Bedevaartgangers hadden vaak
iets op hun kerfstok
Contact met mensen en met de „Times"
BOSCH
NIEUWS UIT DE KERKEN
Een
derde gat
't gehele jaar door
so
PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT
VRIJDAG 27 NOVEMBER 1959
ZEEUWEN IN DE MIDDELEEUWEN
Vrome pelgrims naar Palestina
Wanneer een Zeeuw een pel
grimstocht wilde ondernemen,
behoefde hij niet ver te reizen.
In Middelburg hou hij „totten
heyligen cruce" gaan, of hij kon
het voorbeeld van keizer Sigis-
mund, van graaf Willem de Zes
de en van Philips de Goede vol
gen, en naar „Onser liever
Vrouwe in den poldere" (Vrou
wenpolder) reizen, tenzij hij er
de voorkeur aan gaf de Schel
de over te steken en „van Er-
denborc" (Aardenburg) die
soéte vrouwe" te bezoeken, in
het voetspoor van drie Engelse
koningen, van Philips de Schone
en van „onsen Iierden (geduch-
ten) here" Karei de Stoute.
Door Jac. R. W. Sinninghe
Het waren niet alleen vrome pelgrims,
die deze tochten te voet of te paard
aflegden, mén kon ook bij rechterlijk
vonnis tot een bedevaart veroordeeld
worden, om zijn zonden uit te boeten
en dan mocht men niet terugkeren
zonder „goet betooch" (getuigenis)
van deze tocht te hebben meege
bracht.
DE SCHUTTERS.
Schutters uit Arnemuiden, die wei
gerden 'onr zich in het ..gilde ende
scutterie van Sint-Sebastiaens" te
laten inschrijven, behoefden slechts
naar Vrouwenpolder te trekken, én 'n
zelfde straf werd aan een andere Ar-
nemuidenaar opgelegd. De schuldige
was de deken van het schippersgilde,
die op het open vaarwater, het Vlake
eèn boot van een van zijn schulde
naars had geënterd: een zeeroof on
der verzachtende omstandigheden.
Ja de bewoners van de toen ter tijd
van leven bruisende zeehaven, waar
schepen uit alle landen het anker lie
ten vallen, waren niet van de gemak-
kelijksten. Zo nu en dan moest mén
hen verder van huis sturen en twee
van hen, die gevochten hadden met
„de scipluyden van der Goes" werden
tot een bedevaart naar Brussel ver
oordeeld.
De schutters
ongehoorzaam
Naar Aardenburg moesten de deken
en de beleders van het kuipersam
bacht te Middelburg, die een spel in
de jaarlijkse ommegang hadden moe-
Advertentie)
„HANDIG"...
Alabastine in gat,
V scheur of kier van
muur en plafond err
ze zijn weer glad,
vlak en smetteloos!
JU&STNE X&JJPQ K.Ï. U3K£6MÉÖT t - WSTKMJi
ReproduMie van een middeleeuwse
prent: heer Frederilc van Eusen op
bedevaart.
ten vertonen „twelck zy niet geobe-
diëert en hebben"daarheen ging ook
de jongeman, die er met een ander
vandoor was gegaan, hoewel hij ver
loofd was „in belofte was staende
met een jonghe dochter".
Naar Brugge moest een „cordewagen-
cruyer", die bij het transport der
goederen van een koopman „over-
loon" had geëist, ondanks dat de
stadskeuren dat verboden, en nog
strenger werden enkele makelaars ge
straft. die in een tijd van schaarste
koren hadden gekocht met de bedoe
ling het „uyten lande te doen vervoe
ren": zij moesten de Alpen over voor
een voetreis naar Rome.
Een vrouw die een valse aanklacht
had ingediend en een andere vrouw
„dieftc angeteghe" had. werd tot
„Coelen (Keulen) ten Heyligen Dfie-
coningen" gestuurd en een jonge man,
die valsheid in'geschrifte had ge
pleegd, „des clercx handt van Middel-
borch geconterfeyt (nagemaakt)"
bad, naar Wilsnaken.
Om vergiffenis te krijgen voor een
doodslag moest men het verste rei
zen, „tot Kooghen Rome", „tot Sint-
Jacobs in Galissien" over de Pyreneën
of naar het heilige land.
Naar Palestina
Ook voor de vrome pelgrims was de
tocht naar Palestina de voornaamste
en tevens de moeilijkste bedevaart,
waarvan velen niet terugkeerden. Zo
stierf tijdens zo'n tocht in 1525 Hans
direkz. kueremoery, poorter van Mid
delburg, maar Heer Pouwel Janz van
wiskerclcen (Wissekerke) en Heer
Pouwels Anthonisz van der Veer
(Veer), twee priesters konden zich
voortaan Jeruzalemvaarders noemen,
evenals de Goese burger Quirijn Cor-
nelisz.
Maar eer ze in Jeruzalem waren... bij
Bergen op Zoom ontmoetten de reizi
gers al enkele snaphanen, die echter
voor een gevecht terugschrokken, bij
Gulpen in Limburg „twellic een
moortcuvl is daer alle schorlunen
(schavuiten) ende rabauwen in ont
houden sijn" ontkwamen ze aan een
roofoverval, doordat ze voor goed geld
een dertigtal tot de tanden gewapen-
den uit Maastricht hadden gehuurd,
die hen tot Aken begeleidden, terwijl
de magistraat van Aken hen acht
cloocker (kloeke) mannen meegaf
„wel ghewapent mit geschut, twee te
paerde ende ses te vuet, enzovoorts.
Rovers
Ten slotte kwamen ze toch in Vene
tië, waarvan drie maal per jaar gro
te galeien vertrokken naar Syrië, die
,met meer dan tweehonderd koppen
waren bemand. Daar moesten ze wel
terdege uitkijken naar een goed schip
met een goede kapitein en een goede
kajuit, want in die kajuit lagen de
tientallen pelgrims uit onze gewes
ten die deze tocht ondernamen dicht
opeen, want een ieder had slechts de
beschikking over een ruimte van drie
span biv
streeks
een halve meter.
Venetië had enorm veel voordeel van
deze pelgrims, want daar moest men
de nodige inkopen doen.
Men werd er door mede-christenen
afgezet, terwijl men later in het
Heilige Land voor grof geld een
vrijgeleide moest kopen van de
Turkse overheid; en daar was men
i breedte en acht voet lengte, om-
s vier en een halve bij twee en
overgeleverd aan tolken, ezeldrij
vers en rondzwervend gespuis, dat
altijd, met zachte dwang of met
geweld, fooien trachtte af te per
sen. „Voonvaer, die enen quaden
truutsman (tolk of vertrouwens
man) hevet, die is half verloren bi
groter valsheyt die sie den pel
grims doen", en goede tolken wa
ren uiterst zeldzaam.
Leeftocht
Wat moest men in Venetië al niet ko
pen Vooreerst een scheepskist om er
alle bagage in te bergen en om daar
in de kajuit die van ongedierte we
melde, op te slapen; verder natuurlijk
dekbedden, kussens, linnen lakens en
grote paknaalden om het beddegoed
vast te steken, want als men zich los
woelde was men verloren. Drijvend
van het zweet lag men daar, terwijl
door open luiken de nachtwind naai'
binnen speelde. Het eten aan boord
was slecht, want alleen zieke scha
pen werden geslacht, de wijn was
lauw en op het van maden wemelende
brood brak men zijn tanden. Vandaar
dat de pelgrims enige vaatjes water
en wijn meenamen, zijden spek en
reuzel, gedroogde vis, erwten en bo
nen, een hole met kippen en hard ge
kookte eieren, en natuurlijk ook pot
ten en pannen om zelf onderweg het
eten te bereiden.
Zij waren niet ingesteld op het kli
maat, en velen stierven onderweg aan
dysenterie, typhus en andere koort
sen. Men nam dan ook geneesmidde
len mee, „stopcruyden ende cruyden
laxerende kruiden), en triakel, een
die ganc maken" (anti-lexerende en
wondermiddel dat ook opium bevatte,
en dat indertijd slechts in Venetië
werd bereid.
Met de heen- en terugreis van Zee
land naar Palestina waren drie kwart
jaar gemoeid, en het is wel te begrij
pen dat men God loofde en dankte,
wanneer men weer bij de zijnen te
rug was.
(Advertentie)
deelt weer rijksdaalders uit!
Stophoest, 'ten 't.1
Schrijf deze zin over op een briefkaart en
vul de ontbrekende woorden in. Plak er
dan 2 Stophoest-agenten bij (U vindt ze
op elke rol Stophoest van 17 cent) en
zend de briefkaart vóór donderdagmor
gen 3 dec. aan Red Band - Roosendaal.
De eerste 200 goede inzendingen wor
den beloond met elk 2 rijksdaalders
Prijstoekenning onder controle van Nota
ris Mr. Jos van Gastel, Roosendaal.
Dit is de laatste kans, zend Uw oplossing
direct in.
STOP DIE HOEST, NEEM STOPHOEST
Ds. H. K. Quéré-Apeldoorn
50 jaar in het ambt
Ds. H. K. Quéré uit Apeldoorn her
denkt morfen (zaterdag) het feit,
dat hij vijftig jaar geleden als pre
dikant van dé Ned. Hervormde Kerk
werd bevestigd. Van 1931 tot 1936
heeft ds. Quéré de hervormde ge
meente van Domburg gediend.
Wormer loopt
in de gaten
(Van onze correspondent)
WORMER, 26 nov. - In Wor
mer is men blijkbaar niet
voor één gat te vangen. De
afgelopen nacht is er een
derde gat ontstaan. Weer
zo'n geheimzinnig, meters
diep en vijf kantig gat en wel
in het weiland van boer K.,
ongeveer 800 meier verwij
derd van het veelbesproken
tweede gat.
De Maatschappij tot Exploitatie van Wor
mergaten is onmiddellijk begonnen met
een uitgebreid onderzoek. Een bliksem-
onderzoek, want men hoopt nog vandaag
het raadsel te ontsluieren. De Maatschap
pij ziet er kennelijk nog een gat in. Wij
houden u op de hoogte. Raadpleeg dusi
de krant van morgen. Wellicht kunnen]
wij u dan meer vertellen, want Nyat inl
het gat zit verzuurt niet!
Die heb ik ook nog- gekend! Ik
heb me wel eens laten ver
leiden om, als ik het doods
bericht van een of andere persoon
lijkheid las, in deze brieven enke
le herinneringen op te halen van
contacten, die ik met hem heb ge
had, wellicht in het verre verle
den, toen de overledene nog hele
maal niet zo bekend was. Het is
de vraag of zulke herinneringen
alleen verdienen te worden opge
haald bij het overlijden van de
oude kennis. Ilc ben toch nog niet
zó uit mijn tijd dat ik ook niet
kan meepraten over mensen die
er nog zijn, en die nu nog mee
tellen. Wilt U een voorbeeld? Ilc
heb dr. J. S. Bartstra jr., de nieu
we rector van het Goese lyceum
gekend. Zijn vader, nauwelijks
een paar jaar ouder dan ik, is een
van mijn beste vrienden. Toen J.
S. Bartstra jr. voor 't eerst onder
mijn oog verscheen ging hij nog-
niet eens naar het gymnasium.
Hij noemde me toen Oom Vita
mine, want ik slikte in die dagen
met geloof en met hoop lever
door prof. G. J. Renier,
Londen
traancapsules, en nam die ook in
terwijl ik bij zijn ouders logeer
de. Aan die capsules heb ik nu
mijn slechte spijsvertering te
danken.
Ook na de Tweede Wereldoorlog
kwam ik in Haarlem, waar ik van
verscheidene zijden over het
prachtige illegale werk van de
toekomstige Goese rector hoorde.
Zoals wij hier in Engeland aldoor
met onze eigen bom voor de dag
kwamen, hoe dichtbij die gevallen
was, en hoe we toen nauwelijks
aan de dood waren ontsnapt, zo
wist iedereen in het juist bevrijde
Nederland over zijn bevindingen
en gewaarwordingen gedurende
de bezetting te praten. De men
sen moesten zich uiten, het was
na de druk van jaren een zuive
ringsproces waar je niet aan ont
kwam: je moest het herleven, het
laten meevoelen door wie zelf de
laars niet in de nek had gehad.
Mijn indruk was dan ook dat het
in Nederland heel wat erger was
geweest dan in Engeland. Wij
hadden gevaar gekend, U gevaar,
ontbering en vernedering.
De jonge Bartstra was bescheiden.
Zo heel veel vertelde hij niet over
zijn eigen werk. Ilc wil het een
bescheiden man niet moeilijk ma
ken, maar het zou me toch ge
noegen doen als de Goesenaars
beseften, dat hun nieuwe mede
burger door zijn durf en zijn be
kwaamheid het leven van ettelijke
mensen en de vrijheid van velen
gered heeft. Ik weet het: tegen
woordig is het geen mode meer
om gedurende de oorlog verdien
stelijk te zijn geweest. Ook voelt
de nieuwe rector misschien wel,
dat als hij teveel over zijn spe
ciale techniek vertelde, zijn leer
lingen binnenkort hun eigen rap
porten zouden kunnen opstellen
en tekenen.
In brieven kan men, net als in
dromen, zo heerlijk van de.hak
op de tak springen. Laat ilc
van die vrijheid gebruik maken
om U over iets heel anders te
schrijven. Daar heeft een brief
van me in de „Times" gestaan!
En dat is geen kleinigheid. Brie
ven aan de redactie worden hier
veel geschreven,' en de kranten
moedigen de gewoonte aan. Die
correspondentie vormt een lopend
commentaar op het beleid van de
redactie. Niet zelden gebeurt het,
dat een blad dat op een of ander
gebied een scherpe houding heeft
aangenomen als gevolg van de
ontvangen correspondentie zijn
houding voorzichtig gaat wijzi
gen. Lang niet alle ingezonden
stukken hereiken het stadium van
publikatie.
In de grote in omvang even
als in invloed grote „Times"
vervult de correspondentie een
andere rol. Zij is een publieke tri
bune geworden. Men schrijft aan
de „Times" iets waar men het ge
moed van vol heeft. Wordt de
brief gepubliceerd, dan gaan an
deren ook over het onderwerp na-
denken^ en na een dag of wat
verschijnt commentaar op do eer
ste brief, en ook wel over het
aangeroerde onderwerp in 't al
gemeen, van andere lezers. Er be
staat op de „Times" een hele af
deling die zich uitsluitend met de
correspondentie bezighoudt. Inge
komen stukken worden bestu
deerd, gewikt en gewogen, 's
Schrijvers naam wordt in opslag-
werken opgezocht. Er wordt be
sloten of een brief op de hoofd
pagina, naast de hoofdartikelen,
of op een andere pagina zal wor
den gedrukt, of men enkel een
uittreksel zal drukken, of de brief
zal negeren. Iedere minder geluk
kige briefschrijver krijgt een me
dedeling waarin wordt uitgelegd
waarom zijn stuk niet, of enkel
gedeeltelijk, kan verschijnen.
De reden die me „naar de pen
deed grijpen" was beslist niet
heel belangrijk. Iemand had aan
de „Times" geschreven om te vra
gen hoe het toch kwam dat er in
Engeland zoveel straten en plei
nen de naam van Montpellier, met
of zonder dubbele 1, droegen. Er
kwamen heel wat antwoorden en
daaruit heb ik geleerd, wat me
tot nog toe onbekend was, nl. dat
Montpellier in Frankrijk met zijn
beroemde medische faculteit en
zijn natuurwater gedurende de
achttiende eeuw in Engeland ver
maard was. Montpellier Place, of
Row, of Street, betekende toen zo
veel als „Gezondheidsplein", „Zui-
vereluchtstraat". Het is een feit
dat a.lle plaatsen met de naam
Montpellier mooi, ruim en duur
zijn;
Toen, zoals in zulke gevallen
meer voorkomt, veranderde de
toon van de correspondentie.
Iemand schreef uit het mooie
oude Spa dat Bath heet: „Wat
zijn de mensen in Engeland toch
onwetend. Ze schrijven Montpel
lier met één 1. behalve wij in
Bath. Wij weten het beter". Dat
hinderde 'me een beetje. Ik woon
nu eenmaal in Montpelier Row!
„Prof.!" zeiden mijn buren, „het
is tijd dat jij ook eens uit de
hoek komt". Best. Ik ging eens
praten met onze stadsbibliotheca
ris en samen zijn we toen de oude
registers van de locale belasting
gaan raadplegen. Daaruit bleek
dat onze omstreeks 1720 gebouw
de straat eerst de dubbele 1 in zijn
naam had, en zo was het nog in
1743. Maar nu wil het geval, dat
als de mensen een buitenlandse
naam veel gebruiken zo hem zo'n
beetje gaan naturaliseren. Denk
maar aan Flushing voor ons Vlis-
singen, of aan ons Berlijn of Pa
l-ijs voor steden die in eigen land
anders heten. Ik schreef mijn
brief, en waagde tevens de opmer
king dat wie het Engelse woord
Montpelier nu met een dubbele 1
schrijft geaffecteerd is, of een
snob. De buren vonden het mooi,
klopten me op mijn schouder, en
genoten vooral van het feit, dat
mijn basgeblaf al de keffertjes af
schrikte. Verdere brieven kwamen
er niet.
Maar daarmee was 't niet uit.
Ik stel me zo voor dat de
correspondentie in de
„Times" tot de meestgelezen ma
terie in heel Engeland behoort.
Het eerste blijk daarvan bestond
uit een reeks bedelbrieven voor
allerlei liefdadigheidswerken.
Blijkbaar lozen de secretarissen
van alle honden-en-blinden-en on
gehuwde moeders (herstel van)
verenigingen de correspondentie
in de Times. En ieder van de of
ficieel door de Times belangrijk
verklaarde mensen wordt op de
lijst van potentiële weldoeners
geplaatst. Ik had er mijn hele
pensioentjes wel aan kunnen of
feren.
Tien dagen na 't verschijnen van
mijn brief kreeg ik per luchtpost
uit Warschau een heel merkwaar
dige brief. De hoofdredacteur van
een daar verschijnend cultureel en
letterkundig maandblad had de
brief gelezen. Of ik soms ook de
meneer was die jaren geleden een
boek over Engeland had geschre
ven? Mocht hij wat uittreksels
uit dat boek publiceren? Hij zei
verder erg flatteuze dingen over
me, en voor dat gevlij ben ik net
zo gevoelig als alle andere men
sen. Ilc herinner me evenwel ook
nog hoe gedurende de Tweede
Wereldoorlog de Duitse radio uit
treksels uit datzelfde boek in de
ether zond om te bewijzen dat
de Britten maar een decadent
soort mensen zijn. Wat ik dan
weer minder prettig vond.
Wat moest ik nu doen? Als die
meneer in het communistische
Polen mij zo maar kon schrijven,
en zo gauw, dan was hij eigenlijk
heel orthodox, en, kan ik het hel
pen, ik vind communisten bijna
even onaantrekkelijk als het com
munisme. Maar zijn er eigenlijk
wel communisten in Polen? De
Polen houden evenmin van Rus
sische onvrijheid als de arme
Hongaren, maar ze zijn wat ver
standiger geweest. Is nu zo
iemand als schrijver van deze
brief een vaderlandlievende en
verlichte Pool, die hunkert naar
contact met het beschaafde wes
ten? Wie weet? Je zoudt eigenlijk
zelf moeten gaan kijken.
Ik heb toen maar besloten om op
zo'n manier te antwoorden dat de
brief in beide gevallen toepasse
lijk was. Dat was een hele toer.
Maar tenslotte vond ik mijn po
ging niet onverdienstelijk. Ik
geef U als staaltje één alinea:
„Wat kan tenslotte beter zijn dan
een uitwisseling van gedachten
tussen burgers van „één-partij-
landen" en burgers van „geva
rieerde landen"? Vrede en voor
uitgang blijven onveilig, zolang
als we in onwetendheid van elk
aar voortleven. Ik geloof dat
contacten zoals dat tussen U
en mij do vredescampagne waarin
Kroesjtsjew en Eisenhower naast
elkaar schijnen te staan enkel
kunnen helpen. Mag ik er nog bij
zeggen dat terwijl ik niet erg ge
steld was op het Polen van Pil-
soedsky, ik vol sympathie ben
voor het hedendaagse Polen". Ja,
Zeeuwse lezer: wat IS het Polen
van heden? Daar zal vrijheids
minnaar en communist waar
schijnlijk ieder het zijne van den
ken.
Ds. Van Stein-Callenfels
50 jaar predikant
Zaterdag a.s. zal het vijftig jaar ge
leden zijn, dat cis. P. V. van Stein
Callenfels uit Zeist werd bevestigd
als predikant' van de Nederl. Her
vormde Kerk. Ds. Van Stein Callen
fels werd op 15 februari 1882 in de
hervormde pastorie van St. Laurens
geboren. Hij bezocht het gymnasium
te Nijmegen en studeerde verder aan
de rijksuniversiteit van Utrecht.
NED. HERVORMDE KERK
Beroepen te Wïlhelminadorp H. Lint
boom, kand. te Delft. Beroepen te
Poortvliet (toez.) C. J. van den
Broek te Ridderkerk.
GEREF. KERKEN
Beroepen te Eerncwoude en te Rut
ten (N.O.P-) H. Kremer, kand. te
Een (Dr.). Beroepen te Den Bommel
J. C. van Egmond, kand. te Rijns
burg.
GEREF. GEMEENTEN
Beroepen te Veenendaal A. F. Hon-
koop te Goes. Beroepen te Ridder
kerk M. Blok te Rijssen.
LEZERS SCHRIJVEN
Lijndienst Vlissingen-
Shorehara
In de P.Z.C, las ilc een verslag over
de bovengenoemde lijndienst. Prettig
voor Vlissingen. Maar de toestand
van de haven kwam weer eens ter
sprake. De haven is ons zorgenkind
zeide o.a. de burgemeester va/i Vlis
singen. Ik vraag me af, men gaat
275.000 vertimmeren aan een oud
geval, een sta in de weg op de Bou
levard, de „Bomvrije" toren! Ware
het niet beter geweest dit enorme be
drag te besteden aan de haven?
Misschien bekijk ik het niet goed, ik
ben geen kunstkenner.
Goes B. J. Slager.
Kloetingseweg IS.
Bouw van atoomschip
in West-Duitsland
Met Amerikaanse hulp zal in West-
Duitsland een tankschip van 16.000
bruto register ton worden uitgerust
met een kernenergie-installatie met
een vermogen van 10.000 p.k. Pro
fessor Ellies, technisch leider van een
Duitse organisatie die voorbereidin
gen treft voor het gebruik van kern
energie voor de aandrijving van sche
pen, deelde gisteren in een perscon
ferentie te Hamburg mede, dat dit
atoomschip binnen drie jaar gereed
zal zijn.
Volgens de plannen zal de organisa
tie het schip overnemen van het
Esso-concevn. Wanneer het schip ge
reed is zullen er nog gedurende on
geveer een jaar proefnemingen met
het schip moeten worden genomen,
alvoor het zijn eerste proefreis kan
gaan maken. Professor. Ellies deelde
mede, dat de kernenergieinstallatie,
die warmte zal verschaffen voor het
stoken van atoomketels, geen econo
mische wijze van voortstuwing zal
opleveren.
(Advertentie)
kom pre ssor
KOELKAST
j onmisbaar voor U en Uw gezin
prijzen vanaf 532.-
verkrijgbaar bij de bonafide handéj
i=i
Alleenver legenwoordiging
N.V. Willetn van Rijn
Amsterdam, Haarlemmerweg 475.
teL 185222 (10 Ijjnen).