A. J. EGGE BEEN, nuchter aan het Haringvliet j2eeuweH tij Je ^elfüwevten STEMMEN UIT DE KERKEN Boerenleenbank Kapelle krijgt medio 1961 een nieuw gebouw A. D. E. LAURET NAM AFSCHEID VAN OOSTBURGSE R.-K. SCHOOL „HULST VERKNOEIDE AL IN DE JAREN '30 INDUSTRIALISATIE" ZATEKuAU 24 DECEMBER 1960 PROVINCIALE ZEEOWSE roVRANT 5 ZIJN OUDERS gaven hem 'n naam, die past bij het rui me Zeeuwse polderland rond WolphaartsdijkAdriaan. Een naam van het boerenland, kloek, hoekig, met in zijn klank 'iets van betrouwbaarheid en ;degelijkheid. Die eigenschappen zijn nog altijd het kenmerk voor Adriaan J. Eggebeens werk bij rijkswaterstaat. Een technisch hoofdambtenaar, die degelijke dingen doet bij de af sluiting van het Haringvliet. Maar Adriaan Eggebeen voelt zich geen Zeeuw meer. Hij is door een „Haagse periode" vertrouwd geraakt met het „leven der groot stad" en heeft voldoende afstand kunnen nemen om de zwakke kanten van een kleine dorpsge meenschap scherp te ontrafelen. Men zou kunnen zeggen: Egge been is niet gemoedelijk meer, heeft althans geen oog meer voor de charmante kanten van een samenlevinkje, waar iedereen al les over iedereen weet en waar de chronique scandaleuse soms wordt uitgesponnen bij een zetsel koffie, waarvan zelfs de samen stelling geen geheimen meer heeft. Maar hoewel Eggebeen zich van een vlekkeloos Nederlands be dient, waarin een g een g is en een h een h en hij beweert „Ik was liever niet in Zeeland geble ven", verloochent hij zijn Beve- landse geboortegrond niet. HIJ gebruikt zijn Zeeuwse her komst althans als excuus voor zijn nuchterheid. Egge been is een uitgesproken nuchter denkend, zakelijk optredend mens. Hij gebruikt zijn woorden goed, niet te kwistig, formuleert zijn zinnen overdenkend en wel licht is dat het, wat hem heeft vervreemd van het dorp, de voor melde chronique, die nu eenmaal zonder een wat vermoeiende breedsprakigheid niet denkbaar, is. „Niet dat ik een hekel aan Zee land heb. Maar als je niet weg trekt, zie je ook nooit eens iets anders. Ik ben blij. dat ik wat ja ren in de stad heb gewoond." Dat is nu niet meer het geval. Eggebeen woont thans in Hel- levoetsluis, een plaatsje,, dat bepaald niet in zijn „sfeer kring" past. Het is provincia- ler dan menig Zeeuws dorp en de achterklap moet er gedijen als het gras op de sompige gronden achter de dijk langs het Haringvliet. Eggebeen kent die sfeer. „Ik kom zelf ook uit een klein plaatsje..." Waar hij op laat volgen: „Maar je zit vrij dicht bij Rotterdam. En je werk blijft het belangrijk ste. Als je ergens in een mooie plaats zit en je hebt geen- werk naar je zin, deugt het ook niet. Maar een grotere plaats heeft nu eenmaal voordelen. Je kunt eens ergéns naar toe, Niet, dat ik zo'n „uitgaander" ben. Maar alles is er gemakkelijker, vlotter. Eggebeen is geen zwart-wit fi guur. Hij houdt van het le ven, het comfort van de grote stad; zonder er mee te dwepen. Zoals hij ook van zijn werk houdt, zonder er lyrisch over te worden. „Het is geen baan uit roeping. Dat kan ook moeilijk. Ik kan me voorstellen, dat een dokter z'n werk doet uit roeping. Het waterbouwkundige werk is op zichzelf interessant, ik voel er heel veel voor en heb er ple zier in. Maar „roeping", neen, dat kan moeilijk, dat vind ik overdreven. Misschien ben ik er wel te nuchter voor. Prak tisch jedere -.Zeeuw heeft ge brek aan romantiek en je werkt nu eenmaal met zand en klei en andere rommel, daar zit weinig romantiek in. Mis schien is het wel m'n nuchter heid. Zelfs thuis heb ik wel eens moeite om me daarvan los te maken." De nu 36-jarige heer Eggebeen kwam in 1946 in dienst van rijks waterstaat. De eerste jaren was hij in Den Haag werkzaam bij de „algemene dienst", waar hij bij de hydrometrische afdeling gege vens verzamelde over de Neder landse waterhuishouding. Van 1949 tot het rampjaar 1953 zag men hem achtereenvolgens bij de afsluiting vau de Brielse Maas, de bouw van de spuisluis op Rozenburg en verhogingen van de dijken in de Biesbosch. Direct na de ramp kwam hij in Hellevoetsluis terecht, bij de dich ting van het gat in de Oudehoorn- se zeedijk. Na nog enkele „om zwervingen" door westelijk Noord-Brabant, Halsteren, Ber gen op Zoom, moest hij terugke ren naar Den Haag om mee te werken aan de voorbereiding van de Deltawerken. Toen volgde zijn aanstelling bij -de werken in het Haringvliet, waar hij belast is met het toezicht op het „natte werk", voornamelijk bij het maken van haventerreinen. Zo wordt onder zijn leiding thans een stuk dijk met haventerrein aangelegd rond de schutsluis. Niet te verwarren met de gigantische spuisluizen, „want daar heb ik niets mee te maken. En leiding of dagelijks toezicht is eigenlijk wel wat uit gebreid..." Terwijl Adriaan Eggebeen aldus zijn nuchterheid nog eens illus treert, telefoneert hij met colle ga's en aannemers over besteks- hoeveelheden, leveranties en de aanvoer van klei en betonpalem Hij doet zijn werk goed, omdat hij dit beroep „nu eenmaal" ge kozen heeft. Waarom? „In Goes is er nu eenmaal de omstandig heid, dat er een Zeeuws Technisch Instituut is..." Eggebeen behaal de ook het waterbouwkundige di ploma „Zeeland". Zoals hij zelf vertelt: in alle zakelijkheid, wars van roman tiek en ideëele overwegingen. Om er later mee aan het Ha ringvliet neer te strijken, nuchter werkend aan een inte ressant karwei. Slot van pag. 3) ten Griekenland alleen hun eigen taal kende en sprak. Van de her ders in Bethlehems velden, die tot de zeer eenvoudigen in den lande behoorden, kunnen we niet veron derstellen dat zij het Grieks machtig zijn geweest. Zij hebben Aramees gesproken, een soort nieuw Hebreeuws. De enkele woorden die in de evangeliën staan; zoals „Talitha kumi" en „Eloï, Eloï lama sabachthani" zijn Aramees. Dat wettigt het vast te stellen dat de Here Jezus met zijn discipelen in de dagelijkse omgang dit Aramees zullen heb ben gesproken en dat dit ook de taal van de herders is geweest. Wanneer de engelen aan de her ders hun boodschap hebben ge bracht en toen ter ere van de ge boorte in Bethlehems stal hebben gezongen, zullen zij dit in het Aramees hebben geóaan. Anders hadden de herders het niet kun nen begrijpen. Nu komt de vraag op hoe het lied der engelen in het Aramees dan heeft geluid en van welk woord het Griekse eudokia de vertaling is. In 1947 zijn in grotten bij de Dode Zee zeer oude boekrollen voor <len dag gekomen, die daar, geborgen in krui ken, waarschijnlijk waren wegge stoken in het jaar 70, toen het jood se land door de Romeinen werd ver woest en uiteindelijk Jeruzalem is ingenomen en platgebrand. Die ge schriften zijn het eigendom geweest van een sekte, die daar bij de Dode Zee een nederzetting heeft gehad, welke met de naam Quumram werd aangeduid. In de 13 jaren dat deze geschriften bekend zijn, heeft men ze vertaald en daar rondom is reeds een hele litteratuur verschenen. On der die geschriften is ook een aantal psalmen, waarin wij nu kun nen proeven het godsdienstig gevoe len van de groep joden die deze lie deren hebben gedicht en gezongen in de afzondering waarin zij zich in die woestenij hadden genesteld. Zij vormden, wat wij tegenwoordig zou den noemen een „communiteit", een afgesloten gemeenschap. Zelf noem den zij zich met namen als: „kinde ren van het licht", „zonen van de gerechtigheid", „zonen van het ver bond". Ook noemden zij zich met de naam: „zonen van Gods welbeha gen". Deze laatste naam nu loopt parallel met het „mensen van wel behagen" uit Lucas 2:14. In de Bij bel komen de woorden „zonen" en „mensen" in gelijke betekenis voor. We willen een stukje van een van deze Quumr&m-psalmen aanhalen, zoals die nog niet zo lang geleden in Nederlandse vertaling zijn versche nen. Daar wordt van God gezongen: Ik weet dat waarheid is in uw mond, PLANNEN ZIJN AANBESTEDINGSKLAAR Standplaats tegenover de veilinggebouwen Wanneer alle» volgens plan verloopt, zal de coöp. boerenleenbank te Kapel- Ie medio 1961 gehuisvest zijn in een nieuw gebouw. Het bestuur is niet de plannen zo ver gevorderd, dat op 30 december zal worden aanbesteed. Het gebouw, bank en woonhuis voor de kassier, zal naar een ontwerp van ar chitect C. Klap uit Waarde, aan de Van der Biltlaan, tegenover de vei linggebouwen worden gebouwd. De plannen tot nieuwbouw zijn het gevolg van liet feit dat de bank met zijn steeds groeiende omzetten, uit haar jas gegroeid is. Door uibreiding van personeel moet met de ruimte worden gewoekerd, terwijl het kan toor verder niet meer voldoet aan de eisen die er aan gesteld worden. Het bestuur lieert eerst nog overwo- fen de bestaande bank. die al vanaf 929 gevestigd is in de Biezelingse- straat, te verbouwen, maai' hieraan waren zoveel kosten en bezwaren ver bonden, dat men de opzet van dit plan heeft laten varen. De nieuwe bank die een diepte krijgt van 7,5 meter en met inbegrip van kassierswoning een frontbreedte zal beslaan van 32 me ter, zal parallel lopen met de Van der Biltlaan. De bank komt 12 meter uit het trottoir, met ervoor een parkeer ruimte voor auto's ene en plantsoen tje. Het uiterst linkse gedeelte omvat een wachtkamer met hal met daar achter een bestuurskamer. Achter de bestuurskamer komt het kantoor met aansluitend daarop de kluis, die ook voorzien zal worden van enkele safe loketten. Het woonhuis dat dwars naast de bank komt te staan, zal ver binding met het gebouw krijgen door een garage en fietsenbergplaats voor het personeel. Het geheel zal centraal verwarmd worden. Het pand zal van appelbloesemkleurige baksteen wor den opgetrokken en afgedekt worden met blauwe pannen. Groei Dat de bank in de loop der jaren, mede ook als gevolg van de struc turele ontwikkeling van de ge meente, een grote groei had, moge blijken /uit. onderstaande cijfers: Bedroeg de omzet in 1939 812.809,68. in 1945 was deze al gestegen tot 7.831.131,97. Het afgelopen jaar bereikte ze zelfs het respectievelijke bedrag van 28.772.900,57. Ook de balanscijfers tonen de groei aan. In 1939 bedroeg het cijfer hiervan 419.743.50, in 1945 3.577.340.03 en 3959 7.031.979,93. Hetzelfde kan ook vermeld werden over dc spaargelden. Hiervan zijn de bedragen respectieve lijk 357.638,89 in 1939, 2.975.631,40 in 1945 en 5.895.701,20 eind 1959. De ingebruikname van de nieuwe bank zal oók een afscheid inhouden. De huidige kassier, de heer A. L. Schrier zal per die datum met pen sioen gaan. Kantongerecht B. op Zoom Officier eiste f 50 in aanrijdingszaak Kapelle In de aanrijdingszaak G. L. uit Ka pelle werd donderdagmiddag voor het kantongerecht Bergen op Zoom gehoord de heer J. M- uit Kapelle. die tijdens een verkeersovertreding op 6 mei j.l. in de cabine van de vrachtauto van L. had meegereden. Deze was van mening, dat L. geen kans meer had gezien om zijn auto met aanhangwagen tussen de auto bus en de vrachtauto van De W. uit Ossendrecht door te rijden. De officier eiste een boete van f 50 subs. 12 dagen met 6 maanden in trekking van rijbevoegdheid. De kantonrechter zal volgende week uit- spraak doen. PENSIOENGERECHTIGDE LEEFTIJD BEREIKT Vele sprekers getuigden van waardering voor werk Onder grote belangstelling is vrij dagmiddag in de katholieke kring te Oostburg officieel afscheid genomen van de heer A. D. E. Lauret, die we gens het bereiken van de pensioen gerechtigde leeftijd per 1 januari a.s. de Oostburgse r.-k. meisjes- en jon gensschool als hoofd zal verlaten. RAADSLID J. MARTENS: In 1961 weer een Reinaert-optocht De raad van Hulst heeft zich vrij dagmiddag van twee tot half zeven beziggehouden met de begroting voor 1961. Om acht uur kwam de raad opnieuw bijeen om de rest van (1e agenda af te werken. Aan liet houden van algemene be schouwingen had geen der leden be hoefte. Wel feliciteerde de lieer J. H. Stolte' het gemeentebestuur met het vrij goed gevoerde financiële beleid, terwijl de heer J. Martens niet ver der wilde gaan, dan liet uitspreken vun dank aan de ambtenaren, die de boekwerken hebben samengesteld. In de begroting voor maatschappe lijk werk vond de heer C. van Arent- hals een en ander vaag omschreven. Een volgende keer beter, beloofde wethouder P. Brand namens het col lege van b. en w., dat ook niet op alle vragen wist te antwoorden. Ver der bleek, dat de raadsleden hun be schouwingen hadden bewaard tot de hoofdstuksgewijze behandeling der verschillende begrotingen, waarbij op sommige onderwerpen wel heel diep werd ingegaan. Zo werd door de heren Stolte en Everaerd uitvoe rig aandacht besteed aan de streek- ontwikkelingscommissie en de daar mee gepaard gaande vraagstukken. Beiden zagen weinig nut in deze in stelling. De heer Martens ging nog verder, door te verklaren dat Hulst zijn kansen op industrievestiging reeds in de, dertiger jaren heeft ver knoeid. In die tijd kwamen de Belgen met tientallen bedelen om hun industrieën in liet Land van Hulst, te mogen vestigen, aldus de heer Martens, maar zij werden stuk voor stuk afgewimpeld. Er mochten toen in Hulst geen nieu we industrieën komen. .Do gemeenteambtenaren werd op straffe van ontslag verboden de ze industriëlen te woord te staan, zo besloot de heer Martens, die zei, „de bewijzen hiervan in han den te hebben". Bijna leed de gehele begroting nog schipbreuk, toen de heer Martens zich met klem verzette tegen een post van rond f 2800 voor de aanleg van een gemeentelijke bloem- en groentekwekerij. Geen kwekerij ,;Concurrentie voor de middenstand" en daarom eruit met die post", zo vervolgde de heer Martens, die een stemming uitlokte. Die stemming staakte met 5 tegen 5, zodat b. en w. besloten de kwekerijpost uit de be groting te lichten. De houw van een zuivelinstallatie gaat door, zo zei burgemeester A. L. S. Lockefcer op een vraag van de heer Van Arenthals, en wel in D.A. Nadat *s morgens in de r.-k. kerk een mis was opgedragen kregen de leerlingen van de school een koffie maaltijd aangeboden, waaraan ook de familie Lauret, het schoolbestuur en het onderwijzend personeel aanza ten. Tijdens het middagprogramma brachten de leerlingen ter afwisse ling toneelstukjes en werd er gezon gen. Zo voerden de leerlingen van de vijfde en zesde klas een lied uit, waarin het leven van de heer Lauret gedurende de laatste twintig jaar werd beschreven. Verder waren er diverse sprekers. Uit de toespaken kwam duidelijk naar voren, dat de heer Lauret, een stuwende kracht voor het onderwijs, ook steeds bereid gevonden werd om anderen te hel pen, zonder daarbij zelf op de voor grond te willen treden. Namens het gemeentebestuur van Oostburg werd het woord gevoerd door waarnemend burgemeester A. P. Modde, die dank bracht voor de prettige samenwerking en daarbij een boekenbon aanbod. De heer P. C. M. Roozen sprak als opvolger van de heer Lauret woorden van dank tot zijn voorganger voor de onder vonden medewerking. De schoolkin deren zorgden voor een herinnering in de vorm van een verrekijker. Me- vouw Lauret ontving bloemen. Het onderwijzend personeel bood een barometer aan. Oud-leerlingen Drs. G. Mornout uil Oostburg sprak namens de oud-leerlingen en overhandigde de scheidende hoofdonderwijzer een prachtige televisietafel en een enveloppe met inhoud. Ook de inspecteur van het lager onderwijs in Zee land, de heer A. A. Leenhouts, richtte waarderende woorden tot de heer Lauret. De voorzitter van het schoolbestuur, pastoor-deken A. A. F. Lievegoed, verklaarde, dat de heer Lauret altijd een goed hoofd van de school is ge weest en het dienen van het onder wijs steeds als zijn doel heeft gezien. „Ook al gaat de heer Lauret de school als hoofd verlaten", zo zei pastoor Lievegoed. „toch zal hij straks nog op school terugkeren, want omdat wij een leerkracht tekort komen heeft hij zich bereid verklaard als onderwijzer in tij delijke dienst het onderwijs te dienen. Namens het schoolbestuur werd een rokertje aangeboden. Tot slot sprak de heer Lauret woor den van dank tót de sprekers en be langstellenden. De leerlingen kregen een drinkbeker aangeboden waarop is vermeld: „1917 A. D. E. Lauret 1960". De in de avonduren gehouden af scheidsreceptie werd door vele ouders van leerlingen en oud-leerlingen aan gegrepen om de heer Lauret nog maals dank te brengen voor hetgeen deze voor hun kinderen of voor hen zelf heeft gedaan. De heer Lauret, die op 5 oktober 1895 te Phillipliine werd geboren, kwam op 1 mei 1917 als onderwijzer aan de r.-k. school te Oostburg. Op 1 september 1920 werd hij tot hoofd onderwijzer benoemd. en in uw hand gerechtigheid, en in uw gedachte alle kennis, en. In uw sterkte alle kracht, en alle heerlijkheid is met U. In uw woede zijn alle strafgerichten, en jn uw goedheid veel vergeving. Uw barmhartigheid gaat uit naar alle zonen van uw welbehagen, want Gij hebt hun inzicht gege ven in het geheim van uw waarheid, en in uw wonderbare mysteries hebt Gij hen onderwezen. Op God, op wat Hij doet en geeft valt hier alle nadruk. Dat staat voor op. Van hieruit kan nu ook het laat ste stuk van het lied der engelen worden verstaan, „vrede op aarde bij de mensen des welbehagens". Bij de geboorte van de Messias komt bij de mensen die weten van Gods welbe hagen, vrede. En vrede is niet wat wij er van maken, de afwezigheid van oorlog, maar veel meer. Het is het Messiaanse heilsgoed, zoals de mensen van Quumr&m verlangden naar „de tijden van vrede", wan neer „een overvloed van vrede" ten deel valt aan hen, op wie God in wel behagen neerziet. Wij wensen U een gezegend kerst feest toe. Rondom de gedenkdag van de s-eboorte van Christus Jezus worat tegenwoordig veel drukte ge maakt. We hopen dat gij ook iets moogt verstaan van de vrede die er is bij mensen van Gods welbeha gen. Dat is en zal blijven de voor naamste reden waarom dit feest een dag van blijdschap kan zijn, zodat wij niet de engelen daarvan zingen. In Oostburg nam de heer A. D. Ei Lauret ónder grote belangstelling af scheid als hoofd der r.-fc. lagere school. De oud-leerlingen boden hem een verrekijker aan. Veiling „Walcheren" G.A. breidt koelhuis uit Kistenloods wordt vergroot Donderdag werd in het gebouw van de veiling der Coöperatieve Veilings- vereniging „Walcheren" G.A. te Mid delburg een buitengewone algemene ledenvergadering gehouden in ver band met enige uitbreidingsplannen. Besloten werd om het koelhuis uit te breiden. De huidige capaciteit is 250 ton fruit. De laatste jaren is het koelhuis steeds te klein gebleken. Vooral was er een tekort aan gascel- len. Steeds meer rassen worden in gascellen bewaard, o.m. Golden De licious. Jonathan en Bramley's Seed ling van de appelen en Conference van de peren. De uitbreiding die nu aan het koelhuis gegeven zal wor den, bestaat uit 4 cellen, t.w. 2 gas cellen en 2 gewone cellen: alle cellen met een capaciteit van 40 ton appe len of 50 ton peren. Het ligt in de be doeling de uitbreiding voor het nieu we fruitseizoen in 1961 gereed te hebben. Tevens is besloten om de kistenloods te vergroten meteen oppervlakte van Elm. 400 m2. Ook de huidige op- ergruimte van het fruit is te klein geworden, zodat hierin ook een voor ziening gemaakt diént" të worden. Vonnissen Zeeuwse botersmokkelaars bevestigd Het gerechtshof in Den Haag heeft vrijdagmorgen de vonnissen die tegen drie botersmokkelaars in Middelburg waren uitgesproken, bevestigd. De drie verdachten, P. J. A- uit Hulst, A. A. G. en A. J. S„ beiden uit Axel, waren in Maart van dit jaar door douaniers betrapt, toen zij in een opslagplaats een partij boter van 1500 kg hadden aangevoerd en bezig waren de etiketten en rijks- merken te verwijderen. De rechtbank in Middelburg had A. en G. elk tot 6 weken gevangenisstraf en S., een botergrossier. tot 1 maand voorwaar delijk en f 500 boete veroordeeld. Op de zitting op 12 december was de procureur-generaal bij het ge rechtshof tegen deze vonnissen in gegaan. Hij vond de straffen veel te licht met het oog op de politieke con sequenties die de botersmokkel in het Zeeuws-Waam.se gebied heeft Mr. F. J. G. baron Van Voorst tot Voorst had gewezen op de scherpe beschuldigingen die van Belgiscne z(jde tegen Nederland waren geuït- „Niet voor niets wordt gezocht naar een betere vorm van coördinatie in het opsporingswerk aan de grens", aldus de procureur-generaal. Wegens de politieke en economische draagwijdte van de botersmokkel had hij tegen de drie verdachten 6 maanden gevangenisstraf met aftrek geëist. Het gerechtshof heeft dc vonnissen van de rechtbank bevestigd. Auto slipte door gladde weg Door de gladheid van de weg slipte in de bocht bij Kijkuit (op de pro vinciale weg Axel-Hulst) een vracht wagencombinatie van dc fa. Blom- maert uit Nieuw-Namen. De zware, met bieten geladen wagen veegde een ln de bocht geplaatste wegwijzer en het bijbehorende perk finaal weg. De materiële schade was aanzien lijk. persoonlijke ongevallen deden zich niet voor. C.W.-verband en waarschijnlijk met een ruime rijkssubsidie in de kosten van plusminus f 800.000. Langdurig werd van gedachten ge wisseld over straatverlichtingen, kermissen, lekkages in nieuwe wo ningen, toerisme, subsidie aan het Wit-Gele Kruis en een post voor nieuwe verkeersborden. ,Als jullie met die nieuwe horden het verkeer in Hulst nog ingewikkel der wilt maken, ben ik er pertinent tegen, zei de heer Martens. Volgens het college ligt dit niet in de bedoe ling. Naar de heer Stolte nog mededeel de, zal ln 1961 wederom een Rei- naertoptocht worden gehouden, en wel onder leiding van een beroepsre- gisseur. Het comité zal daarvoor subsidie verzoeken aan gemeente, provincie en het rijk.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1960 | | pagina 13