Stil
§I«J«1
Geheimzinnige cobra
bij verkeerspolitie
Angola heeft ideaal klimaat,
maar helaas weinig geld
Dokter van „Willem Barentsz"
houdt spreekuur over de radio
EIGEN TELEFOONLIJN VOOR
93-JARIGE ENGELSE DAME
Atletiek Gr. Brittannië-U.S.A.
WOENSDAG 19 JULI 1963
PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT
KAPITAALINITIATIEFARBEIDSKRACHTEN
Koffie is
belangrijk
IN TEGENSTELLING TOT
de Kongo die maar een
klein stukje kust bezit
strekt Angola zich 1600 kilo
meter naar het zuiden fangs
de Atlantische Oceaan uit.
Maar dit kustgebied is niet
het aantrekkelijkste deel van
deze Portugese „provincie".
Het land langs de oceaan im
mers ligt laag. Het heeft een
tamelijk vochtig, tropisch
klimaat, met weelderige plan
tengroei, maar het verblijf is
er voor Europeanen op den
duur afmattend. Een goede
150 kilometer het binnenland
in wordt dit anders. Angola
is niet alleen een land met
enorm veel ruimte, op de
hoogvlakte is het ook aange
naam toeven. Daar zijn de
dagen helder, zonnig en niet
benauwd en de nachten ver
kwikkend koel. En waar zet
de zonsondergang de berg
ruggen in een gulden gloed,
die te vergelijken is met een
avond op dit Portugees-
Afrikaans plateau?
Jammer genoeg zijn ruimte, een
goed klimaat en zelfs behoorlijk
vruchtbare grond niet voldoende
voor een geslaagde kolonisatie.
Behalve enthousiasme geloof
in een toekomst en vakman
schap is er ook kapitaal voor no
dig. Wat dat betreft zijn de Por
tugese immigranten, die nu elke
maand aankomen niet bijzonder in
het voordeel. Enthousiasme bezit
ten ze wel, geld in de regel weinig
en ook zijn de meesten van hen
niet de bloem onder de Portugese
boeren, of welke andere vaklui
dan ook. Daarbij komt dat het
land, dat zij nu koloniseren, pas
aan het begin van zijn economi
sche ontwikkeling staat. Industrie,
landbouw, visserij, handel - - "het
heeft alles nog weinig betekenis,
zeker tegen de achtergrond van
de enorme dimensies, die hier be
staart. Bovendien maken de mees
te middelen van bestaan op het
ogenblik een lichte depressie door.
Dit draagt er niet toe bij om de
start van nieuwelingen vlot te
doen lopen.
Rijk
KAPITAAL, INITIATIEF, AR
BEIDSKRACHTEN... het zijn
woorden, die zich telkens weer op
dringen voor wie Angola iets meer
dan oppervlakkig beschouwt. Van
alle bodemrijkdommen is tot nu
toe weinig ontgonnen. Er zijn nog
grote reserves aan malacliiet-
koper (een ertsafzetting, die een
bepaald percentage koper bevat),
ijzererts, zout en ook goud.
Vermoedelijk hebben de nuchtere
mineralen minder tot de Portuge
se fantasie gesproken dan de dia
mantvelden, die van meet af aan
ijverig werden ontgonnen. Dia
manten zijn ook nu nog het twee
de uitvoerprodukt. Het merendeel
er van gaat naar België. Maar al
leen daarvan kan Angola toch niet
bestaan. Het heeft ook nog. wel
iets meer. De koffieplantages zijn
eeuwenlang van vrij grote bete
kenis geweest. Koffie is ook te
genwoordig het belangrijkste ex-
port-produkt. Angola verheugt
zich in het bezit van olievelden,
die tot nu toe per jaar ook niet
meer dan een mondjesmaat van
hooguit SOiOOO ton voortbrengen.
De visserij is wel van enig belang,
doch deze wordt hoofdzakelijk
door negers bedreven.
Wat begint in dit land de pas
aangekomen immigrant, die nog
geen baantje of een stuk grond
voor een boerderij heeft en even
min veel geld, om het lang uit te
zingen? Geen gemakkelijk te be
antwoorden vraag in een gebied,
waar eigenlijk alles nog zo in de
kinderschoenen staat.' De nieuw
bakken landverhuizer zal zichzelf
daardoor soms letterlijk op straat
vinden, terwijl hij tracht loterij
briefjes te verkopen aan hen, die
iets beter in hun middelen zit
ten...
Ruimte... dat is het, waaraan An
gola werkelijk geen gebrek heeft.
Langs de spoorweg tussen de
grens van Katanga en Lobito lijkt
het wellicht nog niet zo desolaat.
De meeste plaatsjes hebben zich
immers juist hier tegenaan ge
vlijd. Anders wordt het wanneer
men verder hier vandaan komt,
langs de eindeloze „wegen", die
nauwelijks die naam verdienen.
„Weg" staat hier doorgaans meer
voor een redelijk berijdbaar kar-
respoor zolang het tenminste
niet tussen september en mei (het
regenseizoen) is. In dat jaargetij
de maken overstromingen en brij
achtige modder grote stukken van
het land onbegaanbaar.
VLIEGEN IS IN VELE OPZICH
TEN en in alle jaargetijden te
prefereren, temeer doordat de
Portugezen een goed functione
rend binnenlands luchtnet hebben
Deze negervrouw uit Ghienge, in
Zuid-Angola, J/50 km van de liaven
Mocamedes, draagt een feestelijke
hoofdtooi.
opgezet.
Vanuit d
/anuit de lucht ontrolt Angola
zich werkelijk indrukwekkend in
zijn enorme uitgestrektheid. Het
panorama begint bij de dichte,
donker-groene oerwoudmassa in
het noorden, waar de gorilla nog
heer en meester is. Meer naar het
midden en het zuiden schuift de
hoogvlakte onder het vliegtuig
door. Hier is het landschap voor
al dat van savannas: grote gras
vlakten met hier en daar geboom
te en struikgewas. Soms wordt
het groene tapijt onderbroken
door een kale rotsformatie, die
er als een skelet boven uitsteekt:
vulkanisch gesteente, dat herin
nert aan een splijten van de aard
kost in oeroude tijden...
Daar is de Koeanza Rivier, die
zich niet ver van 'de hoofdstad
Loanda een eind te noorden van
Lobito in de oceaan stort en
een stroomgebied van vele hon
derden kilometers achter zich laat.
Dat stroomgebied, met zijn vele
zijrivieren, neemt het water op
in een streek, waarvan de opper
vlakte enkele keren Nederland be
slaat. In de winter staan hier
grote delen onder water of er ont
staan moerassen. Meer naar het
zuiden is er het doornige struikge
was, dat verderop zal overgaan
in de lichtrode rotsgrond en het
fijne zand van de Kalahari woes
tijn, die tot aan de kust van Zuid
west Afrika reikt.
een oppervlakte gelijk aan die
van half West-Europa, liggen
de nederzettingen. Eenzame
boerenhoeven, die zich met re
delijk succes hebben ontwik
keld tot een centrum van land
bouw en veeteelt. Dorpjes en
stadjes soms, die een kleine ge
meenschap vormen. Maar de
ruimte blijft te ruim en de
mens is hier te schaars geble
ven om een werkelijke greep
op het landschap te hebben. En
dat kenschetst het Angola van
vandaag: ruimte en een over
vloed aan mogelijkheden. Een
land voor de dag van morgen.
Alleen: hoe ver ligt dit morgen
in het verschiet en hoe- zal het
er uitzien?
0 Negenhonderd brandweerlieden uit
Marseille hebben een bosbrand in de om
geving tot staan gebracht. Achthonderd
hectare bos is reeda verbrand.
„JUFFROUW, GEEFT U ME MARY"
In een plattelandsge
meente in Engeland,
waar tot voor kort de
plaatselijke telefoniste
de telefoonverbindingen
tot stand bracht en
haar oude, vertrouwde
klanten bijzonder goed
bediende, werd kortge
leden het net geauto
matiseerd een voor
uitgang, die ongetwij
feld door de meeste be
woners met vreugde
werd begroet. Voor de
98-jarige mevrouw
Hopkins was het echter
een zware slag. Zy was
gewend, de hoorn op te
nemen en kort en bon
dig te vragen: „Juf
frouw, verbindt U me
alstublieft met Mary"
en binnen enkele se
conden was Mary aan
de lijn en kon het dage
lijkse, lange telefoonge
sprek der beide oude
dames beginnen.
Nu echter moest me
vrouw Hopkins het
nummer van haar
vriendin zelf kiezen,
terwijl ze niet eens
wist, welk nummer die
had!
Met 93 jaar is 't moei
lijk oude gewoonten
op te geven en nieuwe
aan te leren. Dat zag
ook de telefoondienst
wel in en zo verscheen
er dan een ambtenaar
bij mrs. Hopkins, om
haar het gebruik van
de kiesschijf uit te leg
gen. Maar tevergeefs:
mevrouw Hopkins was
niet eens in staat, het
nummer 100 te draaien,
het nummer van de
centrale, waar men dan
bereid zou zijn geweest
haar met elk ander ge
wenst nummer door te
verbinden. Het zag er
naar uit, dat de oude
dame het betreurens
waardige, maas onver-
jnet
RDTERDDN
PHARMftCEUTIKHE FUHIEK ((ROTER^) KIIVEMUH
Zevenentwintig Chinezen
drossen van Zuiderkruis
De „Zuiderkruis" heeft zaterdag Ho
boken verlaten met bestemming Rot
terdam met zevenentwintig Chinese
bemanningsleden minder dan toen ze
in de V.S. aankwam.
De 27 man zijn niet teruggekeerd
aan boord van het schip nadat ze
waren gaan passagieren. Het was
volgens de politie de grootste groep
in jaren die van een schip was weg
gebleven.
CAMERA OP TWEEDE VERDIEPING
Vogelperspectief van
verkeersongelukken
Op het eerste gezicht denkt men
te maken te hebben met een re
kwisiet, dat een vindingrijke re
gisseur heeft uitgedacht voor zijn
jongste griezelfilm: een auto
komt met grote snelheid aanry-
den en stopt plotseling. Hy ver
schilt weinig van een normale
vrachtwagen, alleen ziet men op
het dak, vlak achter de bestuur
derscabine een grote „bulk", een
vreemdsoortige uitstulping. En
daar komt dan iets griezeligs uit
iets dat doet denken aan een vet-
gevreten cobra. Eerst heft hij zijn
wiebelige kop omhoog, dan wordt
hy steeds groter en langer, tot hij
tenslotte de hoogte bereikt van
een huis van twee verdiepingen.
En daar hoog boven op zit dan de
kop, niet die van een slang, maar
een camera.
Dit bijzondere, geheimzinnige ap
paraat heeft een zeer nuchter
doel: op deze wijze kan de camera
in „vogelperspectief" zeer duide
lijke, alle details omvattende, op
namen maken van het toneel van
een verkeersongeluk. Tot nu toe
waren de deskundigen, die zich
met het onderzoek en de preven
tie van verkeersongevallen bezig
hielden uitsluitend aangewezen op
hun eigen waarnemingen en de
rapporten van de politie. Zij con
stateerden echter dikwijls dat
zelfs de betrouwbaarst lijkende
getuigen elkander vaak tegen
spraken. Met deze telescopische
ongevalscamera krijgt men echter
een volkomen nauwkeurig beeld
van de scène van een ongeval.
Het apparaat is het eerst in ge
bruik genomen door het Britse on
derzoekingsinstituut voor het
wegverkeer. Met plaatselijke poli-
tie-autoriteiten werd overeenge
komen, dat men onmiddellijk zou
worden gewaarschuwd, zodra zich
in een straal van 25 km 'n ongeval
voordoet. Met de grootst moge
lijke spoed wordt de wagen dan
daarheen gedirigeerd zodat hij zo
veel mogelijk de toestand van na
het ongeval nog overanderd aan
treft. Men hoopt deze nieuwe me
thode spoedig op grotere schaal te
kunnen toepassen en via dit
„bronnenonderzoek" vooruitgang
te kunnen boeken op het gebied
van de ongevals-preventie.
OP WALVISJACHT IN DE IJSZEE
mijdelijke slachtoffer
zou worden van de au
tomatisering.
En toen gebeurde, wat
waarschijnlijk alleen in
Engeland mogelijk is.
Tante Pos werd een lie
ve, oude begrijpende
tante. De 16 kilometer
van mevrouw Hopkins'
huisje naar het tele
foonkantoor werden
door een speciaal voor
de oude dame gelegde
leiding overbrugd. Dat
hatelijke moderne toe
stel met zijn kiesschijf
verdween weer en zy
kan, net als vroeger, de
hoorn opnemen en zeg
gen: „Juffrouw, ver
bindt U me met Mary,
alstublieft!". En net als
vroeger krijgt zij dan
weer te horen: „Jaze
ker, mevrouw Hopkins,
direct!". En het ge
sprek van de beide ou-
dg dames kan begin-
nen!
Gezondheidszorg is
een moeilijke taak
Onze vaderlandse geschiedenis
kent enkele hoogtepunten, die
tijdens onze schooljaren zozeer
tot onze verbeelding hebben ge
sproken, dat wij ze niet zo gauw
vergeten. Hoezeer leefden wij
bijvoorbeeld niet mee met de be
kende Nederlaudse zeelieden
Willem Barentsz en Jacob van
Heemskerck, wanneer de
schoolmeester ons vertelde van
hun vergeefse pogingen om via
de Noordelijke IJszee Indië te
bereiken en van de vele ontbe
ringen, die zij tijdens hun ver-
blijf in hun hut op Nova Zembla
moesten ondergaan.
We leerden met diep ontzag de
jaartallen 1596 -1597, naast die
vele andere die wij spoedig
daarna weer zouden vergeten.
De naam van Willem Barentsz
heeft het Nederlandse volk in
ere gehouden door, zij het vele
jaren later, een belangrijk Ne
derlands schip naar hem te noe
men.
Men weet hetde Willem Ba
rentsz, de enige Nederlandse
walvisvaarder, die reeds zovele
jaren in het begin van de winter
uitvaart om pas tegen de zomer
met een grote voorraad walvis
traan, voor de margarine-indus
trie, aan boord terug te keren.
Enige weken geleden keerde de Wil
lem Barentsz van zijn jongste expedi
tie terug, na zeven maanden in de
Zuidelijke IJszee te hebben geope
reerd.
Ter afsluiting van deze reis werd voor
de scheepsofficieren een auto-puzzel-
rit door de Achterhoek georganiseerd.
Hier trof ik onder meer de tweede
scheepsarts van de Willem Barentsz,
dokter H. de Jong, een avontuurlijke
27-jarige arts, die vorig jaar in
Utrecht zijn medische studie beëindig
de en die de laatste expeditie mee
maakte, om, zoals hij me vertelde
„wat meer van de wereld te zien".
Welnu, veel meer heeft liij van de we
reld niet gezien dan water, ijs, water
en nog eens ijs. En verder natuurlijk
de ongeveer 700 bemanningsleden aan
boord van de Willem Barentsz en de
jagers, die voor het vangen van de
walvissen zorgen.
Met de gezondheid van deze 700 men
sen was dokter De Jong met dokter
N. J. Teljer, de eerste scheepsarts,
gedurende de zeven maanden van de
reis belast, en dit was, zoals dokter
De Jong me vertelde dikwijls
zware taak.
Gevaarlijk
„Het werk, vooral op de Barentsz
zelf, waar de vissen worden ver
werkt, Is bijzonder gevaarlijk. Er
gebeuren dan ook zeer veel onge
lukken", zo vertelde dokter De
Jong. die en passant de 18 opera
ties opnoemde, die hij met zijn col
lega heeft verricht.
„De diagnose was vaak moeilijk
te stellen", zo gaat dokter De Jong
verder, „vooral omdat wij onze pa
tiënten onder de bemanning van de
jagers niet allemaal naar de Wil
lem Barentsz konden laten komen.
Daarom was er elke dag een radio
spreekuur. Via 'n bepaalde golfleng
te. die speciaal voor ons bestemd was,
konden die bemanningsleden ons over
hun klachten vertellen. Was het mo
gelijk, dan gaven wij hun via de ra-
aio op, welke medicijnen zij moesten
gebruiken. Leek de toestand van de
patiënt ons echter ernstig, dan lieten
wij de jager, waarop hij voer, onmid
dellijk naar de Barentsz komen. Om
het schip langs de lijzijde van de Ba
rentsz te kunnen dirigeren werd tus
sen de twee schepen een walvis be
vestigd, die als stootkussen moest
dienen. Wanneer zo het contact tot
stand was gekomen, liet ik me via een
lijn in een mand naar de jager ver
voeren om de patent te halen".
Zaterdag 22 jirfi te Londen
NU een ARISTONA kopen wane
iedereen ziet meer in 'n
De tweede scheepsarts van de „Wil
lem Barentsz": dokter H. de Jong.
Een keer heeft dokter De Jong met
deze vrij ingrijpende manoeuvre het
leven van een man gered, die tijdens
het radio-spreekuur over ernstige
buikpijnen klaagde. Het was een
maagperforatie, aie binnen een paar
uur operatief kon worden verholpen.
Kiezen
Kiezen trekken was een karweitje
waarmee dokter Teljer en dokter De
Jong dikwijls te maken kregen. In
Kaapstad had de WTiIIem Barentsz
namelijk 'n groot aantal kleurlingen
aan boord. Niet alleen omdat deze
mensen bijzonder weinig aandacht
aan hun gebit besteden, maar ook
omdat zij verzot zijn op een kunstge
bit, zoals dokter De Jong me vertelde,
gebeurde het vaak, dat zo'n kleur
ling zich van een pijnlijke tand of
kies liet bevrijden.
„Toen ik een keer het gebit van een
van deze mensen onder handen nam,
ontdekte ik een kies, waarin een ro
bijn was bevestigd. Op mijn vraag,
wat deze edelsteen te betekenen had,
antwoordde de man „Oh, sir, the girls
löve it!" Wel een bijzonder staaltje
van ijdelheid.
Tijdens zijn maandenlange verblijf
op de Zuidelijke IJszee heeft dok
ter De Jong niet alleen de walvis
en zijn verwerking kunnen bestu
deren, maar ook de mens zelf. Een
onderwerp, waarmee hij zich tij
dens zijn medische studie natuur
lijk intensief heeft beziggehouden,
maar dat een bijzonder interessant
tintje kreeg, daar het in dit geval
de mens betrof die vaak op vreem
de wijze kan reageren op zijn
maandenlange isolatie.
Hoe en waar dokter De Jong zijn
ervaringen in praktijk zal brengen,
weet hij nog niet.
„Voorlopig heb ik genoeg van de zee",
zegt hij, „nu wil ik wel eens wat meer
van het vasteland en zijn natuur
schoon zien".
Wel tijdens zijn puzzelrit d«or de
Achterhoek heeft tuj daarvoor gele
genheid te eye* gehad.