DE KERKEN
Kloof tussen de wal
en de varende mens
Onvoorstelbaar leeg
is de aarde nog
PILOOT STORM ontvoerd in de stratosfeer
De groene hel
maatschappij
GESLAAGD... dank zij
RESA - HILVERSUM
HERVORMD LIMBURG WENST
GEOEFEND GEMEENTE-KADER
VOEL U FRIS
ALS EEN BLOEM
TAMPAX 3.
Het blanke mysterie van de Matto Grosso
ZATERDAG 1 JULI 1961
PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT
en de
EEN EIGENAARDIGE BEZIGHEID
Individueel gesprek
blijft hoofdzaak
Van New Orleans uit kan
men alle werelddelen, Austra
lië uitgezonderd, bezeilen.
Vaste scheepvaartlijnen on
derhouden met hun schepen
verbinding met de meeste
zeehavens ter wereld. Dit
schrijft de gereformeerde
koopvaardïjpredikant ds. J.
Wristers, die nu met zijn ge
zin ruim tien jaar in New Or
leans heeft gewerkt voor de
geestelijke verzorging van de
opvarenden ter koopvaardij-
We ontmoeten de bewoners
der schepen dagelijks en lig
gen hier midden in de baan,
die zij op hun tochten be
schrijven, zo vertelt hij in
een artikel in de „Provinciale
Kerkbode" van de provincie
Utrecht.
Er is een kloof tussen de wal en
de varende mens aan boord. Ook
tussen hem en de kerk.
De door de zeevarende bewoonde
wereld is onderverdeeld in dui
zend-en-een „woonwijken", die on
derling honderden, dikwijls dui
zenden kilometers van elkaar zijn
verwijderd. Ligt zo'n woonwijk
toevallig in een haven dan nóg
maken de werkzaamheden aan
boord het meestal onmogelijk een
groter aantal dan vijf of tien van
hen bij elkaar te brengen. De een
is op wacht, de ander slaapt en
een derde is de wal op.
Ook individueel is de man moeilijk
te treffen. Neem bijv. een varend
lid van onze kerken. Een paar we
ken per jaar is hij thuis, als hij
dan tenminste niet met vakantie
gaat. De overige maanden van het
jaar is hij op dit of dat schip, dat
hier- of daarheen vaart, en in een
haven nu eens aan deze dan aan
die kade wordt gevonden; van
daag, of morgen of misschien pas
de volgende week.
Onze post is om zo te zeggen een
van de schakels tussen de aarde
(de wal) en de onmetelijke ruim
te (de wereldzee); een soort brug
over de kloof, die beide scheidt,
zonder welke levend contact met
de zeevarende voor de kerk niet
goed denkbaar is. Ruw genomen
hebben we deze jaren een 4000
van zulke verbindingsbruggen
herhaaldelijk beklommen en von
den daarmee dan telkens toegang
tot de verblijfplaats van 30 tot
60 bewoners. Met ons droegen we
wat we uit Nederland aan goede
lectuur kregen en losten het in
hutten en messrooms, in gang,
kombuis en aan dek. Het is dan
dat het zoeken begint. Men weet
van te voren meestal niet. wie
men en óf men het treffen zal.
(Advertentie)
(Bekende Schriftelijke Cursus)
Soestdljkefslraotwcg 83 Tet. 45432
Vraagf ons gratis prospectus voor:
Onderwijle rs akte. H.8.S. Gymnasium.
A-I.B.A. -Mulo A en 8. - Middelbare akten Frons,
Duits en Engel;.-Nederlands M.O.A.-Wiskunde
t.O. en M.O. A. Hoofdcorrespondent V.T.H -
Praktijkdiploma - Boekhouden. - Middenstands
diploma. - Franse, Duilse en Engelse Handels
correspondentie,
Scheepsbezoek is een eigenaar
dige bezigheid. Soms kan men
een halve dag op een schip door
brengen, soms is het al met een
uur weer afgelopen omdat de si
tuatie er is als in een fabriek
op hoogspanning. We kunnen ie
mand voorbijlopen, die we graag
hadden ontmoet en in een hut iets
verder op 'n half uur verdoen,
niet verder komend dan tot een
praatje.
Maar soms wordt dat praatje In
eens tot een gesprek en heeft men
het gevoel, dat een baan werke
lijk gekruist wordt. Uit de hand
druk kg het afscheid leest men
dan het gehalte van de ontmoe
ting af.
Naast het individueel treffen is er
het spreken „in het openbaar".
Een „dienst" kan je het niet noe
men; daarvoor is het te weinig
liturgisch, te veel geïmproviseerd
en los van vorm. Gerekend kan
worden op een gemiddelde van 10
20 pet. van de bezetting van
een schip. Sinds we zes jaar ge
leden hiermee begonnen, hielden
we 300 van zulke samenkomsten
met in totaal 2700 aanwezigen.
Een eenvoudige rekensom beves
tigt wat we hierboven schreven
over de kleine groeperingsmoge
lijkheden in de zeevaart.
Hoewel we met deze samenkom
sten en ook langs andere weg
een bescheiden plaats in de
Zoel windje waait in de
oecumene
„llust werkelijk het barre noord?'
zo vraagt Goodwill in Hervormd
Nederland naar aanleiding 1
het feit dat het vrywel voltallig
moderamen van de Oecumenische
lïaad van Kerken in Nederland
gehoor heeft gegeven aan de uit
nodiging de jaarvergadering te
Utrecht bij te wonen van de Orga
nisatie tot bevordering van het
werk van de Internationale Raad
van Christelijke Kerken (ICCC).
Goodwill is blij met het „ongekend
zoel windje (bedoeld is de ge
noemde uitnodiging) uit een rich
ting, waaruit tot nog toe alleen
maar ijskoude vlagen van kritiek
en afwijzingen waren opgesto
ken".
„Uiteraard kwamen bij deze
eerste ontmoeting duidelijke me
ningsverschillen en markante te
genstellingen voor den dag. Maar
een belangrijk winstpunt is reeds
het gevoel van onbehagen, dat er
twee zulke oecumenische licha
men naast elkaar bestaan, tot nog
toe zelfs tegenover elkaar. En dat
men van de kant van de ICCC,
althans hier in Nederland, een
hand uitsteekt ter begroeting en
kennismaking, is een gebaar, dat
tot voor kort onmogelijk scheen
en trouwens door niemand werd
verwacht. Misschien is in Utrecht
het ijs gebroken en wordt het
zachter".
scheepsgemeenschappen als zoda
nig zoeken, blijft toch de arbeid
der geestelijke verzorging veels
zins hoofdzakelijk individueel. Ook
hierin, dat ze altijd slechts schip
voor schip tot stand kan komen.
Op de classicale vergadering van
de classis Maastricht der Neder
landse Hervormde Kerk, kwam
uitvoerig ter sprake de mogelijk
heid om door een cursus mee te
werken aan de vorming van een
kader, dat in het werk van de
gemeente actief kan zijn betrok
ken.
Een en ander naar aanleiding van
een inleiding, die ds. J. Monteban
van het Landelijk Open Deur-werk
hield, waarin hij vertelde hoe men
op verschillende plaatsen van het
land bezig is-met tweejarige cur
sussen, die aanvankelijk hoofdza
kelijk waren bedoeld voor Open
Deur-werkers, maar langzamer
hand door hun opzet en program
mering een bredere kring van ge
meenteleden bereiken.
De classis was unaniem van oor
deel, dat het gewenst zou zijn ook
voor Zuid-Limburg een dergelijke
cursus te houden. Deze zou om
streeks oktober kunnen starten
en worden uitgevoerd door het
Landelijk Open Deur-werk in sa
menwerking met de stichting voor
evangelisatie in het zuiden en het
moderamen van de classis.
Het programma van de cursus
omvat allerlei onderwerpen, die
voor de huidige situatie van de
kerk en de wereld belangrijk zijn.
Om een aantal dingen te noemen:
de oecumene, de sekten, evange-
listiek, geestelijke stromingen van
deze tijd, ontmoetingen met de
moderne cultuur, de wereld-gods
diensten, Israël, bijbelkring-me
thodiek en vele andere onderwer
pen.
Vakantief-
deur op slot,
dat is zéker,
zo zéker als het is,
dat U
AKKERTJES
moet meenemen
voor een
pijnvrije vakantie
géén hoofdpijn,
géén kiespijn.
I FIJN DAT ER
AKKERTJES
Bevordering officier van
korps rijkspolitie
Bij koninklijk besluit is bevorderd tot
officier der rijkspolitie eerste klasse,
de officier der rijkspolitie tweede
klasse C. W. Bloemers, ingedeeld bij
de staf van de verkeersschool van het
korps rijkspolitie te Bilthoven.
KERKNIEUWS
HEKV. KERK
Beroepen te Hasselt J. W. de Bruin
te Harderwijk; beroepen te Alkmaar
(vacature G. C. Tromp) C. v. Leeu
wen te Eist; beroepen te Assen W.
C. Verstoep te Witmarsum.
GEREF. KERKEN
Beroepen te Dokkum G. Assies te
Oostwolt; beroepen te Ee G. Sinia te
Spijk; beroepen te Slootdorp A. Ver
doorn, kandidaat te Voorschoten; be
dankt voor Zuid-Beijerland A. Ver
schoor te Vlissingen; beroepen te Rot-
terdam-Hillegersberg B. G. Mees ten
Oever te Wageningen; de classis
Amersfoort heeft préparatoir geëxa
mineerd en beroepbaar verklaard de
heer C. W. Plooy, Hildebrandtlaan 10
te Soest, die terstond beroepbaar is;
de classis Den Haag heeft préparatoir
geëamineerd en beroepbaar verklaard
de heren J. M. R. Dirmanse, Daguere-
straat 28, Den Haag en A. J. L. Hoog
kamer, Paul Gabrielstraat 158 Den
Haag. Kandidaat Dirmanse kan nog
feen beroep in overweging nemen,
andidaat Hoogkamer is terstond be
roepbaar; de classis Zeist heeft op
grond van artikel 8 (bijzondere ga
ven) préparatoir geëxamineerd en be
roepbaar verklaard de heer J. Ro-
waan, Louise de Colignyplein 28,
Zeist, die terstond beroepbaar is.
CHR. GER. KERKEN
Beroepen te Nieuwe Pekela P. N. Rib-
bers te Noordscheschut.
DOOPSGEZ. BROEDERSCHAP
Aangenomen naar Veenwouden
ZwaagwesteindeBuitenpost J. C.
Beekhuis te Edam.
GEREF. GEMEENTEN t
Beroepen te Amsterdam en te Waar
denburg G. Schipaanboord, kandidaat
te Leiden; beroepen te Rotterdam
ZuidwijkPendrecht L. Huisman,
kandidaat te Zwijndrecht; beroepen
te Vlissingen, A. Kok, kandidaat te
Rotterdam.
LANDBOUW EN BEVOLKINGSGROEI
Jaarvergadering
van C.B.T.B.
In de jaarvergadering van de Chris
telijke Boeren- en Tuindersbond in
Leeuwarden heeft prof. dr. F. de
Roos, hoogleraar aan de Vrije Uni
versiteit te Amsterdam gesproken
over „Landbouw en bevolkingsgroei".
Hij begon met. het behandelen van
twee vragen: „Zal er ruimte zijn voor
de nog te verwachten bevolkings
groei in het jaar 2000 zal de aarde
naar wordt verwacht 6 a 7 miljard
bewoners tellen en ons land 19 a 20
miljoen en zal die bevolkingsgroei
geen ernstige aanslag betekenen op
de beschikbare landbouwgrond?
Zijn antwoord was niet pessimistisch:
de aarde is nog „onvoorstelbaar leeg"
en er is nog heel veel woeste grond,
die in cultuur kan worden gebracht.
Ook is het, voor zover onze kennis
thans strekt, mogelijk de voedselpro-
duktie nog belangrijk uit te breiden
als het westen de onderontwikkelde
landen daarbij helpt.
Optimistisch was hij ook over de in
vloed, die de bevolkingsgroei zal heb
ben op het inkomen per hoofd der
Mr. De Monchy
ter aarde besteld
Op de begraafplaats Oud Eik en Dui
nen in Den Haag is donderdag on
der bijzonder grote belangstelling het
stoffelijk overschot van rar. S. J. R.
de Monchy ter aarde besteld. Mr. De
Monchy, die zondagavond is overle
den, was oud-burgemeester van Den
Haag. Hij is 82 jaar geworden.
In de aula op de begraafplaats heeft
de huidige burgemeester van Den
Haag, mr. H. A. M. T. Kolfschoten
gesproken. Hij zeide onder meer dat
mr. De Monchy de zwaarste tijden
heeft meegemaakt. Mr. Kolfschoten
herinnerde eraan hoe mr. De Monchy
op 29 juni 1940 anjerdag de
burgerij der gemeente Den Haag
aanmoedigde tot een demonstratie te
gen de bezetter, ten koste van zijn
ambt.
Het oud-lid der Eerste en Tweede
Kamer voor de voormalige liberale
staatspartij, mr. W. C. Wendelaar
heeft voorts namens de vele vrienden
van de thans ontslapene gesproken.
Een zoon bracht dank voor de vele
blijken van medeleven.
Verkenners van de burgemeester De
Monchygroep vormden een erehaag
bij de ingang van de begraafplaats.
Aan het graf zongen „Die Haghe
Sanghers" onder leiding van Jos
Vranken Jr. „O Bone Jesu" van Pa-
lestrina.
De begrafenis werd onder meer bij
gewoond door vele provinciale en ge
meentelijke autoriteiten uit het ge-
0 De Westduitse bondsweer zal begin juli
in totaal ongeveer 311.0000 man tellen,
per 3 juli worden 36.000 dienstplichtigen
de lichting 1940 opgeroepen en tege
lijkertijd komen een vijfduizend vrijwilli
gers met lang contract In dienst.
1828. Toen het vuur uitging
zochten de vier avonturiers
hun slaapzak in de stra-
tocars op. De leuningen van
de zitplaatsen werden ach
terover geklapt, waardoor
er vier comfortabele rust
banken ontstonden. Buck en
de professor waren weldra
in diepe rust, maar Sandra
en Arend praatten nog lan
ge tijd na over hun kansen
op een terugkeer en die van
de ongelukkige Charley.
Hoe dieper zij op het pro
bleem ingingen, hoe meer
zij ervan overtuigd raakten,
dat er wel een mirakel
mocht gebeuren, wilden zij ooit allemaal weer
veilig bijeenkomen op hun oude, vertrouwde
vliegbasis, Tarmac!
De volgende morgen, zodra het licht was, zette
men de tocht weer voort. Na een enigszins
bergachtig gebied, bereikte men uitgestrekt
vlak terrein.
Uur na uur hobbelden de twee wagens over de
eindeloze steppen, waar zo nu en dan grote
kudden bisons voor hem op de vlucht sloegen.
Eenmaal waren zij getuige van een duel tussen
twee stieren en zó formidabel zagen de beesten
er in hun woede uit, dat men maar met een
wijde boog om de vechtjassen heenreed. Ein
delijk zagen de reizigers ver voor zich uit de
glinstering van glas! Het was de gezochte
koepelstad
bevolking. De bevolkingsgroei heeft
een stimulerende invloed op de kos
tenbesparende technische ontwikke
ling.
Daarbij onderscheidde prof. De Roos
twee soorten technische ontwikke
ling: die welke voortkomt uit de
menselijke ontdekkingsdrang cn
bij toenemende bevolking zal het aan
tal ontdekkers ook groter worden
en die welke verband houdt met de
toeneming van de totale produktie:
beter werkverdeling, produktiemetho-
den en dergelijke.
Sparen
Er is dus een zeer positieve invloed
van de bevolkingsgroei op het inko
men per hoofd, zo zei prof. De Roos,
maar daarbij moet wel de voorwaar
de worden vervuld dat er voldoende
kapitaal gevormd, dus voldoende ge
spaard wordt.
In Nederland en in de westelijke
landen is dat geen knelpunt. Hij
vreesde niet, dat voortgezette be
volkingsgroei het sparen zal be
lemmeren. Wel zullen dan de gro
tere gezinnen met kleine inkomens
minder kunnen sparen, maar
en hier bracht hy de factor ijdel-
heid ter sprake de mensen met
de grotere inkomens zullen er
minder behoefte aan hebben uit
gaven te doen die hen van de
lagere inkomensgroepen onder
scheiden.
en veel prettiger op
moeilijke dagen
Tam pax inwendige sanitaire bescherming
verraadt noch zichzelf noch u! Het kan niet
gezien of gevoeld worden wanneer 'i op z'n
plaats zit. Het maakt het schrijnende ver
band, de gordel, die hele omvangrijke last
overbodig. Geen wonder dat miljoenen
kieskeurige vrouwen cr niet over denken
omïcts anders tijdens die „moeilijke dagen"
tc gebruiken.
Rustig cn kalm doet u al uw gewone bezig
heden. (U kunt zelfs zwemmen terwijl u
Tampax draagt 1) Problemen bij het weg
doen verdw ijnen en het is bijzonder prettig
te weten, dat uw handen nooit de Tampax
zelf behoeven aan te raken. Maar de besie
reden om Tampax tijdens warm weer te
gebruiken, is misschien het feit, dat het
ontstaan van geur absoluut wordt voor
komen. Geen w onder, dat u zich zo fris als
een bloem voelt.
HENRI VAN WERMESKERKEN
18
Met een dergelijk schaartje knipte ik
een vezel door, die van het dak om
laag hing.
Ineens praat alles door elkaar.
Het geschenk valt in goede aarde...
maar ik voel duidelijk dat er meer
verwacht wordt. Ik vind het echter
genoeg, laat alleen nog een stukje
welriekende zeep achter en doe alsof
ik de conversatie en het beleefd
heidsbezoek geëindigd acht, door met
een vriendelijk „Tot weerzien heren"
heen te gaan.
Als ik weer buiten sta, hoor ik hoe
binnen alles verbaasd door elkaar
heenkakelt..
Alleen de vrouwen zwijgen nu er
mannen bij zijn.
Ik keer terug naar mijn tent en de
gehele dag gebeurt er niets... Alleen
in de avond wordt er een jonge ge
braden aap, die afgrijselijk stinkt,
voor mijn tent gelegd.
Er bestaat dus enige vriendschap...
waarvan de bewijzen gedeeltelijk
verdwijnen in de maken van Taipeke
en Solimacos, Pancho wil er niet van
eten. Het andere begraaft Taipeke
onder de tent in de grond, want ze
mogen niet zien dat hun geschenk
niet ten volle geaccepteerd wordt.
Van een tegenbezoek, waarop ik ge
hoopt had, merk ik niets.
„Geef hem broek", raadde Taipeke
mij de volgende dag, toen ik mijn
katoenen broek voor een schone ver
wisselde, al was het alleen maar om
het jeuken van mijn huid tegen te
gaan. Die middag tref ik het hoofd
van de huthij zit er alleen met
de medicijnman. Ik heb het gevoel
dat deze mij meer vijandig gezind
is dan het hoofd. Als ilc' ga is Taipeke
al weer naast mij en hij heeft Pan
cho losgemaakt, die voortdurend
naast mij loopt.
Taipeke is sinds twee dagen zo goed
als naakt. Dat schijnt hem beter te
bevallen, of hij meent daardoor nader
tot zijn stam te staan. Ik heb de
broek bij mijen leg die voor hem
Enige ogenblikken vertoont hij, die
volgens Taipeke naar de naam Ay-
yah moet luisteren, geen tekenen, om
die op te nemen. Dan gaat Taipeke
vooruitHij blaft iets, en nog
niets. Het hoofd bijt iets terug, Tai
peke begint zelf de broek aan te trek
ken en weer uit te doen. Als Ay-yah
merkt, dat er geen gevaar bij is,
komt hij kalm nader.
Bij de scène die dan volgt heb ik
moeite mijn lachen in te houden......
Het hoofd, geholpen door de medi
cijnman en Taipeke, probeert in de
broek te komen.
Hij valt tweemaal bij het aantrek
ken, stapt dan ineens trots enige
passen heen en weerde broek
is hem te lang en te wijden
als hij weer stapt, staat hij ineens
zonder broek, die hem op de grote
platte voeten zakt en valt voorover.
Vreemd, toen merkte is voor het
eerst dat hij gewoonlijk naakt loopt.
Kleren móeten iets onzedelijks zijn.
AY-YAH
De medicijnman helpt hem op... Elk
Europees mens zou gelachen hebben
Ofschoon er veel mensen omheen
staan, lacht hier niemand. Allen zijn
in hoge ernst.
Met een touw dat ik in mijn zak heb,
wordt de broek vastgebonden. Het is
ineens of ik Ay-yah een hoge de-
coratic gegeven heb, want hij gaat
ermee heen en weer lopen, trots als
een pauw. In de ogen van alle on
derdanen of wat zé dan ook zijn,
want het schijnen hier zeer republi
keinse toestanden, is diepe eerbied
te lezen.
Om mijn eigen hoogheid te tonen
ga ik weer heen. Taipeke blijft ach
ter... nu is het hoofd wel te spreken.
Als Taipeke terugkomt, is er toch
weer iets onrustigs in zijn gelaat.
Ik heb hem gevraagd om het hoofd
uit te horen over de blanke stam
waarheen ik trekken wil
Taipeke spreekt weinig en aarzelend.
Ay-yah heeft gezegd dat die stam
gevaarlijk is en dat het* beter is cl.at
ik hier blijf... Het is hier goed...
Na een aarzeling voegt Taipeke erbij
dat hij meent dat het de geschenken
zijn die Ay-yah trekken. Hij wil niet
dat andere stammên ze ook krijgen.
De blanke stam, waarvan zij dus
het bestaan ook weten, woont vele
dagreizen achter de pampa in de
Matto Grosso. Een grote woestijn
doorHet hoofd heeft ze nooit
gezien, maar van trekkende India
nen ervan gehoord. Zij zijn zeer wild
en gevaarlijk, hebben zeer lange pij
len en speren en blaasroeren, die heel
ver dragen. Het hoofd wil dat ik bij
hem blijf, Taipeke meent ook dat
hij het wil. omdat deze stam nog
eens een aanval vreest en de kracht
van mijn sprekende speer, hij bedoelt
het geweer, hem dan zal helpen.
Ik zie aan Taipeke dat hij mij nog
tegen meer dingen wil waarschuwen,
maar hij doet het niet, omdat hij ze
zelf vreest. In de nacht stopt hij al
le hoeken van mijn tent goed toe,
zet de andere tent er dicht bij en ik
hoor hem 's avonds spreken in de
Lindua geral met Solimacos, die zeer
korte, bange antwoorden geeft.
Ik besluit die nacht te waken.
Aan de ene kant lijkt het me overbo
dig, want al zou ik wakende overval
len worden, de dozijnen speren en
vele pijlen zouden ons in een ogen
blik uitblussen. Om nog niet te spre
ken van de giftige blaasroeren die zij
blijken te voeren en die ik vroeger
niet bij hen gezien heb.
Taipeke heeft me verteld, dat ze die
gewoonlijk alleen gebruiken voor vo
geljacht en op klein gedierte, of op
vijanden van zeer nabij. Pancho is
naast me gekropen. Voelt hij ook iets
gevaar
Ik waak zolang ik kan... dan schijn
ik te zijn ingeslapen. En het is dag,
als ik weer ontwaak...
Ik ruik dat Taipeke koffie zet en als
hij met Solimacos spreekt is zijn
stem weer wat vrolijker.
Twee dagen gaan weer voorbij zon
der dat er iets gebeurt en dat iets
onze toestand verandert.
Ik word ongeduldigHet is niet
mijn bedoeling hier tc blijven... En
dat schijnt wel de bedoeling van het
dorpshoofd.
Alle pogingen om meer te horen over
stammen of een stam die naar het
zuidwesten moet wonen en blank is.
stuiten af op de onwilligheid van het
opperhoofd.
De anderen van de stam weten ook
niets of schijnen niets te mogen z«g-
gen. En zonder hulp zal ik de rivier
nooit terugvinden.
Ik heb daartoe de vierde dag een po
ging gedaan... ben alleen met Pan
cho en een geweer bij me naar de
kant gegaan waar we vandaan zijn
gekomen
Niets wees meer op een pad. Zelfs
kon ik geen sporen vinden dat er
ooit iemand gegaan was. Het oer
woud herstelt zich snel.
Het kleine zijriviertje, dat langs het
dorp stroomt, is bijna geheel dicht
gegroeid met takken, die erover han
gen, en toch kunnen er kano's varen,
want die liggen op een stuk kale oe
ver. De Parintintins schijnen dus twee
manieren te hebben om naar de grote
rivier te komen. Ik zal dat onthouden.
Al hun kano's zijn hier gebracht.
Niet de mijne.
Toen ik daar stond en naar de kano's
keek, kwamen er drie mannen die,
met boog en speer gewapend, deden
alsof zij op jacht gingen. Even daar
na waren er nog maar twee... Een
korte poos daarna verscheen Ay-yah
in zijn nu al zeer vuil geworden
broek. Dc man zei niets, blafte ook
niet tot zijn mannen... het was een
algemeen star zwijgen, dat ten slotte
zo pijnlijk werd, dat ik maar terug
keerde naar mijn tent.
„Dom Franco meer geschenken!"
zei Taipeke mij die middag.
(Wordt vervolgd).