BELLE VAN ZUYLEN: ,een Venus, uit de zee opgerezen Kongolese soldaten keren zich tegen de blanken PLUIMVEEHOUDERIJ IN 1960 WOENSDAG 10 MEI 1961. PROVINCIALE ZEEUWSE. COURANT 13 „Godin der Nederlanden" Expositie herinnert aan bijzondere vrouw (Van een medewerker) Belle van Zuylen werd in 1805 begraven op een kerkhof, dat nu fungeert als tennisbaan.... Maar op die zonnige tennisbaan in het deftige Franse deel van Zwitserland zal zich nooit zoveel char me, romantische verliefdheid, zoveel harteleed ook kunnen voordoen, zal geen enkel lief en geestig meiske zo lulrijke en aanzienlijke aan bidders hebben als deze Belle, geboren aan de oevers van de Vecht, eens door Zijne Majesteit de koning van Pruisen „de godin der Nederlan den" genoemd... Er waren zelfs destijds geen andere meisjes, die (15 jaar oud) bij haar in troductie in de salons van Utrecht en Den Haag, de deftige douairières zo schokten door haar verschijning, dezen zelfs zo pijnlijk met haar ouderdom confronteerden dan deze Belle van Zuylen, die de Hertog van Brunswijk op een bul in Den Haag deed uitroepen: „U bent als een Venus, die opgerezen mende zee..." Er zullen dan ook weinig vrou wen uit het Nederland der acht tiende eeuw zijn, wier leven ons in deze superverlichte tijd nog zo weet te boeien als dat van deze vrouw, die er als jong meisje van droomde een „salon" te houden als die van Madame de Pompadour en daarover in haar dagboek schreef: „Ik wil een menagerie hebben, maar dan van mensen". Er zullen weinig Nederlandse vrouwen zijn aan wie thans de herinnering in documenten, brieven, muziekbla den, boeken en schilderijen is ver spreid over gans Europa. Uit A'dam, Breda, Brussel, Lausanne, Londen. Neuchatel, Parijs, Den Haag, Colombier, Zeist en Zuilen heeft men die herinneringen aan deze telg uit het befaamde ge slacht Van Tuyll van Seroosker- ken thans bijeengebracht. Na eni ge tijd te zijn tentoongesteld in het „Institut Néerlandais" in Pa rijs, is de verzameling nu (tot 4 juni) ondergebi'acht in drie zalen van het Amsterdamse Rijksmu seum. Een gelukkig idee, waarmee men recht doet wedervaren aan een bijzondere vrouw, .wier naam nog geen anderhalve efihw terug op de lippen was van een ieder, die zich rekende te behoren tot de lei dende aristocratische en weten- schapswereld van dat wonderlijke achttiende eeuwse Europa, dat nu in al zijn luister, charme, jaloezie, koketterie en verfijning van geest in de tentoonstelling „Belle van Zuylen en haar tijd" opnieuw voor ons gestalte krijgt. Een tijdperk Belle van Zuylen. Een vrouw, een tijdperk. Wanneer aan de stoere stamboom van adellijke families een jonge telg ontsproot, werd de ze meestal tedere loot met uiterste zorg gekoesterd en behoed door getrainde hoveniers (lees gouver neurs en gouvernantes). Vooral de adellijke jonge dochter kreeg wei nig kalis zichzelf te zijn, werd bij het opgroeien ernstig onderwezen in wat nodig was om haar met ere te kunnen uithuwelijken aan een partner, die veelal niet haar eigen keuze was. Aanvankelijk scheen het óók zo te zullen gaan met Isabella Agneta Elisabeth van Tuyll van Seroos- kerken, op 20 oktober 1740 ge boren op het thans nog steeds luisterrijke en door schilders graag op het doek gezette kas teel Zuylen aan de Vecht ten noorden van Utrecht. Ze was de eerste van de zeven kinderen van Diederik Jacob, de zeer rijke ba ron van Tuyll en Helena Jacoba de Vicq, een al even gefortuneer de Amsterdamse patriciërsdoch ter, afkomstig uit Brabant, een vrouw wier geest en humor men afleest van het fraaie portret op de tentoonstelling, waarop ze prijkt in een joyeus met rijk kant versierd blauw gewaad. Ook de kleine Isabella kreeg n.l. in haar kinderjaren eerst de bekende kas plantjesverzorging, 's zomers op het kasteel en 's winters in de statige woning der Van Tuylls aan een van Utrechts grachten. Naar Genève Alen kan zich voorstellen welk een bijzondere wending zich in het leven van het jonge, leergierige kind voordeed, toen zo het één leerling zijn op het kasteel en vooral de triestheid van liet win terhuis in Utrecht op aanwijzing van vrienden kon verwisselen voor een klas vol leerlingen op het In stituut „Pierre Colombo" in Genè ve. Ze was daar niet meer Isabel la Agneta maar een opfleurend kind onder velen luisterend naai de naam Belle de Zuylen. Belle sprak op haar tiende jaar al vlot Frans, de taal waarin zij praktisch zou gaan denken en waarin tal van door haar geschre ven boeken en memoires het licht zouden zien. De gevreesde Fran se letterkundige-criticus Sainte- Beuve zou een halve eeuw later haar proza: „de authentieke taal van Versailles" noemen! Geen ge ring compliment. Met gouvernan te Prévost reisde de tienjarige via Parijs naar Holland terug, waar haar opvoeding werd voltooid. Zij zong, speelde klavecimbel, schil- uit de schui- derde, danste, ontwierp haar eigen kleding, studeerde tuinaanleg en -architectuur en las Racine, Mo lière, La Fontaine, Voltaire en Pascal. Toen Belle 15 jaar was en voor het eerst in de salons verscheen, was ze mooi, was haar kennis zo uitgebreid en haar geest der mate scherp, trad zij zo vrijmoe dig en zelfverzekerd op, dat men al direct mompelde, dat het niet eenvoudig zou zijn voor Belle de juiste huwelijkspartner te vin den Dat gemompel bleek in wezen een sinistere, droeve toekomstvoor- 'spelling. Belle studeerde wiskun de en filosofie, wist meer dan de meeste van haar mannelijke jaar genoten en toen ze twintig was voelde ze zich de wanhoop nabij, omdat zij nog steeds niet ge trouwd was. Intussen choqueerde zij de hoge kringen in den lande door de wijze, waarop ze in haar boekje „Le Noble" (Amsterdam, 1763) de vooroordelen en soms lachwekkende gedragingen van de adel in het zonnetje zette. Kerstbal Op de vooravond van Kerst 1759 gaf de hertog van Brunswijk in Den Haag een schitterend bal. Belle ontbrak niet en daar bij kaarslicht en vioolmuziek leerde zij de man kennen met wie ze vele jaren middels zeer aangrij pende brieven contact hield, de enige (al was hij bijna tweemaal zou oud), die ze met hart en ziel heeft bemind en met wie ze toch niet tot het felbegeerde huwelijk kwam: David Louis Constant d'Hermenches, baron de Rebecque, kolonel van een Zwitsers regiment in Hollandse dienst. De vrouw A an de kolonel toefde op haar land goed, zijn maitresse, een Franse artieste, was in Parijs achterge bleven. De ervaren d'Hermenches moest toegeven: „vandaag heb ik op het bal van de hertog de mooiste vrouw van heel Europa ontmoet". In de daaropvolgende jaren don gen aanzienlijken uit alle wind streken van Europa naar haar hand. Doch als er maar een kleine kans was Constant te zien, zetté Belle alles op alles om dit mogelijk te maken. Hun brieven bereikten het doel langs geheime' wegen. En kele ervan liggen nu op de ten toonstelling. Het waren geen haastbrieven van twee „kantjes". Vele vellen werden vol geschre ven. In die jaren had men daar toe nog de tijd. De briefschrijf- Belle van Zuylen, geschilderd in Genève omstreeks 1777 door Jans Jtiel. kunst vierde hoogtij. Het was werkelijk een kunst, een gedach- tenwisseling van bijzonder hoog gehalte geschreven met zwier in rijk en soms zelfs subliem proza! Prins Hendrik van Pruisen bracht een bezoek aan Holland en werd spoorslags verliefd op Belle. Zij ging niet naar Berlijn, noch naar elders aan de arm van de Schot se lord Wemyes, doch trok ten slotte als echtgenote van de vrij arme gouverneur De Charrière op 31-jarige leeftijd via Parijs (waar ze nog schilderlessen nam) naar het dorp Colombier bij Neucha tel. Heel deftig Holland, het Hof incluis, stond verbaasd. Waarom toch ging Belle dit huwelijk aan met een leraar, die om zijn ge laatsuitdrukking door zijn pupil len de bijnaam „het Zwitserse uurwerk" kreeg? Belles huwelijk bracht geen geluk. Wel was ze nog zowel in Neuchatel als Genève het middelpunt der aanzienlijke kringen, en ook hier nam ze haar omgeving op de hak in haar „Brie ven uit Neuchatel". Maar haar veel bewonderde roman „Caliste" over een ongelukkige vrouw sprak voor hen, die haar kenden, duide lijke taal. Een neef van Constant d'Hermenches, Benjamin, bracht nog enige tijd fleur in haar hart. Hij corrigeerde haar manuscrip ten, besprak de muziek, die ze schreef en beiden voelden zich ge lukkig. Totdat de befaamde ma dame De Staell, die het werk van Belle zeer bewonderde, op bezoek kwam. Benjamin raakte geheel in de ban van deze vrouw en verliet Belle. Belle zelf bleef schrijven, werkte nog aan een opera, doch om haar heen werd het steeds een zamer. Slechts enkele getrouwen omringden haar toen voor „de godin der Nederlanden" in 1805 in het verre Zwitserse land de laatste strijd aanbrak. (Wie door deze korte aanteke ningen en mogelijk het bezoek aan de tentoonstelling in Am sterdam nader wil kennismaken met Belle van Zuylen, deze zo aanzienlijke vrouwe der Lage Landen, geven wij hierbij nog een korte literatuurlijst: „Mada me de Charrière" door dr. Titia J. Geest, uitgave Van Gorcum en Co. 1955 te Assen; „Belle van Zuylen" door Joh. v. d. Wonde en de zojuist verschenen Elsevier- pocket „De godin van Ond-Zuilen" door Dorothy Farnum.) zondag -14 mei Moederdag bloemendag //te/ &ce//ie/t (Advertentie) Op de inhoud komt 't tuinl Met één theebuiltje zet u een flinke pot heer lijke krachtige thee voor heel de familie! VAN NELLE's „Afternoon" theebuiltjes. doos van 20 stuks 98 ct «r> Resultaat goed rij in digend het jaa De resultaten van de pluimveehoude- Nederland over 1960 zijn bevre- :d geweest. Dit wordt gezegd in jaarverslag van het produktschap voor pluimvee en eieren, dat vandaag op de openbare vergadering van dit produktschap in Utrecht zal worden gehouden. De bruto-produktiewaarde van alle pluimveehouderijprodukten heeft zich, volgens het jaarverslag, in 1960 ten -"-»*«•- inen ontwikkeld. constateren tot 882 miljoen gulden. De produktiewaarde van eieren vertoont een zekere stabiliteit, die van gevo gelte steeg daarentegen in het afge lopen jaar met 21,4 procent. Het aantal fokbedrijven is in 1960 met 10 stuks gedaald tot 148. Op deze be drijven waren ongeveer 325.000 vol wassen hennen van legrassen aanwe- Jeugdige moordenaar De 15-jarige Darryl Moss, die be kend heeft zijn ouders' te hebben vermoord, is maandag door een rechter te Weavervilie in Californië (Ver. Staten) naar een opvoedings gesticht gestuurd. AJs de leiding van dit gesticht dit verantwoord acht, kan hij over zeven jaar op erewoord worden vrijgelten. Darryl schoot op 22 februari j.l. zijn vader met een geweer dood, omdat deze hem irri- Zijn moeder, die op dat ogenblik teerde door tijdens een televisiepro gramma op de tafel te trommelen, binnenkwam, werd ook doodgescho ten door de jongen. Darryl had ook een buurvrouw neergeslagen en 425 dollar gestolen van de padvinders- groep waarva nhij deel utmaakte. Mary Bignal trouwde De olympische ver-springster Mary Bignal is dinsdag getrouwd met de 26-jarige olympische roeier Sidney Rand, aldus wordt uit Londen ge meld. Zij maakten voor het eerst kennis met elkaar, nadat zij door de lange afstandloper Gordon Pirie op Goede Vrijdag j.l. aan elkaar waren voor gesteld. Bij de burgerlijke stand trad Pirie als getuige voor het paar op. Mary Bignal is verloofd geweest met de Nederlandse Lienkaniper Eef Ka merbeek. Pssst... vers! Proef... lekker! Sandwichspread van Calvé lekker en vers uit de vacuümpot: pssst... proef! U MAAKT ER MÉÉR VAN MET CALVÉ! Aan vermeerderingsbedrijven werden 2.785.000 henkuikens geleverd. In 1960 werden ruim honderdmiljoen broedeieren meer geproduceerd dan in 1957, namelijk 249 miljoen. Hiervan werden er 86 miljoen geëxporteerd, 56 miljoen meer dan in 1957. De ge middelde opbrengst per geëxporteerd broedei daalde echter in deze drie jaar van 27 tot 23 cent. Van de 5.285 miljoen kippeneieren die die 1960 in Nederland werden gelegd, gingen er 3.302 miljoen naar het bui tenland. De gemiddelde Nederlander at in 1960 twee eieren minder dan in 1959, namelijk 199. De prijzen van de consumptie-eieren lagen in de eerste maanden van 1960 aanzienlijk onder die van 1959. Latei- liepen ze echter zodanig op, dat de gemiddelde opbrengst over het gehele jaar op 1,95 per kilo kwam te liggen, tegen ƒ1,86 in 1959. Openluchtvoorstellingen tijdens filmweek Arnhem Evenais in voorgaande jaren zullen ook thans tijdens de internationale filmweek van 5 tot en met 10 juni in Arnhem filmvoorstellingen in de openlucht worden gehouden. De voorstellingen worden gegeven op het parkeerterrein naast de stads schouwburg. Bij A-orige gelegenheden trokken de openluchtvoorstellingen steeds zeer grote aantallen bezoekers. Naar schatting waren gemiddeld per voor stelling tienduizend toeschouwers aanwezig. Door middel van de openluchtvoorstel lingen is men erin geslaagd brede lagen van de bevolking bij de film week te betrekken. VLUCHT IN HET BOS Zweedse sergeant ontsnapte Zijn collega gedood De Zweedse sergeant Egon Aberg, die maandag uit Kongo in Stockholm is teruggekeerd na als lid van de UNO-politiemacht de strijd in Port Franqui (Frankenliaven) te hebben mee gemaakt, heeft slechts één wens: nooit meer terugkeren naar Kongo. Op 4 mei was hij, teza men met nog een sergeant en een luitenant van liet Zweedse leger, alsmede drie Britse offi cieren, te Frankenliaven door de Kongolezen gearresteerd. Deze Kongolezen waren 150 man sterk en zij brachten hun arres tanten naar een hotel in de stad. „Eerst dachten we dat er Ghanese soldaten in het hotel waren en dat de Kongolezen hen wilden ontwapenen, maar de Kongolezen bleven maar schreeuwen dat zij de blanken wil den hebben. Een Kongolese officier trachtte tussenbeide te komen maar kon er allemaal niets aan doen. Wij werden met geweerkolven mishan deld en opgesloten in een huis, dicht bij het hotel. „Later kwamen twee nonnen in een jeep, die ons bevrijdden en naar een ziekenhuis brachten. Wij dachten dat alle gevaar voorbij was, maar de volgende ochtend waren de Kon golezen er weer. Zij sleurden ons uit bed en bonden ons met de armen aan elkaar vast. Toen moesten we het oerwoud inlopen. Schieten „Ik begon te vermoeden", aldus ser geant Aberg, „wat er zou gebeuren en dacht aan ontsnappen. In het oer woud kwamen we sergeant Liedgren tegen, die daar door een gewapende Kongolese soldaat naar toe was ge bracht. Liedgren kreeg order langs het pad te lopen. Bij een bocht ver dween hij uit het gezicht. Zijn be waker begon te schieten. We hoor den Liedgren schreeuwen. We hoor den nog een schot en toen was het stil." „Ik was de volgende. Ik kreeg bevel vooruit te lopen. Ik zag mijn bewa ker zijn geweer laden. Ik greep die kans en rende het bos in. De Kongo lezen begonnen te schieten en ik hoorde de kogels langs me fluiten. We hadden alleen onze broeken nog aan en de struiken verwondden mijn lichaam en mijn voeten". „Ik verstopte me en hoorde de sol daten overal zoeken. Een soldaat (Advertentie) Sinds 1842 'stond op een gegeven ogenblik nog geen tien meter van me af, maai bij zag me niet. In de rivier „In de ochtend kwam ik bij een ri vier en klom ik in een palmboom om meer uitzicht te hebben. Ik werd ogenblikkelijk ontdekt door een groep Kongolese soldaten en zij be gonnen meteen te schieten. Ik sprong uit de boom in de rivier en wist me onder drijvende struiken verborgen te houden, terwijl de ko gels rondom me in het water sloe gen". „Nog later zat ik op de oever van de rivier uit te rusten. Een Kongolese officier ont dekte me. Ik was volkomen uitge put, na drie dagen zonder voedsel of water, en ik riskeerde het maar met hem. Hij beloofde me veilig naar het ziekenhuis te zullen brengen. Terug „Hij bracht me terug naar het kamp. waar ik me baadde en mijn wonden liet verzorgen. Ik kreeg bijna een hartverlamming toen ik daar de sol daat tegenkwam die in het oerwoud mijn bewaker was geweest en op me geschoten had. Hij verontschuldigde zich tegenover de andere soldaten dat hij me niet had kunnen raken, maar deed geen poging om mij in het kamp lastig te vallen. Ik durfde hem niet te vragen waar de beide an dere Zweden waren". Aberg vertelde nog dat hij er genoeg van had: hij had zijn contract met de UNO verbroken en had om terug zending gevraagd. Hij was vastbe sloten nooit van zijn leven nog een voet in Kongo te zetten. Een patrouille van de UNO-politie macht heeft Frankenliaven later be zocht en Abergs pistool terugge haald. Ook het verscheurde paspoort van Liedberg, en 2000 francs die zijn eigendom waren geweest, kon de UNO nog achterhalen maar de soldaten die Liedberg vermoord had den en met Aberg hetzelfde hadden geprobeerd konden niet achterhaald worden.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1961 | | pagina 5