Chr. kleuterschool „Hummelhonk" in Kapelle geopend PROFESSOR OUD SPRAK VOOR V.V.D. IN MIDDELBURG ZEEUWS ZWEMSEIZ0EN WAS WEINIG VOORSPOEDIG STEMMEN UIT DE KERKEN Wethouder Kögeler ontving erepenning Middelburg „Schoolhygiëne" laat op vele scholen te wensen over VERSCHENEN: mi ZATERDAG 25 MAART 1961 PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT 5 DOOR INSPECTRICE MEJ. DE JONGE Scholenprobleem thans geheel opgelost 3Iet de ingebruikneming van de nieuwe drieklassige christelijke kleuter school aan de v. d. Billlaan te Kapelle is het scholenprobleem in deze gemeente thans opgelost. Want de nieuwe kleuterschool sluit een periode af van nieuwbouw en restauratie van oude scholen, zo bleek uit de toe spraak van burgemeester H. G. van Suylekom tijdens de officiële ope ning van de kleuterschool. De opening werd verricht door de nieuwe in- spectrice bij het kleuteronderwijs in Zeeland, mej. M. J. de Jonge, die daarmee haar eerste „officiële daad" in deze provincie volbracht. De nieuwe christelijke kleuter school is een bijzonder fraai ge bouw, dat volgens de modernste eisen is ingericht. Vorm en kleur van de school maken het gebouw tot een ideaal „droompaleis" voor de kleuters, zoals de voorzitter van het kleuterschoolbestuur, de heer M. J. Groenleer het uitdruk te. De school is een waardige ver vanging voor het oude gebouw aan de Julianastraat, waar gedu rende 35 jaar kleuteronderwijs is gegeven. De genodigden werden vrijdagmid dag om twee uur in het oude school tje ontvangen, yvaar zij werden toe gesproken door de heer Groenleer. Deze wees er op, dat jarenlang is uitgezien naar vervanging van het oude schoolgebouw. Dank bracht hij aan allen, die op enigerlei wijze hun steentje hebben bijgedragen bij de totstandkoming van de school. De oude school, die in 1926 is gebouwd kostte een bedrag van ruim 6000. De kosten van de nieuwe school vor men daarvan het veelvoudige: bouw en inrichtingskosten beliepen name lijk rond anderhalve ton. „Hummelhonk" Vervolgens gingen de genodigden naar het nieuwe schoolgebouw, ..Hummelhonk" geheten, waar twee leerlingetjes, Leida van Zweden en Tannie Kuissen de nieuwe inspectrice, mej. De Jonge en de vroegere inspectrice mej. A. E. van Waesberge een boeket bloemen aanboden. Leo Groen leer overhandigde mej. De Jonge do sleutel van het gebouw, die in een uitgeholde appel was ge stopt. Met deze sleutel opende de inspectrice de deur van de nieuwe school. flllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllli Vlissingse showboat 1 gaat weer varen Ook dit jaar zal er in het toe- m ristenseizoen vanuit Vlissingen H weer 'n „showboat" varen. Op- nieuw geschiedt dit op initia- s§ tief van het Comité Vlissingse Zomershow en weer zal er een boot van de Provinciale Stoom- bootdiensten worden ingescha- M keld. Er zullen meer tochten ko- men dan vorig jaar. Inmiddels H heeft het bestuur van de zomer- m show aan de gemeente Vlissin- gen een garantie van f 3000 ge- y f§ vraagd ter dekking van een eventueel exploitatietekort. B. en w. menen, dat „het risl- co voor de gemeente betrekke- lijk gering is" en zij stellen de M raad dan ook voor deze garan- tie te verlenen. Zij herinneren er aan, dat vorig jaar een ga- rantie van f 2000 verleend werd. Dit jaar worden echter meer tochten gemaakt. Inder- daad was er vorig jaar een te- kort (f384,74), hetgeen echter een gevolg was van de minder H gunstige weersomstandigheden. B. en w. menen, dat deze toch- H ten van grote betekenis zijn voor de toeristische ontplooiing 1= van Vlissingen. Eventueel kun- y nen de benodigde gelden wor- den geput uit het bedrag van y f 8000, dat op de gemeentebe- groting 1961 is gevoteerd voor y evenementen in het toeristen- y H seizoen. y llllllllillllllllllllllllllllljllllllllllllllillllllllllllllllllllllllllllllllliilllllllliï Bevestiging en intrede kandidaat C. Stam Kandidaat C. Stam uit Goes zal zon dagmiddag 9 april, na vooraf in de morgendienst te zijn bevestigd door ds. G. Th. Rothuizen, studenten pre dikant te Leiden, intrede doen als predikant van de gereformeerde kerk van Fijnaart. waar hij is be roepen in de vacature van ds. G. van Halsema. In de hal van de school hielden de genodigden hun toespraken. Nadat de voorzitter van het schoolbestuur de beide inspectrices eon geschena had aangeboden en mevrouw v. d. Guchte namens het schoolbestuur 'n aquarium had overhandigd, voedde mej. De Jonge het woord. Zij noemde de school dc „eerste ba by" van de gemeente, met het ge meentebestuur als vader en het schoolbestuur als moeder. Er is een goed samenspel geweest bij de tot standkoming van de school, coista teerde de inspectrice. Mej. De Jonge vond het verblijdend, dut opnieuw een nieuwe school in baar inspectie is gebouwd. De ouders van de leer lingetjes feleciteerde zij met de nieu we aanwinst. Burgemeester Van Suylekom bracht de gelukwensen over namens het ge meentebestuur. Hij verklaarde, dat alle zeven scholen in de gemeente thans nieuw of vrijwel geheel ver nieuwd zijn. Het onderwijs kost de gemeente jaarlijks 120.000 tot 130.000 deelde hij mede. Een groot aantal sprekers bood hier na gelukwensen aan: de ere-voorzït- ter D. Sandee, de heer W. van Dul- lemen uit Goes namens de Bond van Christelijke Kleuterscholen, mej. P. Wisse, uit Middelburg namens de op leidingscursus, ds. J. v. d. Leek, ge reformeerd predikant ter plaatse, mede namens zijn hervormde colle ga, de heer C. Sulsters, namens de christelijke kleuterschool in Bieze- linge, de heer L. de Jager, hoofd van de christelijk nationale school in Kapelle, de heer C. L. Duinink, hoofd van de openbarr lagere school te Kapelle, architect M. Duynhou- wer en de hoofdleidster, mej. C. Tenslotte bezichtigden do genodigden het fraai ingerichte gebouw, dat aan staande maandag door dc leerlingen zal worden betrokken. DE POLITIEKE SITUATIE IN NEDERLAND Geen neiging om huidige coalitie te verbreken Voor de afdeling en de centrale Mirt- delburg van de Volkspartij voor Vrij heid en Democratie sprak gistermid dag tijdens een lunchbijeenkomst in hotel De Burg professor mr. P. J. Oud over de binnenlandse politieke situatie. Spreker ging daarbij uit van de na-oorlogse parlementaire historie, die aanvankelijk slechts re geringen op smalle basis heeft ge kend: de P.v.d.A. en de K.V.P. maak ten hierin de dienst uit. Weliswaar heeft ook de V.V.D. van 1948 tot 1952 aan de regering meegedaan, maar toen „dienden wij meer als een stuk gevelversiering", aldus prof. Oud. In 1959 echter heeft men een kabinet op brede basis gekregen. Van 1952 tot 1959 was de V.V.D. ln de oppositie, waarbij het overigens merkwaardig was dat de partijen die elkaar toen het meest in de ha ren zaten, juist (je beide partners waren, de P.v.d.A. en de K.V.P. Het moest tussen hen wel tot een breuk komen, want de verschilpunten wa ren te groot. Zij waren immers gro ter dan die tussen V.V.D. en rech terzijde, zo meende spreker. Hij had in 1959 vóór de verkiezingen duidelijk gesteld, dat het beleid om gebogen diende te worden en dat er een regering zonder socialisten moest komen in de toen komende vier ja ren. Professor Oud voegde re na drukkelijk aan toe: „Vandaag hoop ik nog steeds, dat de samenwerking tussen de huidige regeringspartijen nog geruime tijd zal voortduren. Bij mij bestaat er geen verlangen om deze samenwerking te verbreken". Prof. Oud verklaarde voorts, dat de regering De Quay tijd nodig had om het beleid inderdaad om te buigen. De molens in de poli tiek malen nu eenmaal langzaam. Nu echter is er wel degelijk ver andering te bespeuren. Overigens had spreker het kabinet tijdens de algemene beschouwingen van vorig jaar zijn kritiek zeker niet gespaard, maar die kritiek raakte het hoofdbeleid niet. Als een van de goede resultaten, be reikt door de huidige regering, noem de spreker de gevolgen van de loon politiek. De oppositie heeft zich aan vankelijk tegen deze politiek fel ge keerd, maar thans is men zover, dat de heer Roemers, voorzitter van het N.V.V., moet erkennen dat de re sultaten goed zijn. Hij heeft alleen nog bezwaren tegen het systeem. „Maar het komt toch op de resulta ten aan" riep professor Oud uit, „en juist die resultaten zijn goed". Wanneer men nu het systeem aan valt, dan achtte spreker dit een „ver legenheids-argument". De oppositie van de P.v.d.A. gaat daaraan in ster ke mate mank, zo meende hij. „Men is wel fel in woorden, maar er gaat geen kracht van uit". Hij meende dat hier sprake was van een alge mene kwaal bij het socialisme: het is bezig vast te lopen, omdat het de JAARVERSLAG KRING ZEELAND K.N.Z.B. Te weinig officials voor diplomazwemmen De bouw van zwembaden in Zeeland gaat erg traag, niettemin is het aan tal zwembaden in het afgelopen jaar toch met één uitgebreid, namelijk dat in Hulst. Dit blijkt uit het jaar verslag van de kring Zeeland van de K.N.Z.B. Voor nieuwe zwembaden komen allereerst Goes en Terneuzen in aanmerking. Opgemerkt wordt nog, dat er sinds de opening van het zwembad in Middelburg in 1955, slechts drie zwembaden in Zeeland zijn bijgekomen. Ondanks uitgebreide propaganda voor de wedstrijdsport is de kring er nog niet in geslaagd verenigin gen te doen oprichten in Axel, Hulst en Zierikzee. Het aantal leden daalde in het afgelopen jaar van 621 tot 554. Door het slechte weer konden vele vastgestelde wedstrijden geen doorgang vinden. Als klacht wordt in het jaarverslag voorts opgemerkt dat er in Zeeland te weinig officials zijn voor het diplomazwemmen. De data hiervoor zouden ook te snel na elkaar vallen, zodat alle beschikbare krachten tegelijkertijd moeten wor den gemobiliseerd. Toch werden in totaal nog 873 nieuwe diploma's uitgereikt, waar van 484 op Walcheren. Ook uit het laatste blijkt, dat het tekort aan officials dringend moet wor den aangevuld. Een nadelig saldo van f 4,84 in het vorige jaar kon tenslotte worden omgezet in een batig saldo van f 76,72 bakens niet weet te verzetten. „Wij als liberalen zijn daarin wél ge slaagd. Ons beginsel staat vast, het beginsel van de vrijheid, maar als de verhoudingen in de maatschappij zich wijzigen, dat moet de politiek worden aangepast". De heer Oud eindigde zijn toespraak tenslotte met enkele opmerkingen over het landbouwbeleid, waarin het evenwicht nodig is tussen sociale rechtvaardigheid en economische ver antwoordelijkheid. Bij de discussie werd er o.m. op gewezen, dat er steeds meer func ties in handen van de K.V.P. ko men. Zo zijn diverse landbouw- functies door K.V.P.-ers bezet en Baileybrug te Kortgene dient zich abrupt aan Van de automobilisten, die op het ogenblik de Oudedijk te Kortgene passeren, wordt wel wat veel ge vergd. Als zij daar de plaats na deren, waar nu een baileybrug is aangelegd over een duiker-in- aanbouw, wordt van 'hen ver wacht, dat zij met een arendsblik vier verkeersborden tegelijk in zich opnemen en daarop onmid dellijk reageren. De kleine baileybrug eist namelijk in de zin van het wegenverkeers reglement borden, waarop staat aangegeven voorrang, wegver smalling, maximum snelheid en maximum wieldruk. In totaal sie ren dus acht borden het stalen en houten geval, waarmee een omlei ding van het verkeer kon worden vermeden. Wie bijvoorbeeld van dc dam bij Kateseveer dit „lampeglas-ver keerspunt" op de Oude Dijk na dert, wordt op dit alles pas op het laatste ogenblik attent ge maakt. Noordhevclandcrs zijn met de situatie ter plaatse goed bekend, maar onder ue honderden automobilisten, die hier dagelijks naar of van het overige Noord- Beveland passeren, zijn er velen die wat al te abrupt tegenover de ze remmingen komen te staan. Zij verwachten een waarschuwing vooraf. En die ontbreekt nu juist op de Oudedijk in Korrtgcne Vrachtauto botste tegen lantaarnpaal Bij het uitrijden van een garage is dc Middelburger J. L. vrijdagochtend rond kwart voor acht in de Zuster straat legen een lantaarnpaal ge botst, die beschadigd werd. Met een sleuteldie was verborgen in een appél, heeft de nieuwe inspec trice bij het kleuteronderwijs in Zee land, mejuffrouw M. J. de Jonge, vrijdagmiddag te Kapelle de nieuwe kleuterschool geopend. Op de foto: de inspectrice (knielend) zoekt on der het toeziend oog van een aantal leerlingetjes de sleutel. Foto P.Z.C.) in de onderwijssector is het al evenzo. De toekomstige onder- wijsinspecteur in Goes zal even eens een r.-k.-funetionaris zijn, zo werd gesteld. De bijeenkomst stond onder leiding van de heer B. A. Hesselink. Het slotwoord werd gesproken door ir. M. J. Stoel Feuerstein. (Slot van pag. 3) lijke bezinning zijn er. opdat zij er zich bewust van zouden wor den dat onzo zondagse kerkdienst een bijzondere vorm van gemeen schap is. Wanneer we naar de kerk gaan is dit niet een bijeenkomst van de een of andere vereniging van hervormde (of andere) geestverwanten, maar we gaan naar een samenkomst van de gemeente, dat is een gemeen schap rondom Christus. Het is een gemeenschap die veel verder ziet clan de eigen stad of het eigen dorp. De einden der aarde komen hier in 't zicht. Denk er maar aan dat elke gemeente, hoe klein dan ook, een zendingsopdracht heeft en hoe zij verbonden is, zelfs over de grenzen van ons land, met een veel groter geheel. De N.H. Kerk heeft na de oorlog een zeer grote activiteit ontplooid. Waar zij vroeger geen woord sprak, daar heeft zij nu een geluid laten horen bij monde van haar synode, zij het dan ook, dat niet alle leden van de kerk het steeds niet dat geluid eens zijn. Maar in ieder geval wordt er weer zichtbaar leiding gegeven, wat vroeger ontbrak. De offervaardig heid van haar leden is in niet gerin ge mate toegenomen. Dat was ook wel nodig, gezien de steeds verder gaande ontwaarding van ons geld en andere maatschappelijke factoren, waardoor de vaste inkomsten van de gemeente een steeds geringer per centage gingen uitmaken van het geen er nodig was voor de instand houding van de eredienst. Het feit doet zich echter voor dat er menigeen is, die beslist bij deze kerk wil behoren, maar voor wie de zon dagse kerkdienst geen levende zaak is. Men voelt zich hier eerder buiten gesloten dan aangetrokken. Hoe komt dit? Wanneer er iets over ge zegd wordt, kun je als tegenwerping telkens weer horen dat het 'm toch niet zit in het naar de kerk gaan. Hier tegenover kan worden gesteld dat het 'm ook niet zit in het weg blijven. Wanneer wij in de kerk dienst het hart van de gemeenschap niet voelen kloppen, zullen we eerder of later toch met een zekere teleur stelling aan de kant komen te staan. En juist een kerk als de hervormde, met haar grote verscheidenheid van leden, zal er op bedacht moeten zijn dat alle leden zich tot de kerkdienst aangetrokken voelen. Dat dit voor honderd procent zal kunnen, zal wel een onbereikbaar ideaal wezen, maar als het waar is, wat de titel van de korte inleiding van prof. E. L. Sme- lik veronderstelt: „We gaan vaak niet met plezier naar de kerk", dan is het goed dat de kerkdienst tot een onderwerp is gemaakt voor een be spreking op zulk een toogdag en dan zal het goed zij'n wanneer het bij deze ene bespreking niet blijft, maai' dat hetgeen wat er in Amsterdam gezegd is, doorklinke in heel de kerk en in iedere gemeente. Hetgeen er op de toogdag besproken is. is bovendien nog, niet alleen van belang voor de N.H. kerk, maar ook voor andere protestantse kerken. Wanneer men geregeld kerkbladen leest, kan men daarin telkens weer kreten tegenkomen die betrekking hebben op de kerkdienst en er wor den allerlei wensen uitgesproken, die daarmee in verband staan dat de kerkganger zichzelf meer bij de kerkdienst betrokken moet weten. En niet alleen in protestantse kerken komen deze vragen op, maar mis schien nog in sterkere mate in de r.-k. kerk, waar er ook een groep-is die zich bezighoudt met liturgische vernieuwing. Ook hier leeft de wens dat de parochiaan zich meer actief betrokken mag weten bij de ere dienst. Eeuwen lang is datgene, wat er uit ging van de kerk, voor de besloten landbouwgemeenschappen, zoals wij die vroeger in onze Zeeuwse land- bouwdorpen kenden, dikwijls de eni ge „ontspanning" in het leven van werken en wroeten geweest. De te genwoordige tijd biedt zoveel. De vaart waarin wij ons voortbewegen, heeft veel van het oude weggevaagd, of zal het nog wegvagen. Dat heeft' zijn tijd gehad. Voor de radio kan men zoveel kerkdiensten meemaken als men wil en straks zal de televisie zich ook in dat opzicht wel laten, gel den. Men spreekt van „het levens gevoel van de moderne mens", dat anders Is dan vroeger. Het is alles goed en wel, maar de mens blijft een mens met noden en behoeften en, waar hij het eerst van al behoefte aan heeft, is, dat hij leeft in een ge meenschap, waar ook van hem een verantwoordelijkheid gevraagd wordt, tenzij hij behoort tot die ver worden mensen, die geen enkele ver antwoordelijkheid vöor een ander meer willen dragen. H. Slot van pag. 2) Widt de scheidende wethouder de erepenning van Middelburg. „Deze toekenning heeft in ons college nau welijks enige aanleiding tot discussie gegeven", besloot de burgemeester. Hierop voerden de fractievoorzitters van de raad liet woord. De heer J. S. Hoek overhandigde daarbij na mens de gehele raad een enveloppe met inhoud, waarvoor de heer Köge ler zijn wensen op muzikaal gebied mag bevredigen. Jhr. mr. T. A. J. W. Schorer wees er vervolgens op, dat zijn samenwerken met de heer Kögeler in het college een goede herinnering heeft achter gelaten. Deze samenwerking werd, zo betoogde jhr. Schorer, geken merkt door een grote mate van za kelijkheid en praktische kennis. „Maar ook had U bovenal enkele eigenschappen, die in de gemeentelij ke zaak onontbeerlijk zijn", zei de heer Schorer, „namelijk geduld en vasthoudendheid. Achter de prakti sche kennis moet echter schuilen en dat was het geval bij U een hart voor de zaak en liefde voor de mensen". Mr. P. van Empel legde vooral de nadruk op de gevoelens van vriend schap. „Als raad hebben we samen in grote harmonie de belangen van Middelburg mogen behartigen. De heer Kögeler is immer een vast punt in deze sfeer geweest", betoogde mr. Van Empel, die hier aan toevoegde, dat de scheidende wethouder op voortreffelijke wijze in de voetspo ren is getreden van mr. De Veer. Onder nog moeilijker omstandighe den dan toen. De heer B. A. Hesselink verklaarde getroffen te zij'n door de objectivi teit die de heer Kögeler wist te betrachten. „U bent steeds een sta biele figuur in onze gemeente ge weest". aldus de heer Hesselink, ,.en uw kennis heeft ons duidelijk ge maakt. dat onze op- of aanmerkin gen niet altijd gegrond waren". In zijn dankwoord verklaarde de heer Kögeler bijzonder erkentelijk te zijn voor dc gelegenheid om in dc stijl- (Slot van pag1) de heer Zweedijk op. Enkele jaren geleden is het zelfs voorgekomen, dat gedurende een bijzonder natte zomer een paddestoel tegen de bin nenmuur van het achterste lokaal groeide! In twee van de drie lokalen staat een kolenkachel, die tijdens het stookseizoen dagelijks een hoeveel heid stof verspreid door de lokalen. „Hoe goed we de planten ook verzor gen, ze zijn altijd bedekt met een laagje stof", zei het hoofd. In een der lokalen zagen we voorts hoog te gen het plafond spinnewebben „wap peren". die zwart waren van het stof. „De school krijgt eenmaal per week een goede beurt", vertelde de heer Zweedijk, „maar de oude school is en blijft een stoffig geval. Om dan nog maar niet te spreken van de sa nitaire inrichting, die als de wind uit een bepaalde hoek waait, bepaald een onfrisse geur door de school voert". Wat do sanitaire inrichting betreft, verklaarde de schoolarts ons desge vraagd, dit niet direct te verstaan onder schoolhygiëne. Het is alleen een kwestie van goed schoonmaken. Zij verstaat onder schoolhygiëne al les wat met „vuil" te maken heeft. Het kan bijvoorbeeld voorkomen, dat de sanitaire inrichting niet aan de eisen voldoet, doch daarentegen zin delijk is. Door het gebruik ervan zul len de schoolkinderen bepaald niet ziek worden. Hoeken en gaatjes Hoeken en gaatjes zijn in de oude scholen de „boosdoeners", zo Is ons wel gebleken. Het hoofd yaa de prof, Kohnstammschool te Goes, de heer J. Kapoen, heeft daar dagelijks mee te maken. Een gedeelte van de school wordt dagelijks schoongemaakt, zo dat de gehele school tweemaal in de week een beurt krijgt. Maar de losse en vermolmde planken in de lesloka len vormen nu eenmaal stofnesten, die zich niet gemakkelijk laten ver wijderen of telkens weer opnieuw terugkomen. „Het zijn juist de hoe ken en gaatjes, die debet zijn aan een mindere schoolhygiëne", merkte hij op. He hoofd van de afdeling onderwijs van de gemeente Goes, de heer H. C. v. d. Vreugde, zei ons, dat in Goes vier scholen zijn, die niet aan de hui dige eisen voldoen, namelijk de prof, dr. Kohnstammschool, de Beatrix- school. de lagere school van de gere formeerde gemeenten aan de Dam en de b.l.o. school. „Deze scholen vol doen niet meer, maar men kan ech ter bepaald niet over een onverant woordelijke toestand spreken", meen de hij. „Maar qua licht, luchttoe voer en sanitaire inrichting voldoen de scholen niet". Overigens valt het in liet gebied van de schoolartsendienst, omvattende Goes, 's Gravenpolder, Kapelle. Kat- tendijke, Ivloetingc, Kruiningen, Krabbendijke, Rilland-Batli, Waarde, Yerseke, Wemeldinge en Wolpbaarts- dijk uog wel mee met het aantal oude scholen. In de loop van de laat ste tien jaren zijn tal van nieuwe scholen verrezen, die uit de aard van de zaak gemakkelijker zijn schoon te houden dan de oude, uitgeleefde ge bouwen. Of dat altijd in voldoende mate gebeurt? De schoolarts twij felt er stork aan! volle Burgerzaal afscheid te kunnen nemen. „Ik heb dit ervaren als een eervolle onderscheiding", zei de scheidende wethouder. Vooruitziend Voor de laatste maal richtte de heer Kögeler zich ook officieel tot de straks vertrekkende burgemeester. „U heeft altijd blijk gegeven van een helder inzicht", aldus de wethou der. „U heeft ook getoond een bij zonder oordeel te bezitten, 'n scherp zinnigheid en bedachtzaamheid, en wat juist bijzonder belangrijk is een ver vooruitziende blik". Vervolgens dankte de heer Kögeler voor de prettige samenwerking met de andere wethouders. In het colle ge had de wethouder immer een uit stekende geest aangetroffen. Die sa menwerking memoreerde de heer Kö- Ï;eler ook ten aanzien van de raads- eden. „Ik heb de kritiek van de raad altijd als opbouwend ervaren. Vroeger la gen de verhoudingen wel eens an ders, veel scherper. Toen werd het partijbelang wel eens boven het ge meentebelang gesteld", aldus de heer Kögeler, die verder de moed en durf in herinnering bracht van de midden standers, die na de oorlog hun pan den weer lieten opbouwen eu Mid delburg weer tot koopcentrum maak ten. Tevens releveerde hij het werk van oud-gemeentesecretaris Koene. Andere sprekers Middels „drie minuten-toespraken" kregen andere sprekers gelegenheid de heer Kögeler te bedanken. Uit hun woorden bleek duidelijk dc waarde ring voor het geduld, de objectiviteit, de nimmer verflauwende belangstel ling en het eigen oordeel, dat de wet houder na rijp beraad vormde. Na mens het openbaar onderwijs werd gesproken door de heer C. Roelants, namens de commissie van toezicht op het onderwijs door de heer R. Non- nekes, namens de hoofden en oud- hoofden van diensten en bedrijven van Middelburg door de heer J. C. F. van Kamer, namens 't r.-k.-schoolbestuur door pastoor Herm. H. Snel, voorts door de heer A. A. Leenhouts, inspec teur voor het lager onderwijs, en oud wethouder L. J. van 'tWestende. De heer Kögeler kreeg van burgemeester twee maal drie minuten toegemeten om deze sprekers te bedanken... In de kamer van b. en w. maakten tot slot vele genodigden van de gelegen heid gebruik om afscheid van de heer en mevrouw Kögeler te nemen. AdverlPnttej Vraag de boeken (geheel vrij blijvend) ter inzage aan Uw behangleverancier. Onbegrensde mogelijkheden voor een prachtige begrenzing van „Uw kamer van Ik". Rath Doodches/ver NJ,

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1961 | | pagina 21