pmKalezeeuwsecSt^i ^Cerst lied *s fjg -r> "«1% Cjab^ Bov«lander. Het is gebeurd op een winterdag Des nachts om twalef uren. De kleine kudde met herders lag Te sluimeren bij de vuren. Toen klonk uit de hemel een heldere wijs Kyrie Eleys Maar ik en gij waren niet daarbij, Ons trokken te vele zaken Naar aardse gewichtigdoenerij. Naar wereldse vermaken Of naar zorgen voor drank en spijs, Kyrie Eleys De herders hadden hun handen vol Eenvoudige geschenken. Zij gaven het Kerstkindje schapewol En baden het: Wil aan ons denken Wanneer Gij zult zijn in Uw paradijs. Kyrie Eleys Doch ik en gij komen achteraan Met duizenden meegelopen Wij zullen wel lang in de rij moeten staan Maar de staldeur is nog open. Wij worden misschien nog wel eenmaal wijs. Kyrie Eleys ANTON van DUINKERKEN (Uit de bundel „Waaiend Pluis")

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1959 | | pagina 9