel- bare restauratie van de Kloveniers doelen nu werkelijk niet meer uitge steld behoeft te worden. Ten aanzien van een geleidelijke uit breiding van het koopcentrum dit waar nodig in overleg met de M.M.C. deelde de burgemeester mede, dat enkele grootwinkelbedrijven reeds voor deze expansiemogelykheid een duidelijke belangstelling aan de dag hebben gelegd. Industrieterrein Voorts wees de burgemeester er op, dat de eerste fase van het bouwrijp maken van het industrieterrein thans wordt voorbereid. In 1962 zal. zo ver volgde hij, eveneens het aansluitende, op de industriële ontwikkeling ge richte, woon- en winkeluitbreidings plan zuid uit de windselen moeten komen. Dit geldt in nog sterkere mate voor het plan Griffioèn II, waar 900 merendeels aantrekkelijke wonin gen en verder bungalows en enkele flats in een grote behoefte zullen voorzien. Twee verzoeken om bouw grond hebben de gemeente al bereikt: een voor 260 huizen, een voor een winkelcentrum met 40 flats en 35 eengezinswoningen. Van de vele zaken noemde de burge meester er tot slot nog een: de sport. Hij zei te hopen, dat in 1962 de sport stichting zijn beslag zal krijgen. De nieuwjaarsrede van de burge meester werd namens de raad beant woord door de heer B. A. Hesselink (vvd). Hij zei dat hy buitengewoon was geïmponeerd door het door wrochte betoog na zo'n korte ambts periode. Hij toonde zich verheugd over het feit, dat er aan het huisves tingsbeleid meer aandacht geschon ken zal worden, en over de stijging van het inwonertal. Minder verheugend vond hij de wo ningsituatie. Hy onderschreef de me ning dat het Sloehavenprojeci gedra gen moet worden door sterke be stuurseenheden en zijns inziens was dat in het herziene herindelïngsplan wat uit het oog verloren. Agent bezweek bij rel Vier maanden voor opstandige jongen Tot vier maanden gevangenisstraf waarvan twee voorwaardelijk met een proeftijd van drie jaar onder toe zicht van de reclassering en zonodig psychiatrische controle en behande ling veroordeelde de rechtbank in Utrecht vandaag de 18-jarige loop jongen C. J. V. U. uit Utrecht wegens verstoring van de openbare orde dooi- dronkenschap en verzet tegen de po litie. In de nacht van 14 mei veroorzaakte de jongeman, die tevoren 15 a 20 fles sen bier had gedronken in de Looier straat in Utrecht een grote rel. Bij de pogingen van de politie om hem te overmeesteren en naar het bureau te brengen spande agent van politie V. M. zich dusdanig in, dat hy door uit putting' bezweek. Een grote brug over de rivier de Marecchia in Centraal Italië is dooi de opgezwollen rivier voor een deel weggeslagen. In de brokstukken van de brug, op de bodem, is nog het wrak van een kleine stationcar zicht baar: de bestuurder had tengevolge van zware regenval niet gezien, dat een deel van de brug verdwenen was en stortte met zijn auto in de diepte. Drie uur later kon hij ongedeerd! worden gered. In die tijd moest hij driemaal toezien dat een motorrijder op dezelfde wijze verongeluktezón der dat hij hen had kunnen waar schuwen. VERBAZING EN TELEURSTELLING „Souburg roomt Vlissingse bevolking af De Vlissingse raad heeft gister middag geen wooxden genoeg kunnen vinden om uiting te ge ven aan zijn verbazing en te leur stelling over de beruchte „ommezwaai van minister To- xopeus", die de discussie over de gemeentelijke herindeling van Walcheren bijzonder leven dig heeft gehouden door zijn voornemen Souburg nu weer de zelfstandigheid te doen behou den. Burgemeester mr. B. Kolff zei het reeds in zijn nieuwjaars rede: „Een woord als teleurstel ling is in dit opzicht veel te zwak". En de heer F. van Sab- ben (c.h.) meende in zijn ant woord op de nieuwjaarsrede, dat de radicale ommezwaai van de minister „geen standvastig heid van karakter bewijst". Ook de heer H. B. J. Knoop (v.v.d.) nam geen blad voor de mond: „Een ramp voor Vlissingen", zo zei hij in de loop van de discus sies, die overigens geen nieuwe argumenten aan het licht brachten. Alle sprekers waren het eens met de strekking van de brief, die aan Gedeputeerde Staten van Zeeland zal worden gezonden. Ook al is de heer E. de Priester (p.v.d.a.) dan een oud-Souburger en zelfs de zoon van een oud-wethouder van Souburg, toch kantte ook hij zich fel tegen de handhaving van de zelfstandigheid van deze gemeente. „De industriële ontwikkeling in het Zuid-Sloe vergt nu eenmaal een brede visie", zo zei hij, „en dit houdt in, dat Souburg bij Vlissingen ge voegd moet worden. Als minister Toxopeus zrjn zin krijgt, kan Sou burg nu alleen maar een rem op die ontwikkeling zijn." Posthume eer na opstand in Portugese stad In Lissabon is dinsdag een rouw- pleehtigheid gehouden ter ere van de onderminister van het leger, luite nant-kolonel Jaime da Fonseca die bij het onderdrukken van de opstandige beweging te Beja. door een mifcrail- leursalvo om liet leven kwam. Langs de straten die de stoet passeerde, stonden duizenden mensen. Het staatshoofd, sehout-bij-nachl To- mas, verleende de overste postuum „de orde van de toren en het zwaard" de hoogste Portugese onderscheiding. Premier Salazar en alle leden van het kabinet brachten een bezoek aan de kapel van het Estrela-ziekenhuis, waar het stoffelijk overschot sinds maandag lag opgebaard. Vele leden der regering en de voornaamste offi cieren van de strijdkrachten woon den later de begrafenis te Leiria, de woonplaats van de onder-minister, bij. Enkele „raadselen" in het nieuwe plan noemde hij met name. Zo houden de nieuwe grenzen in het geheel geen rekening meer met het Vlissingse structuurplan. Het geprojecteerde Vlissingse spoorwegstation is bijvoor beeld op Souburgs grondgebied ge dacht. Voorts noemde, hij de motie ven, die aangevoerd worden vóór sa menvoeging van een deel van Seroos- kerke met Veere-Vrouwenpolder „eigenaardig"'. Merkwaardig is het, bovendien, dat de grensloop van de heringedeelde gemeenten niet klopt' met de toelichting.... „Een wonderlijke gedachtengang" had de heer H. van Roorjen (c.h.) be speurd in de ministeriële argumenta tie, want de argumenten, die worden aangevoerd voor behoud van de Sou- burgse zelfstandigheid, pleiten juist voor eën samenvoeging met Vlissin gen, zo meende dit raadslid. Wat bij voorbeeld te zeggen van de ministe riële uitlating, dat Vlissingen de meest geschikte gemeente is voor verzorging van het Sloègebied. Een grote aversie toonde de heer Van Kooijen ook tegen „het afromen van de Vlissingse bevolking door Sou burg". „Deze plaats heeft haar steeds toenemende bevolking te dan- ken aan de industrie in Vlissingen" 1 In dit verband voerde de heer Knoop nog aan, dat de woningpolitielt van de N.V. Koninklijke Maatschappij „De Schelde" woningen bouwen in Souburg Vlissingen tenslotte geen goed heeft gedaan. „Souburg heeft niets gedaan om Walcheren econo misch vooruit te brengen en thans gaat men daar wel de voordelen bin nenhalen", aldus deze spreker. „Heel het zuidelijk deel van Walcheren is betrokken bij de ontwikkeling' in het Zuid-Sloe", zo zei de heer S. J. Adri- aanse (k.v.p.) nog', die daarom slechts één mogelijkheid zag: Sou burg bij Vlissingen. Souburg centraal Burgemeester Kolff zei in zijn antwoord nog eens, dat het Vlis singse structuurplan staat of valt met het herindelingfcplan.De „ze kere bezorgdheid" van de Sou- burgse burgerij over een minder verzorgingspeil als Souburg bij Vlissingen wordt gevoegd, noem de hij „ten ene male misplaatst". Tenslotte noemde hij (Slot van pag. 1) rechtvaardigen. Het antwoord was volgens mr. Drijber niet moeilijk te vinden. „Nog afgezien van andere argumenten, zoals de schadelijke drainage door randgemeenten", zo zei hij, „zijn naast genoemde voor zieningen nog andere gemeenschap pelijke dubbelstad-initiatieven denk baar, die in het geheel niet aan de gróéne strook zijn gebonden, terwijl voorts een duidelijke taakverdeling zal moeten worden nagestreefd, op dat de beperkte middelen van beide steden een rendement opleveren, dat bij een blijvend, over de gehele linie geseheiden optreden, bij lange na niet zou kunnen worden gehaald. Dit ant woord is juist, maar vrij vaag en daardoor misschien niet zónder meer overtuigend". Het integratieplan Middelburg-Vlis- singen leent zich voor een frequent, diepgaand „vertrouwvol beraad" tus sen beide gemeentebesturen. Als deze tot dit overleg kunnen komen zal volgens burgemeester Drijber spoe dig' blijken, in hoeverre het mogelijk zal zijn de dubbelstadgedachte zij het voorlopig alleen op papier uit te werken en er dan toch nog achter te blijven staan, j,Uitwerking", aldus mr. Drijber, „betekent immers tevens confrontatie niet door beide partijen terwille van elkaar te brengen 'of fers; een vaag plan is nu eenmaal gemakkelijker te aanvaarden dan een concreet". „Een reële kijk op samenwerkings mogelijkheden in de praktijk ener zijds en de nationale betékenis van het Sloeproject anderzijds zou mijns inziens rijk en provincie er toe moe ten. brengen de integratie van .Vlis singen en Middelburg tot dubbelstad daadwerkelijk te bevorderen", zo meende hij. „Met een krachtige ont wikkeling van de dubbelstad zouden dus nationale en Zeeuwse belangen zijn gediend naast Middelburgse en Vlissingse". Dit laatste, hoezeer bij een eerste beschouwing vanzelfspre kend, mag misschien nog wel eens gezegd worden, want als ik het goed zie aanvaardt de gemiddelde Vlissin- ger en Middelburger de dubbelstad schoorvoetend, verstandelijk, maar lotte noemde hil de mcrU- j begrijpelijk niet met zijn hele hart. ■dige situatie, dit Souburg argument Middelburg *Ti?I IS rf> klein nm nn nlle frnnten /-1o oor zo stelde dit raadslid. Vooral als het i het groeiende inwonertal van Sou- werli in het Zuid-Sloe op gang komt, burg op de duur aan Vlissingen on- zal Souburg profiteren van die Vlis- herstelbare schade zal toebrengen", singse industrie. izo meende hij. ten opzichte van de Vlissingse ii> j *s ^e'n on} °P eer dustrfe- in de toekomst centraler een provmciale hoofdstad m een zal liggen dan Vlissingen zelf. fontwikkelend Zeeland op te I houden; Vlissingen is te klem om al- „In dit verband is het duidelijk, dat ieen een havenbekken van West- Europese betekenis stedelijk te voe den is voor hen niet te weerleg gen maar tegelijkertijd moeilijk gees telijk te verwerken". NIEUWJAARSREDE VAN BURGEMEESTER KOLFF Oosterscheldebrug belangrijk voor exploitatie van het Zuid-Sloe HET VLISSINGSE inwonertal is in 1961 gedaald van 29.381 tot 29.003. Er was in dat jaar zelfs een vertrekoverschot van 804 personen.... Deze enigs zins sombere feiten werden gistermiddag tijdeus de raadsvergadering be llend gemaakt door burgemeester mr. B. Kolff. Stilstaan bij deze cijfers noemde hij „geen opwekkende bezigheid". In dit verhand is het ook wrang, dat er een steeds groeiende lijst van woningzoekenden is, een lijst, die thans reeds het cijfer 1018 heeft bereikt. Daarbij zijn 346 woningzoekenden, die thans nog elders woonachtig zijn, maar die een economische binding met Vlissingen hebben. Eén van de belangrijkste verklaringen voor het da lende inwonertal van Vlissingen is wel, dat er ieder jaar minder woningen gereed komen. Burgemeester Kolff bewees dit met een cijferreeks: in 1956 kwamen 606 woningen gereed, in 1957 315, in J958 277, in 1959 196, in 1960 163 en in 1961 slechts 122. Bovendien worden er in 1961 door sloop 39 woningen aan de woongelegenheid onttrokken, zodat er in feite dus slechts 83 huizen bijkwamen! De Vlissingse woningnood klemt mo menteel nog temeer nu 57 woningen niet beschikbaar zijn, omdat deze voor herstel van, zoutscbade onder handen zyn. Bovendien staan in de binnenstad 24 woningen leeg, die bin nenkort gesloopt zullen worden. De vermindering van het Vlissing se inwonertal was voornamelijk te wijten aan vertrek van Vlissingers naar Souburg. Vau een complex van 90 woningen, die gebouwd worden door de N.V. Scheldestad, kwamen er namelijk ongeveer 70 gereed. In totaal vertrokken 440 Vlissingers naar Souburg. Daarbij waren 201 Ambonnczen, die de woonoorden Havendorp en Vlieg veld verlieten. In verband met de in 1961 begonnen ontruiming van deze woonoorden vertrokken daar naast nog circa 100 Ambonnczen naar elders Over liet Vlissingse havenverkeer kon de heer Kolff een optimistisch geluid laten horen. In 1961 was er namelijk een toename van het aantal zeesche pen, dat Vlissingen „aandeed", alsook ecu vrij belangrijke toename van de tonnage. Zoals bekend was er in 1960 wel een toename van de tonnage maar was er een aanmerke lijke daling van het aantal zeesche pen. Ook de gebunkerde hoeveelheid olie is in 1961 weer aanmerkelijk toe genomen. „Met grote voorzichtigheid" blijft de directie van de N.V. Koninklijke Maatschappij „De Schelde" de voor uitzichten van dit bedrijf beschouwen. „Wil men als scheepsbouwer nog eni ge kans maken een opdracht te ver krijgen, dan moet men inschrijven mét een prijs, die beneden de kost prijs ligt", aldus de burgemeester. Dit is dan ook de reden, dat „De Schel de" grote haast betracht met de uit voering van een scheepsreparatiebe- drijf in het Zuid-Sloe. Mocht bij het gereedkomen van dit bedrijf de markt voor de bouw van nieuwe schepen nog zo slecht zijn als thans, dan is „De Schelde" voornemens intern de werkzaam heden voor een belangrijk deel naar de- scheepsreparatie te ver leggen. De burgemeester stelde de raadsleden een bijlage bij de nieuwjaarsrede met veel cijfermateriaal in het vooruit zicht. Niettemin kon hij reeds een aantal cijfers noemen. Zo is de omzet van het gemeentelyke vismijnbedrijf gestegen met niet minder dan ruim 43 procent. Vooral nu het aantal leerlingen van de De Ruyterschool tot 560 is geste gen, vormt het gebrek aan lokalen een steeds ernstiger vraagstuk. Al leen de stichting van een nieuw inter naat, dat aanmerkelijk groter zal zijn dan het bestaande, zal hier uitkomst kunnen geven. Tenslotte releveerde de heer Kolff tal van belangrijke raadsbesluiten en gebeurtenissen uit het afgelopen jaar. Met name schonk hij aandacht aan de start van stadhuisbouw. Reserves Burgemeester Drijber zei dat hij de réserves van de VÏissingjer jegens de Middelburger en omgekeerd wel kan begrijpen, maar weinig of niet mee voelen. „Mijn eigen gevoelen wil ik dan nog gaarne ondergeschikt be schouwen, maar het lijkt mij niet uit gesloten dat anderen, die op een af stand mede over de toekomst van Zeeland hebben te beslissen, op een vergelijkbare wijze reageren", aldus mr. Drijber. Over liet Sloeplan zei de burgemees ter voorts, dat alleen dan iets groots kan worden verricht, indien rijks waterstaat, de provincie en de meest er bij betrokken gemeenten zich voor beheer en ontwikkeling van liet Znidsloe en achterland aaneensluiten. Volgens mr. Drijber zyn immers de grootste gemeenten in Zeeland en op Walcheren ie klein voor het schep pen van een op de duur voldoende aantrekkelijk en daardoor aantrek kend woon-werkklimaat in de stede lijke agglomeratie die met strand en Veersemeer op de achtergrond tezamen met de Sloehaveu en het In dustriebekken een krachtige even wichtige eenheid zullen moeten vor men. Groter verband Burgemeester mr. B. Kolff van Vlis singen sprak er in zijn nieuwjaars rede zyn teleurstelling over uit dat het herïndelingsplan Walcheren in feite een jaar is uitgesteld. Voorts wees liïj er, wat het zelfstandig blij ven van Souburg betreft op, dat in Zeeland steeds meer bet besef ont waakt, dat de zaken economisch, be stuurlijk en uit verkeersoogpunt in groter verband moeten worden gezien dan vroeger het geval was. Het woord teleurstelling achtte hij in dit verband dan ook te zwak. Het be vreemde burgemeester Kolff bijzon der dat „de minister opzy gaat voor een tegenstand, die niet anders dan te verwachten is, wanneer er sprake 'is van opheffing van een wat grotere gemeente". Sloeplannen Voorts merkte hij op: „Mocht ilc verleden jaar van zekerheid spre ken omtrent de verwezenlijking- van de Sloehaven-plannen, thans mogen wij met voldoening zeggen, dat met grote voortvarendheid met de uitvoering is begonnen en deze, zowel voor wat het door de Koninklijke Maatschappij „De Schelde" als wat het door de rijks waterstaat opgedragen werk be treft, goede vorderingen maakt. Nu dit zo is, moeten wij met des te meer zorg vaststellen, dat nog steeds niet beslist is, welke instantie, be staande of nog in het leven te roepen, met het beheer en.de exploitatie van het Zuid-Sloe zal worden belast. Dat gegadigden voor industrievestiging zich thans tot twee verschillende mi nisteries hebben te wenden, dat van verkeer en waterstaat en dat van fi nanciën, zal men ook van de zijde van liet rijk wel niet ais de meest gewen ste figuur beschouwen. In de verleden week verschenen memorie van ant woord over de begroting van verkeer en waterstaat voor 1962 is te lezen, dat het tussen de betrokken ministe ries gevoerde overleg zo ver is ge vorderd, dat men zich nu een begin selstandpunt over het te voeren be leid kan vormen en met het provin ciaal bestuur in overleg kan worden getreden, waartoe op korte termijn een eerste bespreking zal plaats vin den. Aangezien van Zeeuwse zijde de ze aangelegenheid reeds in een door Gedeputeerde Staten in het leven ge roepen studie-commissie is bezien "en in deze dus het wachten was op een contact met de ryksinstanties, is het zeer te wensen, dat het overleg niet voortvarendheid zal worden gevoerd. Nu het tijdstip in het naby'e ver schiet ligt, waarop de eerste fase van de Sloehavenwerken zal zijn voltooid de Koninklijke Maat schappij „De Schelde" hóópt in het tweede halfjaar van 1963 de eerste fase van het totale plan gereed te hebben is het dringend noodza kelijk, dat een instantie wordt aangewezen of in het leven geroe pen. die de exploitatie van de ter reinen en wateren in het Sloe ter hand neemt. Voor de toekomst van geheel Zeeland en zeker ook van Vlissingen en voor de exploitatie van het Zuid-Sloe acht ik voorts van groot belang, dat spoe dig tot verwezenlijking kómt, 't door het provinciaal bestuur ingediende plan tot liet bouwen van een brug over de Oosterschelde. Het is zeer te betreuren, dat het overleg over dit plan zo veel in de letterlijke bete kenis van het woord kostbare tijd heeft gevergd. Moge. nu over de technische opzet van het plan over eenstemming is bereikt, de regering in deze spoedig in gunstige zin haar l standpunt bepalen.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1962 | | pagina 6