Talrijke landgenoten ontvingen
een koninklijke onderscheiding
Proces tegen dr. O.
ZATERDAG 30 APRIL 1960
PROV1N01ALE ZEEUWSE COURANT
11
GERR1T SCHDLTE
...ridder Oranje-Nassau....
Economische zaken
Ridder in de orde van de Nederlandse
Leeuw: dr. ir. H. A. Stheeman, wonen
de te Oldenzaal, directeur van de N.V.
Nederlandse Aardolie Maatschappij;
mr dr. W. A. van de Garde, wonen
de te Delft, plaatsvervangend secre
taris-generaal bij het Ministerie van
Economische Zaken; ir. E. A. Plate,
wonende te Voorburg (Z.-H.), plaats
vervangend directeur-generaal van
Handel en Nijverheid bij het Mini
sterie van Economische Zaken.
Ridder in de orde van Oranje-Nas
sau: C. C. Hengeveld te Hilversum,
penningmeester van de Christelijke
MiddenstandsbondL. J. van der San-
de, wonende te Hilversum, voorzitter
van de Nederlandsche Bond van Con-
sumptie-ijsbereiders en Patates Frites
Bakkers.
Landbouw
Ridder in de orde van de Nederlandse
Leeuw: prof. dr. C. Coolhaas te Wa-
geningen, hoogleraar aan de Land
bouwhogeschool; dr. J. F. van Moorsel
te 's-Gravenhage, lid van de raad van
bestuur van Unilever.
Officier in de orde van Oranje-Nas
sau: mr. D. R. Brouwer te Rotterdam,
functionaris bij onderlinge verzeke
ringsmaatschappijen op agrarisch
gebied, oud-secretaris van de Natio
nale Aan- en Verkoopvereniging voor
de Landbouw „Centraal Bureau" G.
A.; L. P.«de Vries te Den Haag, se
cretaris van de Gezondjieidscommis-
missie voor Dieren van het Landbouw
schap.
Ridder in de orde van Oranje-Nas
sau: J. van der Meulen te Bilthoven
(gemeente De Bilt), hoofdprocuratie
houder bij de N.V. Grontmij.; T. Mul
der te 's-Gravenhage, referendaris bij
de directie van de Voedselvoorziening,
secretaris van de Voedingsraad.
O. K. enW. en
sociale zaken
Ridder in de orde van Oranje Nassau:
J. P. J. Franken, kunstschilder te
Den Haag; C. Th. F. M. Swagema-
kers, kunstschilder te Amsterdam.
O. K. en W. en
economische zaken
Ridder in de orde van de Nederlandse
Leeuw: dr. P. Hennipman, hoogleraar
aan de gemeentelijke universiteit van
Amsterdam, wonende aldaar.
Sociale zaken en
volksgezond heid
Ridder in de orde van de Nederlandse
Leeuw: prof. dr. A. Querido, wonende
te Amsterdam, directeur van het Ge
meentelijk Centraal Bureau voor de
Openbare Gezondheidszorg aldaar en
voorzitter van de Nationale Federatie
voor de Geestelijke Volksgezondheid;
C. W. van Wingerden te Amsterdam,
oud-voorzitter van het Nederlands
Verbond van Vakverenigingen, thans
elgem. secretaris van deze vakcen
trale; dr. J. Spaander, wonende te
Bilthoven, gemeente De Bilt, alge
meen directeur van het Rijksinsti
tuut voor de Volksgezondheid te
Utrecht.
Officier in de orde van Oranje-Nas-
(Slot van pag. 3)
De president vroeg na dit verhoor
aan rechercheur Medema wie degene
was, die reeds in 1955 van O. het ver
haal en het signalement van Piet
Berger had gekregen. Dat was de
hoofdgevangenenbewaker J. Sontrop.
Deze man is vorig jaar januari over
leden. Rechercheur Medema had S.
in maart 1958 verhoord. Sontrop
werkte in het huis van bewaring in
Den Haag, waar O. toen was inge
sloten Eind 1954 zou O. aan Son
trop hebben verteld, dat hij een man
in het huis van bewaring zou heb
ben gezien, die onder een valse naam
zat. Deze heette niet Lodder maar
Berger. O. deed toen het verhaal dat
Lodder een verhouding met zijn
vrouw zou hebben gehad. De gevan-
genenbewaker Sontrop had destijds
gedacht dat O. revisie van zijn von
nis zocht en hechtte weinig waarde
aan de woorden van O.
Brief
Daarna ging de president de Berkelse
arts ondervragen. Op de eerste in
leidende vragen gaf O. met vaste
stem vlugge antwoorden. „U hebt
toch alles kunnen zeggen in dit pro
ces, nietwaar", vroeg de president.
„Nou, als ik het mag zeggen, ik had
het wel wat langer gewild".
„Daar zult U nog alle tijd voor krij
gen. Blijft U bij de inhoud van de
brief, die U in mei 1958 aan mr. Huy-
gens heeft gestuurd en waarin U het
gebeurde met Lodder beschrijft?"
„Ja".
Daarop besprak de president de brief
van Lodder aan zijn moeder, waar
van prof. Böttcher zei, dat Lodder
sau: D. A. van Houte, tandarts te
Rotterdam, oud-voorzitter, thans be
stuurslid van de Nederlandse Maat
schappij tot bevordering der Tand
heelkunde.
Ridder Sn de orde van Oranje-Nas
sau: C. L. M. Snepvangers, wonende
te Breda, directeur van het geweste
lijk arbeidsbureau aldaar.
De eremedaille in zilver verbonden
aan de orde van Oranje-Nassau,
kregen on.: J. Jagt te Stampersgat,
administratief afdelingschef; C. Jans
sen te Stampersgat, surveillant en A.
W. van Merrienboer, surveillant, allen
bij de Verenigde Coöperatieve Suiker
fabrieken G.A. te Dinteloord.
Maatschappelijk werk
Officier in de orde van Oranje-Nas
sau: dr. P. C. J. van Loon, hoofd van
de hoofdafdeling Individueel Maat
schappelijk Werk en Maatschappelijk
Opbouwwerk van het Departement
van Maatschappelijk Werk te 's-Gra
venhage.
Ridder in de orde van Oranje-Nas
sau: ds. J. Uneputty, geestelijk ver
zorger van de in Nederland verblij
vende Ambonezen te Roermond.
Maatschappelijk werk
en O. Ken W.
Ridder in de orde van de Nederlandse
Leeuw: prof. dr. J. P. Kruijt, hoog
leraar in de sociologie aan de rijks
universiteit te Utrecht te Den Dolder.
Financiën
Ridder in de orde van de Nederlandse
Leeuw: prof. Ch. Glasz, koninklijk
commissaris bij De Nederlandsche
Bank N.V. te Amsterdam; mr. P. F.
J. de Kok, voorzitter van de Vereni
ging voor den Effectenhandel te Am
sterdam; ir. J. Smit, adviseur voor
vraagstukken inzake de organisatie
van de Rijksdienst te 's-Gravenhage;
mr. C. P. Tuk, directeur van 's Rijks
belastingen, hoofd van de directie
Wetgeving Douane en Verbruiksbe
lastingen van het Ministerie van
nancièn.
Officier in de orde van Oranje-Nas
sau: Th. A. Hoenderkamp, directeur
van de Nederlandsche Middenstands-
bank N.V. te Amsterdam; A. H.
Spaan, hoofdinspecteur-titulair van
's Rijks belastingen bij de Directie
Douane en Verbruiksbelastingen van
het Ministerie van Financiën; dr. A.
Grijns, wetenschappelijk hoofdambte
naar bij het bestuur der visserijen op
de Zeeuwse stromen te Bergen op
Zoom; ir. J. Kluytenaar, rentmeester
A der domeinen te Breda; R. W.
Zuur, hoofdinspecteur van 's Rijks
belastingen, hoofd van de inspectie
der invoerrechten en accijnzen te
Rotterdam; C. U. Struijk, hoofdin
specteur-titulair van 's Riiks belastin
gen ter directie van 's Rijks belastin
gen te Arnhem; W. Winkler, hoofdin
specteur-titulair van 's Rijks belastin
gen, hoofd van de inspectie der be^
lastingen te Schiedam.
rustig en opgewekt had geschreven.
„Het klopt niet met wat U zei, dat
Lodder die dag zo nerveus was".
„Omdat Lodder die brief 's middags
heeft geschreven", zei de Berkelse
arts, „heb ik niet geconcludeerd, dat
Ik 's middags bij hem ben geweest.
Ik heb dit vergeten, Lodder heeft
zich tegen mij uitgesproken over die
affaire. Wij hebben de hele zaak
doorgepraat en ik geloof dat dat een
enorme opluchting voor hem was.
Daarom was hij misschien vrolijk".
,Jk heb de afscheidsbrief van Lod
der gelezen", zei de president, „ik
moet zeggen dat ik wel erg onder
de indruk was. Er was een aan
kondiging van een zelfmoord. Wat
hebt U toen, mijnheer O., als mens,
lotgenoot en arts gedaan om hem
tegen te houden?"
„Niets. Hij zei het met een vrolijk
gezicht. Ik dacht dat hij met zo'n
smoesje van zo'n zelfmoordbrief
meer vrijheid wilde hebben in de ge
vangenis en met die brief naar de
directeur zou gaan".
Komedie
„Een soort komedie dus".
„Ja".
„Vond U de man opgewekt?"
„Eigenlijk niet. Als medicus zag ik
dat hij een fagademens was. Hij
verborg zijn ware gezicht achter een
masker".
„U hebt de richtlijnen van de brief
aan Lodder gegeven?"
„Ja, maar zonder die zelfmoordaan
kondiging erin".
„Volgens de schriftkundige is de stijl
van U. Hebt U hele stukken voorge
zegd?"
„Ja, ik heb diverse grote gedeelten
voorgezegd, zoals ik die brief zou
schrijven. Lodder maakte aanteke
ningen. Welke, dat weet ik niet".
De president ondervroeg hierna de
Berkelse arts over de verklaringen
die gedetineerden voor de rechter
commissaris hebben afgelegd. O.
weersprak al deze verklaringen en
had er een andere verklaring voor.
„Mooi verhaal", zei de president eens
over zo'n verklaring.
„Hoe komt de Belgische cyaankali,
waarschijnlijk afkomstig van uw
Belgische neef, op het kastje van
Lodder, toen hij dood in zijn cel
lag?"
„Moet ik dat verklaren", vroeg O.
„Ja", zei de president.
„Wel", zei O., „naar mijn heilige
overtuiging, ik durf het bijna niet
te zeggen, want het is pijnlijk, heeft
Lodder het van zijn ouders in Voor
burg gekregen".
„Is dat niet wat gortig?" vroeg de
president.
„Het is de waarheid", zei de Berkel
se arts.
Tenslotte omstreeks vijf over acht
schorste de president de zitting tot
maandagochtend. Dan zal men be
ginnen met een summiere behan
deling van het persoonrapport
van de Berkelse arts.
Geringe wijziging
prijsindexcijfer
Het landelijke prijsindexcijfer van
het levensonderhoud van gezinnen
van hand- en hoofdarbeiders, zoals
dat maandelijks door het Centraal
Bureau voor de Statistiek wordt sa
mengesteld op basis 1951 100, ver
toonde van half februari tot half
maart slechts een geringe wijziging.
Het indexcijfer inclusief A.O.W.
kwam van 126 op 125. exclusief
A.O.W. bleef het onveranderd op 121
staan.
Het indexcijfer voor de sector „voe
ding" daalde van 126 in februari tot
125 in maart. Dit werd veroorzaakt
door een daling van het indexcijfer
voor aardappelen. Voorts gingen ook
de prijzen voor vlees en vleeswaren,
zuivclprodukten en koffie omlaag.
Voor groenten en fruit werd een stij
ging van het indexcijfer geregis
treerd.
Het indexcijfer voor de groep „kle
ding" daalde van 86 in februari tot
84 in maart. Deze daling houdt ver
band met de overschakeling van het
„winterpakket" op het „zomerpak-
ket". De prijzen voor zomerkleding
zijn namelijk ten opzichte van de zo
mermaanden in de basisperiode 1951
sterker gedaald dan die van de win-
terkleding.
De directrice van de landbomvhuis-
houdschool te 's-H eer-Arenske rk. e,
mejuffrouw De Jagertreedt in het
huwelijk. Vrijdag nam zij afscheid
van leerlingen, bestuur en leerkrach
ten. IJotomejuffrouw De Jager be
kijkt een cadeau van haar pupillen.
Foto P.Z.C.)
Ter gelegenheid van koninginnedag
Der traditie getrouw zijn ter gele
genheid van koningin Juliana's ver
jaardag velen onderscheiden. Tot
de gedecoreerden behoren de vol
gende landgenoten, die werden be
noemd tot
Koninklijk Huis
Hr. Ms. adjudant in buitengewone
dienst: vice-admiraal H. H. L. Pröp-
per.
Algemene zaken en
economische zaken
Officier in de orde van Oranje-Nas
sau: dr. C. H. Schouten, secretaris
van de Sociaal-Economische Raad, te
Oudewater.
Kabinet van de vice-
minister-president
Ridder in de orde van Oranje-Nassau:
mevrouw M. Th. J. M. Struycken-
Feldbrugge.
Buitenlandse zaken
Commandeur in de orde van Oranje-
Nassau:, bij bevordering: A. A. Plant,
consul-generaal der Nederlanden te
Beiroet.
Ridder in de orde van do Nederlandse
Leeuw: mr. R. M. Neuerburg, Hr. Ms.
buitengewoon en gevolmachtigd am
bassadeur te Manilla, tevens geaccre
diteerd te Vietnam; mgr. J. B. H.
Theunissen, aartsbisschop van Nyasa-
Iand te Blantyre; mr. S. G. M. baron
van Voorst tot Voorst, Hr. Ms. bui
tengewoon en gevolmachtigd ambas
sadeur tc Belgrado.
Justitie
Ridder in de orde van de Nederlandse
Leeuw: mr. C. W. Dubbink, raadsheer
in de Hoge Raad der Nederlanden in
Den Haag; mr. dr. E. Tekenbroek,
raadsheer in de Hoge Raad der Ne
derlanden te Wassenaar; mr. ,U. W.
H. Stheeman, president van ae ar
rondissementsrechtbank te Amster
dam; J. Gerritsen, algemeen inspec
teur van het Korps Rijkspolitie te Den
Haag: mr. H. W. Schraagen, voorzit
ter van de Broederschap der Nota
rissen in Nederland, wonende te Aer-
denhout, gemeente Bloemendaal (N.-
H.); mgr. M. A. Jansen, bisschop te
Rotterdam.
Officier in de orde van Oranje-Nas
sau: B. G. Hosman, deken en pastoor
te Beverwijk (N.-H.); J. B. B. J.
Goossens, deken van het dekenaat
Cuyk, pastoor te Grave (N.-B.); dr.
W. S. van Leeuwen, emeritus-predi
kant van de Nederlandse Hervormde
Kerk te Rotterdam; ds. P. Visser,
voorzitter van de Provinciale Kerk
vergadering van de kerkprovincie
Gelderland van de Nederlandse Her
vormde Kerk te Apeldoorn; dr. J. H.
Stelma, voorzitter van de Raad voor
de Zending van de Nederlandse Her
vormde Kerk te Bloemendaal (N.-H.);
ds. mr. W. S. de Vries, predikant van
de Gereformeerde Kerk te Voorburg
(Z.-H.); dr. W. F. Golterman, lector
aan het Doopsgezind Seminarium te
Amsterdam; ds. J. van Bruggen, pre
dikant van de Gereforme.erde Kerk,
onderhoudende art. 31 K.O. te Assen;
dr. H. J. Eijkman, voorzitter van het
College van gecommitteerden voor de
zaken van de Nederlandse Hervormde
Kerk te. Rotterdam.
Ridder in de orde van Oranje-Nassau:
ds. L. Rijksen, predikant van de Ge
reformeerde Gemeenten te Rotter
dam.
Binnenlandse zaken
Commandeur in de orde van Oranje-
Nassau, bij bevordering: mr. H. P.
Linthorst Homan, commissaris der
koningin in de provincie Friesland.
Ridder in de orde van de Nederlandse
Leeuw: M. M. A. A. Janssen, lid van
de Tweede Kamer te Zeist; mr. Th.
M. J. de Graaf, lid van de Tweede
Kamer te Lisse.
Officier in de orde van Oranje-Nas
sau: mr. H. J. Hoogeboom Bruins
Slot, directeur-afdelingschef, chef van
de hoofdafdeling Overheidspersoneels
zaken van het ministerie van Binnen
landse Zaken te Den Haag; S. H.
Tuinstra, hoofdadmininstrateur,
fdaatsvervangend chef van de afde-
ing Financiën Binnenlands Bestuur
van het Ministerie van Binnenlandse
Zaken te Gouda; mr. A. C. de Ruiter,
commies griffier bij de Tweede Ka
mer der Staten-Gèneraal te Den
Haag; mr. G. W. Toebes, directeur
van de vereniging van Nederlandse
Gemeenten te Den Haag.
Ridder in de orde van Oranje-Nassau:
P. J. Keijzer, burgemeester van Pa-
pendrecht.
Nieuw-Guinea
Ridder in de orde van Oranje-Nassau:
ds. D. A. ten Haaft, gewezen subres-
sort-schoolbeheerder van de zending
der Nederlands Hervormde Kerk in
Nederlands-Nieuw-Gu'nea, te Blak.
PROF. DR. J. H. BAVINCK
...ridder Nederlandse Leeuw...
Binnenlandse zaken
en Justitie
Ridder In de orde van de Nederland
se Leeuw: jhr. mr. G. Witsen Elias,
gewezen voorzitter van de Commissie
van onderzoek inzake onwettige cen
suur in Nederlands-Nieuw-Guinea,
preldent van de arrondissementsrecht
bank te Den Haag.
Onderwijskunsten en
wetenschappen
Ridder in de orde van do Nederland
se Leeuw: prof. dr. J. W. Duijff,
hoogleraar aan de rijksuniversiteit te
Leiden, wonende te Amsterdam; prof.
dr. H. B. G. Casimtr, bijzonder hoog
leraar aan de rijksuniversiteit te Lei
den, wonende te Heeze (N.-B.); prof.
dr. H. W. Obbink, hoogleraar aan de
rijksuniversiteit te Utrecht, wonen
de aldaar; prof. jhr. dr. P. J. van Win
ter, hoogleraar aan de rijksuniversi
teit te Groningen, wonende aldaar;
prof. dr. W. G. Burgers, hoogleraar
aan de technische hogeschool te Delft,
wonende te Rijswijk (Z.-H.); prof. ir.
E. F. Boon, buitengewoon hoogleraar
aan de technische hogeschool te Delft
en adviseur voor atoomzaken, wonen
de te Arnhem; prof. dr. J. H. Bavinck,
hoogleraar aan de vriie universiteit
te Amsterdam, wonende aldaar; prof.
dr. A. G. M. van Melsen, hoogleraar
aan de r.-k. universiteit te Nijmegen,
wonende aldaar.
Officier in de orde van Oranje-Nas
sau, bij bevordering: jhr. W. J. H. B.
Sandberg, directeur van het Stedelijk
Museum te Amsterdam, wonende al
daar.
Officier in de orde van Oranje Nas
sau: dr. L. D. Brongersma, directeur
van het museum van natuurlijke his
torie te Leiden, wonende aldaar.
dr. P. H. Schroder, alge
meen secretaris van de Maatschap
pij tot Nut van 't Algemeen, wonende
te Haarlem; H. M. Bleich, oud-voor
zitter van de Buitenlandse Persvere
niging te 's-Gravenhage, wonende al
daar.
Ridder In de orde vau Oranje-Nassau:
D. A. van Krevelen, hoofdbestuurslid
van de Nederlandse Amateur Toneel
Unie, wonende te Rotterdam; H. Th.
Nieuwenhuijsen, penningmeester van
het bestuur der vereniging „De Ne
derlandse Padvinders" te Utrecht: dr.
H. Schamhardt, secretaris van de her
vormde jeugdraad te Zeist; mevrouw
ir. M. Waardenburg-Lindeijer, advi
seuse van de christen jonge vrouwen
federatie te Haarlem; jkvr. J. A.
Wttewaal van Stoetwegen, oud-secre
taresse van de „Young Women Chris
tian Association" (Y.W.C.A.) te Balk;
G. B. M. Schulte, oud-wielrenner te
's-HertogenboschE. W. Ostreig,
hoofd van het bureau Den Haag van
Radio Nederland Wereldomroep, wo
nende te Voorburg; mr. J. C. de Wit,
hoofdredacteur van de Provinciale
Overijsselsche en Zwolse Courant te
Zwolle; J. Altink, kunstschilder te
Groningen; J. F. C. van Amelsvoort,
koordirigent te 's-Hertogenbosch; me
vrouw J. S. H. Bordewijk-Roepman.
componiste te Den Haag; mevrouw
M. Viruly-Dresselhuys, toneelspeel
ster te Amsterdam; mevrouw F. M.
Heil-Verver, beeldhouwster te Arn
hem; C. E. Heijnsius, kunstschilder
te Amsterdam: H. J. M. Jordans, di
rigent van het Brabants Orkest te
Vught; H. H. Kamerlingh Onnes,
kunstschilder, wonende te Voorscho
ten: mevrouw W. F. van Kerckhoven-
Kling, toneelspeelster te Amsterdam;
W. L. F. Orthel, componist en pia
nist te Den Haag; J. A. Rispens, let
terkundige te Deventer; G. W. Smit,
dichter en criticus te Laren (N.-H.);
R. Tolman, natuurhistorisch schrij
ver, wonende te Soest.
Defensie
Ridder in de orde van de Nederlandse
Leeuw: generaal-majoor ir. M. Brink-
greve, van het dienstvak van de tech
nische staf; generaal-majoor J. T.
Winkel, van het wapen der artillerie.
Officier in de orde van Oranje Nas
sau met de zwaarden: kolonel J. van
Buuren, van de generale staf; luite
nant-kolonel W. H. J. de Jongh, van
de generale staf; kolonel J. Bijloo,
van het dienstvak der militaire ad
ministratie; luitenant-kolonel-arts L,
van Oosten, van het dienstvak van de
militair geneeskundige dienst.
Officier in de orde van Oranje Nas
sau, met de zwaarden, bij bevorde
ring: kolonel F. A. Palm, van de ge
nerale staf; kolonel A. J. F. M. Eg-
ter van Wissekerke, van het wapen
der Koninklijke Marechaussee; aal
moezenier, gelijkgesteld met de rang
van luitenant-kolonel, P. C. Groenen
dijk.
Ridder In de orde van Oranje-Nassau,
met de zwaarden: majoor T. J. Laup-
man, van het wapen der Koninklijke
Marechaussee; majoor H. F. Sma
ling, van het dienstvak der militaire
administratie.
Ridder in de orde van Oranje-Nassau:
de legerpredikant, gelijkgesteld met
de rang van reserve-majoor, 3. R.
J. van Pagée.
Eremedaille, verbonden aan de orde
van Oranje-Nassau, in goud: met de
zwaarden kreeg o.m. adjudant-on
derofficier A. J. C. Rqmijnse, van het
wapen der Koninklijke Marechaussee.
In zilver, met do zwaarden: adjudant-
onderofficier-ïnstructeur A. P. Pro
voost, van het wapen der infanterie.
Met ingang van 30 april 1960 is toe
gekend de titulaire rang van brigade
generaal, aan de gepens. kolonel
der inf. J. L. H. A. Antoni; de ge
pensioneerde kolonel der infanterie A.
v. Santen; de gepensioneerde kolonel-
titulair der artillerie C. A. Hartmans.
KONINKLIJKE LUCHTMACHT.
Ridder In de orde van de Nederlandse
Leeuw: de generaal-majoor H. P.
Zielstra.
Officier in de orde van Oranje Nas
sau, met de zwaarden de kolonel B.
H. Slager.
Ridder in de orde van de Nederlandse
Leeuw: T. Paauwe, raadadviseur in
algemene dienst bij het Departement
van Defensie.
Officier in de orde van Oranje-Nas
sau: de directeur van 't Staatsbedrijf
Artillerie-Inrichtingen ir. W. T. Hi-
larius; de administrateur bij 't Depar
tement van Defensie A. J. van Dijke;
J. H. E. baron van Nagell; prof. dr.
J. P. A. Mekkes.
KONINKLIJKE MARINE.
Ridder in de orde van de Nederlandse
Leeuw: vice-admiraal L. Brouwer;
schout-bij-nacht H. Tichelman:
schout-bij-nacht G. B. M. van Erkel;
schout-bij-nacht-vlieger J. M. van
Olmschout-bij-nacht-arts W. A. Bor-
geld.
Officier in de orde van Oranje-Nas
sau, met de zwaarden: kapitein-ter
zee R. M. Crommelin,
Officier in de orde van Oranje-Nas
sau: tijdelijk vlootpredikant (in rang
gelijkgesteld met kapltein-luitenant-
ler-zee) ds. F. Colenbrander.
De eremedaille, verbonden aan de orde
van Oranje-Nassau in zilver, met de
zwaarden, krijgt onder anderen ser
geant-majoor der mariniers W. H. A.
Jobse.
C. W. VAN WINGERDEN Mr. Th. M. J. DE GRAAF
-....ridders Nederlands» Leeuw...—
MARY DRESSELIIUYS
...ridder Oranje-Nassau...
V olkshuisvesting
en bouwnijverheid
Ridder in de orde van de Nederlandse
Leeuw: ir. W. N, van Nooten te Rot
terdam, waarnemend voorzitter van
de Centrale Commissie voor de Ont
eigeningsvergoedingen.
Officier in de orde van Oranje-Nas
sau: ir. B. J. K. Cramer te Rotter
dam, bouwkundig ingenieur; C. Elf-
fers te Capelle aan de IJssel; ir. W.
P. C. Knuttel te Deventer; H. A.
Maaskant te Rotterdam, allen archi
tect B.N.A.
Verkeer en
waterstaat
Ridder in de orde van de Nederlandse
Leeuw: C. Moolenburgh te Den Haag,
inspecteur-generaal voor de Scheep
vaart; J. Olijslager te Amsterdam,
oudste directeur van de N.V. Stoom
vaart Maatschappij „Nederland".
Officier in de orde van Oranje-Nas
sau: ir. H. J. Schoemaker te Delft,
adjunct-directeur van het Waterloop
kundig Laboratorium; ir. J. L. Hoor
weg te Hilversum, chef van dienst bij
i de N.V. Nederlandsche Spoorwegen;
I G. B. van der Leest te Utrecht, hoofd
inspecteur bij de N.V. Nederlandsche
Spoorwegen; ir. S. Noycm te Rotter
dam, chef van het Bouwbureau van
de N.V. Spoorwegopbouw; R. P. van
Dijk te Den Haag, inspecteur in al
gemene dienst der P.T.T.