DE BRUID De vaststelling van prioriteiten in de huidige tijd TOP VAN „AMSTERDAM-HILTON" BEREIKT BOOTWERKERS EN STUDENTEN WERKEN EVEN HARD IN GHANA eva VRIJDAG 14 OKTOEER 1960 PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT ASPECTEN VAN RUIMTELIJKE ORDENING Beschouwing in Tijdschrift voor Economische en Sociale Geografie Over de gehele wereld zijn projekten van rivierbekkcnontwikkeling aan de gang. Deze hebben een veelvoudig doel. Zij dienen de veiligheid, ver beteren de landverbindingen en de navigatie, brengen de voorwaarden voor de landbouwproduktie op een hoger plan, bestrijden de verzilting en de verdroging, bevorderen de irrigatie, vermeerderen de recreatie- gronden, streven naar hydraulische energie-opwekking, bestrijden ziekten als de malaria en verbeteren de havenaccommodatie. Deze doeleinden zijn vaak met elkaar strijdig en de fondsen zijn altijd beperkt, zodat er een rangorde (prioriteit) voor werken moet worden opgesteld. Deze pro bleemstelling is bekend in de onderontwikkelde landen. Zij is ook bekend met betrekking tot het Deltaplan. De. keuze van de volgorde vereist een diepgaand inzicht in de geografische situatie en de rentabiliteit van inves teringen ter verbetering hiervan. De gebruikelijke gemeenplaatsen van een gunstige ligging en bodemgesteldheid of goede verbindingen hebben geen waarde. Zo vraagt 'n studie omtrent de waarde van zoet water die land aanwinning verdringt om samen werking van een natuurkundig geo graaf, een landbouwtechnicus en een landbouweconoom Alle weerstanden van de natuur slechte grond, extra zaaizaad bij een intensiever teeltplan e.d. zijn im mers uit te drukken in kosten. De economie moet zich verder verbijzon deren tot regionale economie, wil zij haar woord kunnen meespreken. Dit alles geldt ook voor de ruim telijke ordening, waarvan de doel einden sociaal zijn, maar waarvan de middelen economisch moeten Morden bekeken, bij gebrek aan belastingopbrengsten onder welk regime ook. In die ruimtelijke or dening stelt de mens zich te weer tegen het. landschap, dat van ons nog altijd het zweet des aan- schijns opeist. Een groep mensen doet nooit iets toevallig; er zit al tijd een algemene lijn in. Kennis van deze lijn is belangrijk in onze strijd tegen de natuur. Daarvan zijn voorbeelden te over. Streken of gewesten zijn feïis een bepaald patroon o is een boerderij een van kavels. Een groep daarentegen ligt min of meer zonder knooppuntverkeer, weg. Vervolgens vinden knooppunt weer in een liggen weer naast elkaar knooppunten. De laatste weer in kleinere steden. Zo doorgaan tot men komt aan een we reldstad. Hier is veel meer van te zeggen en ook gezegd, maar hier is het voldoende op het systeem te wij zen en ook op het feit dat het te sub tiel is zoals alle marktverschijn selen om er ondeskundig in ih te grijpen. Bovendien leiden andere geo grafische omstandigheden tot een an der feitelijk patroon (Deltaplan!). Ook de afstand is een zeer belang rijke factor. Zo daalt het busvervoer of het aantal telegrammen in een veel sterkere mate dan de grootte van de afstand; in feite moet men de afstand dan zelfs in kwadraat nemen. Daarop berusten b.v. prognoses als voor de Haringvlietbrug of het veer van Zierikzee. De kosten zijn geen nationale groot heden. Hier sluipt namelijk de regio nale verscheidenheid binnen, die som mige streken zoals Zeeland b.v. geschikt maken voor zacht fruit of zeehavens. Het is dus belangrijk deze factoren uit te rekenen. Ook de prij zen zijn in de ene streek anders dan in de andere. De vraag ligt soms ver van de produktie verwijderd. De prij zen- en kostengeografie houdt zich daarmee bezig. In de vervoerssector is de regionale situatie zeer ingewikkeld, wat b.v. blijkt uit de vele principes die spoor- tarieven beheersen. Van regionaal standpunt bezien zijn deze nauwelijks bestudeerd in hun effect op de totale welvaart. Er zijn nog vele andere voorbeelden van regionale verfijningen in het on derzoek. Provinciale jaarrekeningen geven de „boekhouding" per sector. Analyse van kosten en baten bepaalt de rentabiliteit van een project. Ieder ziet in dat een enorme bevolkingsver meerdering rond het Kreekrakplan onze stranden in waarde doet stijgen. Het is goed te weten wat hier voor systematiek achter ligt. En hoe ligt het met de conjunctuurgevoelig heid per streek? De econoom maakt zich tot tolk van de mens, die naar zo hoog mogelijke welvaart streeft, d.i. naar lage kosten en hoge opbrengsten. Een bedrijf doet dit vanzelfsprekend, maar waarom is er nog zo weinig aandacht voor bij overheidsinvesteringen Buitenpro vincies hebben heus wel Iets te bieden zonder te lamenteren over de „mise rabele randstedeling". Wanneer eco nomie en geografie elkaar meer be naderen en zich bezinnen op de aan vulling van hun methodes, is er veel te bereiken. In het buitenland, vooral in Amerika, is men al aardig gevorderd. In Neder land echter is de economische geogra fie voornamelijk beschrijving van lan den. Vanuit de regionale praktijk moeten wij. hierin verandering bren gen. tlllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllilllllllllllllllllllllllllllllllliilllll| m Onlangs was in het Tijdschrift voor Econmische en Sociale p Geografie een uitgebreide bij- drage opgenomen van drs. M. C. Verburg over „De wissel- ee 1= werking tussen de „space-eco- n nomy" en de economische geo- grafie". Het artikel behandelt een zestigtal buitenlandse, n M vooral Amerikaanse, studies op H terreinen waarvan het onder- zoek ook voor Zeeland van be- el lang is. Op ons verzoek heeft de schrijver met betrekking tot het laatste een vrije be- H schouwing gegeven. n liiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiil Stamboekstier kwam om bij boerderijbrand Onder Wijster bij Beilen is woensdag morgen het bedrijfsgedeelte van een boerderij uitgebrand. Ongeveer half zeven ontdekten buren, die naar het land gingen om te melken, brand in de schuur van de boerderij, die wordt bewoond door de heer J. Kramer en die hoort bij het landgoed te Vosse- berg. Het vuur vond gretig voedsel in de voorraad hooi, zodat in een oogwenk de boerderij in lichter laaie stond. De hooi-opbrengst voor veertig melk koeien ging geheel verloren. De stam boekstier kwam in de vlammen om. Het voorhuis kon, dankzij de spoedige aanwezigheid van de brandweer uit Beilen, grotendeels wórden behouden, doch liep ernstige schade op. De oor zaak van de brand is onbekend. De boerderij was verzekerd. Prinses Irene heeft woensdag- avond in Hilversum de Expo- (sport)hal geopend. Foto: Na- dat H.K.H. Prinses Irene op de knop heeft gedrukt, nodigt burgemeester J. G. Boot haar uit om eens dchter zich te kij- ken, waar de letters Expohal zijn verschenen. ter wereld in bedrijf gesteld. Zij kan een stad van tweehonderdduizend inwoners van de nodige elektrische energie voor zien. Dit is de eerste particuliere atoom centrale in de Verenigde Staten. In de bouw van het „Amsterdam-Hilton", een van de twee schakels in de Nederlandse schakels in de hotelketen, die de Amerikaan Conrad Hilton om de wereld aan het spannen is, Is tophoogte bereikt. Hoewel Amerikaans van opzet en inrichting, zal aan dit aanstonds elf verdiepingen hoge hotel een eigen Nederlands karakter worden gegeven. De hoofdingang in de ongeveer 110 meter lange gegla zuurd stenen voorgevel zal aan beide zijden geflan keerd worden door bloemkassen, die 's winters ver warmd zullen zijn. Aan de achterkant van het hotel wordt een kleine haven gemaakt om rondvaartboten en jachten direct bij het hotel te kunnen laten me ren. Wanneer de heer Hilton zijn zin gekregen zou hebben, zou er op dak een landingsplaats voor helikopters gekomen zijn. In de kelders komen be halve een ketelruimte, werkplaatsen voor de ver schillende vaklieden, benevens bergruimte voor ser viesgoed, televisietoestellen en dergelijke en verder vijftien koelcellen, een grote ijsbunker en een wijnkelder. Gelijkvloers komen behalve de kantoren, receptie, een Amerikaanse en een Franse keuken, een groot restaurant met dansvloer, een bar voor 84 gasten, twee kleine dinerzalen een grillroom voor 136 gasten en een patisserie voor 77 bezoekers en een grote balzaal voor 450 gasten. Negen etages hotelkamers komen daarboven, ter wijl zowel op de linker- als op de rechtervleugel op iedere etage luxe suites ingericht worden voor de meest verwende gasten. Op de hoogste etage, waar de liftkoker nog elf meter boven uit zal steken, komen de suites voor de directeur en andere bedrijfsleiders. De bouw- en inrichtingskosten voor het hotel zijn het geheel in het voorjaar van 1962 gereed te hebben, geraamd op twintig miljoen gulden en men hoopt BOUWEN AAN DE TOEKOMST Bijna geen tijd om behoorlijk te eten Honderden boten, geroeid door ge spierde negers, dat is een alledaags gezicht op de rede van Accra. Buiten gaats, op ongeveer twee kilometer van het strand ligt een vloot van vrachtschepen. Op het strand snellen, in haastige looppas, gebukt onder vijftig kilo wegende zakken cacao, de zwarte scharen naar de boten in de branding en in hetzelfde tempo verla ten anderen de boten met zware las ten in de richting van de magazijnen. Circa vijfduizend ton aan goederen wordt op die manier dagelijks omge zet. Het is op het eerste gezicht onvoor stelbaar. dat schepen óp zo'n manier geladen worden. Bij de boten ont brandt als het ware een gevecht om de lading. Circa vijf procent gaat dan ook verloren. Auto's rusten naast ra diotoestellen en balen meel op de bo dem van de zee. Steeds weer komt cement als beton op het strand aan. Een bende kleine, zwarte jongens zorgt ervoor dat de roeiers hun eten krijgen. In tijdnood vermengen zij de rijst met zeewater en haastig slikken ze de balletjes naar binnen. Niemand gunt zich enige rust. Deze mannen hebben zich alle vrijwillig voor dit zware werk gemeld. Zij verplichten zich drie- tot vijfhonderd tochten te maken en nemen dan vrij. Dat levert hen per maand bijna 500 op. schrijft de correspondent van de Frankfurter Allgemeine. Dat is het dubbele van een lerarensalaris en het viervoudige van wat een telefoniste verdient. Achter het strand vormen de ul tra-moderne vakbonds- en rege ringsgebouwen het silhouet van Accra, dat met zijn half miljoen inwoners de hoofdstad van Ghana is. Accra is een stad met drukke straten en pleinen. Op de benij denswaardige asfaltwegen kan men met een snelheid van over de honderd kilometer per uur tot ver in het binnenland rijden. En men doet dat ook. Buiten de stad, op een hoge heuvel, ligt het enorme complex van de Le- gon Universiteit. Zeven jaar geleden is men met de bouw ervan begon nen. Er leven en werken nu ruim zeshonderd studenten, voornamelijk uit Ghana zelf. Ieder heeft zijn ei gen kamer met balkon Er zijn vijf faculteiten. Verder is er een moder ne technische hogeschool. Van de Een velling door Sotheby in Londen van negenentwintig schilderijen en te keningen van Picasso heeft ruim twee-en- een-kwart miljoen gulden opgebracht, De hoogste prijs, bijna een half miljoen, werd betaald voor het schilderij „Hur kende vrouw". „De man met de rode handschoen" bracht ruim een kwart mil joen gulden op. honderdvijftig hoogleraren uit vele landen Engeland is het sterkst vertegenwoordigd uiteraard is er al een dertigtal uit Ghana. Legon heeft een eigen ziekenhuis en een prachtige bibliotheek, die met meer dan 140.000 boeken de grootste van Midden-Afrika is. De fraaie mensa heeft niets gemeen met de haast-je- rep-je buffetten van de Europese uni versiteiten. In de aula ziet men toe passingen naar de oudste Britse tradities naast die naar de modern ste ideeën. De Degon-universiteit telt ook al een klein aantal meisjes studenten en voor Afrika betekent dat een revolutie. „Men werkt hier bijna te hard", meent de rector, professor S tougli - ton. In de haven en op de universi teit. Ghana gaat vooruit. Stap voor stap. En het zijn geen kleine stap pen, die men er zet. „Zie je dan niet, dat ik van rechts kom en dat ik dus voorrang héb!" Een veel voorkomend gezegde om de ander ervan te overtuigen, dat hij een fout heeft gemaakt. (Het is vreemd, merkt de AJN.W.B. op, dat de iceggebruikers die ruzie met elkaar hebben, direct gaan tu toyeren, alsof ze elkaar reeds jaren lang kennen). Het is niet zo, dat als U van rechts komt een recht op voorrang hebt en dus bij wijze van spre ken „met de ogen dicht" kan doorrijden. Integendeel, J.e van links komende heeft de verplichting voor rang te verlenen aan het voor liem van rechts komend verkeer! Dit maakt wél enig verschil uit. Ga dus nooit op uw (vermeend) „recht" staan, maar rijd pas door, als U er van op aan kunt, dat dé ander U heeft gezien en U voorrang zal ver lenen. FEUILLETON DOOR: BARBARA STANTON 4 Sally had trouwens ook niet ver- wucht, dat Peter op de morgen voor zijn huwelijk zou telefoneren be stond er niet een zeker bijgeloof, dat zoiets ongeluk bracht? maar toch was ze enigszins teleurgesteld. O, niet. dat ze het Frank nu zo erg kwalijk nam! Ze wist, dat de twee broers erg veel van haar hielden; al leen vonden ze het onweerstaanbaar komiek dat n man op hun zuster, die goede beste Sally, verliefd was ge worden en met haar ging trouwen. Van haar kant was Sallv ook erg op de belde jongens gesteld, maar toch speet het haar allerminst, dat ze nu naar school vertrokken, na nog „op de valreep" de nodige instructies te hebben ontvangen over hun plaat sen in de kerk en de noodzakelijk heid, vooraf handen en gezicht te wassen het haar te borstelen en hun kleren af te schuieren. „En wat nu?" vroeg meneer Fray- ne. die een dag vrijaf had genomen. „Kan ik iets voor je doen, Julia, of heb je liever, dat ik een paar uur wegblijf?". Toen bleek, dat tegen dat wegblij ven allerminst bezwaar werd ge maakt alleen werd hij eraan her innerd, dat om precies twaalf uur geluncht zou worden, waarna óm twee uur de huwelijksplechtigheid zou volgen begaf hij zich naar zijn golfclub, waar hij een medelid toe vertrouwde, dat hij het vrouwvolk maar de vrije hand had gelaten, om overal rond te fladderen en zich al vast tot ontroering op te schroeven. In werkelijkheid hadden die vrouwen het zo druk. dat er voor emoties maar weinig tijd en gelegenheid be stond. Eerst moesten Sally's twee koffers worden gepakt en dan de reis- japon, die zij in het hotel, waar de receptie zou plaatsvinden, moest aantrekken, Zorgvuldig in een derde koffer geborgen, welke met de beide andere om elf uur gehaald zou wor den. Bovendien werd de arbeid her haaldelijk onderbroken door telefo nische gelukwensen en de aankomst van verlate huwelijksgeschenken. „Ik moet zeggen, dat ze je goed be dacht hebben", verklaarde mevrouw Frayne met vergeeflijke trots om zich heen ziende en Sally antwoord de vrolijk: „Ja, iedereen is erg royaal geweest, nietwaar?" Dat was inderdaad het geval. Bij de smaakvol gerangschikte collectie bevonden zich een casette met tafel zilver, door Sally's kantoor geschon ken, beddelakens van tante Carrie, tafelgoed van tante Grace, ontbijt- en tafelserviezen van vader en moeder, nog een cheque van de heer des hui zes. een klokje van Frank, een vulpen van Jack, verder een serie cadeaus van vrienden en kennissen, een stof zuiger van oom Ken, die in'het ar tikel handel dreef, en tenslotte een theepot van Mary, welk geschenk ook vooral om de persoon der geefster hogelijk werd gewaardeerd. Toen Sally en haar moeder alles had den nagegaan en op lijsten hadden genoteerd was het bijna elf uur. „Tijd voor je bad, lieve kind", merk te mevrouw Frayne op. „We moeten rustig de lunch kunnen gebruiken". „Zullen we ons daar druk over ma ken, mammie? Ik ben veel te opge wonden om iets te eten". „O, ik heb maar oen lichte maaltijd besteld: koude zalmsla, vruchten en wat zoetigheid. Je moet heus iets gebruiken, anders val je van de graat. Nu ga ik voor je bad zorgen. Niet te warm en met van die heer lijke badzouten". Toen Sally behaaglijk in het warme, licht geparfumeerde water lag. dacht ze ontroerd; „Die lieve mam mie! Ze is bijna even opgewonden als ik. O. ik hoop maar, dat later de reactie niet te sterk zal zijn". Tante Carrie kwam juist toen ze aan tafel gingen, maar ze waren al half klaar eer meneer Frayne met een poeslief: „Ik ben toch niet te laat?" zijn intrede maakte. Een vraag, door zijn vrouw en schoon zuster terecht genegeerd, maar door Sally met een toegevend glimlachje beantwoord. „Ik haal jullie gauw in", ging hij voort. „Alleen maar wat kaas en brood en een whisky-soda zullen me goed doen. Waarna we zeker alle maal naar boven gaan om de bruid te helpen kleden?" „Jij gaat naar boven om jezelf te kleden", verbeterde zijn vrouw. „Carrie, Mary en ik kunnen voor Sally zorgen". „Stel je voor! Niet meer dan drie welgeschapen vrouwen om zo'n gar naal van een bruid te kleden!" riep hij, terwijl hil zijn dochter een knip oogje gaf en haar even op het hoofd tikte, wat hem een vermaning van zijn schoonzuster: „Breng dat mooie haar van dat kind niet in de war", bezorgde, „Wat zwelgen jullie vrouwen toch in een bruiloft", was zijn laatste uitval toen hij naar boven toog, om zijn gehuurde staatsiepak aan te trek ken. Kort daarna volgden Sally en de „drie welgeschapen vrouwen" hem de trap op, waarna ze, in haar kamer gekomen, eerbiedig de bruids japon uit de verpakikng van zijde papier te voorschijn haalden. Sally voelde, terwijl ze voor de toiletspiegel stond, haar hart klop pen toen de japon behoedzaam werd opgetild om langzaam over haar hoofd te glijden. Ze had het gevoel alsof ze met het aantrekken van die bruidsjapon Ro salie Frayne voorgoed vaarwel zeg de. Toen haar hoofd boven het feest gewaad uitkwam, was het in haar gedachten al het hoofd van. Rosalie Worbel. Mary knielde neer om de plooien van de prachtige japon te schikken en Rosalie's moeder streek he' don kere haar glad, terwijl tante Carrie zich tevreden stelde met hier en daar wat doelloze klopjes en tikjes te geven. Tenslotte gingen de „kleedsters" achterwaarts staan om het resultaat van hun arbeid te be zien: Sally bekeek zich ondertussen in de spiegel. „Draal ie eens om, kindlief", zei mama. „Prachtig!" luidde het geestdriftige, maar ten volle verdiende oordeel van tante Carrie. „Ik moet toegeven, dat de hedendaagse bruid niét zoveel kleren nodig heeft als vroeger ge bruik was. Weet je nog, Julia, dat moeder ons vertelde, hoeveel rokken zij op haar trouwdag had gedragen? Je ziet er allerliefst uit. Sally. Vind je ook niet, Julia?" Julia, oftewel mevrouw Frayne, ant woordde niet, want ze bracht juist haar dochtertje het kransje van oranjebloesem. „Buig je wat voorover, lieve kind", mompelde ze en legde de bloemen toen zorgvuldig op het gladde don kere haar. „Een beetje meer naar voren, geloof ik", ried tante Carrie aan. „Dacht jij dat ook niet. Mary?" „Misschien een heel klein tikje, me vrouw". adviseerde Vnrv. a'so* het "n kwestie van leven en dood gold. „Ja, zo is het uitstekend". Andermaal trad mevrouw Frayne wat terug. „Draai je eens om, kind lief", herhaalde ze en Sally maakte weer, in langzaam tempo, een sier lijke pirouette op haar zilverkleurige schoentjes. „Ja", verklaarde haar moeder ver rukt. „Tk wil je niet ijdel maken, lieve kind. maar ik heb nooit een knappere bruid gezien". „U lijkt wel een droom, juffrouw Sally", voegde de trouwe Mary er haastig aan toe. „En Ik dan?" klonk een spottende stem bij de deur en daar stond Ri chard Frayne in jacquet en ge streepte broek, met een witte anjer in zijn knoopsgat. „Als iemand soms van een nachtmerrie durft te spre ken (Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1960 | | pagina 15