VVD-orgaan neemt minister Visser in bescherming tegen felle kritiek Interessant „Wending"-nummer over de verhouding Oost-West KLANKBORD CONGRES NATIONAAL OVERLEG GEWESTELIJKE CULTUUR KROESJTSJEWIN VIER JAAR VOLLEDIG ONTWAPENEN ZATERDAG 19 SEPTEMBER 1959 PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT „Elsevier maakte slecht gebruik van persvrijheid" Geen aanleiding voor vrees dat Navo-principes worden prijsgegeven" (Van onze Haagse redacteur) „Vrijheid en Democratie" het officiële orgaan van de V.V.D. le- vert in zijn gisteren verschenen nummer ernstige kritiek op een opzienbarende aanval'welke Elseviers Weekblad vorige week ondernam op de tot de V.V.D. behorende nieuwe minister van defensie, ir. S. H. Visser. Elseviers Weekblad, dat vrij algemeen wordt beschouwd als een blad dat de V.V.D.-opvattingen een goed hart toedraagt, schreef vorige week de nieuwe minister van defensie niet de juiste man voor deze post te achten, omdat deze ten tijde van de Hongaarse tragedie 111 het orgaan van het Verbond van Nederlandse Werk gevers (waarvan hij secretaris was) heeft gepleit voor een prin cipieel compromis met de Russen. Elseviers Weekblad schreef bovendien de heer Visser te beschouwen als een „roze" figuur en als een zonderlinge liberaal, maar het hoofdbezwaar tegen de nieuwe minister is dat dit blad meent dat door deze benoeming- de Nederlandse steun aan de Navo-politiek in gevaar komt als de regering een principieel compromis met de Russen zou gaan nastreven. „Vrijheid en Democratie" dat ïr. Visser tegen deze aanval in bescherming neemt, verklaart nu, dat het doel van de Navo ook het doel en het standpunt is van de nieuwe minister. In zijn opzienbarende aanval op de nieuwe minister schreef Elseviers Weekblad in haar nu door „V. en D." gewraakte artikel van vorige week over de nieuwe bewindsman: „Hij bezit noch de ervaring van een leider van een groot bedrijf, noch die van een politicus. Hij be schikt niet over kennis van de strijdkrachten. Zijn aanpassings vermogen aan verschillende func ties en omstandigheden, een be langrijke indicatie voor de waaide van een man, is nimmer getoetst. Hij bekleedde twintig jaren de zelfde functie, namelijk die van secretaris. Wij vrezen dat zijn gemis aan ervaring, zijn gebrek aan kennis vrij baan zullen geven., aan alle krachten die zich tegen' de zo nodige sanering van ons de fensiesysteem richten". Zijn gezindheid Nog veel erger dan deze tekortkomin gen achtte Elsevier echter zijn ge zindheid, zijn „roze" gezindheid. Het blad signaleerde, dat het woord „aan passen" in bijna al zijn artikelen voorkomt en dat hij een voorstander is van het principiële compromis. „Het kabinet-De Quay .is kennelijk bezig zic-h met alle kracht van het verwijt te ontdoen dat het rechts zou zijn. Met de benoeming van de heer Visser is het daarin geslaagd. Hij is ongeschikt omdat hij, in een van de meest kritieke periodes van de westelijke beschaving, namelijk in de dagen van Hongarije, de enige was die stelling durfde nemen voor een principieel compromis met de Rus sen. Elsevier verweet de heer Visser „de Derde weg" te kiezen. „Ook na zijn Russische reis bleek dat de heer Visser week is, een idealist zonder kwade wil weliswaar, doch iemand die meent dat men ook met dictato riale machten moet proberen tot overeenstemming te komen", aldus het blad. Het vroeg hoe zijn benoeming in overeenstemming is te brengen met Nederlands lidmaatschap van de Navo' en de grote sommen, die het voor defensie uitgeeft en het noem de 't onbehoorlijk de man van het principiële compromis dat door de minister van buitenlandse zaken, mr. Luns, altijd verworpen is aan on ze Navo-bondgenoten voor te schote len als bewijs van de vaste wil van het Nederlandse volk de westelijke vrijheid te handhaven. Diep bezorgd was Elsevier tenslotte, dat in dit tijdsgewricht de man van het compromis minister is geworden. „Indien het principieel compromis van de heer Visser echter een com promis van de regering-De Quay is, dan kunnen wij die regering slechts de raad geven welke Cromwell aan het laatste parlement van Karei toe- slingerde: „In 's hemelsnaam, ga". Wij althans wensen met dit kabinet dan niets meer te doen te hebben en zullen het met al de kracht die tot onze beschikking staat principieel bestrijden". Het weekblad van de V.V.D. „Vrijheid en Democratie" gaat thans op deze zeer ernstige beschuldigingen ernstig in. Het officiële V.V.D.-blad zegt zich nog dagelijks te verheugen over de volkomen persvrijheid in Nederland en erkent volmondig het recht van elk orgaan ook een minister van de Kroon scherp te kritiseren. Van dit recht heeft Elsevier naar het oordeel van „Vrijheid en Democratie" een slecht gebruik gemaakt. „Door het ministerschap van defensie te aanvaarden heeft de heer Visser de verantwoordelijkheid op zich geno men voor een defensiebegroting van globaal gezegd ruim anderhalf mil jard gulden, zomede, voor de verplich tingen, welke het lidmaatschap van de Navo ons oplegt. Zo iemand te schetsen als een „Derde Weg"-figuur kan het spijt ons voor het blad, welks artikelen wij zo dikwijls met instemming hebben gelezen door geen onbevooroordeelde lezer serieus worden genomen". Niet ondermijnen Het liberale blad verzekert dat het doel van de Navo en van de Ver enigde Staten, die de kern van de Navo vormen, van mannen als Eisenhower en Norstad ook het doel en het standpunt is van de nieuwe minister van defensie. Dat doel is de westerse wereld een zo sterk mogelijke machtspositie te verschaffen, die een derde wereld oorlog kan voorkomen en uit die sterke machtspositie de uiterste pogingen in het werk te stellen om met die dictatoriale machten tenslotte tot een redelijk akkoord te komen. Had de heer Visser deze opvatting niet gehuldigd, dan zou hij zeker de beide „militaire" staatssecreta rissen niet bereid hebben gevon den onder zijn leiding hun functies voort te zetten, aldus „Vrijheid en Democratie". Het blad schrijft verder: Wanneer Elseviers Week blad bezorgd is voor de Navo en evenals wij dit bondgenootschap ook voor ons land een levensvoor waarde acht, dient het zich ervan te onthouden het gezag van de Nederlandse minister van defensie in dat gezelschap te ondermijnen vóórdat deze in zijn niéuwe func tie één daad heeft gesteld of één ■woord heeft gesproken. Het blad besluit met de opmerking, dat kri tiek moet steunen op een mini- munt aan redelijkheid en goede trouw. Het wil en kan niet oorde len over de goede trouw, maar de redelijkheid acht het bij Elsevier ver te zoeken. T.V. ONTWIKKELT ZICH IN INTERNATIONALE RICHTING Dr. Prakke scketste invloed STAFCHEF ALS FILMER. De Turk se stafchef, generaal Erdelhun, heeft bij een bezoek aan de Britse mavi. niers te Portsmouth opschudding veroorzaakt. Nadat hij de eenheden, die te zijner ere waren aangetreden, uitvoerig had geïnspecteerd, zei hij tot de hem be geleidende officieren: „Laten we het nog eens helemaal overdoen". De be doeling hiervan werd duidelijk, toen de adjudant van de generaal met een filmcamera verscheen. De gastheren konden niet anders doen dan het Turkse verzoek inwilligen en zo wer den de mariniers voor de tweede maal geïnspecteerd terwijl de bewe gingen van de stafchef op de film strook werden vastgelegd. Vervol gens'nam generaal Erdelhun de ca mera zelf ter hand, nadat hij de mi litairen had verzocht „wat rond te marcheren"^ Toen de film vol was, verzocht dé gast een marinier, een nieuwo te gaan halen. van regionale pers „De Nederlandse televisie ontwikkelt zich sneller in internationale dan in interregionale richting. „Eurovisie" is een levend, steeds sterker wor dend orgaan, dat in toenemende mate programma-uitwisseling tussen de landen mogelijk maakt. Binnen be trekkelijk korte tijd zullen alle lan den van West-Enropa op bet net aangesloten zijn. Mogelijkheden tot verbinding met landen en wereldde len buiten Europa groeien snel. Het is niet onmogelijk, dat de regionale belangen daardoor in de schaduw ge raken en men dient zich dus tijdig er op te bezinnen wat in de toe komst wel en niet ten behoeve van de gewestelijke cultuur gerealiseerd kan worden." Met deze slotconclusie gaf ds. J. A. Nieuwenhuyzen, predikant-directeur van de V.P.R.O.-televisie gisteren in zijn preadvies „televisie cn de ge westen", ongeveer het kernpunt aan van de vragen waarmee het congres „Nationaal overleg gewestelijke cul tuur" zich in de aula Muurhuizen van de Amersfoortse gemeenschap de zer dagen bezighoudt. Weliswaar zijn daarop „de communicatiemidde len" aan'de orde gesteld en werden „de communicatie in onze samenle ving" in algemene zin (door prof. dr. W. Banning, hoogleraar te Amster dam) „de betekenis van de regionale pers" (door dr. H. J. Prakke, pri vaatdocent in de publicistiek aan de rijksuniversiteit te Groningen) en „Radio Hilversum en de regionale omroepen" (door mr, Stan Smeets, lid adviesraad regionale omroep zuid) belicht, de vraag die de overheersen de positie der massacommunicatie middelen opwerpt, werd hier wel zeer duidelijk geformulerd. Daarnaast en daartegenover brach ten alle inleidingen, ook die van ds. Nieuwenhuyzèn, naar voren welk een gunstige werking alle aandacht in pers, radio en televisie, geschonken aan regionale en gewestelijke cul tuur, kan hebben op lezer, luisteraar en kijker. Zij conserveert aldus for muleerde dr. H. J. Prakke, het een maal aanvaarde, vernieuwt impulsen geboren uit oude waarden die door buiten het nationale bestuurs- en cul tuurcentrum levende groepen zijn be waard, en oefent een differentiërende en dus anti-nivellerende tendens uit. Dr. Prakke schetste de betekenis van de regionale pers, waarbij hij een grotere onderlinge troiïw tus sen krant en lezer vaststelde dan doorgaans bij de nationale bladen het Igeval is. De regionale pers wekt op tot actief deelgenoot schap binnen de levensgemeen schap en levert op die wijze een bijdrage tot cultuurspreiding. Zij beïnvloedt het normbesef, houdt als moderne schandpaal een element van sociale controle in, cn helpt als commentator in het spanningsveld tussen regionale strevingen en de we reld daarbuiten het eigen program te vinden. Ook als gewetensvol ont- In België zijn in 1958 984 personen bij verkeersongelukken om het leven geko men en 12.123 ernstig gewond. In Italië zijn in de eerste zeven maan den van 1959 3955 personen bij verkeers ongelukken gedood, terwijl er 92.934 wer den gewond. Kristin Norstad, dochter van N.A.V'. O.-opperbevelhebber Lauris Norstad, is in het Franse plaatsje Marne-la- Coquete ia het huwelijk getreden met Amerikaan Nicholas Wesson Craw. Deze foto werd gemaakt tij' dens de voltrekking van het burger lijk huwelijkhet kerkelijk huwelijk vond in.Parijs plaats. (Slot van pag. 1) slachtoffers vallen, ook onder de bur gerbevolking. De wereld heeft een stadium bereikt, waarin „een belache lijk ongeluk" een oorlóg kan ontke tenen. Vrede nodig Dè wéréld geeftjaarlijks onge veer honderd miljard dollar aan bewapening uit. Dé Sowjet-Unie is in staat, een snelle ontwikkeling- van haar economie te verzekeren ondanks de bewapeningslast, maar er kan beter aan de behoefte van het volk worden voldaan als die last verdwenen is. Om haar grote doelen te verwezenlijken heeft het Russische volk vrede nodig, zo verklaarde Kroesjtsjew en hij voegde eraan toe dat zijn land bereid is om samen met andere staten economische hulp aan on derontwikkelde landen te verlenen door gebruik van een deel van de middelen die vrijkomen na sluiting van een internationaal akkoord over ontwapening en door de ver mindering van de militaire begro tingen. Hij hield voorts een pleidooi voor toe lating van communistisch Cliina tot de Verenigde Naties. „Het is ondenk- Dit krijgt men te zien vanaf de bo- spanning brengende huisvriend kan venhouw van het- modernste Britse zij een belangrijke rol spelen en niet vlieqtuigmoederschïp, Hr. Ms. „Victo- minder als gespreksleider bij het in-rioüs" tijdens het starten van de ja- troduceren van niéuwe gedachten. die zich aan boord bevinden. Vooral bij dit laatste wordt van do I Links wordt juist een Sea Venom" „regionale journalist" kwaliteitswerk I jager door de catapult weggeschoten, gevraagd. terwijl rechts een ander toestel reeds paraat staat. baar dat iemand ernstig kan menen <lat er grote problemen kunnen wor den opgelost zonder China". Hij noemde liet bemoedigend, dat er be langrijke stappen waren gedaan tot ontwikkeling van de Russisch-Ameri- kaanse betrekkingen. „Het ijs is be gonnen te breken en wij zijn daar oprecht blij om". Van Russische zijde .was vóór Kroesj- tsjews rede gezegd, dat hij „een bom groterdan "een waterstofbom zou la ten vallen" wanneer hij hét wóórd richtte tot de Algemene Vergadering. Maar westelijke afgevaardigden en de waarnemers zeiden na afloop dat het een vochtige voetzoeker leek. Van de verschillende redevoeringen die Kroesjtsjew sedert zijn aankomst in de Verenigde Staten had uitgespro ken was dit volgens hen de verve lendste. Koningin opende nieuw A.M.V.J.-gebouw te Rotterdam Koningin Juliana heeft gisteravond de opening van het nieuwe A.M.V-J.- gebouw te Rotterdam bijgewoond. De vorstin werd voor de ingang ont vangen door de commissaris der ko ningin in de provincie Zuid-Holland, mr. J. Klaasesz, door burgemeester van Walsum van Rotterdam en door de voorzitter van de stichting A.3VL V.J.-werk mr, A. Ruys. Na toespra ken van mr. Ruys en de directeur mr. C. B. Posthumus Meyjes, begaf koningin Juliana zich tot aller grote verrassing naar het podium en sprak daar, zich tot de voorzitter richtend, de volgende woorden: Alvorens aan uw verzoek te voldoen wat ik zeer graag zal doen om dit gebouw voor geopend te verkla ren, wil ik toch eerst een wens uit spreken, En die wens is, dat dit gebouw mag zijn een oase in de eenzaamheid van de grote stad, de grote stad die Inspi reert door zijn leven en zijn energie, maar die inspireert ook doordat zij, zoals hier, de behoefte aan gemeen schap weet op te vangen en daarmee zichzelf completeert. Moge dit huis zijn een middelpunt, een brandpunt, een punt waar radio activiteit, van uitgaat, waar men het geluk van de gemeenschap kan er varen, waarin de wereldse levens kunst bloeit naast de geestelijke le venskunst. Moge er aldus gloed en warmte uit gaan van dit brandpunt. Moge het velen verwarmen, verlichten en acti veren. En met deze wens verklaarde H.M. de Koningin het. gebouw voor geo pend. STEMMEN UIT DE KERKEN Instructieve artikelen over het vraagstuk der verantwoordelijkheid Sinds het einde van de Tweede Wereldoorlog heeft de bevolking van ons land, bewust of onbewust, een complete omschakeling in zijn gedachten moeten doormaken. Telkens weer blijkt lioe diep de veranderingen die in en na deze oorlog hun beslag hebben gekregen, wel zijn geweest. Da*: West-Europa niet meer het middelpunt van deze aarde ïs, van waaruit zij werd geregeerd, is nu meer clan duidelijk. De grote mogendheden zetelen elders in de wereld. Voor ons volk zijn heel wat vanzelfsprekendheden weggevallen. Zo is ook weggevallen de gedachte waarin we waren op gegroeid, dat Nederland een koloniale mogendheid was. Over „de gordel van smaragd, die zich rond de evenaar slingert', hebben wij niet veel meer te zeggen. We zijn in een ander tijdperk gekomen cn niet alleen wij, maar de andere koloniale mogendheden van weleer, staan er evenzo voor. Wil dit nu zeggen dat die landen en volken, die vroeger alles met elkaar te maken hadden, nu in eens niets meer met elkaar te maken hebben Al zijn de verhou dingen moeilijker geworden, blijft cr niet een verantwoordelijkheid En ook, wanneer het contact tus sen de regeringen en tussen de zakenlieden niet meer gaat, houdt dit dan ook in dat kerkelijke ban den worden verbroken? Blijft er toch niet een verantwoordelijkheid waarvan we ons zo maar niet kunnen afmaken? Dit zijn vragen, die gesteld worden in het laatste nummer van „Wen- diDg"n hét maandblad voor Evange lie en cultuur, zoals de ondertitel iuiöt. Ieder nummer van dit goed geredigeerde maandblad bevat wel iets dat de lezer diep aan het den ken zet, Het is dan ook te verstaan dat rondom dit maandblad klingen ontstaan zijn, die zich bezig houden met de vraagstukken, die in dit tijd schrift worden aangeroerd. Zo nu cn dan komt dit maandblad met een bij zonder nummer, dat soms de om vang heeft van een compleet boek, waarin in een reek3 artikelen een be paald onderwerp wordt behandeld. We denken bijv. aan de nummers over kerk en kunst, man en vrouw, het rooms-katholicisme, de jeugd, enz. Het septembernummer van dit jaar, dat niet minder dan 195 bladzij den telt, is gewijd aan het vraagstuk Oost-West. Daarmee is niet bedoeld de verhouding tussen de communisti sche en niet-communistische wereld, zoals wij tegenwoordig steeds meer de namen van deze twee windstreken gebruiken. Bij deze titels is gedacht aan de oude betekenis, vooral aan het Verre Oosten, aan die landen, welke gedurende enige eeuwen door een Europees land zijn overheerst. Dit Oosten heeft diepgaande veranderin gen doorgemaakt, maimer wy Het Wereldgebeuren Schoonzoon Aleksei I. Adzjoebei (3ö) is met schoonvader en schoonmoeder op reis en hij wekt de indruk, dat hij in zijn nopjes is. Het staat wel vast, dat hij zich daarbij aan over drijving in rooskleurigheid schuldig maakt. Zijn krant, het Russische vegeringsblad „Izvestia", doet name lijk niet onder voor de andere Sow- jet-bladen die het voorstellen alsof Aleksei's schoonvader Nikita S. Kroesjtsjew door the man in the American street met grote uitbun digheid wordt toegejuicht. Aleksei Adzjoebei zelf moet beter weten: hij heeft gezien dat de Amerikanen zo wel in Washington als in Ncw-York weliswaar in drommen naar de route van de intocht trokken, maar dat hun houding niet anders kon wor den gekarakteriseerd dan als „koel", maar correct". Moeilijk kon men een andere ontvangst verwachten, want Kroesjtsjew heeft nu niet bepaald een staat van dienst die een Ameri kaan reden tot juichen kan geven cn de manier waarop hij zich via een crisis om Bei-lijn' naar zijn huidige bezoek aan Eisenhower toegewors- teld heeft, bood geen gelegenheid om rustig op vermindering van impopu lariteit aan te sturen. Wel waren de Amerikanen nieuwsgierig. En met belangstelling vroegen en vragen zij zich af of Eisenhower in zijn per soonlijke gesprekken met de Russi sche leider inderdaad een bereidheid zou kunnen ontdekken, metterdaad te werken aan het beëindigen van de koude oorlog. Op zijn persconferen tie van donderdag heeft de Ameri kaanse president, laten doorscheme ren dat er in dit opzicht hoop is: Kroesjtsjews houding was er een „van iemand die op de een of andere wijze tot overeenstemming wil ko men". Maar hij kon verder, niets zeggen want in de afzondering van Camp David zullen van 25 tot 27 september de eigenlijke besprekin gen worden gevoerd. In Washington vragen sommige au toriteiten zich af, of de manier waarop de Russische pers en radio het nieuws over Kroesjtsjews be zoek met wat rozekleur mengen, niet een doortrapte bedoeling heeft. Kroesjtsjew zou de Amerikanen ge tekend willen zien als een volk dat het streven van de Sowjet-Unie me de nastreeft. Als de werkelijke tegen standers van de Sowjet-Unie zouden dan „de miljonairs en militaristen" aangewezen kunnen worden. Zo zou het voor het Kremlin gemakkelijker worden zijn offensief van dreigemen ten en kleine crises voort te zetten. Maar daartegenover staan de opti misten die wijzen op de aannemelijk heid van Kroesjtsjews streven, de bewapeningslast van zijn land tc ver minderen om meer krachten te kun nen concentreren op de verdere eco nomische ontwikkeling van zijn land en zo sneller op te schieten op de weg naar het doel dat naar hij tel kens betoogt zeker zal worden be reikt: de Verenigde Staten in wel vaartspeil in te halen. Uitbreiding van de invoer (vooral van machines enz.) uit de Verenigde Staten, zou hem daarbij van pas komen. Zijn aanvallen op het verbod voor Amerikanen, strategische goederen naar Rusland uit te voeren, past in dit streven. Maar ook aan die han delsuitbreiding valt niet te denken zolang Amerika en Rusland met elk aar op voet van (koude) oorlog ver- -keren. Het zal er dus op aan komen, in Camp David de koeien die namen hebben als „Berlijn". „Duitsland". „Laos", „Ontwapening" en „Kernwa penproeven" bij de horens te vatten en „tot rust te brengen". Als Kroesj tsjew intussen op zijn rondreis tot de erkenning zou zijn gekomen, dat het moderne „kapitalisme" er anders uit ziet dan het oude dat in Marx* „Das Kapital" wordt beschreven, zou dat een overeenstemming kunnen bevorderen. Ook schoonzoon Aleksei Adzjoebei zou belangrijk tot verandering van de verhoudingen kunnen bij dragen: door namelijk definitief er van af te stappen, de westelijke we reld door die vorige-eeuwse „Kapi talistische bril te laten zien, maar de werkelijkheid te beschrijven. Evenals voor schoonpapa zou voor hem een historische rol weggelegd kunnen zijn. Maar beiden zullen bij dit alles worden geremd door de overweging, dat het dictatoriale sy steem in hun land wel eens in gevaar kon komen indien „de bedreiging van buitenaf" als samenbundelende fac tor ontbrak en als men „een beter leven" zou nastreven. Het is intus sen duidelijk dat Adzjoebei evenmin als Kroesjtsjew van nieuwigheden af kerig is: de Izvestia is sinds mei, toen hij de baas werd, een stuk inte ressanter en levendiger geworden en men vindt er b.v. ingezonden stuk ken in, ook van mensen die niet tot de koek-en-ei-zeggers gerekend kun nen worden. Hij is al eerder, en wel in 1955, in Amerika geweest. Een van zijn conclusies was. dat de meisjes in Amerikaanse nachtclubs onvoldoende gekleed zijn. Maar het positieve element ontbrak niet: „De meeste Amerikaanse meisjes zijn heel knap". den ingelicht door prof. dr. G. W. Locher, dr. A. Th. van Leeuwen en prof. dr. H. Kraemer, welke laatsie schrijft over „Grootheid, en ellende van net Vasco da Gama-tijdperk", waarmee hij bedoelt de tijd, nadat in 1498 deze Portugese zeevaarder de weg om Kaap de Goede Hoop naar het tegenwoordige India had gevonden en waarna de Portugezen in het Oosten hun grote rijk sticht ten, tot na de Tweede Wereldoorlog, toen deze landen hun zelfstandigheid herkregen. Het zijn zeer instructieve artikelen.' Daarna volgen een paar bijdragen over het communisme in Azië, „zijn werfkracht en zijn gevaren". Ook Afrika wordt in deze artikelenreeks betrokken. De landen, die zelfstandig geworden zijn, staan voor deze snelle aanpassing van hun land en volk aan de eisen van de twintigste eeuw. De invloed van het Westen, die ge durende de laatste eeuwen in deze lar-den gegroeid is, raken ze niet weer kwijt. Juist liier zal een beslis- (Zie slot pag, 11. kol. 5)

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1959 | | pagina 5