Als een toerist zijn paspoort verliest Oud-ritmeester zet pachters huis uit -Qen cjldó en zijn reizend volkje v. STRENGE STRAFFEN GEËIST TEGEN LEDEN JEUGDBENDE BLANKENHEYM BLANKENHEYM Na 69 jaar de boerderij af DONDERDAG 20 OKTOEER 1960 PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT 13 EEN RAMP: een van mijn toeristen heeft zijn pas poort verloren. Een ramp, want de jacht op een dupli caat heeft zowel iets van een epos als van een marathon. Niet iedereen kan er zich aan wagen. Men moet er een ein deloos geduld voor hebben, de slimheid van een Sioux- indiaan en de kuiten van 'n kampioen hardloper. Geluk kig behoor ik niet meer tot die nieuwelingen die op goed geluk verschillende admini stratieve diensten binnen dringen en de eerste de beste employé ondervragen. Zo on nozel ben ik niet. Ik begeef me daarom naar de ambassa de van het land, waar mijn toerist met het verloren pas poort vandaan komt. Ik kijk eens om me heen. En ik lees: „Paspoortenbureau". Meer heb ik niet nodig. Ik steven ter stond op dat kantoor af. Ik zie een secretaresse zitten en met ge dempte stem vertel ik haar over het drama, dat me hierheen heeft gebracht. „Goed", zegt ze, gaat U het kantoor daar maar binnen, daar zal men U verder helpen". Ik er heen, terwijl ik mezelf geluk wens. Een ander zou waarschijn lijk zijn dag verknoeid hebben door links en rechts te informe ren. Maar ik, met mijn speciale techniek, ga recht op mijn doel af. In het kantoor zit een mijn heer, die in 'n stapel dossiers bla dert en zichtbaar blij is met de afleiding, die ik hem bezorg. Hij ontvangt me met de grootste hof felijkheid. In welke hoedanigheid vertegenwoordigt U die toerist, vraagt hij me. ,Hij neemt deel aan een georganiseerde reis en ik ben de gids". Wat ik heb gezegd? Nu heb ik blijkbaar de fantasie van de man aan het werk gezet. „U hebt toch maar geluk ohi altijd te reizen, terwijl andere mensen oud worden op kantoren, waar geen licht doordringt". Ik knik instemmend, terwijl ik me zelf voorneem hem een exemplaar van mijn boek te sturen. Hij wil weten hoeveel dagen wij in de stad blijven. „Drie". „Drie dagen, dat is on mogelijk", zegt hij droogjes. Ik verschiet van kleur. Zou ik het duplicaat dan toch niet op tijd krijgen? De functionaris neemt weer het woord en is aan de hevigste op winding ten prooi: „Drie dagen in deze stad, terwijl men er eigen lijk twintig, honderd zelfs voor nodig zou hebben. Het is 'n mis daad, mijnheer. Hoe is het moge lijk zo'n kunststad in slechts drie dagen te bezichtigen En hij aan het uitvaren tegen de reisbureaus. Niettemin wil hij weten of ik mijn groep wel naar het museum X. heb gebracht. „Weet U", zegt hij, „iedereen haast zich naar mu seum Y. omdat dit grotere be kendheid geniet. Maar men moet juist naar museum X. gaan". Door, een ongewone verbale ver metelheid slaag ik er in om mijn kunstliefhebber weer te doen be landen bij het onderwerp, dat mij belang inboezemt: het duplicaat. „Ach, toeristen zijn onbezonnen", zegt hij. „Gaat U zo spoedig moge lijk naar de chef van mijn dienst toe om tijd te winnen. Maar vergeet niet om naar mu seum X. te gaan. U zult er geen. spijt van hebben". Nu naar het bureau van de chef. Deze was in zijn krant verdiept toen ik bin nenkwam. Enigszins zenuwachtig hoort hij mijn relaas aan. Zijn tijd is kost baar. „Terzake, terzake", herhaalt hij ieder ogenblik. Maar per slot van rekening ontneemt hij me iedere kans om terzake te komen. „Het beste is dat U naar mijn collega Y. gaat. Hij zal U precies Een markt OP ZEKERE DAG heb ik een klein onderzoek op touw ge zet naar het aantal Ameri kaanse paspoorten, dat jaarlijks in Frankrijk wordt verloren. Ik ben te weten gekomen, dat er tus sen april en september twee per dag worden verloren, dat is dus ongeveer 860 paspoorten. Drie kwart daarvan wordt teruggevon den. Maar waar komen de andere terecht Velen beweren, dat een Ameri kaans paspoort zeer gewild is en dat sommige mensen er veel geld De dame, die in Londen de naam van haar hotel vergat dc juiste gang van zaken uitleg gen voor het vervullen van de for maliteiten". De juiste man TWEE UUR later, na een groot deel van liet personeel van de ambassade te hebben gesproken, sta ik voor de functio naris, die de enige is, die de be voegdheid heeft om dit soort za ken af te handelen. Met deze man loopt alles vlug van stapel. „Om te beginnen, zegt Iiij, moet U met een naar een politiebureau gaan om aantekening te laten maken van het verlies van een paspoort. Dan geeft men U een bewijsje en daarmee moet TT hier terugkomen. Zonder dat papiertje kan ik niets beginnen". De zaak is dus nog niet afgelo pen. Ik moet dat proces-verbaal zien te krijgen, terugkeren naar de ambassade om daar te verne men, dat mijn toerist een foto van zich moet laten maken en face of en profil, dan nog eens moet te rugkomen met twee getuigen die verklaren, dat die mijnheer inder daad de man is, die hij beweert te zijn. Daarna moet er worden ge telegrafeerd naar de instantie van het land, Welke het verloren pas poort heeft afgeleverd teneinde de data enz. te verifiëren. Eindelijk, na drie dagen van af mattende pogingen, ben ik in het bezit van het waardevolle docu ment. Het werd tijd. We hadden nog een uur over voor we het land verlieten. Mijn toerist kijkt naar me voor de ingang van het hotel. Hij ziet er stralend uit. Weet hij al dat mijn pogingen met succes zijn bekroond? „Weet U wat mij is overkomen", roept hij uit zodra liïj me ziet. Ik ben benieuwd. En voor mijn verblufte ogen zwaait hij vrolijk zijn teruggevonden paspoort heen en weer. „Dat is ook wat. Ik heb er overaL naar gezocht behalve onder mijn hoofd kussen". voor willen betalen. Ik heb er eens het mijne van willen weten en ik begaf me naar Pigalle om te trachten er een te kopen. Nie mand had er 'ooit van gehoord dat men passen zou kunnen kopen. Ten slotte vond ik om twee uur 's nachts een verzamelaar, een liefhebber, die niet één, maar twee Amerikaanse paspoorten had. Hij bewaarde ze zorgvuldig om ze te ruilen tegen een Portugees pas poort, dat nog aan zijn verzame ling ontbrak. Ik vernam nu, dat er een markt is voor paspoorten, net zoals voor postzegels. En deze passenbeurs vormt in zeker op zicht de barometer voor de non chalance van de toeristen. Hij leert, dat een Spanjaard eens zo nonchalant is als een Fransman, die op zijn beurt nonchalanter is dan een Belg- Laatstgenoemde is op dit punt te vergelijken met En gelsen en Italianen. Maar allen worden ruimschoots geslagen door de Amerikaan, die het wat zorge loze nonchalance betreft van icde-" re Europese toerist wint. Even bellen REIZIGERS vergeten niet al leen hun paspoort. Sommi gen vergeten ook de naam van hun hotel. Tijdens een reis naar Londen was een dame van de groep uitgegaan om warenhuizen te bezoeken, 's Avonds wist ze zich niét meer te herinneren waar ze logeerde en ze liep vijftig chefs de réception af, die ze tevergeefs ondervroeg. Tot overmaat van ramp had zij niet de routebeschrij ving van het reisbureau bij zich- Na het 51ste hotel, doodop van vermoeidheid een zenuwinstorting nabij, ging ze een telefooncel bin nen. „Geef me San Francisco 48- 22-15. Een uur later had ze haai man aan het andere eind van de lijn. „Hallo, ben jij het? Ik bel je op uit Londen. Ja. alles is goed, behalve dan dat ik de wanhoop nabij ben. Wil je eens op de kopie van mijn reisroute kijken?" En uit San Francisco deelde haar man haar telefonisch mee, in welk Londens hotel ze die avond moest gaan slapen. (Copyright P.Z.C.-A.B.C. Press) Zo is de toestand als men r meer weet in welk hotel n verblijft. Volgend artikel AMERIKAAN MET VREEMDE BAGAGE AMSTERDAMMERS VOOR RECHTER Na inbraken onder leiding van koffiehuishouder Uit het oogpunt vau generale preven tie moeten juist in een stad als Am sterdam zij, die de neiging hebben tot bendevorming, streng gestraft wor den, zo sprak de officier van justitie bij de Amsterdamse rechtbank. Deze heeft gisterochtend eeii begin ge maakt met de berechting van een (Advert entte) die lekkere shag in de handige doos groep van totaal twintig jongelieden in de leeftijd van 19 tot 30 jaar, die hun ontmoetingspunt hadden in het koffiehuis „Het Afstapje" in de Spui straat in de binnenstad. Vandaar uit werd geopereerd. Een reeks van in braken in Amsterdam, Apeldoorn en een poging daartoe te Hilversum, wa ren aan vijf van de zes gisterochtend terechtstaande verdachten ten laste gelegd. Deze omvangrijke zaak kwam aan het rollen toen in juni j.l. de 29-jarige koffiehuishouder Goof J. tezamen met een andere verdachte en een 15-jarige knaap bij een poging tot inbraak in een stofzuigerfabriek te Hilversum werden gearresteerd. Dc koffiehuis houder wordt als de leider van de ben de beschouwd. Alle verdachten van de och tendzitting bekenden. Eén heeft nog een blanco strafblad, vier hebben een strafblad met een lot vier vonnissen. De oudste verdachte is al zestien keer veroordeeld. Do officier van justitie eiste drie jaar gevan genisstraf met aftrek tegen de 19-jarige schoorsteenveger H. It., de 27-jarige koopman H. J. Iï. en de Si-jarige bouwvakar beider A. J. C. B. Vier jaar met aftrek vorderde de officier tegen do 23-jarige los arbeider D. C. de W. Twaalf maanden gevangenisstraf waarvan rijf maanden voor waardelijk, vroeg hij tegen de 22-jarige magazijnbediende F. J. C. v., die maar eenmaal had meegedaan. De officier requireerde tegen de 20- jarige metselaar W. S. bijgenaamd „het pantertje", terzake van mede plichtigheid "aan afpersing van een Engelsman onder bedreiging met een alarmpistool, van een bedrag van 100,drie jaar gevangenisstraf met aftrek. In de straf tegen de losarbeider de W. was tevens diens aandeel in het af- persingsgeval verdisconteerd. Volgens deze verdachte was het plan tot af persing van de Brit uitgegaan van de koffiehuishouder. Over deze man zei de officier van justitie: „Als een kwade genius heeft de figuur van J. boven deze jongelui, allen gemakke lijk te beïnvloeden slappe figuren, ge- Op een soort N.V.-basis, aldus de pre sident. was de zaak opgezet. Het geld van de inbraken werd in een pot ge daan en de jongelui zouden daarin als een soort aandeelhouder gaan delen en koffietentjes of patates-frites- kraampjes kunnen opzetten. Dit bad de koffiehuisbouder hen voorgespie geld. De hoogste straf op deze eerste zit tingsdag eiste de officier van Justi tie tegen de 29-jarige gedetineerde koffiehuishouder Goof J.: vijf jaar gevangenisstraf met aftrek van het voorarrest. (Advertentie) KLEUR OP DE WANGEN MET SARCO GLOBINE het bioedvormend krachttonicum. Uw kind weer levensblij en ge zond omdat Sarco Glo- bine alle stoffen bevat die voor een goede op bouw van het bloed noodzakelijk zijn. Voor kinderen tot 12 jaar alleen in vloeibare vorm DUTIM N.V. - OEGSTGEEST Adenauer voor Europese topconferentie Dc Westduïtsc regering is voor een bijeenkomst van de regeringsleiders van de Westeuropese Ünie (dc zes van de Euromarkt plus Engeland) en wel in december te Parijs, vóór de vergadering van de Navo-raad. Dit is bekendgemaakt door de YVestduitse ambassade te Londen. Over een eventuele topconferentie met Kroesjtsjew zegt de ambassade, dat zo'n bijeenkomst terdegemoet worden voorbereid en dat de agenda onmogelijk tot één onderwerp kan worden beperkt, zoals de Duitse kwestie "inet inbegrip van Berlijn. die goeie ouwe. 9.05 (met de baard) en die goeie jonge 7,60 (mct hebben de sleutel van de gezelligheid (Van een onzer redacteuren) De gemoederen in Winterswijk zijn hevig in beroering geraakt door een besluit van de pacht- kamer en een daarop gevolgd vonnis van de kantonrechter, dat als een zware dreiging bo ven het hoofd hangt van het oudste echtpaar van de gemeen te: de 96-jarige, hulpbehoeven de Hendrik Willem Bollen en zijn 91-jarige, nog krasse vrouw Janna Berendina van den Berg. Binnen enkele weken kan dit echtpaar, dat tezamen met de op één na jongste dochter en haar echtgenoot, een kleine, oude boerderij aau de Sibbink- weg bewoont, de deurwaarder verwachten met een bevel tot ontruiming van woning en hoe ve. Deze ontruiming moet geschieden op last van de eigenaar, de heer J. B. A. F. van Eekelen, oud-ritmeester der huzaren, geboren Winterswijker, thans o.m. fokker van renpaarden, die de boerderij zelf, met behulp van eén zetboer wil exploiteren, zolang men er nog niets begint met de villa- bouw, waartoe dit deel van de ge meente door een uitbreidingsplan is voorbestemd. Lang, lang geleden trokken Hendrik Willem Bollen en zijn wouw, als pas getrouwd paar in de boerderij Sib bink, die net even buiten de bebouw de kom van Winterswijk ligt. Met de 4 ha bouw- en grasland, die bij de in 187-i gebouwde hoeve behoort, wist het echtpaar zichzelf en de ne gen kinderen die het in de loop der jaren kreeg een bestaan te verschaf fen. Al zeker vijftig jaar is de boer derij Sibbink eigendom van een Van Eekelen. Eerst van de nota ris van die naam, na diens overlij den van zijn echtgenote, „de oude mevrouw", tenslotte van een van de zoons, broer van do huidige no taris te Winterswijk cn oud-offi cier, die aan de Vreehorstweg in eeu vrijwel nieuwe, ruime villa woont. Verlengd Ruim zes en een half jaar geleden werd de pachtovereenkomst, toen nog tussen de „oude mevrouw" en de oude heer Bollen, voor opnieuw zes jaar verlengd. Volgens de familie Bollen zou daarbij mevrouw Van Eekelen-Van Basten-Batenburg mon deling de toezegging hebben gedaan dat het oude echtpaar tot aan zijn dood in de boerderij zou mogen blij ven wonen. Ongeveer twee jaar gele den werd, na het overlijden van de eigenares, de boedel verdeeld. Boerderij Sibbink kwam daarbij in de handen van de oud-ritmeester. Volgens de pachtwet is de pach ter, indien Iuj een verlenging van de pachtovereenkomst, wenst, ver plicht uiterlijk één jaar voordat de overeenkomst afloopt, deze wens kenbaar te. maken. Dat deed, in naam van zijn schoonvader, de heer E. Wamelink (49) die sinds ongeveer vijf jaar bij zijn schoon ouders inwoont. Hij wendde zich daartoe tot de deur waarder en tot viermaal toe tot de notaris. De pachtkamer nam het ver zoek in behandeling en wees het op 15 september 1959 af. Dc eigenaar, de heer Van Eekelen had namelijk kenbaar gemaakt dat hij de over eenkomst niet wilde verlengen, om dat hij de boerderij voor zichzelf in gebruik wilde nemen. Ellende Toen, na deze gerechtelijke uit spraak, begon voor hef. oude echt paar de ellende. Dochter en schoonzoon wendden zich tot al lerlei instanties en allerlei perso nen om alsnog gedaan te kunnen krijgen dat de ouders op de boer derij zouden mogen blijven wo nen. Burgemeester Vlam van Winterswijk besprak de zaalt met 1 de eigenaar, maar kreeg nul op het rekest. „Ik hoef toch niet voor deze mensen te zorgen"? was zijn mening. „Dat is de plicht van de kinderen, om ze bij zich in huis tc nemen of in een rusthuis onder te bren gen." De inwonende dochter schreef een brief aan de koningin en kreeg zeer snel ten antwoord: „Uw brief is doorgezonden aan de minister van justitie". De procureur-generaal te Arnhem poogde via de plaatselijke politie, 'n afspraak te maken met de heer Van Eekelen. Maar deze weigerde. „Als de procureur-generaal mij wil spreken, moet hij zelf maar een af spraak met me maken". Het gesprek vond nooit plaats. Totdat enkele dagen geleden de hard ste slag kwam: een brief van de offi cier van justitie te Zutphen, mr. J. C. Donker, waarin werd meegedeeld dat de regering in deze niet kan be middelen en dat de familie zich bij de ontruiming zal moeten neerleggen, tenzij bewezen kan worden dat bij de heer Van Eekelen de wil het ver pachte persoonlijk in gebruik te ne men, in werkelijkheid niet aanwezig is. Afwachten Zo liggen thans de zaken en zo wacht men gelaten de deurwaarder af. Wie is de oud-ritmeester der hu zaren B. A. F. van Eekelen, die zo hardvochtig, maar met het recht aan zijn zijde, wil ingrijpen in het leven van twee stokoude boerenmensen, die zo lang op deze plek hebben ge sjouwd en gezwoegd, maar die nu het hun vertrouwde erf zullen moeten verlaten Ongeveer veertig jaar lang heeft de ze man als beroepsofficier met K.M..A-opleiding, zijn vaderland ge diend. Onder meer als commandant van het vliegveld Ypenburg. „Het is te gek om los te lopen" vertelt hij. „Ik ben hier nu de boeman, terwijl ik alleen maar gedaan heb wat mijn goed recht is. „Ik ben zelfs zo ver gegaan om, nu weer enkele maanden geleden, aan te bieden dat beide oudjes er mogen blijven wonen, indien de toekomsti ge bedrijfsleider die ik er op wil zet ten, ermee akkoord gaat. Maar toen zei de familie me: „Dat kan niet, zij zijn hulpbehoevend". Moet ik daar van nu de consequenties dragen? Natuurlijk niet. In eerste instantie moet de familie dan zorgen dat dit hulpbehoevende echtpaar een ver zorgd onderdak krijgt. En als die het niet kan moet de kerk het doen. En in de derde instantie de gemeen schap, dat zijn de miljoenen en mil joenen die aan sociale zorg worden gespendeerd. En als er dan niemand meer overblijft die iets voor deze oudjes kan doen, dan acht ik het aan mij ze te helpen. Maar niet in de eerste plaats juist ik, die van dit volk steeds speldeprikken heeft moe ten incasseren." Kritiek En dan laat deze harde, voor degenen die hem tegenover zich vinden allesbehalve gemakkelijke man een stortvloed van kritiek horen over de burgemeester van het dorp. „Die man moet niet proberen de populaire uit te hangen, dat is niet des burgemeesters. Hij moet zor gen dat de boel in orde is en mij niet bijvoorbeeld dwingen een dure schuur van bijna tienduizend gulden te bouwen, voordat ik toe stemming krijg hier een huis voor mezelf te zetten". Twee oude mensjes, ieder aan één kant van de ouderwetse plattebuis- kachel en een stramme onverzette lijke oud-officier, die het vechten nooit zal kunnen laten. Het is een ongelijke strijd, die in het voordeel van de laatste is beslist. Tenzij de gemeente erin slaagt nog op het laat ste moment het woongedeelte van de boerderij te vorderen, waartoe zij, met ministeriële goedkeuring, inge volge de woonruimtewet de bevoegd heid heeft. „De gemeente, dat zijn tenminste re delijke mensen", zegt schoonzoon Wamelink. „We leven gelukkig nog- in een rechtsstaat", zegt de ritmees ter.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1960 | | pagina 5