In de kaken van een haai Dr. Hans Hass vertelt zijn liefdesa vontuur op de bodem van de zee ZATERDAG 26 SEPTEMBER 1959 PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT van onder de indruk zou komen. Nu wist ik op dat ogenblik een heleboel over haaien. Zo herinner de ik mij, dat een haai gewoon lijk zijn kop niet zover kan om draaien, dat 'hij zijn staart kan bereiken. Normaliter is het dus absoluut veilig om zijn staart te grijpen teneinde aan zijn kaken te ontsnappen. Aangevallen Ik trok mijzelf dus snel langs de lijn van de harpoen naar hem toe en greep zijn gewonde staart met mijn rechterhand vast. Mijn bedoeling was zo lang te blijven Lotteblijf weg PLOTSELING zag ik Lotte op korte afstand' van mij boven komen. „Wat is er aan de hand?" schreeuwde zij, terwijl ze naar me toezwom. „Blijf weg!" schreeuwde ik. „Blijf waar je bent!" Zij aarzelde niet. Voelende dat er gevaar was, bleef zij op veilige afstand totdat ik ondiep water had bereikt. Mahmoed hoorde ons toen roepen en roeide naar ons toe. Lotte hielp mij in do boot. Zij verbleekte toen zij mijn arm zag, maar zij bleef bij haar po- hangen totdat de haai vermoeid zou worden en ik hem naar de boot kon slepen om hem af te maken. Maar deze haai was anders. Hij was ongewoon dun en vlug. Nau welijks had ik zijn staart gegre pen of als een bliksemstraal keerde hij zich om en beet 3k voelde een snerpende pijn in mijn rechterarm. Verschrikt keek ik toe. De naaldscherpetanden van de haai sneden door een gedeelte van mijn arm. Het bloed spoot ei-uit: De situatie was bijzonder gevaar lijk geworden. In de eerste plaats had ik maar één arm beschikbaar om mezelf in veiligheid te stellen. Maar erger dan dit en andere din gen was, dat haaien op een fan tastische afstand bloed kunnen ruiken. Bloed maakt haaien wild, zodat zij alles aanvallen wat zij in zicht krijgen. Hachelijk moment Ik wist, dat de zee waar schijnlijk binnen enkele mi nuten zou krioelen. En ik zou hun mikpunt zijn! Zo vlug als ik maar kon, worstelde ik mij naar boven. Ik wist, dat dit gevaarlijk was, omdat een haai sneller aanvalt als iemand vlucht. Maar ik had geen keus. Het was vluch ten of een bijna zekere dood. Ik kwam driehonderd meter van de roeiboot boven. In eerste in stantie wilde ik Mahmoed roepen om naar mij toe te roeien, maar ik kon zien dat hij sliep. Voorts kwam de wind uit de verkeerde richting en zou hij mijn hulpge roep niet hebben gehoord. Grimmig zwom ik met mijn lin kerarm in de richting van de boot. Mijn zwemvliezen en mijn voeten werkten op topsnelheid. Rondom mij kleurde de zee zich bloedrood. Ik keek naar mijn rechterarm. Zij zag eruit, alsof ze door een vlees molen was gehaald. De spieren waren tot op het been verwond. In het zoute water deed de arm mij verschrikkelijk veel pijn, maar ik vergat dit bij de gedachte hoe veel haaien zich in mijn kielzog verzamelden. Zwemmende in het warme wa ter van de Rode Zee gaat Lotte nieuwe avonturen in de onbe kende diepten van de see te gemoet. Zes weken DE doktoren daar vertelden mij, dat het minstens zes we ken zóu duren voordat de wonden zouden zijn geheeld en ik weer in staat zou zijn om te dui ken. Zes weken, en die in de warmste periode van het jaar! De hitte werd een kwelling. Het was pijnlijk om op de gloeiend hete grond te lopen en het werd moeilijk om normaal te denken. Ik kon mij nu voorstellen, dat mijn Duitse cameraman een week of twee eerdei- krankzinnig was geworden. De een na de ander capituleerden de leden van mijn expeditie voor de hitte. Zij vertelden mij eenvou dig, dat zij het niet langer kon den volhouden en gingen naar huis. Ik kon het hen nauwelijks kwalijk nemen. Maar Lotte was bewonderens waardig. Ze zag er altijd frisser uit dan ze zich moet hebben ge voeld. Terwijl ik met een zeker fanatisme aan het filmscenario werkte, kwaad op mezelf, dat ik me door een haai had laten bijten, deed zij haar best om mij op te vrolijken. Ze had altijd een glimlach klaar en verraste mij met kleine atten ties. Soms bijvoorbeeld, als ik bij zonder slecht gehumeurd was. kwam zij plotseling met een zak toffees aandragen. Ik begon mijn bezwaren tegen het meenemen van een vrouw op een sitieven. Snel scheurde zij een handdoek, die wij in de boot had den, aan stukken en bond mijn arm af. Hiermede stopte zij het bloeden. Zonder haar zou ik zeker zijn doodgebloed. Vreemd genoeg had ik de harpoen vastgehouden totdat ik in de boot was. Mahmoed nam hem van me over, sleepte de haai binnenboord en knuppelde hem dood. Twintig minuten later bereikten wij Soeakin. Hier begon het geluk mij weer toe te lachen. Toevallig waren juist drie personen op een uitstapje in Soeakin gearriveerd en onder hen bevond zich een ver pleegster. Zij reden mij onmiddel lijk naar het ziekenhuis. expeditie als deze te verliezen. In plaats van dat zij een slechte uit werking op de mannen had, had ze juist een goede invloed. Zij hanteerden nu iedere ochtend het scheermes, omdat zij wisten, dat Lotte niet van stoppelbaarden hield. Vroeger was het hun ge woonte om de wildste baarden te laten groeien. Ook mijn persoonlijke gevoelens voor Lotte veranderden. Ik kreeg respect voor haar als vrouw en niet alleen als lid van mijn expe ditie. Ik durfde echter mijn ge voelens niet nauwkeurig te onder zoeken. Toegegeven aan een ro mantische affaire op dit ogenblik, met do expeditie onderweg, zou m Het was een prachtige dag. De zon zond haar hete stralen op de verlaten spookstad Soea kin, het hoofdkwartier van mijn expeditie in de Soedan en het wa ter was blauw en lokte tot een bad. Het was zondag. En op zondag kunnen de leden van mijn expedi tie doen, waar zij plezier in heb ben. Zelf besloot ik wat sport te beoefenen. Een beetje vissen met behulp van mijn speer zou mijn eetlust opwekken. Misschien kon ik zelfs de lunch bij elkaar spiet sen. Ilc stapte met Lotte en Mahmoed, een Soendanees die met ons werk te, in een roeiboot. Ik besloot om Lotte eens te leren hoe zij het een speer in de hand vis kon vangen. Als ik er voor zou zorgen dicht onder de kust te blijven, zou het tamelijk veilig zijn. Het was on waarschijnlijk, dat daar haaien waren. We voeren tot even buiten de ha- van van Soeakin, waar het water stil en helder was en sprongen overboord. Er was voldoende vis beneden, maar ik was niet in vorm. Steeds ontsnapten de vissen mij, voordat ik kans zag hen aan mijn speer te prikken. Het begon Lotte spoe dig te vervelen en ze zwom dan ook weg om eens een kijkje te nemen bij een koraal. Eigenlijk was dit tegen mijn voorschriften. Ik had er namelijk altijd op ge staan, dat niemand alleen ging zwemmen, omdat als hij of zij in gevaar zou komen, er niemand zou zijn om te helpen. Maar ik dacht dat het water hier veilig zou zijn. Lotte noch mij kon iets overkomen. Het bleek spoedig een oerdomme gedachte te zijn! Een haai Ik zwom een tijdje rond, humeu rig, omdat ik er maar niet in kon slagen mijn lunch bij elkaar te „jagen". Plotseling zag ik een vis, die zich half achter een rots blok had verborgen. Dit was mijn kans, dacht ik. Ik sloeg mijn zwemvliezen uit en zwom naar hem toe. Toen ik echter dichtbij was, kreeg do vis mij in de gaten en verdween. En in zijn plaats verscheen vanachter het rotsblok een haai. Het was een kleine bruine liaaï, ongeveer 1.80 meter lang. Onder normale omstandigheden zou ik er zelfs niet aan denken een haai aan te vallen. De beste tactiek is, om ze alleen te laten, tenminste als zo jou met rust laten. Maar het falen van mijn visvangst had mij geïrriteerd. Daarbij kwam, dat. ik niet wenste, dat de haai Lotte zou opmerken. Ik besloot hem aan te vallen. Te haastig en te klungelig zwom ik op de haai toe en stootte mijn harpoen in zijn richting. Ik raak te hem, doch op een slechte plaats, de staart. De haai sloeg wild in het rond. Ik wist, dat als hij hiermee zou doorgaan, de punt van de harpoen zou losraken en hij zou kunnen wegzwemmen. Hij zou zich zelfs tot mij kunnen wenden en ik zou dan geen harpoen meer hebben om mezelf te verdedigen. Voorts wil de ik dit exemplaar tonen aan Lotte. Ik dacht, dat zij er wel Ik besloot de haai aan te val len... (Nadruk verboden DE HAAI draaide zich met zijn messcherpe tanden naar mij toe. Eni ge ogenblikken later sloten zijn wrede kaken zich om mijn rechterarm. Ut kron kelde van pijn. Gedurende vijf minuten, die een on voorstelbare nachtmerrie waren, kleurde de Rode Zee zich op deze zonover goten dag werkelijk rood. Rood van mijn bloed. En als een groenogige engel, Lotte Baierl het meisje dat later mijn vrouw zou worden niet bij de hand was geweest, dan zou ik mijn verhaal vandaag niet hebben kunnen vertellen. Zij redde mijn leven. LANGZAMERHAND was zij een eerste klas duiker gewor den. Aanvankelijk wilde ik haar niet blootstellen aan de ge varen van de Rode Zee, maar ze had aanleg voor onderzee-fotogra fie en ik maakte haar lid van ons duikteam. Enige dagen later had ik bijna reden dit besluit ernstig to betreuren. Op een dag gingen Lot te en ik naar beneden om met een ervaren duiker, genaamd Gerry. te kijken naar het wrak van een schip. Terwijl we onder water wa ren, weigerde mijn camera en ik haastte mij terug naar de boot om een nieuwe te halen. Lotte achter latende in de goede zorgen van Gerry. Toen ik bij het wrak terugkeerde, trof ik Lotte alleen aan. als een zeemeermin zittend op een stuk roestig ijzer. Ze beduidde mij wan hopig, dat ze onmiddellijk naar de oppervlakte wilde. Samen gingen we naar boven, waar ik haar vroeg wat er gebeurd was. „Waarom zat je daar alleen bene den? En waar is Gerry?" „Hij zag een interessante vis en zwom er achteraan", legde zij me uit. „Ik bleef achter om het wralc te bekijken en ik zwom wat rond toen ik een paar ogen in mijn rug voelde. Ik draaide mij om en daar was een Jiaai! Hij was bijna drie meter lang en keek me verschrik kelijk venijnig aan. Ik was zo van streek, dat ik me niet kon bewe gen. Ik wist, dat ik geen angst moest tonen, want anders zou hij me aanvallen, dus besloot ik om stil te blijven zitten en te wach ten totdat hij .weg zou gaan. Ik was bang, dat hij mijn hart zou horen kloppen en dichterbij zou komen. Hij zwom op een paar cen timeter afstand langs mijn ge zicht en bekeek mij van alle kan ten. De hemel weet wat voor moeite ik heb gedaan om niet in paniek te geraken. Na een paar minuten bleek hij tevreden ge steld te zijn en zwom weg. Maar ik beefde zo, dat ik niet alleen naar boven kon zwemmen. Ik ben daarom blijven wachten totdat U beneden zou komen". Verliefd LOTTE had haar eerste ont moeting met een haai gehad op achttien meter onder de zeespiegel en was alleen geweest. Ik was woedend op Gerry en gaf hem een geduchte schrobbering voor het feit, dat hij mijn voor schriften had overtreden en Lotte alleen had gelaten. Ik was ver wonderd over mezelf voor de hef tigheid waarmee ik Gerry de re primande gaf. Later, toen ik hier nog eens over nadacht, kon ik mij zelf niet langer voor de gek hou den. Het had mij een gevoelige schok gegeven, dat Lotte aan zulk een gevaar was blootgesteld ge weest. En het was niet alleen om dat zij een lid van mijn expeditie was. Het was omdat zij meer voor mij begon te betekenen dan iemand anders ooit betekend had. Ik begon verliefd te worden. Maar voor het welzijn van de expeditie kon ik het haar niet la ten weten. Ik kon haar hand niet aanraken, noch in haar ogen blik ken, noch haar vragen wat zij voor mij voelde. schreeuwend wakker. Maar ook aan de kakkerlakken wende zij. De dhow had een bemanning van elf Arabieren. Het was een ruwe troep en in het begin was ik bang voor Lottes veiligheid. Zij bleven echter op hun eigen gedeelte van het schip en tot mijn grote op luchting bemoeiden zij zich niet met haar. Aanslag ZOALS zou blijken, was niet Lotte, maar ik in gevaar. Een Arabier, genaamd O Sheikh, trad op als onze tolk. Op een dag, gedurende een pauze tijdens ons werk, klonk plotseling een rauwe kreet uit het ruim. In snelde er heen en vond O Sheikh liggende op de vloer wild om zich heen slaande. Hij had schuim op de mond en de rest van de beman ning kon hem met moeite in be dwang houden. Nadat zij hem hadden vastgebonden, vertelde Mahmoed mij, dat O Sheikh has hish had ingenomen, een verdo vend middel, dat hij gek was ge worden en van plan was geweest zich op mij te werpen. Mahmoed haalde een lang mes te voorschijn. „Hij was op weg om U hiermee neer te steken", vertelde hij. Ik huiverde. Ik ben er nooit achter gekomen waarom O Sheikh mij plotseling had willen doden. Wij waren steeds goede vrienden ge weest. Maar één ding was duide lijk. Hij moest vertrekken. In de volgende haven zette ik hem dan ook aan wal. Kort na dit incident kreeg de stuurman van de dhow een door de zon getaande Soendanees, last van epileptische toevallen. Soms loerde hij naar Lotte met een krankzinnige glans in zijn ogen. De bemanning begon dan te bid den, dat do duivelse geest zijn li chaam zou verlaten, maar Lotte vertrok geen spier van haar ge zicht. Lotte treft voorbereidingen om in de Rode Zee af te dalen. desastreus zijn geweest. Het was belangrijk voor de discipline, dat ik alle leden van mijn team ge lijkelijk zou behandelen. Ik kon er geen favorieten op na houden. Weer onder zeil TOEN ik hersteld was, zeilden wij met een Arabische dhow een schoener van 12 meter, naar de koraalriffen. Het was oen primitief schip, normaliter in gebruik voor de schelpenvangst en verschrikkelijk oncomfortabel. Maar het was alles wat ik had kunnnen vinden. De andere vier mannen. Lotte en ik, sliepen naast elkaar op het kleine dek. Het schip was vergeven met kak kerlakken en zij maakten er hun gewoonte van om op ons te vallen als wij sliepen. Om de een of an dere vreemde reden prefereerden zij Lotte en dit was het enige, dat op haar zenuwen werkte. Vaak werd zij midden in de nacht

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1959 | | pagina 5