it „KERSTFEEST in de eenzaamheid...." Geen kerstfeest in het veerhuis aan de Schelde bij Gorishoek GASTEN in het huis in de polder ,MEI WAS ER EENZAAM, MAAR GEZELLIG!" „ER LIGT EEN VEERHUIS aan de stroom verlaten Verbleekt, met donk're luiken, staart het blind En laat de stroom, die eenzaam voortglijdt praten En luistert niet naar 't fluisteren van de wind KERSTFEEST in eenzaamheid". Dat was het motto voor deze pagina kerstfeest in eenzaamheid, ergens in de polder, aan de rand van de duinen of in de verlatenheid van het wijde, Zeeuwse land, onder de zo langzamer hand spreekwoordelijke hoge hemel. Het was er niet. Het kerstfeest wordt heden ten dage vermoedelijk alleen nog maar in alle eenzaamheid gevierd in de grote steden, waar een mensenkind al leen kan zijn temidden van duizenden medemensen. Waar men op kerstavond nog eenlingen vindt in zakelijk-feeste- lijk aangeklede restaurants, zittend aan een model-gedekte tafel, verlicht met een koel-witte kaars, triest opvlam mend in de verlatenheid van een eenza me eetzaal, waar een zwartgerokte kel ner plechtig rondgaat van de ene verlaten, naar de andere nauwelijks be zette tafel. VOOR HET EERST SINDS JAREN... ZO ZOU MEN, vrij naar de dichter Frans Bastiaanse van het gedicht „De Vecht?', kunnen mediteren over het veerhuis aan de Oosterschelde, hij Gorishoek. Want sinds september van dit jaar ligt dat ook aan de stroom ver laten en „verbleekt, met donk're luiken, staart het blind" VOOR HET EERST sinds tientcdlen jaren zal er in het veerhuis van Goris hoek geen kerstfeest worden gevierd. In de grauwe eenzaamheid van de don kere decemberdagen zal het er stil en verlaten liggenvergeten aan een oever van de grijze OosterscheldeInplaats van licht en leven en warmtezal het huis slechts kille leegte kennen en wie weten wil, hoe daar vroeger kerstfeest werd gevierd, kan dat optekenen uit de mond van de vroegere bewoners. Weer speelde grote rol Dagen tevoren luisterde mijn vrouw al ingespannen naar de weerberichten, want met het weer stond of viel het bezoek van kennissen op eerste kerstdag aan het veerhuis", vertelt Gerard La rooy, 52 jaar oud, geboren en ge togen aan de waterkant van Go rishoek. Zijn leven en werken en dat zijner voorvaderen liggen want het veer Gorishoek-Yerseke is niet minder dan 365 jaar in de familie. „Ja, het was er eenzaam wo nen", geeft Larooy toe „maar het had zijn voordelen. Je was er heer en meester", voegt hij er peinzend aan toe. Met de kerst vieringen merkte je van die een zaamheid gelukkig weinig. Bij goed weer trokken de kennissen elk jaar op eerste kerstdag óp naar Gorishoek om in het veer huis, met de familie Larooy man, vrouw, twee dochters en een zoon het kerstfeest te vieren. „En dan kon het er wat gezellig zijn", gaat hij verder: „Met een kaarsje, een snorrende kachel, iets prettigs te drinken...". Het is een bijna Diclcensiaans beeld, dat Larooy daar oproept. De knusse, behaaglijke sfeer van de familiekring, bijeen in de vei lige beslotenheid van een hecht en sterk huis. Een vesting bijna. met zijn aan de achterzijde hoog oprijzende, door betonnen steun beren gesteunde muren, de ste vige blinden voor de ramen en een witgeschilderde vlaggestok fier aan de voorgevel. Een huis om thuis te zijn, midden in de eenzaamheid van de wijde Oos terschelde aan de voor- en de uit gestrekte, laaggelegen polders aan de achterzijde. Met als enige „buurman" dan het nog niet zc lang geleden geopende café-res taurant „De Zeester". Dat 's win ters evenwel gesloten is een „biervlag"zinloos ivapperend aan de gevel... en verlaten oord, mevrouw Larooy komt er rond voor uit. Zij heeft het er nooit zo gezellig gevonden en zij was best ingenomen met de verhuizing naar Scherpenisse, haar geboor teplaats, waar de familie Larooy nu sinds september temidden van de dorpsgemeenschap woont. Aan de kerstvieringen in Gorishoek bewaart ook zij niettemin de beste herinneringen, hoewel het een en kele keer wel eens anders uit kwam dan men tevoren had kun nen bedenken. Zoals dat jaar, toen er op druk bezoek was gerekend. Het grillig vaderlandse weer- bestel gooide lelijk roet in het eten. Alle goede weers verwachtingen ten spijt was het die eerste kerstdag storm en regen geblazen en geen mens waagde de expeditie naar het veerhuis van Goris hoek. Waar men toch echt wel op een paar gasten had gerekend. Met name in de vorm van een respectabele hoeveelheid verse kadetjes. Heel de week heeft de fa milie Lanooy toen kadetjes gegeten. „En ze werden zo oud", herinnert mevrouw La rooy zich nu nog met een ze kere weerzin Toch gebeurde het maar zel den, dat iii Gorishoek het kerst feest inderdaad in eenzaamheid gevierd moest worden. Het was ook traditie geworden, dat de fa milie Larooy tweede kerstdag naar Scherpenisse trok om het feest bij vrienden en verwanten te vieren. „En als we dat al eens moesten overslaan, dan gingen we toch ieder jaar op Nieuw jaarsdag, weer of geen weer, naar Scherpenisse. Desnoods met een taxi", vertelt de heer Larooy. waarvan de welput verzandt en Zo was er tijdens de feestda- waar een duiventil nu doelloos in gen in december toch altijd ruim- de tuin staat. Dit jaar zal er voor schoots contact met familie en het eerst geen kerstfeest worden vrienden, ook al woonde men in gevierd „het ligt er aan de de eenzaamheid van het verlaten stroom verlaten. En luistert Gorishoek, daar aan de zuidkant niet naar 't fluisteren van de van Tholen. In het veerhuis, wind......". wssmum mmssr* "-fryn schijnbare verlatenheid Kerstfeest in de werkelijke eenzaam heid is anders. Waar ergens in de polder nog een huis staat, op kilome ters afstand van de zogeheten bewoon de wereld, wordt het kerstfeest gevierd temidden van vrienden en verwanten, zo is ons gebleken. Daar wordt zulk een verlaten woning tot een middelpunt van sfeer en warmte, daar komt men bijeen om gezamenlijk het feest van de vrede en van het licht te vieren. Aan de zuid kant van Tholen, in het veerhuis van Gorishoek in het recente verleden; op Beveland, ergens in het polderland, tot op vandaag-de-dag; de dag van decem ber 1959. In Zeeuwsch-Vlaanderen, op Tholen, Schouwen-Duiveland en Walche ren, zochten wij vergeefs naar eenzame verlaten woonsteden, waar tot op kilo meters afstand geen naaste buren wa ren te vinden. Zelfs in de toeristencen tra, die in de zomer zo rijk bevolkt zijn, maar in de winter schijnbaar verlaten, bleken nog mensen in eikaars nabijheid te vertoeven. Op het winterse Walche ren, met wijd verbreid de dorpen, de hofsteden en de op zomers vertier inge stelde badplaatsen, komen ook in decem ber mensen bijeen aan de voet van de altijd blonde duinen in bungalows, waar stedelingen het kerstfeest komen vieren, op zoek naar rust en stilte, na 't rumoer van de grote stad. En nóg zijn zij niet alleen, want hier en daar in het toch zo bij uitstek zomerse kamp in het Vebena-bos onder Koudekerke, pin kelt een lichtje vertoeven mensen, die ook in de winter dit zomers verblijf tot hun woonverblijf maken. Tijdelijk, misschien, maar zij komen er toch. Kerstfeest in eenzaamheid. Het is nauwelijks te vinden. gast vrouw en gastheer HET PUNTIGE RODE DAK van het alleenstaande huis steekt juist boven de oude, verweerde zeedijk uit. Links liggen de verlaten polders te zuchten onder de venijnige oostenwind. De grauwe klei grond, in keurige rechte vo ren gesneden, blinkt in het late decemberzonnetje.Rechts strekken zich de eindeloos reikende schorren uit, die zonder enige overgang plot seling in het water lijken te verzinken. De schorre roep van een sierlijk zeilende zee meeuw draagt vér over de uitgestrekte landerijen. Ge dragen door de wind koerst de vogel landinwaarts, weg van het eenzame huis in de verlaten polder. Verloren staat de woning aan de voet van de zeedijk, als een ver dwaald schaap, dat uit de vei lige beschutting van de kud de is weggerukt. Weinig aanspraak Het ls de woning van de wa terschapsambtenaar J. Jobse (56) in de Boonepolder, tussen Hoedekenskerke, 's Gravenpol der en Biezelinge. Hij woont hier met zijn vrouw en twee dochters. De enkele hectaren grote polder is slechts één huis rijk: de woning van de fami lie Jobse. De dichtstbijzijnde boerderij is op ruimt twee ki lometer afstand gelegen, ver scholen achter hoge bomen en de talrijke dijken, die het lage Bevelandse land doorkruisen. Elf jaren van eenzaamheid heeft het gezin Jobse hier doorgebracht, elf kerstfeest vieringen ook in de besloten heid van de woning. „Neen", vertelt ons mevrouw Job- so, een vriendelijke, reeds grijzen de vrouw, die spontaan haar vreugde toont over hot onver wachte bezoek, „neen, de kerst feesten zijn niet eenzaam." „In tegendeel,voegt zij er aan toe, „het is altijd erg gezellig op die dagen!" En lachend vervolgt ze: „Soms hebben we meer dan tien gasten, die de gehele dag blijven en pas 's avonds om tien uur naai* huis gaan." Over weggaan tijdens de kerstda gen denken de Jobsc's niet. Waar om zou je weggaan, als je het thuis ook gezellig hebt? En voor dit standpunt is alles te zeggen. De komende kerstdagen kan het gezin weer op een aantal gasten rekenen, de „vaste klanten", die nimmer verzuimen deze dagen voor de familie Jobse zo aange naam mogelijk te maken en de vrienden en vriendinnen van de beide dochters (18 en 15), van wie de oudste op oen atelier in Goes werkt en de jongste een school in deze stad bezoekt. „Ik ben altijd blij als er ie mand komt", merkt me vrouw Jobse op, terwijl ze bedrijvig heen en weer loopt en de koffiekopjes op tafel zet. „Ik wil ook wel eens praten...." laat ze zich ontvallen. Nu ja, met dat praten zal het nog wel loslopen. Iedere morgen gaat zij naar de dichtstbij zijnde boerderij melk ha len en iedere morgen ook komt de vriendelijke post bode uit Hoedekenskerke met de krant. Verder ver zorgt hij ook allerhande zaken voor de familie Job= se, zoals het meenemen van brieven, postwissels en dergelijke. Aan de eenzaamheid is mevrouw Jobse wel gewend, al drukt het alleen zijn na het vertrek van de lichtwachtersfamilie een tweetal kilometers verder soms toch wel zwaar. Minder prettig is. dat in het huis aan de zeedijk ieder comfort ontbreekt. Elektrisch licht is er niet, waterleiding even min en het lange afstandgas gaat aan de familie voorbij. Mevrouw Jobse moet zich nu behelDen met butagas, zowel voor koken als voor licht. De radio werkt op een batterij. Ja de radio, dat is op de telefoon na het enige apparaat Elfmaal kerst in eenzaamheid WWAWW*VWWAWW waarmee men contact heeft met de buitenwereld. Mevrouw Jobse verzekert ons, dat de radio slechts zelden op non-actief staat... Verhuizen Maar het gezin Jobse heeft de langste tijd in het eenzame huis in ae Boonepolder doorgebracht. Het waterschap De Brede Wate ring van Zuid-Beveland, waaraan haar man als waterschapsambte naar werkt, heeft besloten de zeewering onder Hoedekenskerke te verhogen en dat betekent, dat het huis van de familie Jobse moet worden gesloopt, om plaats te maken voor een nieuwe dijk. Hoe nodig een nieuwe zeewering ook moge zijn, mevrouw Jobse heeft nimmer angst gehad voor een doorbraak. „Water kan me nu eenmaal geen angst inboeze men," vertrouwt ze ons toe. „Nog hooguit twee jaar", verklaart mevrouw Jobse, „en dan vertrekken we van hier. Zeer waarschijnlijk naar het dorp Hoedekensker ke". Het betekent nog twee of drie kerstfeestvieringen in het eenzame, afgelegen huis. Maar tijdens de kerstdagen is dat huis dank zij zijn be woners geenszins ver van de „bewoonde wereld" af.„.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1959 | | pagina 15