A. J. EGGE BEEN, nuchter aan het Haringvliet
j2eeuweH tij Je
^elfüwevten
STEMMEN UIT DE KERKEN
Boerenleenbank Kapelle krijgt
medio 1961 een nieuw gebouw
A. D. E. LAURET NAM AFSCHEID
VAN OOSTBURGSE R.-K. SCHOOL
„HULST VERKNOEIDE AL IN DE
JAREN '30 INDUSTRIALISATIE"
ZATEKuAU 24 DECEMBER 1960
PROVINCIALE ZEEOWSE roVRANT
5
ZIJN OUDERS gaven hem 'n
naam, die past bij het rui
me Zeeuwse polderland rond
WolphaartsdijkAdriaan. Een
naam van het boerenland,
kloek, hoekig, met in zijn klank
'iets van betrouwbaarheid en
;degelijkheid. Die eigenschappen
zijn nog altijd het kenmerk
voor Adriaan J. Eggebeens
werk bij rijkswaterstaat. Een
technisch hoofdambtenaar, die
degelijke dingen doet bij de af
sluiting van het Haringvliet.
Maar Adriaan Eggebeen voelt
zich geen Zeeuw meer. Hij is door
een „Haagse periode" vertrouwd
geraakt met het „leven der groot
stad" en heeft voldoende afstand
kunnen nemen om de zwakke
kanten van een kleine dorpsge
meenschap scherp te ontrafelen.
Men zou kunnen zeggen: Egge
been is niet gemoedelijk meer,
heeft althans geen oog meer voor
de charmante kanten van een
samenlevinkje, waar iedereen al
les over iedereen weet en waar
de chronique scandaleuse soms
wordt uitgesponnen bij een zetsel
koffie, waarvan zelfs de samen
stelling geen geheimen meer
heeft.
Maar hoewel Eggebeen zich van
een vlekkeloos Nederlands be
dient, waarin een g een g is en
een h een h en hij beweert „Ik
was liever niet in Zeeland geble
ven", verloochent hij zijn Beve-
landse geboortegrond niet.
HIJ gebruikt zijn Zeeuwse her
komst althans als excuus
voor zijn nuchterheid. Egge
been is een uitgesproken nuchter
denkend, zakelijk optredend
mens. Hij gebruikt zijn woorden
goed, niet te kwistig, formuleert
zijn zinnen overdenkend en wel
licht is dat het, wat hem heeft
vervreemd van het dorp, de voor
melde chronique, die nu eenmaal
zonder een wat vermoeiende
breedsprakigheid niet denkbaar,
is.
„Niet dat ik een hekel aan Zee
land heb. Maar als je niet weg
trekt, zie je ook nooit eens iets
anders. Ik ben blij. dat ik wat ja
ren in de stad heb gewoond."
Dat is nu niet meer het geval.
Eggebeen woont thans in Hel-
levoetsluis, een plaatsje,, dat
bepaald niet in zijn „sfeer
kring" past. Het is provincia-
ler dan menig Zeeuws dorp en
de achterklap moet er gedijen
als het gras op de sompige
gronden achter de dijk langs
het Haringvliet.
Eggebeen kent die sfeer. „Ik kom
zelf ook uit een klein plaatsje..."
Waar hij op laat volgen: „Maar
je zit vrij dicht bij Rotterdam.
En je werk blijft het belangrijk
ste. Als je ergens in een mooie
plaats zit en je hebt geen- werk
naar je zin, deugt het ook niet.
Maar een grotere plaats heeft nu
eenmaal voordelen. Je kunt eens
ergéns naar toe, Niet, dat ik zo'n
„uitgaander" ben. Maar alles is
er gemakkelijker, vlotter.
Eggebeen is geen zwart-wit fi
guur. Hij houdt van het le
ven, het comfort van de grote
stad; zonder er mee te dwepen.
Zoals hij ook van zijn werk
houdt, zonder er lyrisch over te
worden.
„Het is geen baan uit roeping.
Dat kan ook moeilijk. Ik kan
me voorstellen, dat een dokter
z'n werk doet uit roeping. Het
waterbouwkundige werk is op
zichzelf interessant, ik voel er
heel veel voor en heb er ple
zier in. Maar „roeping", neen,
dat kan moeilijk, dat vind ik
overdreven. Misschien ben ik
er wel te nuchter voor. Prak
tisch jedere -.Zeeuw heeft ge
brek aan romantiek en je
werkt nu eenmaal met zand en
klei en andere rommel, daar
zit weinig romantiek in. Mis
schien is het wel m'n nuchter
heid. Zelfs thuis heb ik wel
eens moeite om me daarvan
los te maken."
De nu 36-jarige heer Eggebeen
kwam in 1946 in dienst van rijks
waterstaat. De eerste jaren was
hij in Den Haag werkzaam bij de
„algemene dienst", waar hij bij
de hydrometrische afdeling gege
vens verzamelde over de Neder
landse waterhuishouding.
Van 1949 tot het rampjaar 1953
zag men hem achtereenvolgens
bij de afsluiting vau de Brielse
Maas, de bouw van de spuisluis
op Rozenburg en verhogingen van
de dijken in de Biesbosch.
Direct na de ramp kwam hij in
Hellevoetsluis terecht, bij de dich
ting van het gat in de Oudehoorn-
se zeedijk. Na nog enkele „om
zwervingen" door westelijk
Noord-Brabant, Halsteren, Ber
gen op Zoom, moest hij terugke
ren naar Den Haag om mee te
werken aan de voorbereiding van
de Deltawerken.
Toen volgde zijn aanstelling bij
-de werken in het Haringvliet,
waar hij belast is met het
toezicht op het „natte werk",
voornamelijk bij het maken van
haventerreinen. Zo wordt onder
zijn leiding thans een stuk dijk
met haventerrein aangelegd rond
de schutsluis. Niet te verwarren
met de gigantische spuisluizen,
„want daar heb ik niets mee te
maken. En leiding of dagelijks
toezicht is eigenlijk wel wat uit
gebreid..."
Terwijl Adriaan Eggebeen aldus
zijn nuchterheid nog eens illus
treert, telefoneert hij met colle
ga's en aannemers over besteks-
hoeveelheden, leveranties en de
aanvoer van klei en betonpalem
Hij doet zijn werk goed, omdat
hij dit beroep „nu eenmaal" ge
kozen heeft. Waarom? „In Goes
is er nu eenmaal de omstandig
heid, dat er een Zeeuws Technisch
Instituut is..." Eggebeen behaal
de ook het waterbouwkundige di
ploma „Zeeland".
Zoals hij zelf vertelt: in alle
zakelijkheid, wars van roman
tiek en ideëele overwegingen.
Om er later mee aan het Ha
ringvliet neer te strijken,
nuchter werkend aan een inte
ressant karwei.
Slot van pag. 3)
ten Griekenland alleen hun eigen
taal kende en sprak. Van de her
ders in Bethlehems velden, die tot
de zeer eenvoudigen in den lande
behoorden, kunnen we niet veron
derstellen dat zij het Grieks
machtig zijn geweest. Zij hebben
Aramees gesproken, een soort
nieuw Hebreeuws. De enkele
woorden die in de evangeliën
staan; zoals „Talitha kumi" en
„Eloï, Eloï lama sabachthani" zijn
Aramees. Dat wettigt het vast
te stellen dat de Here Jezus met
zijn discipelen in de dagelijkse
omgang dit Aramees zullen heb
ben gesproken en dat dit ook de
taal van de herders is geweest.
Wanneer de engelen aan de her
ders hun boodschap hebben ge
bracht en toen ter ere van de ge
boorte in Bethlehems stal hebben
gezongen, zullen zij dit in het
Aramees hebben geóaan. Anders
hadden de herders het niet kun
nen begrijpen.
Nu komt de vraag op hoe het lied
der engelen in het Aramees dan
heeft geluid en van welk woord het
Griekse eudokia de vertaling is. In
1947 zijn in grotten bij de Dode Zee
zeer oude boekrollen voor <len dag
gekomen, die daar, geborgen in krui
ken, waarschijnlijk waren wegge
stoken in het jaar 70, toen het jood
se land door de Romeinen werd ver
woest en uiteindelijk Jeruzalem is
ingenomen en platgebrand. Die ge
schriften zijn het eigendom geweest
van een sekte, die daar bij de Dode
Zee een nederzetting heeft gehad,
welke met de naam Quumram werd
aangeduid. In de 13 jaren dat deze
geschriften bekend zijn, heeft men ze
vertaald en daar rondom is reeds
een hele litteratuur verschenen. On
der die geschriften is ook een
aantal psalmen, waarin wij nu kun
nen proeven het godsdienstig gevoe
len van de groep joden die deze lie
deren hebben gedicht en gezongen in
de afzondering waarin zij zich in die
woestenij hadden genesteld. Zij
vormden, wat wij tegenwoordig zou
den noemen een „communiteit", een
afgesloten gemeenschap. Zelf noem
den zij zich met namen als: „kinde
ren van het licht", „zonen van de
gerechtigheid", „zonen van het ver
bond". Ook noemden zij zich met de
naam: „zonen van Gods welbeha
gen". Deze laatste naam nu loopt
parallel met het „mensen van wel
behagen" uit Lucas 2:14. In de Bij
bel komen de woorden „zonen" en
„mensen" in gelijke betekenis voor.
We willen een stukje van een van
deze Quumr&m-psalmen aanhalen,
zoals die nog niet zo lang geleden in
Nederlandse vertaling zijn versche
nen. Daar wordt van God gezongen:
Ik weet dat waarheid is in uw
mond,
PLANNEN ZIJN AANBESTEDINGSKLAAR
Standplaats tegenover
de veilinggebouwen
Wanneer alle» volgens plan verloopt,
zal de coöp. boerenleenbank te Kapel-
Ie medio 1961 gehuisvest zijn in een
nieuw gebouw. Het bestuur is niet de
plannen zo ver gevorderd, dat op 30
december zal worden aanbesteed. Het
gebouw, bank en woonhuis voor de
kassier, zal naar een ontwerp van ar
chitect C. Klap uit Waarde, aan de
Van der Biltlaan, tegenover de vei
linggebouwen worden gebouwd.
De plannen tot nieuwbouw zijn het
gevolg van liet feit dat de bank met
zijn steeds groeiende omzetten, uit
haar jas gegroeid is. Door uibreiding
van personeel moet met de ruimte
worden gewoekerd, terwijl het kan
toor verder niet meer voldoet aan de
eisen die er aan gesteld worden.
Het bestuur lieert eerst nog overwo-
fen de bestaande bank. die al vanaf
929 gevestigd is in de Biezelingse-
straat, te verbouwen, maai' hieraan
waren zoveel kosten en bezwaren ver
bonden, dat men de opzet van dit plan
heeft laten varen. De nieuwe bank die
een diepte krijgt van 7,5 meter en met
inbegrip van kassierswoning een
frontbreedte zal beslaan van 32 me
ter, zal parallel lopen met de Van der
Biltlaan. De bank komt 12 meter uit
het trottoir, met ervoor een parkeer
ruimte voor auto's ene en plantsoen
tje. Het uiterst linkse gedeelte omvat
een wachtkamer met hal met daar
achter een bestuurskamer. Achter de
bestuurskamer komt het kantoor met
aansluitend daarop de kluis, die ook
voorzien zal worden van enkele safe
loketten. Het woonhuis dat dwars
naast de bank komt te staan, zal ver
binding met het gebouw krijgen door
een garage en fietsenbergplaats voor
het personeel. Het geheel zal centraal
verwarmd worden. Het pand zal van
appelbloesemkleurige baksteen wor
den opgetrokken en afgedekt worden
met blauwe pannen.
Groei
Dat de bank in de loop der jaren,
mede ook als gevolg van de struc
turele ontwikkeling van de ge
meente, een grote groei had, moge
blijken /uit. onderstaande cijfers:
Bedroeg de omzet in 1939 812.809,68.
in 1945 was deze al gestegen tot
7.831.131,97. Het afgelopen jaar
bereikte ze zelfs het respectievelijke
bedrag van 28.772.900,57. Ook de
balanscijfers tonen de groei aan. In
1939 bedroeg het cijfer hiervan
419.743.50, in 1945 3.577.340.03 en
3959 7.031.979,93. Hetzelfde kan ook
vermeld werden over dc spaargelden.
Hiervan zijn de bedragen respectieve
lijk 357.638,89 in 1939, 2.975.631,40
in 1945 en 5.895.701,20 eind 1959.
De ingebruikname van de nieuwe
bank zal oók een afscheid inhouden.
De huidige kassier, de heer A. L.
Schrier zal per die datum met pen
sioen gaan.
Kantongerecht B. op Zoom
Officier eiste f 50 in
aanrijdingszaak Kapelle
In de aanrijdingszaak G. L. uit Ka
pelle werd donderdagmiddag voor
het kantongerecht Bergen op Zoom
gehoord de heer J. M- uit Kapelle.
die tijdens een verkeersovertreding
op 6 mei j.l. in de cabine van de
vrachtauto van L. had meegereden.
Deze was van mening, dat L. geen
kans meer had gezien om zijn auto
met aanhangwagen tussen de auto
bus en de vrachtauto van De W.
uit Ossendrecht door te rijden.
De officier eiste een boete van f 50
subs. 12 dagen met 6 maanden in
trekking van rijbevoegdheid. De
kantonrechter zal volgende week uit-
spraak doen.
PENSIOENGERECHTIGDE LEEFTIJD BEREIKT
Vele sprekers getuigden
van waardering voor werk
Onder grote belangstelling is vrij
dagmiddag in de katholieke kring te
Oostburg officieel afscheid genomen
van de heer A. D. E. Lauret, die we
gens het bereiken van de pensioen
gerechtigde leeftijd per 1 januari a.s.
de Oostburgse r.-k. meisjes- en jon
gensschool als hoofd zal verlaten.
RAADSLID J. MARTENS:
In 1961 weer een
Reinaert-optocht
De raad van Hulst heeft zich vrij
dagmiddag van twee tot half zeven
beziggehouden met de begroting
voor 1961. Om acht uur kwam de
raad opnieuw bijeen om de rest van
(1e agenda af te werken.
Aan liet houden van algemene be
schouwingen had geen der leden be
hoefte. Wel feliciteerde de lieer J. H.
Stolte' het gemeentebestuur met het
vrij goed gevoerde financiële beleid,
terwijl de heer J. Martens niet ver
der wilde gaan, dan liet uitspreken
vun dank aan de ambtenaren, die de
boekwerken hebben samengesteld.
In de begroting voor maatschappe
lijk werk vond de heer C. van Arent-
hals een en ander vaag omschreven.
Een volgende keer beter, beloofde
wethouder P. Brand namens het col
lege van b. en w., dat ook niet op
alle vragen wist te antwoorden. Ver
der bleek, dat de raadsleden hun be
schouwingen hadden bewaard tot de
hoofdstuksgewijze behandeling der
verschillende begrotingen, waarbij
op sommige onderwerpen wel heel
diep werd ingegaan. Zo werd door
de heren Stolte en Everaerd uitvoe
rig aandacht besteed aan de streek-
ontwikkelingscommissie en de daar
mee gepaard gaande vraagstukken.
Beiden zagen weinig nut in deze in
stelling.
De heer Martens ging nog verder,
door te verklaren dat Hulst zijn
kansen op industrievestiging reeds
in de, dertiger jaren heeft ver
knoeid. In die tijd kwamen de
Belgen met tientallen bedelen om
hun industrieën in liet Land van
Hulst, te mogen vestigen, aldus
de heer Martens, maar zij werden
stuk voor stuk afgewimpeld. Er
mochten toen in Hulst geen nieu
we industrieën komen.
.Do gemeenteambtenaren werd op
straffe van ontslag verboden de
ze industriëlen te woord te staan,
zo besloot de heer Martens, die
zei, „de bewijzen hiervan in han
den te hebben".
Bijna leed de gehele begroting nog
schipbreuk, toen de heer Martens
zich met klem verzette tegen een
post van rond f 2800 voor de aanleg
van een gemeentelijke bloem- en
groentekwekerij.
Geen kwekerij
,;Concurrentie voor de middenstand"
en daarom eruit met die post", zo
vervolgde de heer Martens, die een
stemming uitlokte. Die stemming
staakte met 5 tegen 5, zodat b. en w.
besloten de kwekerijpost uit de be
groting te lichten.
De houw van een zuivelinstallatie
gaat door, zo zei burgemeester A. L.
S. Lockefcer op een vraag van de
heer Van Arenthals, en wel in D.A.
Nadat *s morgens in de r.-k. kerk
een mis was opgedragen kregen de
leerlingen van de school een koffie
maaltijd aangeboden, waaraan ook
de familie Lauret, het schoolbestuur
en het onderwijzend personeel aanza
ten. Tijdens het middagprogramma
brachten de leerlingen ter afwisse
ling toneelstukjes en werd er gezon
gen. Zo voerden de leerlingen van de
vijfde en zesde klas een lied uit,
waarin het leven van de heer Lauret
gedurende de laatste twintig jaar
werd beschreven. Verder waren er
diverse sprekers. Uit de toespaken
kwam duidelijk naar voren, dat de
heer Lauret, een stuwende kracht
voor het onderwijs, ook steeds bereid
gevonden werd om anderen te hel
pen, zonder daarbij zelf op de voor
grond te willen treden.
Namens het gemeentebestuur van
Oostburg werd het woord gevoerd
door waarnemend burgemeester A.
P. Modde, die dank bracht voor de
prettige samenwerking en daarbij
een boekenbon aanbod. De heer P.
C. M. Roozen sprak als opvolger van
de heer Lauret woorden van dank
tot zijn voorganger voor de onder
vonden medewerking. De schoolkin
deren zorgden voor een herinnering
in de vorm van een verrekijker. Me-
vouw Lauret ontving bloemen. Het
onderwijzend personeel bood een
barometer aan.
Oud-leerlingen
Drs. G. Mornout uil Oostburg
sprak namens de oud-leerlingen
en overhandigde de scheidende
hoofdonderwijzer een prachtige
televisietafel en een enveloppe
met inhoud. Ook de inspecteur
van het lager onderwijs in Zee
land, de heer A. A. Leenhouts,
richtte waarderende woorden tot
de heer Lauret.
De voorzitter van het schoolbestuur,
pastoor-deken A. A. F. Lievegoed,
verklaarde, dat de heer Lauret altijd
een goed hoofd van de school is ge
weest en het dienen van het onder
wijs steeds als zijn doel heeft gezien.
„Ook al gaat de heer Lauret de
school als hoofd verlaten", zo zei
pastoor Lievegoed. „toch zal hij
straks nog op school terugkeren,
want omdat wij een leerkracht
tekort komen heeft hij zich bereid
verklaard als onderwijzer in tij
delijke dienst het onderwijs te
dienen. Namens het schoolbestuur
werd een rokertje aangeboden.
Tot slot sprak de heer Lauret woor
den van dank tót de sprekers en be
langstellenden. De leerlingen kregen
een drinkbeker aangeboden waarop
is vermeld: „1917 A. D. E. Lauret
1960".
De in de avonduren gehouden af
scheidsreceptie werd door vele ouders
van leerlingen en oud-leerlingen aan
gegrepen om de heer Lauret nog
maals dank te brengen voor hetgeen
deze voor hun kinderen of voor hen
zelf heeft gedaan.
De heer Lauret, die op 5 oktober
1895 te Phillipliine werd geboren,
kwam op 1 mei 1917 als onderwijzer
aan de r.-k. school te Oostburg. Op
1 september 1920 werd hij tot hoofd
onderwijzer benoemd.
en in uw hand gerechtigheid,
en in uw gedachte alle kennis,
en. In uw sterkte alle kracht,
en alle heerlijkheid is met U.
In uw woede zijn alle
strafgerichten,
en jn uw goedheid veel vergeving.
Uw barmhartigheid gaat uit naar
alle zonen van uw welbehagen,
want Gij hebt hun inzicht gege
ven in het geheim van uw
waarheid,
en in uw wonderbare mysteries
hebt Gij hen onderwezen.
Op God, op wat Hij doet en geeft
valt hier alle nadruk. Dat staat voor
op. Van hieruit kan nu ook het laat
ste stuk van het lied der engelen
worden verstaan, „vrede op aarde bij
de mensen des welbehagens". Bij de
geboorte van de Messias komt bij de
mensen die weten van Gods welbe
hagen, vrede. En vrede is niet wat
wij er van maken, de afwezigheid
van oorlog, maar veel meer. Het is
het Messiaanse heilsgoed, zoals de
mensen van Quumr&m verlangden
naar „de tijden van vrede", wan
neer „een overvloed van vrede" ten
deel valt aan hen, op wie God in wel
behagen neerziet.
Wij wensen U een gezegend kerst
feest toe. Rondom de gedenkdag van
de s-eboorte van Christus Jezus
worat tegenwoordig veel drukte ge
maakt. We hopen dat gij ook iets
moogt verstaan van de vrede die
er is bij mensen van Gods welbeha
gen. Dat is en zal blijven de voor
naamste reden waarom dit feest een
dag van blijdschap kan zijn, zodat
wij niet de engelen daarvan zingen.
In Oostburg nam de heer A. D. Ei
Lauret ónder grote belangstelling af
scheid als hoofd der r.-fc. lagere
school. De oud-leerlingen boden hem
een verrekijker aan.
Veiling „Walcheren" G.A.
breidt koelhuis uit
Kistenloods wordt vergroot
Donderdag werd in het gebouw van
de veiling der Coöperatieve Veilings-
vereniging „Walcheren" G.A. te Mid
delburg een buitengewone algemene
ledenvergadering gehouden in ver
band met enige uitbreidingsplannen.
Besloten werd om het koelhuis uit te
breiden. De huidige capaciteit is 250
ton fruit. De laatste jaren is het
koelhuis steeds te klein gebleken.
Vooral was er een tekort aan gascel-
len. Steeds meer rassen worden in
gascellen bewaard, o.m. Golden De
licious. Jonathan en Bramley's Seed
ling van de appelen en Conference
van de peren. De uitbreiding die nu
aan het koelhuis gegeven zal wor
den, bestaat uit 4 cellen, t.w. 2 gas
cellen en 2 gewone cellen: alle cellen
met een capaciteit van 40 ton appe
len of 50 ton peren. Het ligt in de be
doeling de uitbreiding voor het nieu
we fruitseizoen in 1961 gereed te
hebben.
Tevens is besloten om de kistenloods
te vergroten meteen oppervlakte van
Elm. 400 m2. Ook de huidige op-
ergruimte van het fruit is te klein
geworden, zodat hierin ook een voor
ziening gemaakt diént" të worden.
Vonnissen Zeeuwse
botersmokkelaars bevestigd
Het gerechtshof in Den Haag heeft
vrijdagmorgen de vonnissen die tegen
drie botersmokkelaars in Middelburg
waren uitgesproken, bevestigd.
De drie verdachten, P. J. A- uit
Hulst, A. A. G. en A. J. S„ beiden
uit Axel, waren in Maart van dit
jaar door douaniers betrapt, toen zij
in een opslagplaats een partij boter
van 1500 kg hadden aangevoerd en
bezig waren de etiketten en rijks-
merken te verwijderen. De rechtbank
in Middelburg had A. en G. elk tot
6 weken gevangenisstraf en S., een
botergrossier. tot 1 maand voorwaar
delijk en f 500 boete veroordeeld.
Op de zitting op 12 december was
de procureur-generaal bij het ge
rechtshof tegen deze vonnissen in
gegaan. Hij vond de straffen veel te
licht met het oog op de politieke con
sequenties die de botersmokkel in
het Zeeuws-Waam.se gebied heeft
Mr. F. J. G. baron Van Voorst tot
Voorst had gewezen op de scherpe
beschuldigingen die van Belgiscne
z(jde tegen Nederland waren geuït-
„Niet voor niets wordt gezocht naar
een betere vorm van coördinatie in
het opsporingswerk aan de grens",
aldus de procureur-generaal.
Wegens de politieke en economische
draagwijdte van de botersmokkel
had hij tegen de drie verdachten 6
maanden gevangenisstraf met aftrek
geëist.
Het gerechtshof heeft dc vonnissen
van de rechtbank bevestigd.
Auto slipte door gladde weg
Door de gladheid van de weg slipte
in de bocht bij Kijkuit (op de pro
vinciale weg Axel-Hulst) een vracht
wagencombinatie van dc fa. Blom-
maert uit Nieuw-Namen. De zware,
met bieten geladen wagen veegde
een ln de bocht geplaatste wegwijzer
en het bijbehorende perk finaal weg.
De materiële schade was aanzien
lijk. persoonlijke ongevallen deden
zich niet voor.
C.W.-verband en waarschijnlijk met
een ruime rijkssubsidie in de kosten
van plusminus f 800.000.
Langdurig werd van gedachten ge
wisseld over straatverlichtingen,
kermissen, lekkages in nieuwe wo
ningen, toerisme, subsidie aan het
Wit-Gele Kruis en een post voor
nieuwe verkeersborden.
,Als jullie met die nieuwe horden
het verkeer in Hulst nog ingewikkel
der wilt maken, ben ik er pertinent
tegen, zei de heer Martens. Volgens
het college ligt dit niet in de bedoe
ling.
Naar de heer Stolte nog mededeel
de, zal ln 1961 wederom een Rei-
naertoptocht worden gehouden, en
wel onder leiding van een beroepsre-
gisseur. Het comité zal daarvoor
subsidie verzoeken aan gemeente,
provincie en het rijk.