„HEKSEN huilen niet of
de oranje pyjama"
NATHAN-PRIJS voor toneelkritiek in Amerika
cc
Manifestatie met films uit
51 landen in Moskou
Een Permeke-museum in
Jabbeke bij Brugge
Aanwinsten voor Haags
gemeentemuseum
r
ZATERDAG 22 JULI 1961
PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT
EEN ZEEUWSE SFEER
Origineel en fantastisch boek
van Isaak Faro
7 ic Isaak Faro is weten we niet; wanneer hij een Zeeuw
blijkt te zijn zou ons dat niets verbazen, want hij kent
onze eilanden blijkbaar door en door. Of „Heksen huilen niet of
de oranje pyjama" zijn debuut is, weten we evenmin, maar één
ding staat als een paal boven water: het is een kostelijk boek,
waarvan de oorspronkelijke opzet, de grillige fantasie en de
speelse ironie beurt om beurt boeien. Hoe vaak ook reeds be
weerd is dat het genre „roman" dood is, hoe vaak ook reeds
op geforceerde wijze nieuwe (doodlopende) wegen werden inge
slagen, hier is het overtuigende bewijs dat de roman nog nieuw
en springlevend is, en dat van binnen uit, zonder opvallende
uiterlijke kunstgrepen.
Hoogstens met behulp van een
procédé, zo oud als het genre
zelf: dat van een voor- en een
nawoord door de zogezegde
„vinder" van het manuscript.
Een overigens kostelijk procé
dé dat alleen door misbruik in
onbruik kan zijn geraakt, want
het geeft de schrijver altijd een
prachtige gelegenheid tot rela
tiveren, afstand nemen, het
aanbrengen van een dubbele bo
dem, en wat niet al.
Letterkundige kroniek
door HANS WARREN
Welke mogelijkheden Isaak Faro
vaardig aangegrepen heeft. Het boek
is overigens, zo het een debuut is, in
zijn geheel bijzonder vaardig geschre
ven en het betuigt van een laconieke
levenswijsheid, en ook van esprit, iets tuurlijk weer meer van Piet, en zij
wat men helaas al te vaak mist in de
Nederlandse romans.
Kortom, we vinden het een in alle
opzichten opvallend en geslaagd boek;
het combineert lichte leesbaarheid en
amusement met geestelijke diepgang
zonder dat van zwaarwichtigheid er
gens sprake is. Het bevat zelfs een
(met spot toegepast) element van
spanning en geheimzinnigheid waar
aan uiteraard de heksen uit de titel
niet helemaal onschuldig zijn. En die
komen er nog al in voor. Een ideaal
ook voor een regenachtige dag in de
vakantie, en toch ook wel met draag
kracht genoeg er zich later nog eens
mee te vermaken.
oofdpersoon is Klaas, een jonge
man die met vertalen de onzeke
re kost verdient. Van een oud
oom heeft hij een landarbeidershuisje
op een Zeeuws eiland geërfd. Hij heeft
het aardig op laten knappen en brengt
er vaak enige tijd door. Ook laat hij
er zijn vriend Piet, drs. biologie, wel
bivakkeren. Klaas is een lange vent,
Piet nog langer, een soort reus, en
'Piet heeft al een paar keer een meisje
dat Klaas aardig vond in weten te
palmen. Vandaar dat de vriendschap
een tikje labiel is. Wanneer het boel
begint is Klaas nogal gecharmeerd
van het meisje Ellie, maar Ellie na-
H'
r~
Tweede festival in
Russische hoofdstad
De Russen zitten minder dik
in de bloemen dan wij Ne
derlanders, maar niettemin ziet
men thans telkens in Moskou
dames met boeketten lopen. Er
is nu namelijk een internatio
naal filmfestival tiet tweede
in de Russische hoofdstad; het
eerste was in 1959 en bij alle
mogelijke gelegenheden of-
freeft men bloemen aan de da
mes. Dat typeert de vriendelijke
wijze waarop de Russen, zowel
de officiële persoonlijkheden als
de gewone burgers, de festival-
gasten tegemoet treden.
Aan het festival nemen 51 landen
deel, waaronder alle filmproduceren-
de landen van Oost en West.
De beste werken tot nu toe kwamen
uit Japan, Oost- en West-Duitsland,
Italië en Frankrijk. Japan had Het
Eiland gestuurd, een poëtische, ont
roerende film van Kaneto Shindo,
over de harde strijd van het bestaan
van een klein gezin, dat voortdurend
te kampen heeft met gebrek aan wa
ter voor de gewassen, die het kweekt.
De film heeft geen commentaren en
dialogen; de ontwikkeling van het
verhaal wordt duidelijk uit de beel
den, de beeldvolgorde en het zoge
naamde „natuurlijke geluid". Men
[kent het systeem van Flaherty, die
er in zijn films als Nancok en Loui
siana Story eveneens de fraaiste re
sultaten mee bereikte.
Frankrijk stuurde o.a. Le Princesse
de Clèves van regisseur Delannoy,
met Jean Marais en Marina Vlady
(die van Russische origine is). Geen
goede keus zulk een film voor Mos
kou, meent U Vergis U niet, in de
Sowjet-Unïe leest men de kleine kin
deren dezelfde sprookjes voor als bij
ons, sprookjes van prinsessen en prin
sen, en deze in de zestiende eeuw aan
het Franse hof spelende geschiedenis
doet het dus ook bij dit publiek.
Oost-Duitsland vertoonde verscheide
ne films, waaronder een uitstekend
werk van de bij ons door zijn mees
terwerk bekende Konrad Wolf, na
melijk „Professor Mamlock", naar
het gelijknamige toneelstuk van zijn
vader, Friedrich Wolf. De film ver
telt over de eerste maatregelen van
de nazi's tegen de joden en zij maakt
een diepe indruk. Ook de Westduitse
film Het Spookslot in Spessart werd
met grote bijval ontvangen, een ver
volg op Das Wirtshaus Spessart,
eveneens van Kurt Hoffmann en he
lemaal in ironische toon gehouden,
met o.a. een satyrieke toespeling op
de concurrentie van Amerikanen en
komt slechts bij Klaas aan om te we
ten te komen waar Piet uithangt. Die
blijkt, alvorens naar Frankrijk te zul
len vertrekken, in Klaas' woninkje
in Nieuwendijke te zitten, een feit dat
successievelijk Klaas en Ellie, gedre
ven door respectievelijk jalozie en
liefde, ook in Nieuwendijke doet be
landen. Als Klaas er arriveert, meent
hij Ellie juist uit de deur te zien ko
men, een vergissing overigens, want
Ellie komt pas later. Voor Ellie wordt
het bezoek kort en pijnlijk, daar Piet
duidelijk laat merken dat hij genoeg
van haar heeft. Maar dan zijn de ver
wikkelingen al volop aan de gang, en
die zijn te aardig, te gek en ook te
gecompliceerd om ze hier bij voorbaat
uit de doeken te doen. Daarom in
't kort: in de stad Waterburgh op het
eiland woont een bibliothecaris, dr.
Hammer, die gepromoveerd is op de
zestiende eeuwse dichter Vellenius uit
het naburige Havene. Nu is deze Vel
lenius een nogal omstreden figuur, die
zich behalve met de dichtkunst en het
humanisme ook bezig gehouden heeft
met de bezwering van de boze gees
ten, het bereiden van toverdranken,
het denonceren van heksen e.d. In het
dorp woont een notaris, goed thuis in
de folklore van de nogal behekste
streek die „de Poel" wordt ge
noemd, en deze notaris is uit liefheb
berij gaan grasduinen in het leven van
Vellenius, waarbij veel aan het licht
is gekomen waarmee dr. Hammer, die
een nieuwe studie vil publiceren, kan
dwarsbomen.
Ook Piet, bioloog, maar fervent
amateurspeurder in archieven,
houdt zich met Vellenius bezig, en
heeft op zijn beurt de hand weten
te leggen op papperassen die de
notaris niet Kent. Als dan de nota
ris tijdelijk Klaas, de vertaler, als
typist in dienst neemt, en deze als
laatste een hoogst interessante
ontdekking doet, die ook weer in
een spel van geven en nemen en
koddige chantage wordt verwerkt,
wordt de situatie aardig ingewik
keld, temeer daar een mysterieus
geval van zich onwel bevinden
(van Piet) met een, toch wel mali
cieuze, klap (van Klaas en Piet)
en een even boosaardig gangen
volgen door de notaris doorvloch
ten worden met zeer veel hekse
rijen, meest in 't verleden, maar
ook wel in het heden.
Want een lieve heks is Leetje, het
dienstmeisje (en bovendien natuurlijk
dochtertje) van de notaris, een
dorps, maar allesbehalve dom meis
je, dat Klaas in haar strikken weet te
vangen, o.a. met behulp van een
oranje pyjama waarop zij grasgroene
motieven heeft geborduurd. Leetje
speelt handig haar rol mee in de ge
heimzinnigheden, en als hun omgang;
gevolgen heeft, lossen Klaas en Leet
je het goed op, even goed als roman
cier Isaak Faro, die er voor zorgt dat
het niet banaal wordt.
Zoals hij overal heeft gezorgd voor
puntige opmerkingen, gewaagde en
speelse passages, koddige persiflages,
clownerieën en hekserijen. Een boek,
dat men dan ook geamuseerd en toch
ook bewonderend in één ruk uitleest.
Bovendien een fantastische rara avis
in onze nogal saaie hedendaagse ro-
manproduktie
Isaak Faro: Heksen huilen niet, of de
oranje pyjama. G. A. van Oorschot,
Amsterdam (De witte olifant-reeks).
Russen in de ruimtevaart, die er hier
als koek inging.
De Engelsen hadden een middelma
tige film over Oscar Wilde, met een
knappe titelrol van Peter Finch, die
liier in persoon aanwezig is. Ook d<
Tsjechen kwamen ditmaal met eer
middelmatige film, Ketenen. De Ita
lianen boekten bijzonder veel succes
met hun grote documentaire over <fe
Olympische Spelen te Rome, em
werk dat zelfs mensen met volslagoi
gebrek aan belangstelling voor le
sport, sterk boeide. De verwachtn-
gen zijn voorts op het ogenblik ntg
hoog gespannen voor de Russisdie
festivalbijdrage, Opklarende henel,
de nieuwste film van de beroende
Tsjoekrai, die, naar de geruchen
willen, afrekent met het stalinisne,
doordat hy de opklarende lucht 'an
nu stelt tegenover 't bewolkte verle
den.
Provincie kocht huis
en werken aan
Het sierlijke huis „De vier
winden" te Jabbeke, op
enkele kilometers van Brug
ge, waar de vermaarde ex
pressionistische kunstschil
der Constant Permeke het
grootste deel van zijn leven
heeft gewerkt, is door de pro
vincie West-Vlaanderen aan
gekocht en als museum inge
richt. Het werd onlangs ge
opend door de Belgische mi
nister voor culturele aange
legenheden, de heer Van
Elslande.
Men heeft alles in het werk
gesteld om zoveel mogelijk
de atmosfeer te behouden-uit
de dagen dat Permeke er zo
vele werken heeft geschapen,
die thans in musea prijken
in Parijs, Praag, Bazel, Den
Haag, Amsterdam, Rotter
dam, Sao Paulo, Rio de Ja
neiro en New York en in tal
loze particuliere verzamelin
gen over de hele wereld.
Gelukkig werden niet alle doeken
en beeldhouwwerken verkocht en
heeft Permeke, toen hij op 4 ja
nuari 1952 in een ziekenhuis te
Oostende overleed, nog heel wat
werken nagelaten aan zijn kinde
ren, die in het huis te Jabbeke op
eigen initiatief een voorlopig mu
seum inrichtten. De belangstel
ling uit het buitenland en dan
voornamelijk van Amerika voor
de doeken van Constant Permeke
is echter bijzonder groot, zodat er
regelmatig verleidelijke voorstel
len werden gedaan, waaraan de
familieleden van de beroemde
kunstenaar wellicht uiteindelijk
zouden zijn bezweken. Het pro
vinciaal bestuur van West-Vlaan
deren is de buitenlandse kunstver-
zamelaars echter voor geweest
door alle nog overblijvende wer
ken, samen met het woonhuis vol
ledig aan te kopen.
onstant Permeke wordt be
schouwd als een van de voor
naamste vertegenwoordigers
van het expressionisme. Hij werd
in 1886 te Antwerpen geboren en
na de eerste wereldoorlog vestig
de hij zich te Jabbeke. Zoals vele
andere jonge kunstenaars trok hij
in 1909 naar St.-Martens-Latem
aan de Leie, waar hij een van de
hoofdfiguren werd van de school,
die naar dit kunstenaarsdorp
werd genoemd en waartoe ook de
gebroeders De Smedt, Albert Ser-
vaes, Frits van den Berghe en
vele anderen behoorden. Hij sloot
zich al heel vroeg aan bij de
nieuwe stroming, die het expres
sionisme toen was. Zijn leven
lang zou hij in dezelfde richting
doorgaan.
De „Vier Winden" te Jabbeke is
omringd door een prachtig
park, waarin verschillende
beeldhouwwerken van Constant
Permeke prijken. In het museum
zelf gaat de aandacht in de eer
ste plaats naar het schildersate
lier, waar tussen 1930 en 1952 en
kele van de meest bekende wer
ken van deze kunstenaar ontston
den. Het grote doek „Over Per
meke" hangt er thans op een ere
plaats, samen met het typische
Een stemmig hoekje in het
schildersatelier van Constant
Permeke te Jabbeke, met op
de voorgrond het bekende werk
„De Zaaier
zelfportret, rechtstreeks uit een
boomtronk gehouwen. Ook monu
mentale tekeningen en een onvol
tooid landschap sieren hier de
wanden. Piëteitsvol zijn verder
rond het dodenmasker van Per
meke talloze intieme documenten
verzameld, zoals brieven van
vrienden-kunstenaars en familie
leden. Men vindt er ook een verf-
kast met borstels, een palet, een.
hele reeks foto's en vele andere
herinneringen. In de vroegere sa
lon (gelijkvloers) zijn kleinere
werken samengebracht. Men treft
er o.m. een viertal schilderijtjes
uit de Latemse tijd en een klein
beeldhouwwerk. Ook het doek
Jntocht van de Duitse troepen te
Jabbeke" is er te zien. Een an
dere zaal is volledig voorbehouden
aan vele studies naar levend mo
del.
Het grote atelier bevindt zich in
een afzonderlijke vleugel. Dit
ruinie gebouw, dat twee zalen van
ongelijke grootte omvat, werd tot
een modern museum omgevormd.
In totaal werden er naast enkele
belangrijke beelden zeventien
grote schilderijen tentoongesteld,
waaronder verscheidene taferelen
uit het landelijk leven, de ..Ma
rine", het,„Bretoens Landschap",
geschilderd in 1951 en het ontroe
rend „Afscheid", ontstaan in 1948
bij het overlijden van de vrouw
van de schilder.
Degenen, die belang stellen in het
Vlaamse expressionisme, zullen
zeker veel genoegen beleven van
een bezoek aan „De Vier Winden"
te Jabbeke.
T Tet gemeentemuseum te 's-
Gravenhage lieeft uit de
Thompson-collecte uit Pitts
burgh, die gedurende het
voorjaar in dit museum was
tentoongesteld en daar voor
het laatst compleet bijeen
was, zes kunstwerken aange-
Voor de eerste maal
naar recensent
en auteur
(Van een bijzondere medewerker),
et is misschien niet zo vreemd, dat een
I—I man, die de toekenning van toneelprijzen
verfoeide, een jaarlijkse prijs zou instellen
voor dc beste recencies op toneeluitvoeringen.
Volgens hen die wijlen George Jean Nathan
alleen door zijn geschriften kennen (meer dan
40 boeken, ontelbare tijdschriftartikelen en de
beoordelingen van ruim 5000 toneelstukken)
zou de nestor van de New Yorkse toneelcritici
met de welbesneden pen deze omweg wel ge
kozen hebben om zijn inzichten en denkbeelden
over de toneelwereld ook na zijn dood in 1958
levend te honden. Zijn testament, waarin hij
een jaarlijkse prijs instelde voor de beste to
neelkritiek door een Amerikaan, was de neer
slag van Nathans algehele opgaan ïn het toneel
en wat daarmee samenhangt.
Hij stelde uit zijn nalatenschap een groot
bedrag ter beschikking, waaruit jaarlijks
de prijs zou worden betaald een daad, die
de man tekent, die zo'n belangrijke rol ge
speeld heeft in de verheffing van de normen
van het Amerikaanse toneel en op de smaak
van de grote massa bijna een halve eeuw
lang grote invloed heeft uitgeoefend.
De door hem bij testament benoemde commissie
voor de toekenning der pi-ijzen, bestaande uit
de faculteiten der Engelse letteren van de Cor
nell, Princeton cn Yale universiteiten, heeft
dezei? dagsrt haa» hei!?,a bekendgemaakt, na
melijk Harold Clirman, toneelrecensent voor
het tijdschrift Tie Nation en C. L. Barber,
gastprofessor aal de Yale Universiteit. De
laatste heeft de aandacht op zich gevestigd
met zijn boek „Slakespeare's Festive Comedy",
volgens de comnissie „een van die zeldzame
boeken, dat tegeijkertijd een meesterwerk van
wetenschappelijl onderzoek en een helder ge
stelde kritische lehandeling van een aantal be
langrijke toneeJtukken is, namelijk de kome
dies van Shakdpeare die hij voor 1600 heeft
geschreven".
inder wetinschappelijk, maar van meer
JV/F direct beling voor de schouwburgbezoe-
kers is Qirmans boek, een verzameling
van zijn recenses en essays onder de titel „Lies
Like Truth". Curman heeft ook een belangrijk
aandeel gehac in de oprichting van „Group
Nesbr van de critici
verfotide toneelprijzen
J
Theater" een gezelschap experimentele
kunstenaars lit de jaren 30, die grote invloed
hebben uitgeefend op het Amerikaanse toneel.
Bovendien heft hij belangrijk werk verricht
als regisseur
Clurman,de regisseur, heeft vaak aan Clur-
schaft. En van zijn voortreffelijkste analy-
man, de ecensent, de stof tot schrijven ver
sos, nam!ijk die van „A Streetcar Named
Desire", fan alleen zo geschreven zijn door
efuwnancüs yooa ris yolle honderd procient
regisseur is. Zijn boek bezit nog vele andere
voortreffelijke eigenschappen, niet het minst
de prettig leesbare stijl. En ofschoon zijn
meeste kritieken slechts „voor het ogenblik"
geschreven waren, hebben ze de tijd over
leefd, omdat het de schrijver in de eerste
plaats om de artistieke waarden van de op
voering te doen is.
Elk nieuw werk beschouwt hij in het licht
van de ontwikkeling van de schrijver, deze
laatste wordt op zijn beurt gezien in zijn
betrekking tot het toneel en tenslotte het toneel
in zijn betrekking tot de samenleving. Clurman
is van oordeel dat elk stuk tegelijk een emotio
nele uiteenzetting is en een prikkel op de toe
schouwer uitoefent en het daarom de taak vn«
de recensent is niet alleen aan te geven welk
thema in het stuk behandeld wordt, maar ook
of het een zekere „menselijke betekenis" bezit.
Hij is ten zeerste verontrust door de vaste
overtuiging van zo velen, die menen dat voor
treffelijkheid en succes in de toneelwereld
synoniem zijn en hij grijpt elke gelegenheid
aan om de onhoudbaarheid van deze redenering
aan te tonen.
Het lijdt geen twijfel dat Nathan tevreden zou
zijn geweest met de keuze van de eerste-prijs-
winuaars. Over deze keus kan trouwens geen
verschil van mening bestaan, en het verheugt
de toneelliefhebbers dat er New York nog meer
uitmuntende recensenten zijn. Deze mensen die
op zo voortreffelijke wijze in woorden weten uit
te drukken wat door de schouwburgbezoekers
wordt gevoeld en ondergaan, vervullen boven
dien in ruimere zin de taak op gewetensvolle
wijze het theater en het publiek tot de aanvaar
ding van hogere normen op te voeden.
Zo'n recensent was George Jean Nathan en dat
zijn de mannen en vrouwen die met de prijs
worden, geëerd die zijn naam draagt.
kocht: drie schilderijen en
drie beeldhouwwerken.
Het zijn een groot doek „Blauwe re
gen" van Claude Monet, een
„Compositie met lichtblauwe cir
kel" van Ben Nicholsen, een plas
tiek „Grote vrouw met spiegel"
van Henri Laurens, en twee beeld
houwwerken „Pad" en „De grote
bosmens" van Germaine Richier.
Als voornaamste van deze reeks aan
winsten beschouwt het gemeente
museum het grote doek „Blauwe
regen" van Claude Monet. Dit be
hoort tot de reeks doeken op groot
formaat, welke hij in zijn laatste
levensjaren (tussen ca. 1920 en
1926) in zijn atelier te Giverny
schilderde. Alle hebben zijn tuin
met grote vijvers tot onderwerp.
Zo ook de „Blauwe regen", zich
spiegelend in het stille water van
de vijver.
Voor de Mondriaan-collectie van het
museum wordt de verwerving van
een „Compositie" (1920/22) van de
Rus El Lissitzky (Smolensk 1890-
Moskou 1941) van groot belang
geacht. Ook de „Compositie met
lichtblauwe cirkel" van de Engels
man Ben Nicholson (geb. 1891).
wordt een welkome ondersteuning
geacht van de Mondriaan-collectie.
Beide schilders ondergingen via
het „Buahaus" te Dessau de in
vloed van Mondriaan.
Het beeld de „Grote vrouw met spie
gel" van de Fransman Laurens is
een werk uit 1929, het tijdstip
waarop hij zich had losgemaakt
van zijn kubistische vormgeving.
Opdrachten van o. fc. cnw.
aan lellerknndigen
De staatssecretaris van onderwijs,
kunsten en wetenschappen, mr. Y.
Scholten, heeft aan de letterkundigen
mevrouw H. Laurey te Haarlem/ J.
van Breemen te Laren (N.-H.). Han
G. Hoeksti'a te Amsterdam en C.
Poort te Voorburg, opdrachten ver
leend tot het schrijven van een aantal
gedichten. De letterkundigen C. J.
Kelk te IJmuiden en D. Verroen te
Rijswijk zullen in opdracht een ro
man en A. Coolen te Waalre een aan
tal schetsen schrijven over (verdwij
nende) volksgebruiken in het oosten
en zuiden van Noord-Brabant.
Aan de letterkundige Ab Visser te
Amsterdam tenslotte is opdracht ver
leend een essay te schrijven over de
sociale en psychologische aspecten
van de deteclive-story.