PIET BOMMEUÉ KOOS HET EIGEN BEDRIJF
gesprek
met
een
jong
aannemer
Zeeuws Vlaamse Society
kwam tan het dak af
't Swingt in Terneuzen
Hei kan nog:
Gonio met „Close-up"
ZATERDAG 11 NOVEMBER ,1961
PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT
Eigen werk op 9 december zoals we in onze vorige Zigzag
hebben aangekondigd. Het kan dus nog, maar veel tijd is er
niet meer. Bijdragen in welke, vorm dan ook voor deze pagina
„eigen werk" moeten uiterlijk op 1 december in ons bezit
zijn. We zeggen het niet meer: het kan dus nog even.
(bijdragen naar redactie Zigzag, P.Z.C., Wolstraat, Vlissin-
gen).
GLAMOUR
De meisjes onder de 262 emi
granten van het ten dode op
geschreven oceaaneilandje
Tristan da Cunha zijn ondanks al
le voorzorgen van hun bloedeigen
stamhoofd bezweken voor de ver
leidingen van de „glamour" der
westelijke landen. Nét waren de
meisjes in Engeland aangekomen
of er volgde tegen alle orders in 'n
run op poederdonsen, lippenstif
ten, lotions en tientallen andere
make-up artikelen: zo van „we
zullen wel eens laten zien, dat we
ook mooi kunnen zijn". Zij verga
ten hun wilde, exotische schoon
heid en toverden zich om in ab
stract beschilderde „English wo
men". Daarna volgde weer een
run: op de Engelse man, de Duit
ser en de Noor. Niet op de Neder
lander. Daarom vragen wij ons af:
„waren die Tristiaanse meiskes
nu werkelijk zo mooi?"
NIEUW
Dat nozems nooit iets uitvoeren
ls een van de grootste pu
blieke leugens van onze tijd.
Ze doen van alles, zoals ook in de
vorige Zigzag werd verhaald.
Daarom zijn er ook soorten no
zems: brozems, de infantiele ko
pie van Amerikaanse cowboys uit
de vorige eeuw, die ook heldhaftig
met rode rossen steigeren, sex-no-
zems, al jaren bekend met of zon
der leren vest, biernozems, slun
gelachtige hangers aan bars, de
dans- comfort- en kampeerno-
zems, kortom iedereen is tegen
woordig zo'n beetje nozem. De ex
clusiviteit is er af, 't is niet echt
meer, alleen maar snobistisch en
ouderwets. Maar dan de gloed
nieuwe zebrozems: zitten op ze
bra's; iets nieuws
In het najaar van 1958 sticht
ten enige jazz-liefhebbers
in Sas van Gent de Zeeuws-
Vlaamse Jazz Society, in navol
ging van de Walcherse. In
Zeeuwsch-Vlaanderen bleken de
liefhebbers van de dans alras
talrijker dan die van de ware
jazz en sprankelend waren dan
ook de successen van de Dixie-
land-orkesten, waarbij de been
tjes zo gemakkelijk van de vloer
gingen.
Het jazzfestival zomer 1961 was
zelfs bijzonder geslaagd. Dit
was niet in geringe mate te dan
ken aan het lieftallige tiener-
idooltje Anneke Grönloh. Met
haar pittige snoetje zong zij pit
tige populaire nummertjes. Het
werd een groots jazz-gebeuren.
„Close-Up", het al jaren be
staande blad van de Mid
delburgse h.b.s.-bond, is
weer eens in een nieuw ge
waad verschenen. Een mo
dern gewaad, met „close-
up" helemaal in kleine letter
tjes, een onverzorgde, maar
toch wel leuke opmaak en
een prettig geschreven tekst.
In een voorwoord richt de nieuwe
redactie zich in „één bede'1 tot
docenten en leerlingen: „Schrijf
eens iets moppigs en reik het over
aan de redactie of deponeer het in
de M.H.B.-bus".
De redactie heeft intussen op dit
punt niet stilgezeten.
DEFINITIE JAZZ:
„Een schokkerige en bonkerige
uiting van ongenoegen".
's GEDICHT (van Peter Bulthuis)
'k vraag een hoop
dozen
om een hoop
onvoldoendes in te lozen
VAN EEN
WISKUNDELERAAR
,/Joh, je verknolt je toekomst
door je werk niet te maken. Oni
bijvoorbeeld later met een
vliegtuig dood te kunnen vallen
moet je ie Gonio 'kennen."
De society is nu opgedoekt. Voor
zitter Wim Remery uit Sas van
Gent: „Er was te weinig belang
stelling, net ledental liep terug".
Toch durft hij het aan om een im
presariaat te gaan voeren. De
zaal van de Spiegelglasfabriek in
Sas is ruim genoeg en te verdie
nen valt er wel.
Voor jazz-liefhebbers hebben we
echter ook een blijde boodschap:
In Terneuzen zal een jazz-socië-
teit opgericht worden, waar men
alléén jazz kan beluisteren. Jan
van de Peijl uit Terneuzen (zie el
ders op deze pagina) heeft con
tact gezocht met de Walcherse
Jazz Society.
De Terneuzense Jazz Sociëteit zal
evenals indertijd de Walcherse
opgebouwd worden rond een goed
huisorkest. De oprichters zijn zeer
jazz-minded. Erg belangrijk! Ze
zijn dan ook niet van plan om
rockwater in hun jazzwijn te doen.
Zijn er dus mensen in Terneuzen
en omstreken, die liefhebber zijn
van Art „Moanin" Blakey en geen
fans van Peter „Kom van dat dak
af" Koelewijn, zij wenden zich tot
JAN VAN DE PEIJL
VAN BOVEN STRAAT 3
TERNEUZEN.
Het Zeeuws-Vlaams Jazzkwartet
van links naar rechts: solo-gita
rist Rudy van Duijsse, bassist
Willy Bilderbeek, Jan (viool) en
Johan gitaarvan de Peijl.
Greetje de Haan (inzet) zong
met succes bij liet lcwaret',
maar is nu uit Terneuzen ver
huisd.
(Foto P.Z.C.)
Een huls op de Domburgse
Markt. „Kom binnen", no
digt Piet Bommeljé. Trap op,
overloop, dan een kamertje»
kantoor-werkkamer-slaapkamer
van Piet Bommeljé, een 25-jari-
ge geboren en getogen Dom
burger. Een kamertje waarin
geen vierkante centimeter onbe
nut is gelaten. Voor het raam de
werktafel-schrijfbureau, rechts
legen de muur planken met ord
ners, vakliteratuur en rekenma
chine, tegen de linkermuur een
opklapbed dat met een speling
van een centimeter langs het bu
reau draait. En midden in dit al
les een telefoon. „Ik ga binnen
kort verhuizen, ik heb meer
ruimte nodig", zegt Piet veront
schuldigend.
Waar te beginnen?", vraagt
liij. Bij het begin: „geboren
in Domburg, na de lager©
school ging ik naar Middelburg,
dagelijks naar de ambachts
school. Toen ik ging werken deed
ik 's avonds de avondschool,
daarna een aannemerscursns met
onderbreking vanwege de militai
re dienst. Wanneer dat precies
was? Even nadenken...."
In juli 1959 had hij de aannemers-
cursus afgemaakt, volgde in ok
tober het begin van zijn Amster
damse tijd als assistent-uitvoer
der bij een aannemer op een
groot werk, hoek Leidse Bosje
Overtoom. „Hard werken tussen
Amsterdammers. Nee, het viel
niet altijd mee. 's Avonds stude
ren. Maar het was toch wel een
prettige tijd. Goed loon, best kost-
Irais en je bent er eens uit. Je
kykt eens wat verder dan Wal
cheren en dat lean nooit kwaad".
KIEZEN
In november 1960 moest Piet
Bommeljé kiezen: óf een vaste
baan met goed salaris, zonder
risico's, met vijfdaagse werk
week, promotiekansenóf een
eigen zaak, klein beginnen, met
flinke risico's, zeven dagen per
week werken en geen vrije tijd
meer.
Piet heeft er niet lang over nage
dacht. „Ik hoorde dat mijn vroe
gere baas ging verkopen". Piet is
nu eigen baas, eigen baas sinds
hij het aannemersbedrijf Janse te
Domburg heeft overgenomen.
„Nee, helemaal geen spijt van. Er
zijn wel eens moeilijkheden, maar
de zaak loopt. Er is werk. Altijd
werk van 's morgens tot 's
avonds en personeel heb ik niet
genoeg.
„De meeste mensen gaan liever
in loondienst. Dan zitten ze rus
tig. Maar loon heeft mij nooit zo
geïnteresseerd, daar liep ik nooit
bij een baas voor weg. En nu
komt het klantenwerk. Zaak op
bouwen, vertrouwen wekken.
Want daar komt het in de bouw
wereld op aan: jc moet een goede
naam krijgen".
„Ja, er kunnen wel eens klappen
vallen. Het kan wel eens tegen-
lopen, maar daar moet je niet te
veel aan denken. Dan slaap je
niet meer
Aannemer Bommeljé's orderpor
tefeuille zit voorlopig vol. Een
bungalow, enkele verbouwingen,
het klantenwerk (kleine karwei
tjes) een woonhuis, een winkel.
Piet heeft het er druk genoeg
mee. Altijd sjouwen. „Als je daar
niet tegen kan moet je geen aan
nemer worden".
SJOUWEN
Altijd sjouwen. Vroeger was er
nog wel eens een momentje
voor een goed boek, een be
zoekje, een film of een reis in de
vakantie. Wat hij nu nog aan
vrije tijd overhoudt is voor „de
verkering en de vakliteratuur".
„Of ik dat bezwaarlijk vind? Och,
het is eigenlijk altijd zo geweest.
Overdag werken, 's avonds stude
ren en naar school. Ik ben er zo
mee opgegroeid".
„Maar in Amsterdam dan? Ben
je er daar niet eens op uit ge
weest'" „Amsterdam? Natuurlijk
ook wel van de andere kant leren
kennen. Maar voor het prettige
uitgaan moet je er vrienden, ken
nissen hebben. Anders is het er
eigenlijk helemaal niet leuk. En
trouwens, het stikt er altijd van
de Amerikanen. Die maken van
een dubbeltje een gulden en van
een gulden een tientje".
Piet had toen een motorfiets,
waarop hij de week-einden
van Domburg mee naar Am
sterdam en omgekeerd reed.
Daarna kwam er een auto,
een DKW die inmiddels heeft
plaatsgemaakt voor een Opel-
stationcar. „Zo gaat dat",
zegt Piet.
We laten hem achter op de
kleine werkkamer aan de
Domburgse Markt, waar hij
zijn berekeningen maakt, de
werkbriefjes van zijn man
nen nakijkt, tekeningen be
studeert en uitwerkt, kortom
alles doet wat een aannemer
moet doen. We laten hem
achter als zijn sigaar nog
niet helemaal is opgebrand,
met zijn wellicht grootste
probleem: „Ik heb personeel
nodig. Laat ik eens tellen. In
ieder geval drie timmerlie
denTien man in totaal.
Op z'n minst!
Avalon" swingt geweldig. En
niet alleen „Avalon", maar
alles wat het Zeeuws-
Vlaams Jazzkwartet speelt. Want
naast de bezetting viool, twee
gitaren, bas is ook de stijl van
dit kwartet net als die van de Hot
club de France. En de hot-club
wist wat swing was!
Successen hebben ze behaald!
Neem het concours in Kortrijk.
Daar was het de enige band die
door het publiek werd teruggeroe
pen. Bovendien een solistenprijs
voor Jan van de Peijl, de archi
varis-violist.
En toch spelen ze nog maar een
half jaartje samen. Toevallig heb
ben zij elkaar gevonden. De
broers Van de Peijl violist Jan
(36) en gitarist Johan (40)
speelden samen, tot ze hoorden
van de 16-jarige Rudy van Duijs
se, die „zo aardig" met e m gitaar
overweg kon. Later nvam Willy
Bilderbeek erbij, die in dienst had
leren bassen.
En nn repeteren ze hard. Met re
sultaat: in Brugge behaalden ze
een derde plaats bij selectiewed
strijden voor radio Luxemburg.
Ze speelden er samen met Jieï
zangeresje Greetje de Haan, die
„jammer genoeg" uit Ter
neuzen weg is. „Lover comë
back to me" is zondagmorgen te
horen over Luxemburg.
Ze zijn bescheiden: ..Het is eigen
lijk geen jazz wat wij spelen".
Maar reeds de inzet van „Shoe-
shine boy" bewijst het tegendeel.
Een strak ritme, (geslagen op de
bas van Willy (22) en de gitaar
van de schilder Johan). dan de
viool, waar de vonken af en toe
uit lijken te springen. Een solo
met tere momenten, a owïsseld
door vurige uitbarstingen. Na een
hoofdknikje van Jan: de gitaar.
Sprankelende loopjes en striemen
de akkoorden, van een door Djan-
go Reinhardt geïnspireerde Rudy.
Na een geweldig swingeiid „Lady
be good" komt het bier op tafel
en vertellen ze verder. Hoe ze
haast niet op het podium durfden
te komen in Kortrijk. „We waren
de laatsten die spelen moesten,
na alleen inaar beroepslui." Dat
ze liever zo lang mogelijk willen
wachten met naar buiten optre
den: „Eerst oefenen tot we goed
genoeg zijn". Bescheiden zijn ze
wel....