TUSSEN DERTIEN EN TWINTIG u Tlxeo Olof evt Jongelui uit Vlissingen en Souburg over de Sint-NicoIaas-aderlating H; m gevaar Rinus Eversen Thea Visser Rinus Verwijs Hannie Segboer Jan van Boven Janiki Moh. Sjah Tjeerd Wiersma loaavclig Mcïhexii evs mef snmt£j op akkoordje Theo Olof en Hermans Krebbers zullen van de Parnassus afdalen om een beetje te swingen, zo is deze week bekend geworden. Met Sem Nijveen en Bennie Behr zul len zij een strijkkwartet vormen, dat binnen afzienbare tijd zijn debuut zal maken in het prograni ma „Tierelantijnen" van de K.R.O. Nu verwachten we van de heren Olof en Krebbers niet, dat zij de voetsporen van Bennie Goodman zullen drukken, die voordat hij de titel „King of swing" verwierf, zijn sporen op „klassiek terrein" reeds ruimschoots had verdiend, maar hun optreden met Sem Nij veen en Bennie Behr is toch wel bijzonder interessant. me jouden de boot Hief qra&q mi en missen.... GINDS komt de stoombootWe kunnen het een >C misleidende en bedenkelijke leuze vindenhet feit, dat de boot, het feest van de vijfde december althans, met rasse schreden nadert, is met deze ondermijning van het oude geloof in Sint-Nicolaas niet weg te redeneren Voor velen van ons betekent dat een verpletterende aanval op de schaarse spaarduitjes en zo deze niet aanwezig zijn toont het feest in zijn volle omvang aan, door welk een smal le basis onze economische positie wordt geschraagd De uitkeringen, die ons wekelijks in de vorm van een zakgeld bereiken, missen voldoende niveau om een dergelijk evene ment ongehavend te overleven. Nu zijn er onder ons, die daarom menen, dat dit festijn een extra-uitkering gedoogt. Van de minst draagkrachtigen is dat te accepteren, maar de lieden, die zich het gehele jaar met bioscopen en andere snuisterijen vermeien en dan tegen hët eind van november tot de ontdekking komen, dat de zaken er dunnetjes voor staan, moet iedere steun worden ontzegd. Want het komt er eigenlijk op neer, dat de ouders door de hoogte van de bijdrage zelf kunnen bepalen, hoe luisterrijk de geschenken zullen zijn, die zij zelf ontvangen jet sympathiekste vinden we j daarom onder ons de figuur van de „kleine spaarder", die zich reeds In de zomermaanden de onvermïjdeUjke nadering van de stoomboot realiseert. Janny Jongman uit Vlissingen bijvoorbeeld, die er voor in een pension ging werken en die een speciale koker bezit, waarin ge durende een reeks van maanden alle beschikbare losse centen verdwijnen. Het lijkt op de gang van een schildpad, dat centen-sparen, maar aan het eind van november blijkt iedere keer weer, dat ook een schildpad enorme vorderin gen kan maken, als men hem de tijd maar gunt Oi' het Vlissingse meisje Janiki Moh. Sjah, dat nog een stapje verder gaat door reeds in haar zomervakantie in de warenhuizen van Amsterdam en Rotterdam haar inkopen voor vijf december te doen Over het algemeen vinden we het Sint-Nieolaasfeest wel leuk. Je moet vooral niet ver geten, dat het op school een welkome onderbreking garan deert! Zelfs al bestaan de geschen ken bij zo'n schoolfeestje dan ook allemaal uit pocketboek jes, flesjes riekend water, zakdoekjes en chocoladelet ters, het blijft leuk. Je weet natuurlijk precies w4t je krijgt. Dingen, die strikt geheim moeten blijven, zijn het snelst be- kend. Daarom wordt er ook wel eens gemopperd. Zoals Rinus Eversen uit Souburg, die het ge hele feest eigenlijk een aaneenrij ging van flauwiteiten vindt, die van alle oorspronkelijkheid zijn gespeend. Je krijgt voor twee gul den en je geeft voor twee gulden. Ieder is dus twee gulden armer en heeft er weer een snuisterijtje bij, waarvan de waarde vaak du bieus is. Eigenlijk is het onzin, zegt daar om ook zijn dorpsgenoot Jan van Boven kritisch bezien is het Onzin, maar er is immers zoveel onzinAls je het zo gaat be kijken, is alles onzin, meent ook Thea de Visser uit Vlissingen, maar het feest met de pakjes, de gehele entourage van het feest is zo leuk. Daarom zouden we het toch niet graag willen missen... Echt gelóóf in Sint Nicolaas is er alleen maar op de beperkte momenten kort vóór het ontvan gen. Geloof in het féést en vooral de vriendelijkheid, de mildheid van dit feest kan men nog vin den bij de kleine spaarders. Voor deze categorie is de vreugde van het geven het grootst. Zij behoren tot de échte Sinterklazen. Zonder extra-uitkering treden zij met ge velde roede in het klazen-krijt. 'Zoals Janny Jongman, die rond een eenvoudig kartonnen koker tje een spaarsysteem heeft opge bouwd, waarin de cent nog als het begin van de honderdduizend past. En wanneer je dan met enig uiterlijk vertoon dagelijks een aantal centen in het gleufje laat verdwijnen, kan de huisge noten op de lange duur deze ce remonie niet ontgaan. Evenals 't Vlissingse meisje Hanny Segboer die er ook zo'n centenpot op na houdt is haar ervaring, dat de ritus rond de koker zo aan stekelijk werkt, dat de huisgeno ten zich vaak gedrongen voelen de portemonnaie van losse cen ten te zuiveren, hetgeen de in houd van de koker uiteraard be langrijk ten goede komt...... Heus, dat is bij Janny en Han ny - beiden nog op school - geen opzet. Het is een lo gisch gevolg, dat zij node met dankbaarheid moeten accepte ren Janny heeft ook nog een „neven- pot", waarin wekelijks een be langrijk offer valt: de helft van haar zakgeld Daar ook deze gelden voor het Sint Nicolaasfeest bestemd zijn is het logisch, dat haar omgeving de vijfde december weinig reden tot mopperen heeft. Janny's moeder voert het beheer over die halve-zakgeld-pot. „Wan neer ik iets nodig neb, dan vraag ik er om dan krijg ik het. Na tuurlijk doet ze er wel eens iets bij, zodat ik net als bij de bank rente van m'n geld trek; alleen is de bank moeilijk te vermurwen en mijn moeder wel. Het rente percentage is dus wisselend en ik geloof wel, dat ik er voordeel bij heb." Dank zij de spaarpotten-met-ko- peren-inhoud zien Janny en Han ny 't feest zonder vrees tegemoet. Een feest, dat ze niet graag zou den willen missen, want: „Het is zo gezellig öm al die pakjes uit te pakken, ook op school Jan van Boven uit Souburg is de jongeman van het „Kri tisch bekeken is het onzin." Waarop hij haastig laat vol gen: „Maar ik zou het niet willen missen. Het sinterklaas feest is een welkome onderbre king van de sleur op school. Het leren wordt een middag opzij geschoven en je hebt lol!" Dat klinkt allemaal nogal pro faan, maar Jan meent toch ook, dat er een ernstige kant aan het sinterklaasavondje zit: „Zo'n mo ment, waarop je elkaar een pak je geeft, verstevigt de vriend schapsbanden en dat is in een klas wel eens nodig. Het kunnen reuze gezellige middagen zijn* wanneer je een leraar treft, die mee kan doen." Of hij wel eens „krap" zit tegen een speciale centen-sint (naar een ontwerp van de Vlissingse Janny Jongman). (Foto P.Z.C.) de vijfde december? „Natuurlijk, net als alle andere jongens en meisjes, maar dan is het wel eens leuk om zelf iets te maken. Een zelfgemaakt geschenk kan een bijzondere waarde hebben, die je niet in geld kunt uitdrukken." Thea Visser uit Vlissingen was er, om deze mening te on derstrepen. „Het hoeven juist geen gjote dingen te zijn. Natuurlijk ook geen rommel. Meisjes zijn over het algemeen handiger in die dingen dan jon gens." Thea ging nog verder: „Het gedicht mag nooit ontbre ken!" en zij bestreed een jonge man, die meende, dat men hier wel kon volstaan met een exem plaar, dat in bepaalde warenhui zen gratis bij het geschenk wordt verstrekt. Thea voelde bitter weinig voor ■deze „eenheidspoëzie", want de commerciële dichters, die hieraan vorm geven, bevorderen de ge makzucht. Zelf iets te maken, dat is dus ook een oplossing. Voor de Vlissingse Rinus Verwijs bestaat er nog een tussen-oplos- sing. Hij is namelijk in het ver rukkelijke bezit van een paar ou dere broers, met wie hij samen het geschenk voor de ouders bij eenbrengt. „Financieel is dat goed te doen, want ieder betaalt naar draagkracht. Hetgeen er dus op neerkomt, dat ik het minste betaal Als een ander voordeel noemde hij de stilzwijgende afspraak tus sen de gebroeders, het elkaar niet lastig te maken met geschen ken Toch zou Rinus het heerlijk avondje niet willen missen. Het is een avondje-met-een-wasmand, 'n mand, waarin het geschenk voor de ouders wordt binnengedragen. Onzin? Absoluut niet! Ik zou de verraste gezichten van m'n ou ders die avond niet graag willen missen". Rinus vervolgde: „Het geschenk voor de jongen of het meisje uit mijn klas moet ik na tuurlijk wel zelf betalen en ook zelf kopen. Ik kijk m'n slachtof fer maar eens goed aan en dan vraag ik me af, wat bij hem of haar past en wat hij of zij graag zou willen hebben. Het draait Tjeerd Wiersma uit Souburg moet wel eens goochelen met zijn „middelen." „Maar dat maakt het juist zo leuk. Het gaat im mers om een echt Nederlandse gewoonte, al geven ze elkaar in het buitenland ook wel geschen ken. Dat gebeurt dan toch in ie der geval niet op 5 december. De pakjesavond naar Kerstmis verschuiven, zoals in Amerika? Neen, Sinterklaas en Kerstmis zijn twee verschillende feesten. De geverij, daar is Kerstmis niet voor. Waarom moeten we alles van het buitenland overnemen? Dat doen we al vaak genoeg. Wat Amerikaans heet, is in trek bij ons. Een verkeerde opvatting, volgens mij." janiki Moh. Sjah is het meisje I van de inkopen in de zomerva- J kantie. In het vroegere Neder- lands-Indië, waar zij werd gebo ren, vierde zij haar eerste Sin terklaasavond. ,,'t Ging er net als hier, we zongen dezelfde liedjes en dat laatste vond ik wel typisch. Het feest zelf werd misschien in een iets andere sfeer gevierd, maar het had toch dezelfde bete kenis. Ik vind het absoluut geen onzin, dat je elkaar geschenken geeft. Je beleeft er een boel ple zier van. Alleen al het inkopen en het pakken Hoe zij die in de zomer ingekoch te cadeautjes zo lang weet te ver bergen. Ze brengt ze naar haar oma. Daar liggen ze veilig. Geen moeite om alles zo lang geheim te houden? „Geen moment!" Rinus Eversen uit Souburg begint al weken van te voren voor het festijn te sparen. De ze goede gewoonte wortelt wellicht in zijn geloof in de Sint, dat zich tot in de vier de klas van de lagere school wist te handhaven. Kon hij anders? „Wanneer je niet meer in Sint-Nicolaas gelooft, krijg je niets ook, was me ge zegd en nou, dan wil je wel..." Rinus is de man, die bezwaren heeft tegen het geschenkjes-uit wisselen op school. „Het wordt als vanzelfsprekend aangenomen, dat er lootjes worden getrokken en je kunt er moeilijk onder uit. Ik zou liever iets geven aan mijn vrienden in de klas. De keus dus zelf bepalen. In ieder geval moet het een persoonlijk geschenk zijn. Toch kan het wel grappig zijn. Als de klasseleraar tenminste geen saaie Piet is en wanneer de gedichten scherp zijn, ook de poë zie, die voor de leraren bestemd is. Ze moeten iets kunnen ver dragen en een beetje ironie kan volgens mij geen kwaad." Welke ironie we bij het behande len van onze zakgeldposïtie, ge zien in het licht van net sinter klaasfestijn, achterwege hebben gelaten. Want past er nog wel ironie bij die aanblik van verla tenheid, van ledigheid, die onze portemonnaies na de vijfde de cember vertonen? Neen. Er zijn maar twee mogelijkheden: we la ten de toestand gelaten over ons komen, in duffe aanvaarding óf we neigen in. onze houding naar het heroïsche. Beide criteria zijn aanvaardbaar. Maar geen grap jes. Wie zich in deze situatie zotteklap veroorlooft, heeft van haar ernst maar weinig begrepen. DE FIGUUR van Sint-Nicolaas is in gevaar Er wordt in Nederland met de waardigheid van de goedheilig man omgesprongen op een manier, zo dol, dat de aardige 5 - december - gedachte in een poel van banaliteit ten onder dreigt te gaan. Laat het de jeugd zijn, die hier vermanend de vinger opheft om de ouderen en met name, die ouderen, die zich omstreeks vijf december voor de sint menen te mogen uitgeven op hun feilen te wijzen. Want waarvoor dient de komst van de door een Zwarte Piet gesecundeerde, in tabberd en mijter vermomde heer Voornamelijk toch voor hen, die er in geloven. En dit zijn een enkele uitzondering daargelaten de kleinere kinderen. Wanneer het dan voorkomt, dat zich ge lijktijdig drie sinterklazen door de Vlis singse Sint Jacobsstraat menen te moeten bewegen, dan wordt er twijfel in de hartjes van deze kleintjes gezaaid. De tact en de vindingrijkheid van de ouders kunnen hier natuurlijk veel redden. Zo kennen wij een ouderpaar, dat het geloof van een vijfjarig zoontje in de branding van zeventien sinterklazen op één middag staande wist te houden. Dat lijkt veel, maar voor een mid delgrote stad is dat op vijf december nog aan de magere kant. Bij de achttiende sinter klaas gaf het ventje er de brul aan. Het werd trouwens bijna door een struikelende kinder vriend onder de voet gelopen en opperde toen de schrandere gedachte verkeersborden te plaatsen in de trant van: „Voor zichtig overstekende sinter klazen". Het geval, dat zich jaren gele den in Middelburg, in de Lange Delft afspeelde, maakt het er niet beter op. Daar gingen drie sinterklazen, die zich bij een ontmoeting alle drie als de echte opwierpen, elkaar met de roede te lijf. Een ervan vj as in een open koets gezeten en zag vanuit deze verheven po sitie kans met het gekromde einde van zijn staf zijn beide concurrenten de mijters van het hoofd te lichten en be schouwde zich toen als over winnaar. In Goes is het gebeurd, dat een dilettant op een wit paard na het gébruik van enige glazen sterke drank met gevélde kromstaf in volle ren een deur trachtte te forceren van een woning, waar hem, nadat de be woners van het betrokken perceel zich van zijn toestand hadden overtuigd, de toegang was ont zegd. Het is duidelijk dat dergelijke voorvallen het Sint Nicolaas geloof ondermijnen. De waardigheid van de sint is hier in het geding Tjeerd Wiersma uit Souburg weet er wel raad op. ,fMen moet een bepaald aantal klazen in de stad toelaten", luidt zijn advies, het geen werd ondersteund door de Vlissingse Janiki Moh. Sjah, die met het voorstel kwam vergun ningen af te geven, met een stem peltje van het gemeentebestuur en een tijdslimiet, bijvoorbeeld „gel dig van S tot Jf uur". Voordat een vergunning wordt verstrekt, zou de burgemeester de kandidaten eerst moeten keuren. Labiele fi guren zou men dan altijd nog een vergunning voor de uren na zons ondergang kunnen geven. Janny Jongman, die er een be langrijke regiefout in zag, de sint tegelijkertijd in Middelburg en Vlissingen te laten arr 'veren, voél de voor een eenheidskostuum. Jan van Boven voegde daar nog aan toe, dat de verschijning van de sint niet mag ontaarden in het ten tonele voeren van een reclame-pop en Rinus Eversen sprak tenslotte het verlossende woord, dat men de kinderen de illusie moet laten, dat- ie-echt-is. En zo deze sobere richtlijnen geen weerklank vinden bij het wassen de klazendom, zal men over enke le jaren voor het behoud van het geloof in Sint Nicolaas moeten schrijven „Moeders, houdt de kinderen tegen vijf december bin nen. Het is genoeg, dat uw kroost weet, dat-ie-op-het-dak-zit Zeven van de 'jongelui, die op deze pagina aan het woord zijn:

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1959 | | pagina 5