een lezer schrijft L LEZERS SCHRIJVEN MrM „Stalmann nam geen steekpenningen aan" DONDERDAG 21 DECEMBER 1961 PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT 7 en beroemd schrijver heeft eens gezegddat brie- ven schrijven de fijnste manier van tijd verspil' len is. Wanneer men de heer Ehrlich vraagtwaarom hij brieven schrijft, ingezonden brieven, dan ant woordt hij niet meteen. Hij drukt bedachtzaam zijn vingers tegen elkaar en wrijft met de duimen over de nagels. Het is alsof hij zich klaar maakt voor een col lege in brieven schrijven. Hij denkt enige ogenblik ken na en zegt dan „wanneer ik meen iets te zeggen te hebbenEr volgen weer enige ogenblikken pauze en weer wordt er nagedacht. „Mijn jeugd....". Die jeugd is al enige tientallen jaren geleden. Nog deze maand wordt hij tachtig jaar: H. Ehrlich in Vlissin- gen, die de meeste brieven voor „Lezers schrijven inzond: In de voorkamer aan de Vlis- singse Singel hangt een genoeg lijke sfeer met een zekere dis tinctie. Een klok tikt geruststel lend heen en weer, aan de mu ren hangen een paar portretten van voorouders, Japanse pren ten; een boekenkast leunt tegen de muur: Goethes verzamelde werken, wetenschap en littera tuur. De stoelen rond de tafel hebben leren ruggen, het tafel kleed ligt als een schilderij van Mondriaan in zwarte, witte en rode ruiten. Tegen het raam in een hoek staat een schrijfbu reau. Uit één van de laden, links, haalt de heer Ehrlich een roze stofmap, waarop met blauw potlood „Manuscripten en correspondentie" is geschre ven in een krachtig handschrift met weinig tierelantijnen. Met de stofmap loopt hij tefug naar de tafel. Daar gaat hij zitten aan de lange zijde. Op de stoel ligt geen kussen, de tafel is nogal hoog en de heer Ehrlich is niet groot van stuk. Hy zakt een beetje weg achter het tafelkleed van Mon driaan, maar veert af en toe op. Zijn handen rusten tegen elkaar op zijn knieën, alleen zijn hoofd beweegt voortdurend heen en weer in het byzonder de ogen, die diep in de kassen liggen. Een fiks snor retje, een intelligent gezicht met vele rimpels; kent TT die regel uit de „Tasso" van Goethe: „Was man ist, bleibt man an anderen schul dig?" ,,De jongeren zijn aan de ouderen veel verschuldigd, zoals ook jonge naties aan oudere naties. Zo is men als mens bepaalde dingen ver gehuldigd aan zijn medemens. Mis schien moet men als mens zijn in zicht aan anderen kenbaar ma ken". Dan volgt het betoog, rustig, wel overwogen, af en toe bepaalde zin nen met nadruk zeggend, maar steeds vriendelijk, soms wat terug houdend. Een lijnrecht verhaal, met slechts korte zijsprongetjes in een duidelijke opbouw. „Ik heb een mooie jeugd gehad in een miniatuur dorpje in Berlijn. Daar woonde ik in een flatgebouw met een groot stuk grond, maar toch in de stad. Vlissïngen doet mij soms enigszins denken aan mijn jongensjaren: een stad. maar met landelijke grond dichtbij voelbaar". Het is niet altijd zo, dat de meerderheid gelijk heeft, zei eens een leraar op mijn mid delbare school. Ik had eën heel andere uitkomst van een som, dan iedereen, maar ik wist dat de mijne goed was. Toen rekende de leraar het na en kwam tot de conclusie, dat ik gelijk had. Die uitspraak van hem ben ik nooit vergeten". Tot nog toe heeft ir. H. Ehrlich nog steeds de roze map gesloten op tafel laten liggen. Hij wil de inhoud niet dan na aandringen to nen. Een jaar geleden zond hij de eerste ingezonden brief weg naai de krant. En daarna volgden er meer. „Per maand één. gemiddeld geno men". zegt hij aarzelend. Brieven over alle mogelijke onderwerpen, over een wachthuisje van de bus in Vlissingen, de verhouding Oost- West, de gezondheid van de mens, over de broodbezorging, over mo rele kwesties. De roze map bevat los bijeenge voegd de stukjes uit de kranten, uit de rubriek „Lezers schrijven". De kopieën van de getypte brieven zijn nu en dan met een paperclip vastgemaakt aan de krantenknip sels. Er zit geen systeem in de knipsels, ze liggen wel op datum, maar meer ook niet. De knipsels in de roze stofmap hebben hun dienst gedaan. „Ik wil graag mijn wensen aan een ander kenbaar maken en ik hoop, dat men er iets aan heeft". „Misschien kunnen op die manier wel tegenstellingen worden over brugd". Ir. Ehrlich is bruggen bouwer. Hij is er zelfs specialist in. Tot 1958, tot zijn pensionering was hij voor de staalbouwprojecten bij „De Schelde" in Vlissingen werk zaam. Dat deed hij vanaf 1938, toen hij in Nederland kwam. Daarvoor werkte hij in Duitsland als specialist in het ontwerpen van bruggen. Zijn opleiding kreeg hij ook in Duitsland. „De Duitse klassieken, Goethe, Schiller, hebben tot mijn menings vorming bijgedragen". Hij stopt nu de handen in de zij en drukt zich wat omhoog achter de tafel: „mijn geestelijke werk liet mij geen tijd, nu ik gepensioneerd ben heb ik voldoende tijd om te lezen en te schrijven". Het is misschien wel een soort verwantschap met de journalistiek. Ik schreef al tijd goede opstellen, mijn moeder schreef vroeger ook wel eens een ingezonden brief. Brieven schrij ven is een sociale bezigheid". „Ik heb eens een steekspel met een dominee gehouden in „Lezers schrijven". Wanneer ik iets lees, dat niet juist is, naar mijn mening, dan dringt iets in mij: „Dat moet je eigenlijk zeggen". Dan wordt het stukje uit de krant geknipt en tekent de heer Ehrlich met een rood of een zwart potlood de passages aan, waarmee hij het niet eens is. Dat gebeurt op hét bu- rea Maar aan de tafel („daar heb ik meer licht") wordt de ingezon den brief geschreven, met de pen eerst, daarna op de schrijfmachine. Hij kocht het machientje, een por table enige tientallen jaren oud in Middelburg, tweedehands. In een zwarte ijzeren kap. Wanneer het niet gebruikt wordt, staat het in een hoek van de kamer. Een mening over andere ingezon den brieven? „Ze zijn vaak wat onlogisch, niet doordacht en wat eenzijdig". \IAH i ZWIM TOT ZyPE" „Begin van dit jaar was ik in Is raël". H?' vertelt het rustig, zon der veel ophef. „Ik heb er voor mijn genoegen een verslag van ge maakt en ik heb in de „Jerusalem Post" een ingezonden brief ge schreven, een rechtzetting over de studentencorporaties in Duits land". De vakbladen in Duitsland hebben uiteraard artikelen bevat van de heer Ehrlich. Dat waren verslagen van een proefondervindelijk onderzoek, dat nogal opzien baarde. „Brieven schrijven is nu voor mij een bepaalde vorm van communi catie met de buitenwereld ook wel" geeft de heer Ehrlich toe. Wat hij verder doet? Aquarellen maken een enkele van Vlissin gen en een hele serie van zijn Is raëlische reis. kleurige, vlotte prenten, die alle in een grote map bij elkaar zitten. Poëzie en idea lisme: een enkel gedichtje, een aquarel en ingezonden brieven schrijven. „Misschien kan ik met die brieven nog iets goeds geven, iets van le venservaring". Ouk aan de „Kroniek" verleende ir. H. Ehrlich zijn medewerking. Hier onder de laatst ontvangen bijdrage, die hij voor „Lezers schrijven" inzond. De gevangentoren in Vlissingen De Provinciale Zeeuwse Courant run 12 dezer heeft aan zijn lezers kennis gegeven van een nieuw ge wijzigd project voor de restaura tie van de Gevangentoren aan de Boulevard De Ruyter in Vlissin gen met het bijvoegen van een afbeelding. De voorgestelde oplossing voor hel noodzakelijk geachte dak lijkt mij echter weinig gelukkig. De tent- vorm van dit dak past naar de architectonische opvattingen van onze tijd niet bij de monumentale, zware onderbouw. Ter vergelijking voeg ik een afbeelding bij van een soortgelijke toren, de „Witte To ren" aan het eind van een boule vard in de Griekse havenstad Sa- loniki. Het verschil valt in het oog. Dat het dak van de gevangento ren vroeger een tentvorm had, be hoeft niet tot navolging te divin- gen. Het lijkt wenselijk, de vormgeving voor liet nieuwe dak van de Vlis- singse toren nog eens in studie te nemen en door bevoegden te laten beoordelen. Het gaat om een be langrijk bouwwerk in het stads beeld.' li. Ehrlich Ifi. Yin»- Uitslag onderzoek Landgericht Nederland betaalde negen miljoen aan Oost-West-Syndicaat Het onderzoek van de Westduitse justitie tegen dr. Otto Stalmann, hoofd van de afdeling handelspolitiek van het ministerie van voedselvoor ziening te Bonn, is geëindigd. Zoals bekend was liij beschuldigd van het aannemen van steekpenningen. Het „Landgericht" te Bonn heeft meegedeeld, dat er weliswaar mil joenenbedragen zijn gevloeid, maar dat er geen aanwijzing is gevonden dat Stalmann van deze gelden iets gekregen heeft. Zoals bekend heeft een gedeelte van het onderzoek der Duitse justitie in de zaak Stalmann zich in Nederland afgespeeld. Daarbij zijn als getuigen onder meer gehoord de minister van landbouw, mr. Marijnen, en een aan tal functionarissen van het centraal bureau van de tuinbouwveilingen. Mededelingen van minister Marijnen aan de Westduitse regering hebben geleid tot het onderzoek, dat zich ook over andere Europese landen heeft uitgestrekt. De minister had, naar hij in april van dit jaar in antwoord op vragen van kamerleden mededeelde, berichten ontvangen volgens welke „een amb tenaar van het ministerie van land bouw" te Bonn steekpenningen zou hebben ontvangen, teneinde een zo groot mogelijke invoer van land- bouwprodukten, met name groenten en fruit, in de Duitse bondsrepubliek MET GRATIS CHOCOLADE VOORZITTER CHR. AANNEMERS Nog steeds zwarte lonen in de bouw Een conflict In de bouwwereld als in maart 1960 kan zich niet herhalen, doordat de risico-clausule voor wat betreft de Ionen en sociale lasten uit de bestekken zijn verdwenen. Dit is gistermorgen medegedeeld door de voorzitter van de Nederlandse chris telijke aannemers- en bouwvakpa troonsbond, de heer J. Blok, op de al gemene ledenvergadering van deze bond in Utrecht. De grootste moeilijkheid, zo zei hij, schuilt thans niet zozeer in menings verschillen met de werknemersorga nisaties over allerlei onderdelen van een nieuwe C.A.O., maar bij het na leven van deze C.A.O. De vraag rijst, aldus de heer Blok, in hoeverre het verantwoord is vrijwillig mee te wer ken aan een C.A.O., waarvan beide partijen bij voorbaat weten de na le ring niet te kunnen garanderen. De zwarte lonen gaat men tegen woordig als iets onvermijdelijks aan vaarden waardoor het besef van on wettigheid verloren gaat. Ook bij een nieuw af te sluiten C.A.O. zal, aldus dc heer Blok, het verschijnsel van de zwarte lonen niet zijn weggenomen. S.S.-oorlogsmisdadiger krijgt twaalf jaar De .51-jarige voormalige geaeraal- majoor van de S-S. Erich Ehrlinger, die met zeven van zijn vroegere on dergeschikten in Karlsruhe heeft te rechtgestaan op beschuldiging van medeplichtigheid aan moord in 1045 fevallen eneen poging tot moord, is ot twaalf jaar zware gevangenis straf veroordeeld. Dr. Hans Schumacher en Rein bolt Brünner kregen ieder vier jaar. Vier verdachten werden vrijgesproken en een van rechtsvervolging ontslagen. Ehrlinger, die in het proces, dat acht weken heeft geduurd, schuld beken de. voerde in de oorlog het bevel over een speciaal S.S.-commando in het gebied van Kiew, waar-de moorden nebben plaatsgehad. te bewerkstelligen. Die berichten wa ren van zodanige aard en zo stellig, aldus de minister in zijn in april ge geven antwoord, dat hij zijn ernstige verontrusting erover aan de bonds regering bekend heeft gemaakt. Dit heeft geleid tot het onderzoek der Duitse justitie. V er klaring Stalmann werd op 18 april gear resteerd en op 22 april uit voorar rest ontslagen. Het „Landgericht" te Bonn deelde gisteren mee, dat minister Marijnen en de vice-presi dent van de E.E.G., dr. Mansholt, destijds vernomen hadden dat het Centraal Bureau voor de Tuin bouwveilingen sinds jaren op grond van een provisie-contract grote bedragen aan het Oost-West- Syndicaat betaalde, om de Neder landse export naar Duitsland door het omkopen van Duitse ambtena ren te bevorderen. Voor het besluit van minister Marij nen, de Duitse regeringsinstanties op de hoogte te stellen, was, volgens de mededeling van het „Landgericht", een verklaring van de voorzitter van het Centraal Bureau voor de Tuin bouwveilingen, doorslaggevend ge weest. Volgens deze verklaring zou Stalmann tegenover de voorzitter van het centraal bureau hebben toegege ven, dat hij steekpenningen had aan vaard. Als verklaring voor deze han delswijze zou hij gezegd hebben dat de hoge ambtenaren in de bondsrepu bliek slecht betaald werden. Naar het Landgericht verder meedeelt heeft de voorzitter van het Centraal Bureau voor de Tuinbouwveilingen zijn verklaring over de mededeling van Stalmann na de aanvang van het justitie onderzoek niet staande gehou den. Later verklaarde hij, dat Stal mann de bedoelde mededeling had ge daan aan de voornaamste firmant van het Oost-West-Syndicaat. Deze had echter ontkend, een dergelijk gesprek met dr. Stalmann te hebben gevoerd. Provisie Volgens de mededeling van het Landgericht is by het omvangrij ke onderzoek, waarvoor van de kant van de Nederlandse autritei- ten krachtige steun werd verkre gen, niet gebleken dat Stalmann of een andere Duitse ambtenaar steekgelden heeft ontvangen van het Oost-West-Syndicaat. Wel is gebleken dat Stalmann op de hoog te was van het bestaan van de pro visie-overeenkomst tussen het Centraal Bureau voor de tuinbouw veilingen en het Oost-West-Syndi- caat, en dat hij voor het instand- houden van die overeenkomst heeft gepleit. Volgens mededelingen van het parket bij het Landgericht heeft het Centraal Bureau voor de Tuinbouwveilingen tussen 1948 en 1961 in totaal negen miljoen gulden, waarmee het afslui ten van verdragen „bevorderd" moest worden, aan het Oost-West-Syndicaat overgemaakt. Daarvan heeft "het syn dicaat vijf en een half miljoen gulden naar Zwitserse banken overgemaakt, ten behoeve van zijn agenten in Duits land. Ook staat het volgens het par ket te Bonn vast, dat het Centraal Bureau voor de Tuinbouwveilingen de gelden aan het Oost-West-Syndicaat betaald heeft, opdat dit door het om kopen van Duitse ambtenaren de ex port van Nederlandse tuinbouwpro- dukten naar Wcst-Duitsland zou be vorderen. Geld zoek Van de vijf en een half miljoen gul den, aldus de mededeling van het par ket, heeft de in de bondsrepubliek wonende agent H. rond 3.8 miljoen ontvangen. H. is in het voorjaar van 1954 overleden. Waar het aan hein uitbetaalde geld gebleven is. is slechts ten dele opgehelderd. Betalingen aan Duitse ambtenaren zijn niet geconsta teerd. Na de dood van H. heeft hot Oost- West-Syndicaat aan diens opvolger de agent W., rond 1,7 miljoen gulden befvald, ten dele in Nederland, ten de le in Zwitserland. W. woonde in Zwit serland. maar vertoefde geregeld in de bondsrepubliek en in Nederland. OPTIMISME IN KITONA Volgens goed ingelichte kringen rond de conferentie tussen Tsjombe en Adoela, zijn de onderhandelingen tussen de staatslieden blijkbaar suc- cesvol. Het was hekend geworden, dat men van plan is de besprekiugen donderdag te besluiten, waarna een gezamenlijk communiqué zal worden uitgegeven, dat op een persconferen tie zal worden toegelicht. Echtpaar bedwelmd door kolendamp Gistermorgen omstreeks zeven uur ontdekten de kinderen van het gezin Mossel in liet plaatsje Ke in de ge meente Oostdongeradeel dat vader en moeder door kolendamp bedwelmd waren. Bij nader onderzoek bleek, dat de vader, de 39-jarige heer Jac. Mossel, was overleden. De moeder is in ernstige toestand overgebracht naar het ziekenhuis in Dokkuni. Het oudste kind, een meisje van der tien jaar, probeerde eerst de ouders, die op de benedenverdieping sliepen, naar buiten te brengen. Toen ze daarin niet slaagde, waarschuwde ze de buren. Hun hulp bleek voor de vader te laat te komen. De vier kinderen van het gezin slle- pen boven en hebben van de kolen damp geen hinder ondervonden.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1961 | | pagina 7