Weerzien met Worse DODENSTAD KWAM TOT LEVEN ZATERDAG 30 SEPTEMBER 1961 PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT POLEN, dat ik een kwart eeuw geleden voor het eerst zag en daarna nooit meer. Polen, dat ik me al die jaren was blijven herinneren van die éne dag en éne nacht, dat we er met een kleine auto doorheen joegen. Een somber, triest winterland. IJzig koud, met hardbevroren modder op onvoorstelbaar slechte wegen. En een nachtelijk Warschau met ondergesneeuwde nauwe kronkelige stra ten, hard, verlaten, nors. Ziedaar, het Polen uit m'n herinnering. Warschau nadert snel. Tijdens de daling van de „Pegasus" zegt een van de 35 Amerikanen van Poolse origine die naast me zit: „daar komt de zwaarst getroffen stad van heel Europa. Denk er aan, dat je daar niet over Duitsers moet praten. Ik ga eens kijken Wat er van m'n familie nog over is. Er waren 6 miljoen doden toen het voor bij was". Zo gaan er dagelijks duizenden Amerikanen van Poolse afkomst naar Polen. Allen met ongeveer hetzelfde doel. De KLM en de LOT, de Poolse luchtvaartmaatschappij, houden samen die Pools-Amerir kaanse luchtbrug in stand. DE CONTROLE op liet vliegveld is scherp en duurt vrij lang. Té lang naar mijn zin. Als ik onge duldig word, realiseer ik me echter dat ik me achter het IJzeren Gordijn bevind. Een weliswaar onzichtbaar maar desondanks zeer reëel gordijn. Een half uur later sta ik op de Plare Konstytucji, een der grootste pleinen van Warschau. Een normaal plein, dat even goed zou passen in Londen, Amsterdam of Parijs. Met dit verschil, dat alle gebouwen zon der uitzondering nieuw zijn. Een jong plein in een eeuwenoude stad. Alleen, die stad was er in 1945 niet meer. Hij werd in de oorlogsjaren vollèdig, in de meest letterlijke zin van liet woord, „ausradiert", van de aardbodem weggevaagd. Nóg een kwartier later stap ik m'n tijdelijke huis binnen: Hotel Bristol. Warschau bezit 2 hotels, waarheen buitenlanders zich bij voorkeur be geven. Het ene is Bristol, het andere Grand Hotel. Beide worden geëxploi teerd door „Orbis", de centrale (lees: staats-) toeristenorganisatie. De portier geeft me de sleutel van m'n kamer en drukt me de hand. Op dat moment kyk ik hem en hij mij vragend aan. Dan zegt hy: „Hollandski?". Als ik hem dat in het Engels bevestig, vraagt hij me eveneens in het Engels, hoe het in Breda en Oudenbos gesteld is. Dat is dus het eerste wat de eerste de beste Pool me vraagt! M'n verba zing verdwjjnt echter snel, als hij me vertelt dat hij in '45 deel heeft uitgemaakt van het Poolse bevrij dingsbataljon dat Zuid-Nederland binnenkwam. Hij haalt een ge kreukte ansichtkaart uit z'n uni formjas vandaau en toont me die. Hij is van een keunis uit Breda. De bar van Bristol is gezellig en volledig internationaal wat de bezoe kers betreft: Amerikanen, Italianen, Zwitsers, Hongaren en oosterlingen. zowel uit het Nabije als Verre Oos ten). Men drinkt er bier, wodka en (uit astronomisch kleine kopjes) es- presso-koffie. Men geeft geen fooien aan de vrouwelijke bar-keeper. Als men het wél doet, wordt daar niet op gereageerd. Loodzware erfenis POLEN, ZOMER 1961. Een land met een loodzware oorlogserfe- nis, bestaande uit. 123.000 omge komen soldaten en 521.000 burgers. Let wel: dit zijn alleen maar de sachtoffers van het directe „norma- vijf minuten beval hij „hun afschu welijke (ladenaan de barmhartigheid Gods aan. Met luide stem riep hij: Wij vergeven onze vijanden van ganser harte, wij vergeven hun". De enorme menigte herhaalde in koor: „Wij vergevenwij vergeven De kardinaal werd niet gearresteerd. Dit kan (nog) in het Polen van 1961. Kort geleden vond een voetbalwed strijd plaats in het grote, nieuwe sta dion van Warschau. Een Russisch elftal kwam uit tegen een Pools. Toen op een gegeven moment een der Russen ontactisch of onsportief optrad, ontstak op hetzelfde moment het complete stadion in een hysteri sche woede. Eindeloos lang werd er gefloten en gebruld. Buitenlandse waarnemers hebben verzekerd nooit een zó verbijsterend openlijke demon stratie van anti-communistische ge voelens te hebben bijgewoond. Er werd niemand gearresteerd. Waarom niet? Ik moet het antwoord schuldig blijven. Waarschijnlijk is, dat het regime rekening houdt met de aard der bevolking, die behalve katholiek ook sterk vrijheidslievend is. En gewend aan opstanden en re- J0 ji vrij normale zaak in Polen. Men weet al niet beter of het hoort erbij. Het is bijna een tweede natuur geworden. Er is een communistisch schroef die wordt aangedraaid. Maar niet zo snel. Niet zo waarneembaar. Maar hij wordt aangedraaid. Men neemt er echter de tijd voor. Haat men Gomulka, de leider van het nieuwe Polen? De leider van een staat, die. naar men beweert, stoelt op vervalste verkiezingen. Ik kreeg sterk de indruk van niet. Integendeel Gomulka is. evenals Wyszynski, po pulair. Hij is dat omdat men begrijpt waarom hij handelt zoals hij handelt. Omdat men weet' dat hij bezig is Polen zo goed mogelijk door een moeilijke periode heen te loodsen. Omdat hij de communistische kool tegelijk met de katholieke geit moet sparen. Er wordt ook beweerd, dat haj in wezen minder communistisch is dan hij lijkt te zijn. Ik kan het niet beoordelen. Eén ding schijnt in ieder geval buiten kijf te zijn: de oprechte liefde van Gomulka voor het Poolse land en Poolse volk. Hij is vaderlan der, nationalist in hart en ziel. Ie" oorlogsgeweld. Daar komen na melijk nog 3.577.000 doden van het nazi-regime bij, vermoord in concen tratiekampen, tijdens executies en in de getto's. In gevangenissen en strafkampen stierven er voorts nog 1.286.000. Wegens ziekte en uitput ting in de kampen stierven er direct na de oorlog nog 521.000 wordt me verstrekt door een ambtenaar, 'n sta tisticus. Hij deelt ze me met 'n toon loze, schijnbaar onbewogen stem mee.. Ze staan echter, het is duide lijk merkbaar, in zijn memorie ge- bijteld. Hij deelt me, aldoor met die kille, emotieloze stem, voorts nog mee, dat Polen wereldrecordhouder is inzake het aantal slachtoffers in één land gedurende die laatste oor log: 22 pet. van de totale bevolking. Polen's politiek 1961. Het blijkt een niet zó eenvoudige zaak daar enig- inzicht in te krijgen in .nauwelijks twee weken, ook al spraken-wij met figuren, die het weten konden uit beide kampen. Dat wil zeggen: met communisten en nïet-communisten. Het percentage leden van de commu nistische partij in Polen? Ik vernam diverse schattingen. Ze variëren tus sen de IV2 en 212 procent. Twee leiders POLEN bezit twee leiders. De een: Wladyslaw Gomulka, eerste sec retaris van de Verenigde Poolse Arbeiderspartij. De andere: Stefan Wyszynski, primaat van Polen, de kardinaal. In 1950 sloot het Poolse episcopaat een overeenkomst met de regering. Deze hield in, dat de kerk het com munistische regime aanvaardde in ruil voor zekere garanties inzake de vrijheid voor de geestelijkheid. Door het Vaticaan is deze overeen komst niet aanvaard. In 1945 werd het 'grootgrondbezit opgeheven. Het totale nationale pro- duktie-apparaat staat ondér staats controle. Men noemt dat: planecono mie. In dit communistisch geregeerde land is het mogelijk, dat de kardi naal het regime beschuldigt van schending van zijn rechten als pri maat. Hij deed én doet dit op bij zonder felle wijze. Nauwelijks drie maanden geleden sprak Wyszynski zichtbaar vertoornd, 125.000 katho lieken toe, die zich voor en nabij de St. Annakerk hadden verzameld. Overal waren luidsprekers opgehan gen om de stem van de kardinaal verstaanbaar te maken. Gedurende Boven: de overblijfselen van de Oude Markt in 19J/5. Beneden: dezelfde Oude Marlet 1961. Warschau in de ochtendschemering. Geheel opnieuw verrezen aan de Weichsel. Op de achtergrond links het Cultuur Paleis, schenking van het Russische volle aan het Poolse en bron van galgenhumor. Gomulka en Wyszynski: de com munist en de katholiek. Beiden diplomaat van grote allure. Bei den martelaar. Beiden kennen kerker en verbanning. Beiden heb ben geleden voor hun land. En hoe! Op meer dan één punt zijn het „collega's". Vele Polen zeiden me, dat ze elkaar goed begrijpen, de primaat en de eerste secre taris. Symptomen van de politiek, zoals die in Polen wordt gevoerd? Men komt als Pool moeilijk het land uit. Het verkrijgen van een visum is een lan ge en doorgaans ondankbare weg, die tot geen resultaat leidt. Wie lid van de partij wordt, verwerft belang rijke faciliteiten. Wie een goede, hoog-betaalde functie ambieert, moet tot de partij toetreden. Desondanks is 't typerend hoe weinig Polen lid van die partij zijn. Of er censuur op brieven is „Soms" is me gezegd. Niet op alle brieven. Op bepaade, waarvan men hetzij de adressant, hetzij de geadresseerde wantrouwt. Ik vroeg of men mij in het oog hield Het antwoord was een wedervraag. Deze: „als er morgen een commu nistische journalist in uw land komt, wordt die dan door uw staatspolitie in het oog gehouden?" In de vraag lag het antwoord wat ik wenste te hebben besloten. Of er massa-arrestaties in Polen plaatsvinden? Nee. Wel melden de kranten herhaaldelijk processen te gen personen, die zich aan economi sche misdrijven schuldig gemaakt hebben, in bedrijven en fabrieken. Arbeiders-rechtbanken spreken in zulke gevallen recht. En ook .leest men herhaaldelijk over priesters, die zich tegenover volk en staat misdra gen zouden hebben en gestraft wor den. En dan moet er kort geleden een proces gevoerd zijn legen een aantal studenten, die een illegale or ganisatie hadden opgebouwd. Naar ik hoorde varieerden de straffen van 10 tot 15 jaar. Polen 1961. De winkèls zijn. naar Westcuropese maatstaf, niet rijk ge vuld maar wel naar Poolse. Men wordt in die winkels vrij onpersoon- - lijk, nogal ongeïntereseerd, bediend. In de staatszaken worden staatssa- larissen verdiend. Die staan vast. Waarom zou men dan óók nog „ser vice" geven? Hetzelfde geldt voor het personeel van trams en trolley bussen. En precies hetzelfde voor taxichauffeurs. Ik heb in die dagen minstens 50 maal van een taxi ge bruik gemaakt. Ze waren even goed koop als de bestuurders zwijgzaam en apathisch. Ik heb het niet éénmaal beleefd, dat een chauffeur achter z'n stuur vandaan kwam en de deur voor me opende, om van het openen van die deur bij het uitstappen maar te zwijgen. De keren, dat er na de be taling een hoofdknikje van af kon, waren zo zeldzaam als witte raven. Het interesseerde hem domweg niet. Prijzen Laten wij de zloty met wat goede xvïl op 1G Nederlandse cent stel len, de officiële koers. Een paar in Polen gemaakte dames-nylons kost, al naar mate, de kwaliteit, iets in de geest van 160 zloty. Import- nylons komen op 200 zloty. Dames schoenen tussen de S00 en 500 zloty, boter, per pond 36 zloty. Een pond margarine 17-18 zloty. Een ei 2 zloty. Koffie 20-25 zloty per 100 gram. Een halve liter wodka kost de (altijd dorstige!) Pool circa 70 zlotyEen slof Lucky Strike S00 en een slof Camel 250 zloty. Een pakje Poolse sigaretten, die me aan een combina tie van de Nederlandse bezettings- Consi, een Franse Gouloise en „eigen teeltdeden denken, kost van 5-10 zloty. Naar Nederlandse rokers- smaak zijn ze onrookbaar. Ik zag opvallend weinig auto's in de straten van Warschau. Een particu liere auto is een zeldzaam bezit, weggelegd voor enkele uitverkore nen. Een dollar is zwart 80 tot 100 zloty waard. Ontdekking van dit soort praktijken wordt zwaar ge straft. Ik heb me er dus niet aan gewaagd. Het meest voorkomende merk is de Warszawa. Hij kost 120.000 zloty. Een Volkswagen: 130.000-140.000 zloty. Een arbeider heeft een inkomen tus sen de 1500 en 2000 zloty per maand bruto. De top beweegt zich om de 10.000 zloty (professoren, directeu ren van bedrijven, prominente kunste naars). Warschau 1961. Een stad, gevuld met meer dan een miljoen inwoners, gehuisvest in riante, fonkelnieuwe flatgebouwen én in krotten en bun kers achter die gebouwen. Veel bloe men aan de muren der huizen. Veel bedelaars, doorgaans invaliden, op de trottoirs. Een stad, die in koortsach tig tempo wordt opgebouwd, maar waar nog een enorm gebrek aan wo ningen is. Zodra een huis is opgetrok ken wordt het ook bewoond. De helft der huizen mist nog bepleistering. Dat komt later wel. Het bewonen is primair. 1 Het publiek in de straten was be leefd, hoffelijk en wat de dames be treft, charmant. Opvallend veel mooie vrouwen, die er, ondanks hun vaak sobere, simpele kleding, elegant uitzagen. Een kwestie van stijl. Van de Slavische stijl. Dit soort mensen, mannen en vrouwen, hebben iets breeds, royaals, on-burgerlijks. Wie ,naar Polen reist met het gevoel op Aan de oever van de Wisla staat een standbeeld, het stadsivapen van Warschau: de Sirene. weg te zijn naar een tweederangs volk maakt de denkfout van z'n le ven. Polen heeft één oog op het oos ten en-één op het westen. Dat laatste bleek op allerlei wijzen. Eenmaal op een unieke. In het hart van Warschau bevindt zich een straat, die ülica Kubusia Puchatka heet. Vertaald: Winnie the Pooh-straat. Op beide hoeken van de straat is het naam bord versierd met de onvergetelijke figuren van Winnie en het varkentje. Ik vroeg natuurlijk aan m'n begelei der waarom die straat zo heette. Hij zei: „omdat de kinderen van War schau dat wilden". Warschau; een indrukwekkend voorbeeld van moderne stadsbouw. Wat hier in 35 jaar is gepresteerd lykt ongeloof lijk. De oude stad is geheel op nieuw verrezen en maakt de in druk al weer „oud" te zijn. Die opbouw is geheel in oude stijl ge schied. Dat was mogelijk, omdat men bij alle ongeluk dit geluk had, dat de oorspronkelijke bouw tekeningen van de Italiaanse stadssbouwer, anderhalve eeuw oud, na de oorlog nog in de ar chieven van Krakau aanwezig wa ren. Daardoor was het mogelijk de stad steen voor steen, gevel voor gevel, weer op te bouwen. Te kopiëren kan men beter zeg gen. Het resultaat is grandioos. Geen straat in het nieuwe Warschau zonder gedenkplaten aan de gevels voor gevallen verzetsstrijders. Overal ook bloemen, kruisen en lauwertak ken op die plaatsen. Warschau ver geet zijn helden niet. Waar waren tijdens de laatste oorlog méér helden dan in Warschau? Revanche in steen ALJjE DAGEN dat wij in War schau waren is steeds de gedach te ons blijven intrigeren: waar hebben de bewoners van deze stad de moed, de courage vandaan ge haald om weer te beginnen, om deze stad weer op te bouwen. Te begin nen op niets dan puin. niets dan ruïnes, niets dan een woestijn van verpulverde steen. Er was geen hoofdstad meer. Maar Krakau was er nog. de vroegere hoofdstad. Hefc was logisch, dat men dus Krakau weer tot hoofdstad zou bestemmen. „Nee", zeiden de Polen, „dat gunnen we de Duitsers niet. Warschau zal herrijzen". Het verrees aan de boorden van de oude Wisla, de Weichsel. Een monu ment van moderne stedenbouw én van in steen gestalte gegeven revan che. Op de oever van de Weichsel staat het stadsbeeld van Warschau: een sirene met zwaard en schild. Een prachtig zwart-brons beeld, dat kracht en inspiratie uitstraalt. Ik zag het voor het eerst de derde avond dat ik in Warschau was. Geel maanvuur stroomde over het brons. Elk ogenblik verwachtte ik dat het beeld, die sirene, tot leven gewekt zou worden. Ik stond naast haar en achter mij lag Warschau. Al die tijd dat ik daar stond wist ik, dat men die stad, dit Warschau, niét kan doorgaan zonder aan de Dood te den ken. En niet aan de Dood alleen, ook aan Satan. Satan en de Dood re geerden hier jarenang als een sinis tere twee-eenheid. Als ik naar de stad terugga, struikel ik iu het duister over twee invalide bedelaars op de hoek van een straat. Ze kijken, me aan met lege, dode ogen. Met ogen die de hel gezien hebben. Ze doen me denken aan schimmen uit het dodenrjjk. Een ryb, dat nog maar kort geleden ten onder ging. Tn de bar van hotel Bristol is dan meer dan één glas wodka nodig, om het my achtervolgend obse derend gevoel kwyt te raken. Het gevoel te zijn aangekomen in een nieuwe stad, gevuld met meer dan een miljoen schimmen uit een jong verleden. De stad met twe« Warschau en de Hel. Volgende artikel in de serie Polonaise '61 Warschau bq nacht T\E PURSER van de K.L.M.-Super-Connie „Pega- "sus" tikt me, een paar uur nadat we van Schip hol zijn vertrokken, op m'n schouder en wijst op iets, dat via het raampje naast me zichtbaar moet zijn. Als ik kijk, merk ik dat het reusachtige wolkendek eindelijk opengescheurd is. De aarde is zichtbaar ge worden: een groen, grauw en bruin mozaïek, grillig doorsneden met kronkelende rivierlinten. Aan de kim is het begin van een stad bezig op te wellen uit ijle, grijze damp: Warschau, de hoofdstad van Polen.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1961 | | pagina 19