badhanddoek
De dood op het
verkiezingspad
Zetel van nieuwe gemeente in
principe naar Brouwershaven
PILOOT STORM ontvoerd in de stratosfeer
Kunstgebit?
BUSVERKEER WORDT PROBLEEM
EN VLIEGTUIG ONVEILIG
DINSDAG 3 JANUARI 1961
PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT
5
OP VERZOEK VAN DUIZENDEN: NU OPNIEUW DE
F 1.25 20 MERKJES
OF NAAR KEUZE
1 KUSSENSLOOP OF
2 FLEURIGE THEEDOEKEN
EERSTE RAADSVERGADERING
„Grootste gemeentehuis
in grootste dorp"
In het statige eeuwenoude stad
huis van Brouwershaven kwa
men maandagmorgen de elf
raadsleden van de nieuw ge
vormde gemeente Brouwersha
ven de vroegere gemeenten
Brouwershaven, Dreischor, Zon
nemaire en Noordgouwe
voor het eerst in een openbare
vergadering bijeen, die ongeveer
een uur duurde.
Na voorlezing van het benoemingsbe
sluit van de heer A. H. Vermeulen
vroeger burgemeester van Drei
schor tot burgemeester van de
nieuwe gemeente Brouwershaven,
hield deze zijn eerste rede tot de
nieuwe raad. Burgemeester Vermeu
len zei, dat men in onderling overleg
zal moeten trachten tot de beste
resultaten voor de gemeente te ko
men. Hij wilde geen beloften doen
over het toekomstig beleid van de
gemeente, maar wel gaf de burge
meester weer hoe hij over de opvat
ting van zijn taak denkt. Hij zag
deze taak ais „onpartijdig voorzitter
in de raad en een rechtvaardig bur
gemeester voor de gehele bevolking".
Een taak, die zoals de heer Vermeu
len zei, zal zijn afgestemd op zijn
eigen levensbeginselen. „Wij moeten
bouwen aan een betere toekomst en
dat kan alleen door samen op te
trekken", sprak hij tot de raad.
„Openbaarheid van de gemeente
zaken is daarbij noodzakelijk. In
zage zal gegeven worden in de
stukken der gemeente", verklaar
de hij. „Alleen hierdoor kan men
vertrouwen wekken", meende bur
gemeester Vermeulen.
De landbouw, de middenstand, de
visserij en de vlasserij, hoofdbron
nen van bestaan in de gemeente, zul
len de volle aandacht van het ge
meentebestuur krijgen. Ontwikke
ling van het jeugdwerk achtte hij
voorts een belangrijke zaak. De bur
gemeester wees er verder op, dat het
gemeentelijk leven ondenkbaar is
zonder de intercommunale regelin
gen. „Bij de aanvang van onze nieu
we taak moeten we niet meer ach-
Met Dentofix zit het steviger
Dentofix vormt een zacht, bescher
mend laagje en houdt het kunstgebit
veel vaster en veiliger op zijn plaats.
Het zit prettig en men kan rustig eten,
lachen, niezen en spreken, in veie ge
vallen even gemakkelijk als met een
natuurlijk gebit. Dentofix verminder»
de voortdurende angst voor losraken
en verschuiven van het gebit en voor
komt verwonding van het gehemelte.
Dentofix houdt ook de adem fris.
Geen onaangename smaak of hinder
lijk gevoel. Prijs per strooibus slechts
f. 2,35, bij apotheken en drogisterijen.
ter ons zien, maar het oog gericht
houden op de toekomst", zo zei de
burgemeester van de thans ongeveer
ZVz duizend inwoners tellende ge
meente Brouwershaven. Tenslotte
verklaarde hij te overwegen in de
verschillende dorpen eenmaal per
week een zitdag te houden.
Aanpassing
Vervolgens was aan de orde de be
ëdiging van de elf nieuwe raadsleden,
hetgeen collectief geschiedde. Met
deze beëdiging beschouwde burge
meester Vermeulen de strijd om de
zelfstandigheid en de verkiezings
strijd ten einde. „Thans is ons de
taak gesteld de samengevoegde ge
meente een nieuw gezicht te geven.
Het eerste werk zal zijn aanpassing
van de oude situatie aan de nieuwe",
meende spreker. „Duidelijker dan
ooit staat vast, dat Schouwen-Duive-
land een krachtig beleid nodig heeft.
Het verzorgingspeil zal moeten wor
den opgevoerd. Noodzakelijk zijn
voor de dorpen betere woningen en
betere wegen. Voorts zullen wij ons
op het probleem, van de werkloosheid
moeten beraden". In dit verband
wees burgemeester Vermeulen op in
dustrievestiging, terwijl hij voorts de
recreatie noemde.
Namens de verschillend^ raadsfrac
ties voerden de heren J. Dekker (p.
v.d.a.), L. M. Moermond (v.v.d.) en
J. A. van der Bijl (prot. christ.) het
woord. Ook zij wezen op het belang
van een goede samenwerking, het
geen vooral spreekt nu de gemeente
uit verschillende dorpen bestaat.
Nadat de heren A. A. Gunst, vroeger
gemeentesecretaris van Brouwersha
ven en J. J. Schot, vroeger gemeen
teontvanger van Dreischor, resp. wa
ren beëdigd als tijdelijk gemeente
secretaris en ontvanger ging de raad
over tot wethoudersverkiezing. In de
eerste vacature van wethouder ver
enigde de heer J. Dekker, Brouwers
haven (p.v.d.a.) 6 stemmen op zich,
L. M. Moermond, Dreischor (v.v.d.)
3 stemmen en J. A. v. d. Bijl, Zonne-
maire (prot. christ.) 2 stemmen. De
lieer Dekker was derhalve benoemd
tot wethouder. In de tweede vaca
ture werden 6 stemmen uitgebracht
op de heer J. Klaasse, Dreischor
(prot. christ.), 3 op de heer L. M.
Moermond, Dreischor (v.v.d.) en 2
blanco. De heer Klaasse nam, even
als de heer Dekker, zijn benoeming
nog 24 uur in beraad.
Gemeentehuis
De voorlopige aanwijzing van het
huis der gemeente leverde nog al
wat stof tot discussie. „De gemeente
beschikt thans over vier gemeente
huizen, namelijk Noordgouwe, Drei
schor, Zonnemaire en Brouwersha
ven", aldus burgemeester Vermeu
len. Hij achtte Brouwershaven de
meest geschikte plaats. „Hier staat
het grootste gemeentehuis, Brou
wershaven is het grootste dorp en
wij hebben hier de meeste accommo
datie", betoogde hij.
De heer N. Fonteine, Brouwers
haven (v.v.d.) achtte Brouwers
haven de geschiktste plaats. Hij
wilde zelfs al een definitief be
sluit nemen. De heer L. M. Moer
mond, Dreischor (v.v.d.) was zo
wel tegen het nemen van een de
finitief besluit als tegen het aan
wijzen van Brouwershaven. Hij
wilde het gemeentehuis in een
meer centraal gelegen plaats. Hij
noemde in dit verband Zonne
maire. De heer J. A. van Schel
ven, Brouwershaven (v.v.d.) voel
de het meest voor Brouwershaven
en de heer P. van der Doe. Drei
schor (p.v.d.a.) stelde voor defi
nitief te besluiten het stadhuis
van Brouwershaven als „huis der
gemeente" aan te wijzen.
Ook de nieuwbenoemde wethou
der J. Dekker, Brouwershaven
(p.v.d.a.) was geporteerd voor
Brouwershaven. Het V.V.D.-lid
mevrouw E. P. MotmansVan
der Feen uit Noordgouwe wilde
in eerste instantie uitmaken aan
welke eisen het „huis der gemeen
te" moet voldoen. Als we dat na
gegaan hebben, kunnen we zien
of er een geschikt pand is te vin
den in de gemeente. Is dat niet
het geval, dan zullen we tot
nieuwbouw moeten overgaan,
meende zij. De heer J. Klaasse,
Dreischor (prot. christ.) sloot zich
hierbij aan. De heer J. A. van der
Bijl, Zonnemaire (prot. christ.)
bleek voorstander van een ge
meentehuis in de kern der ge
meente. Hij ondersteunde de ge
dachte van de heer Moermond.
Vervolgens werden de voorstellen in
stemming gebracht. Het voorstel van
VOLGENS C. VEROLME:
Dr. P. Glazema, directeur van de
rijksdienst voor het oudheidkundig
bodemonderzoek, leidde het congres
in met een rede, waarin hij zei, dat
ondanks het beklemmende feit, dat
het verkeersnet overbelast wordt, de
wegen vele kostbare landerijen ver
slinden en het gebrek aan wegzet-
ruimte voor auto's in de steden schier
onoverkomelijke moeilijkheden met
zich meebrengt, de mens het gevoel
heeft, dat er van een terug geen
sprake kan zijn.
Beklemmend
Het beklemmende van de situatie is,
dat de mens die in een eeuwenlange
worsteling getracht heeft de natuur
te overwinnen, uiteindelijk opnieuw
aan dezelfde grote macht, zij het dan
ook in een andere gedaante, onder
geschikt dreigt te worden. Waar het
vertreksignaal in het verleden is ge
geven weten we niet en waar het
stopteken zal worden ontmoet even
min. Aan het centraal station van de
geschiedenis der mensheid worden
geen retours verkocht, doch uitslui
tend enkele reizen, aldus dr. P. Gla
zema in zijn openingsrede op het
congres dat twee dagen duurt.
„Voor scheepvaart echter
grote mogelijkheden"
Tijdens het door de rijksdienst voor
het oudheidkundig bodemonderzoek
te Amersfoort georganiseerde twee
daagse congres onder de naam
,,8000 jaar verkeer", heeft de heer C.
Verolme gezegd, dat het busverkeer
grote moeilijkheden te wachten
staan. Daarnaast zullen de luchtha
vens geen voldoende en veilige ruim
te meer kunnen bieden aan 't steeds
toenemende luchtvaartverkeer. In
deze situatie ziet de heer Verolme
grote mogelijkheden voor het scheep
vaartverkeer.
Bij de scheepsbouw zal men zich
gaan toeleggen op het bouwen van
enorme schepen waarvan het naar
zijn opvatting zeker te realiseren
schip de „United Nations" het eer
ste exemplaar zal worden. Het kan
8000 passagiers vervoeren, zal 3000
gelijke hutten tellen, de snelheid
wordt op 35 tot 40 mijl gebracht. Het
aantal p.k. zal 400.000 zijn. Vooral
met het oog op de enorme toeneming
van het toerisme zal het bouwen van
deze schepen noodzakelijk blijken.
Weinig nieuws
Overigens gaf de heer Verolme in
zijn voor een goed deel uit histo
rische gegevens uit de scheep
vaart opgebouwde rede te kennen,-
dat er weinig nieuws is onder de
zon. De ark van Noach bijvoor
beeld had volgens overlevering de
zelfde afmetingen als de super
tankers van vandaag.
de heer Fonteine om tot definitieve
aanwijzing van Brouwershaven over
te gaan. vond met zéven tegen vier
stemmen geen genade in de ogen
van de raad. Ook het voorstel-Moer-
mond gemeentehuis in het cen
trum met als voorlopige aanwijzing
van Zonnemaire werd met dezelf
de stemmenverhouding afgewezen.
Het voorstel van de heer Van der
Doe om in principe te besluiten, dat
het „huis der gemeente" in Brou
wershaven wordt gevestigd uiter
aard in het stadhuis werd met ze
ven tegen vier stemmen aangenomen.
Tegen stemden mevrouw Motmans
(v.v.d.) en de heren Moermond (v.v.
d.), v. d. Bijl (prot. christ.) en
Klaasse (prot. christ.). Vervolgens
werd de vergadering, die door velen
op de publieke tribune werd bijge
woond, gesloten. De vier tegenstem
mers komen resp. uit Noordgouwe,
Dreischor, Zonnemaire en Dreischor.
(Advertentie)
SXSgg&S vanCX
1676. „Strijden is leven en
het leven is strijden, zo ook
bij dat oude maanras", ver
volgde Dubois zijn uitleg
van het „maanboek". „Men
paaide de meest primitieve
leefwijzen soms aan een on
gehoorde technische kennis.
Oorlogvoeren was echter de
hele geschiedenis door num
mer één geweest voor de
maanvolkeren en in zekere
zin verschilden zij dus niet
zo erg veel van onze eigen
mensheid. Hun strijdmetho-
den waren echter zó medo-
genloos, dat het na iedere
grote oorlog moeilijker werd
de gevolgen te overwinnen. En toen men ten
slotte de beschikking kreeg over atoomkracht
gingen er stemmen op die waarschuwden,
dat een eventuele atoomoorlog geen over
winnaars of verliezers meer zou brengen,
doch de definitieve ondergang van hun we
reld. Lange tijd leek het erop alsof men die
waarschuwingen begrepen had, doch tenslot
te kwam de oude geest weer boven en ging
men elkaar te lijf met de vreselijkste vernie
tigingswapens die ooit gemaakt werden. De
gemechaniseerde oorlog, de zogenaamde
drukknop-oorlog, was in volle gang en de ra
ketten en bommen gierden nog steeds door
de vergiftigde atmosfeer, toen er al vrijwel
geen levend wezen meer over was!"
Premielening
Rotterdam 1952
Bij de gistermorgen in het stadhuis
te Rotterdam gehouden uitloting van
500 obligaties van de eerste 2V2 pro
cent premielening 1952, groot
10.000.000 zijn uitgeloot:
Nr. 57.611 aflosbaar met 50.000, de
nrs. 82.162 en 34.885 met 10.000.
de nrs. 84.802, 43.009, 12.334, 5.654.
14.834, 50.477, 83.656, 55.473, 68.531
en 79.192 met 1000, de nummers
65.964, 39.746, 21.752, 31.956 en
42.082 met 500. De overige 4S2
nummers zijn aflosbaar met 150
elk. De uitgelote obligaties zijn per
1 mei a.s. betaalbaar gesteld bij de
op de coupons vermelde kantoren.
Na ruim 2 jaar
zwerven op zee
voet aan wal
Voor Sam Abdoellah en Jos.ep
Vaz Come nit Poenjab in India
is het nieuwe jaar goed begon
nen. De beide mannen die lan
ger dan twee jaar om de wereld
hebben gevaren, mochten einde
lijk voet aan wal zetten.
De Britse autoriteiten hebben be-
Eaald, dat Sam en Josep zolang in
onden mogen blijven, totdat een
beslissing is genomen of zij jnge-
zetenen van Londen mogen "wor
den.
De beide mannen, die niet in het be
zit van officiële papieren zijn, heb
ben langer dan twee jaar in de we
reld moeten rondvaren.
Zij trachtten ergens als emigranten
te worden binnengelaten maar om
dat zij over geen enkel officieel
papier beschikten, kregen zij geen
toestemming om waar ook aan
land te gaan.
Zij hebben toen als matrozen op di
verse schepen gewerkt Het laatste
op de Britse lijnboot „Strathna-
ver". Maar in elke haven, die dooi
de schepen werd aangedaan, moes
ten de beide mannen in hun hutten
worden opgesloten.
De Britse autoriteiten hebben thans
de beide mannen visa voor drie
maanden verstrekt, tijdens welke
periode hun geval zal worden be
handeld.
Krimpen van pijn
door reumatiek, spit, ischias, hoofd
en zenuwpijnen is onnodig. Togal
bevrijdt U snel en afdoende van die
pijnen. Togal kan baten, waar an
dere middelen falen. Togal zuivert
de nieren, is veilig voor hart en maag.
Bij apoth. en drog. ƒ0,95, ƒ2,40 en
8,88.
Edmund Crispin
„Ik denk", zei Fen, die zich vaag
allerlei streekromans herinnerde,
„dat tijd niet veel voor hem bete
kent."
„En wat zal het wezen, jongen?
„Een glas bier. En jij?"
„O dank U wel mijnheer. Dan neem
ik maar een borreltje."
Fen ging aan de bar zitten en be
gon met Myra een gesprek over de
mensen die hij in Sanford Angelo-
rum had ontmoet.
Ze vertelde hem dat Diana een wees
was de dochter van de vroege
re dorpsdokter, die arm gestorven
was omdat hij nooit een rekening
stuurde dat ze erg geliefd was
in het dorp en dat er hardnekkige
geruchten gingen dat zij verliefd
was op de jonge lord Sanford.
Ze vertelde hem dat de jonge lord
Sanford bijna was afgestudeerd In
Oxford, dat hij een vurig socialist
was, dat hij niet in Sanford Hall
zelf woonde, maar in het voorma
lige koetshuis dat er vlak naast
stond, dat zijn populariteit bij de
dorpelingen groter zou zijn geweest
als nij niet zo verschrikkelijk demo
cratisch was en dat hij misschien
wel en misschien niet met Diana
zou trouwen.
Ze vertelde hem dat Sanford Hall
door de jonge lord Sanford aan het
rijk cadeau was gedaan en dat het
rijk er prompt een krankzinnigen
gesticht in had gevestigd.
Ze vertelde hem dat mijnheer Judd
zich met niemand bemoeide.
Ze vertelde hem dat mijnheer Bea
ver een man was met veel initiatief
maar weinig doorzettingsvermogen.
Ze vertelde hem dat haar eigen
man vijf jaar geleden was gestor
ven en dat ze het prettig vond in
een hotel te werken.
Ze vertelde hem dat Jane Persim
mons heel stil en gereserveerd was,
dat ze niet had verteld waarom ze
in het dorp was gekomen, dat zij,
Myra, haar aardig vond en dat ze
naar alle waarschijnlijkheid niet dik
in haar duiten zat.
„Dus ze is hier een onbekende?"
zei Fen.
„Ja, jongen. En die man ook
Crawley bedoel ik. Hebt U die al
gezien?"
Fen zei dat hij hem inderdaad had
gezien.
,,'t Is een rare", zei Myra. „Hij
is drie dagen geleden gekomen. De.
hele dag is hij de hort op soms
ontbijt hij niet eens. Hij zegt., dat
hij hier is gekomen om te vissen,
maar er komt hier nooit iemand om
te vissen, in de Spoor zitten hoog
stens een paar stekelbaarsjes. En
hij weet bovendien net zoveel van
vissen als dat varken van mij. Hij
is een mysterie. Jacqueline had 'm
direct al niet hoog. Niet waar,
Jackie?" zei ze tegen het blonde
meisje.
Jacqueline, die geduldig aan het gla
zen drogen was, knikte en schonk
hen een stralende glimlach. Fen no
teerde in zijn gedachten ten behoeve
van mijnheer Judd dat ze een een
voudig zwart jurkje droeg met een
wit kraagje en manchetten en een
mooie, oude bloedkoralen speld.
Myra keek haar met tedere genegen
heid aan.
„Is het geen beeldje?" zei ze met be-
zitterstrots. „Zo'n mooie meid hebt
U vast nog nooit eerder gezien".
De mooie meid, niet in het minst ver
legen, schonk hen weer een stralende
glimlach die als een grote elektrische
lamp langzaam aangloeide en daarna
weer even langzaam uitging.
„En ze is nou net alles wat je denkt
dat blonde meisjes met een mooi fi
guur niet zijn", zei Myra. „Ze gaat
geregeld naar de kerk, ze zorgt voor
haar pa en moe in Sandford Morvel,
ze drinkt niet, ze rookt niet en ze
gaat haast nooit uit. Maar de men
sen willen natuurlijk niks anders dan
naar haar kijken bijna niks an
ders, tenminste".
Jacqueline liet voor de derde maal
haar verrukkelijke glimlach aan
gloeien en ging rustig door met gla
zen drogen. Er kwam een klant bin
nen en Myra liet Fen in de steek om
hem te bedienen.
Toen Fen de gelagkamer binnen
kwam was alles rustig geweest.
Maar nu bleek uit een zacht geklop
dat mijnheer Beaver zijn werkzaam
heden had hervat. Het geklop nam
snel in kracht toe en spoedig voegden
zich andere geluiden bij het concert.
„Verdraaid", zei Myra, „ze zijn weer
aan de gang".
Fen dacht dat nu het goede ogenblik
gekomen was om te vragen wat er
eigenlijk werd gebouwd.
„Het is heel eenvoudig, hoor", zei
Myra. „Op het ogenblik komen hier
alleen de mensen uit het dorp en dat
brengt natuurlijk niet veel centen in
het laatje. Nou wil mijnheer Beaver
er een soort uitspanning van maken
heel chic en duur, dan komen er
mensen uit het hele land op af, met
auto's".
„Maar dat is verschrikkelijk", zei
Fen.
„Och, ik begrijp liet best", zei Myra.
„Ik weet wel dat er lui zijn die zeg
gen dat je het dorp door zulke dingen
bederft en zo, maar ik zeg maar zo:
als het de mensen verboden wordt
om geld te verdienen dan zijn wij al
lemaal het haasje".
Fen dacht er even over na en kwam
tot de conclusie dat er wel iets inzat.
„Maar ik vind het toch jammer", zei
hij. „Je weet wat voor soort mensen
je dan krijgt: dikke mannen met
rooie koppen en harde stemmen en
kleine snorretjes eii magere meisjes
met geranium-rode lippen en lange
sigarettenpijpen, die alleen maar op
geld uit zijn".
Myra zuchtte eventjes toen ze aan
dit dreigende schrikbeeld dacht, maar
ze was esthetisch niet zo fijnbe
snaard als Fen en scheen er zich
over het algemeen niet veel van aan
te trekken.
„Nou ja", zei ze. „Het is tenslotte
zijn café. hij mag er mee doen wat
hij wil. Hij heeft geprobeerd een ver
gunning voor de vernieuwing te krij
gen, .maar het ministerie heeft het
geweigerd. Daarom doen ze liet
maar allemaal zelf".
„Zelf?"
„Er is een bepaling dat je je huis
mag vernieuwen als je maar geen
werklui in dienst neemt en het niet
meer dan duizend gulden kost. Mijn
heer Beaver heeft zijn hele familie
aan het werk gezet en zo nu en dan
komen zijn vrienden een handje hel
pen".
„Maar het is toch werk voor vak
lui?"
„Ach", zei Myra somber. „Daar hebt
U gelijk in, hoor; Maar dat is nou
echt mijnheer Beaver. Als die een
idee in zijn hoofd heeft krijg je het
er met geen paarden uit. En als U
het mij vraagtt
Maar Fen zou nooit horen wat ze
nog meer te vertellen had. Terwijl ze
nog aan het praten was had hij een
grote, dure wagen zien stoppen voor
de deur van het hotel.
En nu stapte, met een pompeus air,
een vreemdeling over de drempel.
HOOFDSTUK VI
De vreemdeling was een man van een
jaar of dertig, veertig, die er waar
schijnlijk ouder uitzag dan hij was
omdat hij zo plechtig keek. Hij was
lang en mager, had een gebruind ge
zicht, een lange, rechte neus, scherpe
ogen en dun, bruin haar dat glom
van de brillantine en hij droeg een
rijbroek, rijlaarzen, een opzichtige
geruite jas en een gele das met zwar
te paardekopjes erop. In zijn hand
droeg hij een groene hoed mët venti-
latiegaatjes in de bol, zodat het net
leek alsof er op hem geschoten was.
Hij liep naar de tapkast, sloeg erop
met zijn knokkels en vroeg luidkeels
of professor Fen te spreken was.
„Ik ben Fen". zei Fen.
(Wordt vervolgd)