Vreemde gedragingen van spreeuwen en fuut Klanken uit de ether De dood op het verkiezingspad PILOOT STORM ontvoerd in de stratosfeer OLIFANT WITTE KRUIS PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT ZATERDAG 31 DECEMBER 1960 ONDER ZEELANDS HOGE HEMEL Voor vele vogels onrustige kersttijd Geen witte Kerstmis dit jaar, integendeel eer modder en slik. Donkere luchten, van vocht druipende struiken, een met on gewone snelheid vallende avond, een even ongewoon vroeg zich verzamelen van en kele spreeuwengroepjes. Ze gaan zitten in een appelboom vlak achter mijn woning, maar ze gedragen zich zeer onrus tig. Telkens vliegt er een, een groepje en soms de helft uit de boom naar de bodem, om wat later weer opnieuw te gaan zitten. Ze verdwijnen er in wes telijke richting, maar telkens zie ik van verder oostelijk een nieuw groepje toevliegen. Deze appelboom schijnt dus een doorgangshuisje, een tijdelijke rustplaats, vanwaar uit met kleine sprongen de tocht naar het westen wordt voortgezet. Dit tengevolge van de zwaarbe wolkte hemel? De eerste kerstdag Is de boom om vier uur geheel ver laten. maar de tweede kerstdag bij zichtbaar ondergaande zon vertrekt de laatst spreeuw om half 5 juist als de zon geheel is verdwenen. Even te voren trok een groep van onge veer 80 spreeuwen rechtstreeks over. Al voegde zich geen enkele van de „zitters" onmiddellijk bij deze troep toch scheen er een zuigende werking van uit te gaan, het aftrekken van mijn troepje had successievelijk plaats maar de totale afvlucht had plaats gehad binnen twee minuten na het passeren van de grote groep. Raadsel Vrijdag daarvoor verheugden we ons In een heldere dag. Het Adel mij op, dat dit verandering bracht in de vogelstand in onze omgeving. Er waren opeens meer koperwieken en er verschenen kramsvogels. Telkens waren er groepjes vogels in de lucht. Het heeft er dus veel van weg of de langdurige regentijd met de daarmee gepaard gaande zware bedekking van de hemel de trek van deze laat ste vogels wat heeft gestagneerd. Natuurlijk mogen we dat niet al te stellig verkondigen, maar we kun nen er op letten of de uitgebleven groepen koperwieken en kramsvo gels bij open weer zullen komen toevliegen. Raadssels zullen er altijd blijven. Zo hadden we de zaterdag voor Kerstmis een vreemde belevenis. Iemand had een voor hem vreemde vogel ergens midden op de weg aangetroffen. Het dier, een of an dere zwemvogel Icon zeer moeilijk lopen, deed er niet eens de moeite voor. De vinder dacht aan mogelij ke verlamming en nam de vogel mee naar huis in de hoop hem het leven te kunnen redden. Advertentie) DE €Cht& PIJNSTILLER Bij reumatiek, jicht of spierpijn brengt Witte Kruis snel verlichting. In te nemen naar persoonlijke voorkeur: tabletten, poeders of cachets. Fuut Ik stond bepaald verwonderd bij mijn bezoek aan het opgegeven adres daar een fuut aan te treffen. Kennelijk een jonge nog niet uitge- kieurde vogel, althans nog niet in winterkleed. Er waren nog donkere vlekken beneden de oogstreek en onder de vleugels vertoonde het ve renkleed nog de strepentekening, die de jeugdige futen kenmerkt. Van een verlamming, grote vermoeidheid of ziekte viel al heel weinig te be speuren. De ogen stonden bijzonder fris en de verdedigende pikreacties waren zonder enige twijfel onge remd en fel. Dat de vogel slecht uit de weg kon met z'n poten behoefde evenmin te verontrusten, voor wat het gebruik van de bleek-groen-grij- ze en gelobde zwempoten op vaste bodem betreft staat zo'n fuut er niet al te best voor. Deze poten zijn aan de uiterste punt van het lichaam aangehecht en geven dus alleen steun als de vogel het lichaam lood- door BAREND ZWERFMANS recht kan oprichten. Het raadsel rondom deze vondst kwam dus neer op het zich bevinden van deze jonge vogel op een verkeersweg. Feitelijk dus een raadsel rondom een ver- plaatsingsdrang en wat is dit weer anders dan een onderdeel van de trek. Vreemd gedrag Deze jonge fuut, die zich vliegend moet hebben verplaatst, heeft de weg om de een of andere reden als rustpunt(?) gekozen. Het zal wel altijd een raadsel blijven waarom. Het is moeilijk aan te nemen, dat de vogel niet even te voren of in een slootje langs de weg of in de berm had kunnen neerstrijken. Waarom juist midden op de weg? Om zeker te zijn, dat het hier geen verplaatsing over land be trof heb ik alles nagelezen, wat ik over de fuut kon vinden. In de uitvoerigste beschrijvingen vin den we sterke nadruk gelegd op het feit, dat futen veel meer dan andere zwemvogels aan het wa ter zijn gebonden. Heel him le ven (behalve dan soms tijdens de trek) wordt op of in het wa ter doorgebracht. Vocdsclzoeken, baltsen, nestelen, jongen opkweken, alles geschiedt fn het water. In de drijvende of half drijvende nesten liggen de eieren vaak in het water, de jongen, die zich vaak op de rug van de ouders Onwillekeurig denken we hier terug aan het vreemd gedrag van de kie viten in het droge jaar 1959, toen o vele van deze vogels op de wegen op of onder de vleugels laten gingen zitten en aan het verkeer JJL!J J ten offer vielen. Men heeft toen wel gedacht aan het kiezen van een „gunstig" voederterrein, zo vlak naast de weg in de bermen, maar op de wegen was dit gunstig ter rein zeker niet te vinden. dragen, worden zelfs bij het duiken onder water meegenomen. En juist in het water vormen de poten geen beletsel om de loodrechte lichaams stand in te nemen, die ze zo vaak blijken nodig te hebben voor hun balts-ceremoniën. Op het land zou den deze vogels als het ware op de buik moeten voortkruipen. Futentrek Verder is er inderdaad futentrek. Deze verloopt ten eerste zuidelijk, maar ook westelijk in de richting van de kust. Waarbij het weer won derlijk is, dat deze vogels,'die zich in de zomer uitgesproken zoetwater liefhebbers tonen in de winter juist veel uitwijken naar het kustgebied. Men kon er in de winter dan ook zeker van zijn wel ergens op de Oosterschelde of in de Zandkreek fu ten aan te treffen. Bijna altijd eenzaam en misschien langer onder water dan er boven. Altijd spannend vanaf de veerboot op de Zandkreek zo'n vogel te ont dekken, zeer kort daarna onder te zien duiken om na lange tijd op de grote afstand van die plaats weer te voorschijn te komen. Heel vaak lukte het niet eens dat opduiken weer te constateren, ongetwijfeld had hij zijn koers zo gewijzigd, dat we aan de andere kant van de boot hadden moeten zoeken. We betrapten er de vogel echter soms ook op, dat hij onmiddellijk na het opduiken weer verdween. Men behoeft dat ogen blikje maar enkele keren achtereen te missen om de vogel geheel uit het oog te verliezen. Interessant De fuut is dus een bijzonder interes sante vogel. Het zou weinig moeite kosten enkele extra kolommen te vullen met details over de versprei ding, de lichaamsbouw, de parings- en broedgewoonten, de vreemde nest- bouw, enz. Maar veel over lopen over het land zou in deze extra kolom men niet voorkomen. We meenden dus te moeten con stateren, dat de jonge fuut prak tisch niets mankeerde dan mis schien het nodige voedsel. Maar ook daarvan waren we niet eens zeker. Dc trektijd is een heel bijzondere tijd, waarin di verse dieren grote afstanden moeten afleggen, waarbij niet steeds gelegenheid is voedsel op te nemen. In zulke gevallen is er dan ook voor gezorgd, dat het vogellichaam een zekere tijd geen voedsel behoeft. We zijn het er dan ook spoedig over ZONDAG 1 JANUARI. IIILVERSUM I. 403 ra. 746 kc/S. 0.30— 2.00 AVRO. 8.00 VARA. 10.00 VPRO. 10.30 IKOR. 12.00 AVRO. 17.00 VPRO. 17.30 VARA. 20.00—24.00 AVRO. AVRO: 0.30 Toespr. 0.32—2.00 Gram. VARA: 8.00 Nws. 8.18 Gelukwensen van zeevarenden en gram. 9.20 Gram. 9.45 Geestelijk leven, lezing. VPRO: 10.00 V. d. jeugd. IKOR: 10.30 Ned. lierv. kerkd. 11.30 Vragenbeantw. VPRO: 11.45 Ber. uit de kerken. AVRO: 12.00 Lichte muz. Als intermezzo: sportepiegel. 13.00 Nws. 13.07 De toestand In de wereld, praatje. 13.17 Meded. of gratn. 13.20 Vera, progr. v. d. sold. 14.00 Boekbespr. 14.20 Kamerkoor. 14.35 Toneelbeschouwing. 14.50 Viool en piano. 15.15 Radiophilharm. orlc. en solist. 16.10 Dansmuz. 16.40 Sportrevue. VPRO: 17.00 Nieuwjaarstoespr. 17.15 Kamerkoor en orgel. VARA: 17.30 Amus. muz. 17.50 Nws. en sportjourn. 18.30 Nieuwjaars wensen. 13.40 Cabaret. 19.10 Verandert de tijdverandert de mensklankb. AVRO: 20.00 Nws. 20.05 Lichte muz. 20.35 Het is nog geen pom-pom-pompom!, hoorsp. 21.20 Eine nacht in Venedig, ope rette (gr.). 22.00 Gram. 22.30 Nws. 22.45 Act. 23.00 Zang en plano. 23.15 Sportuitsl. 23.20 New York calling. 23.25 Met de Franse slag. 23.5524.00 Nws. HILVERSUM n. 298 m. 1007 kc/s. 0.30— 2.00 NCRV. 8.00 NCRV. 9.30 KRO. 17.00 IKOR. 19.00 NCRV. 19.45—24.00 KRO. NCRV: 0.30 Dit weet ik, toespr. 0.40— 2.00 Gram. 8.00 Nws. 8.15 Geestelijke lie deren. 8.30 Morgenwijding. 9.15 Orgel- conc. KRO: 9.30 Nws. 9.45 Gram. 9.55 Hoogmis. 11.30 Gram. 11.90 Harprecital. 12.15 Gram. 12.30 Lichte muz. 12.55 De kerk z*jt gij, lezing. 13.00 Nws. 13.05 De hand aan de ploeg, lezing. 13.10 De Wadders. hoorsp. 13.30 Strijkork. 13.50 Gram. 14.00 V. d. kind. 14.30 Nieuwjaars bal. 16.00 Gram. 16.25 Voetbaluitsl. 16.30 Vespers. IKOR: 17.00 V. d. jeugd. 17.15 Gemeentezang door de jeugd. 17.45 Men sen. lezing. 18.00 Het geladen schip, le zingen. 18.30 Nieuwjaarsreceptie. NCRV: 19.00 Nws. uit de kerken. 19.05 Samen zang. 19.30 Weg en werk der kerkher vormers, lezing. KRO: 19.45 Nws. 20.00 Cabaret. 20.30 Promenade-ork. en sol. 21.20 Leeuw met verlof, hoorsp. 22.25 Boekbespr. 22.30 Nws. 22.40 Avondgebed. 22.55 Radiophilharm. ork. 23.35 Fluit en piano. 23.55—24,00 Nws. zijn eens geworden de jonge fuut vrijheid te hergeven op een j. waar hij zich althans een zekere tijd in z'n element kon voelen, er gens in een plas met wat riet om zich in te verschuilen. Verder trekken zal hij wellicht des ondanks, deze drang is niet te ke ren, maar vermoedelijk zal hij zich dan beter weten te redden dan nu het geval was. Wie weet is hij te gen het jaareinde wei gearriveerd in z'n zilte winter-visgebied. Dan zal hij, misschien in de Zandkreek, z'n reeds goed ontwikkeld kuifje trots opheffen na een lange duik en zwemtocht onder water, even nieuwsgierig opkijken naar de nieu we dam, die hij nog nooit gezien heeft (zoals zijn ouders), maar on middellijk weer onderduiken, omdat een vers visje voor hem van meer belang is dan tien van die moderne afdammingen. Laten we dus maar hopen, dat 1961 voor hem goed zal Inzetten hetgeen wij graag ook aan al onze lezers toewensen. 1674. Met grote snelheid en zonder het overvloedige la- waal dat de orthodoxe ma chines plegen te maken, gleed het nieuwste vlieg- wonder door de lucht, ge hoorzamend aan de gering ste stuurbeweging van pi loot Storm. Rustig achter over geleund in zijn zetel keek hij Sandra lachend aan. Hij schudde het hoofd en sprak: „Is 't eigenlijk geen mirakel Het gaat allemaal zo soepel en een voudig! Een kind kan de" was doen. Dat zal me een ommekeer teweeg brengen in het personenvervoer over onze aarde. Ik moet niet denken aan de lelijke gezichten die de lui in de olie-business zullen trekken. Het laatste woord is natuurlijk nog niet gespro ken en In Wall Street vallen de zwaarste klappen. Och, met de toepassing van atoom kracht en zonnewarmte, plus de talloze andere uitvindingen, had tóch weldra hun laatste uur geslagen!" Beneden hen lag het laboratorium van professor Dubois en enkele ogenblikken later zette Arend de kleine machine aan de grond. „Wat zeggen jullie ervan, hè!" riep hun reisvriend al in de deuropening. „Ik heb 't gevonden!" T ELEYISIEPRO GRAMMA'S. RKK: 11.00 H. mis te Rome. NTS: Euro visie: 12.05 Nieuwjaarsconc. te Wenen, plm. 13.30 pauze. 13.40 Gez. progr. v. AVRO. KRO, VARA en VPRO: Int. ski- springwedstr. Garmisch-Partenkirchen. NTS: 19.00 Herh. jaarovera. v. h. journ. VARA: 20.00 Act. 20.10 Muzikaal progr. 20.55 PoL lezing. 21.05 Politiefilm. 21.30 Interview. Gez. progr. v. AVRO. KRO, VARA en VPRO: 22.00 Sport in beeld. VLAAMS-BELG. T.V.-PKOGR, 11.00—12.00 Hoogmis, te Rome (Eurovi sie). 12.0513.30 Nieuwjaarsconc. te We nen (Eurovisie). 14.30 Eurovisie: Ski springen te Garmisch. 15.30 Folkloristisch progr. 16.00 Filmrep. 16.30 Sport-jaar- overz. 1960. 17.1517.40 V. d. kleuters. 18.30 V. d. jeugd. 19.45 Avonturenfilm. 20.00 Nws. 20.30 Quiz-progr. 21.00 Gevar. progr. 22.00 Feuill. 22.25 Nws. FRANS BELG. T.V.-PROGR. 11.00 Eurovisie: Hoogmis te Rome. 12.05 Eurovisie: Nieuwjaarsconcert te Wenen. 13.40 Eurovisie: Skispringen te Gar misch. 15.30 Filmprogr. 16.20—17.15 Jaar overa. 19.30 Film. 20.00 Nws. 20.30 Gevar. progr. 21.30 T.V.-spel. 23.15 Nws. MAANDAG 2 JANUARI. HILVERSUM I. 402 m. 746 kc/s. 7.00— 24.00 AVRO. AVRO: 7.00 Nws. 7.10 Gym. 7.20 Gram. 8.00 Nws. 8.15 Gram. 9.00 Gym. v. d. oudere luisteraars. 9.10 De groenteman. 9.15 Gram. 9.35 Waterst. 9.40 Morgenwij ding. 10.00 Gram. 11.00 Filharm. ork. 11.45 Voordr. 12.00 Zangrecital. 12.30 Land- en tuinb.meded. 12.33 Voor ons platteland, lezing. 12.43 Orgelspel. 13.00 Nws. 13.15 Meded. en gram. 13.25 Beursber. 13.30 Lichte muz. 14.00 Gram. 14.30 Gram. 14.50 Voordr. 15.05 Gram. 16.45 V. d. jeugd. 17.05 V. d. padvinders. 17.20 V. d. jeugd. 17.50 Militair comm. 18.00 Nws. 18.15 Polit. lezing. 18.25 Promenade-ork. en sopr. 19.00 Pianorecital. 19.25 Muzik. lezing. 19.45 V. d. jeugd. 20.00 Nws. 20.05 Gevar. progr. 22.30 Nws.. beursber. v. New York cn meded. 22.45 Journ. 23.00 Gram. 23.55—24.00 Nws. HILVERSUM II 298 m. 1007 kc/s. 7.00— 24.00 NCRV. NCR V: 7.00 Nws. en SOS-ber. 7.10 Gram 7.30 Een woord voor de dag. 7.40 Gew. muz. 8.00 Nws. 8,15 Radiokrant. 8.35 Gr. 9.00 V. d. zieken. 9.35 Gram 9.40 V. d. vrouw. 10.10 Gram. 10.15 Theologische etherleergang. 11.00 Fluit en piano. 11.30 Vijf tegen één, wedstr. 12.05 Gram. 12.25 Voor boer en tuinder, 12.30 Land- en tuinb. meded. 12.33 Lichte muz. 12.53 Gram. of act. 13.00 Nws. 13.15 Lichte muz. 13.45 Gram. 14,30 Gevar. progr. 15.30 Gram. 16.00 Bijbeloverdenking. 16.30 Strijkkwart. 17.00 V. d. kleuters. 17.15 V. d. jeugd. 17.30 Gram. 17.40 Beursber. 17.45 Regeringsuitz.: Toespraken door Z.E. mr. dr. R. H. Pos. gevolmachtigd minister van Suriname cn Z.E. W. F. H. Lampe, gevolmachtigd minister van de Nederlandse Antillen. 18.00 Orgelspel. 13.30 Gram. 19.00 Nws. en weerber. 19.10 Op de man af, praatje. 19.15 Gram 19.30 Radiokrant. 19,50 Omr. ork. (Om plm. 20.1520.35 Wereld in wording en nood, lezingl. 22.00 Pari. overa. 22.15 Gram. 22.30 Nws. 22.40 Avondoverdenking. 22.55 Boekbespr. 23.05 Muzikale lezing. 23.40 Het Evangelie in Esperanto. 23.55—24.00 Nws. TELEVISIEPROGRAMMA'S. NTS: 20.00 Journ. en weerovera. VPRO: 20.20 Filmdocumentaire. 20.30 Medische rubriek 21.00 Oude films. 21.25 Cabaret- progr. VLAAMS-BELG. T.V. PROGR. 19.00 Documentair progr. 19.15 T.V.-film. 19.45 Act. 20.00 Nws. 20,25 Speelfilm 22.00 Litterair progr. 22.30 Nws. FRANS BELG. T.V.-PROGR. 19,30 Sport. 20.00 Nws. 20.30 La Traviata, opera. 22.00' Documentair progr. 22.45 Nws. (Advertentie) BINNENVERINGBED fjoodwill SCHUIMRU33ERBED Edmund Crispin De man had Fen kennelijk nog niet gezien. Hij wankelde naar het hek, legde daar met een zucht van ver lichting zijn onzichtbare last op de grond, trok zijn jasje uit, haalde het stuk krant met het touwtje uit zijn zak, draaide het jasje met de goede kant naar buiten en begon het zuch tend en steunend van inspanning aan te trekken. Toen kwam hij blijkbaar plotseling tot de offtdekking dat hij niet alleen was. Hij keek op en zag Fen. Hij kwam langzaam overeind en zuchtte zeer diep en zeer misnoegd. „A-aaaaaaaah", zei hij. Zij bleven elkaar een moment roer loos staan aankijken. Toen zei de man: „Ik ben niet gek". Deze opmerking ontroerde Fen. Hij zei vriendelijk: „Natuurlijk bent U niet gek". De man werd boos. „Ik ben echt niet gek", zei hij. „Ik geloof U onvoorwaardelijk", zei Fen. „U hoeft niet te denken dat ik maar wat zeg om U niet kwaad te maken". „Ja, weet U", zei de man zenuwach tig, „er is een krankzinnige ontsnapt en ik was bang dat U als vreemde ling zou denken dat „Nee, nee," zei Fen, „ik begreep di rect wat U aan het doen was. Maar ik geloof dat slechts weinig schrij vers van detectiveromans hun taak zo ernstig opvatten". De man werd plotseling kalm en be gon zijn voorhoofd af te vegen met een rode zakdoek. Hij pakte het jas je op en trok het aan. „De Intriges van mijn detectivero man zijn natuurlijk uit de aard der zaak onwaarschijnlijk", zei hij, een beetje schoolmeesterachtig, „maar ik zorg er voor dat ze niet onmogelijk zijn". Zijn woorden waren even droog en uitgestreken als hijzelf. „Ik probeer alles voor ik het in een boek ver werk, behalve de moord zelf natuur lijk, en U zoudt verbaasd zijn als U wist, hoeveel fouten en onoverkome lijke obstakels daarbij aan het licht komen". Fen legde zijn ellebogen op het hek en leunde er overheen. „En tot op zekere hoogte stelt deze werkwijze U natuurlijk ook in staat om U in de psyche van de moorde naar te verplaatsen", zei hij. De man keek alsof hij iets vies proefde. „Nee", zei hij, „nee, dat niet". Het onderwerp scheen hem pijnlijk te zijn, Fen kreeg het gevoel dat hij een indiscretie had begaan. „Het is zo", vervolgde de man, „dat ik niet de minste belangstelling heb voor de psyche van moordenaars en voor die van andere mensen trou wens ook niet. Over het algemeen wordt in romans veel te veel aan dacht besteed aan karakteranalyses. Ik kan niet inzien waarom dat met alle geweld moet, als je er geen zin in hebt. De vorm wordt er zo door beperkt". Fen zei, met weinig overtuiging, dat dit inderdaad het geval was, vooral in detectiveromans. „Ik heb er heel wat gelezen", zei hij, „en ik moet die van U ook kennen. Mag ik U vra gen hoe U heet?" „Judd", antwoordde de man, „mijn naam is Judd. Maar ik schrijf" hij aarzelde even „ik schrijf onder het pseudoniem „Annette de la Tour". „O ja", zei Fen. Annette de la Tours' boeken waren ingewikkeld, luguber en verrukkelijk melodramatisch. En hun auteur offerde zeer zeker niet aan de Baal van de karakter-analy se. Hij zei: „Ik heb uw boeken met bijzonder veel genoegen gelezen, mijnheer Judd". „Inderdaad?" zei mijnheer Judd gre tig. „Inderdaad? Ik schrijf nu al twintig jaar en niemand heeft ooit zoiets tegen me gezegd. U weet niet hoe dankbaar ik U ben". Zijn ogen schitterden van onschuldige vreugde. „En het mooiste is nog dat ik dat compliment kennelijk krijg van een intelligente man". Na deze schaamteloze poging om vast te stellen met wie hij te doen had, zweeg hij afwachtend. Fen begreou dat hij nu moest zeggen wie hij was en zei het. Mijnheer Judd klapte in zijn handen van blijde op winding. „Maar dat is schitterend!" riep hij. Natuurlijk heb ik al uw affaires ge volgd. We moeten eens een lang ge sprek met elkaar hebben, een heel lang gesprek. Logeert U hier?" „Ja". „Tot na de verkiezingen. Ik ben kan didaat voor het parlement". Mijnheer Judd was helemaal in de war. „Kandidaat?" zei hij verschrikt. „Voor het parlement?" „Het Is mijn innigste wens om de gemeenschap te dienen", zei Fen. Mijnheel' Judd toonde zich óf goed- gelovlger óf beleefder dan Diana was geweest. „Zeer prijzenswaardig", mompelde hij. „Om de waarheid te zeggen, ik was bijna vergeten dat we tussen tijdse verkiezingen haddenWel ke partij vertegenwoordigt U?" „Ik ben onafhankelijk". „Dan krijgt U mijn stem", zei mijn heer Judd, aldus een primitieve po ging van Fen om zieltjes te winnen op het. nippertje voorkomend. „En als ik vijftig stemmen had", zo voegde hij er poëtisch aan toe, „dan zou U ze allemaal krijgen. Welk boek van mij vindt U het beste?" Fen zocht in zijn geheugen, niet naar het boek dat hijzelf het beste vond, maar naar het boek dat mijnheer Judd zelf waarschijnlijk het beste zou vinden. „Het schreeuwende Ske let", zei hij tenslotte. „Prachtig!" zei mijnheer Judd en Fen was blij dat zijn diagnose klaar blijkelijk juist was geweest. „Ik ben zo blij dat U dat zegt, want de kri- tici hebben het afgekraakt en ik heb het altijd mijn beste werk gevonden. De critici kraken al mijn boeken af omdat er geen psychologie in zit, maar „Het schreeuwende Skelet" had het bijzonder hard te verduren... U bent zeer intelligent, professor Fen. bijzonder intelligent mag ik wel zeggen". Hij straalde van genegen heid. „Maar laten we onze tijd niet verdoen met geklets over die onzin van mij", besloot hij schijnheilig. ,Wat zijn uw plannen?" „Ik denk" zei Fen, op zijn horloge kijken, „dat het langzamerhand tijd voor me wordt om weer eens terug te gaan naar het dorp". Mijnheer Judds gezicht betrok. „Wat jammer dat ik net de andere kant op moet, anders hadden we samen kun nen gaan en nog wat kunnen babbe len over mijn boeken. Maar U moet gauw eens bij me komen eten, ik woon hier maar een paar honderd meter vandaan. Kunt U vanmiddag niet komen lunchen?" Fen begon: „Ik ben bang dat ik het de eerstvolgende dagen heel erg druk zal hebben", maar mijnheer Judds teleurstelling was zó evident dat hij er ondanks zichzelf aan toevoegde „Maar ik denk dat het me toch wel zal lukken om eens bij U aan te ko men". „Ik hoop dat U er uw best voor doet" zei mijnheer Judd diep-ernstig. „Mijn telefoonnummer is Sandfort 13 cn U kunt me op elk uur van de dag opbellen. Waar logeert U?" „In hotel De Vis", zei Fen. Deze woorden veroorzaakten vreemd genoeg een opmerkelijke verandering in mijnheer Judd. Een nieuw licht verscheen in zijn ogen een licht dat bij Fen associaties opwerkte aan de louche activiteiten van saters in oude wouden. Met diepe eerbied in zijn stem zei hij: „Hotel De Vis... Hebt U dat mooie meisje ook ge zien?" (Wordt vervolgd)

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1960 | | pagina 10