Verrassende concentratie bij
Nederlandse chemische industrie
PILOOT STORM ontvoerd in de stratosfeer
Waar zijn onze schepen?
^[touêeid?
Jeeves
MAANDAG 6 JULI 1959
PROVINCIALE ZEEUWSE
COURANT
11
GROEI IN BREEDTE EN IN DIEPTE
fAdvertentie)
Vissterfte in Zuid-Holland te
wijten aan vergiftiging
Op schriftelijk gestelde vragen van
het Tweede Kamerlid de heer Lam
berts in verband met de vergiftiging
van de Zuidhollandse binnenwateren,
hebben de heren Van Rooy, minister
van sociale staken en volksgezond
heid, en Korthals, minister van ver
keer en waterstaat, geantwoord dat
terstond na het bekend worden van
de vissterfte, welke ten gevolge van
de vergiftiging optrad, In samenwer
king tussen de departementen van de
ministers een uitgebreid onderzoek
is ingesteld.
Het onderzoek heeft geleid tot de
slotsom, dat met grote waarschijn
lijkheid de oorzaak van de vergifti
ging moet worden gezocht in de om
standigheid, dat zich in de afvalstof
fen, waarmee langs de oever van de
Hollandsche Ussel ophogingen wor
den gemaakt, giftige chemicaliën
hebben bevonden.
Behoudens niet-naleving ener ver
gunningsvoorwaarde is van verdere
overtreding van wettelijke bepalin
gen niets gebleken.
Het storten van afvalstoffen langs
fde Hollandsche Ussel geschiedt met
op grond van de rivierenwet door de
rijkswaterstaat verleende vergun
ning. In de afvalstoffen mogen zich
zonder toestemming van de betrok
ken waterstaatsautoriteit onder
meer geen chemicaliën bevinden. In
het voorliggende geval was geen toe
stemming, als hier bedoeld, verleend.
De controle op de samenstelling van
de te storten afval van het betrok
ken bedrijf is thans dermate ver
scherpt, dat een herhaling van de
vergiftiging niet is te vrezen.
Voorvallen als die, waarop de vragen
betrekking hebben, zullen zelfs bij
de meest uitgebreide overheidsmaat
regelen niet geheel kunnen worden
vermeden. De gevraagde verzekering
dat in de toekomst zodanige vergif
tiging van bodem, water of lucht,
dat dit gevaren voor de bevolking
oplevert vermeden zal worden, kan
de minister van sociale zaken en
volksgezondheid derhalve niet geven.
Maatregelen welke ongetwijfeld ver
ontreiniging van openbaar water en
van de bodem zullen doen verminde
ren, zijn in voorbereiding in de vorm
van een wetsontwerp op de water
verontreiniging en een ontwerp-be-
strijdingsmiddelenwet.
Kon. Ned. Zoutindastrie slaat
opnieuw haar vleugels uit
(Door onze economische
medewerker)
Medio juni zorgde de Kon. Ned.
Zoutindustrie voor een verras
sing door haar mededeling, dat
zij de Albatros Superfosfaatfa-
brieken te Utrecht, de Amster-
damsche Superfosfaatfabriek
(een dochter) alsmede de 'Che
mische fabriek Gembo uit Win
schoten wil overnemen. Om dit
doel te bereiken is aan aandeel
houders van deze bedrijven een
voorstel gedaan om hun aande
len in een bepaalde verhouding
om te wisselen in aandelen Kon.
Zout» Het was een verrassing
omdat de Kon. Zout verleden
jaar pas het bedrijf van de Elec
tro Zuur- en Waterstoffabriek
te Amsterdam had overgeno
men en tevens de hand had ge
legd op alle aandelen van de Ne-
derlandsche Soda Industrie te
Delfzijl.
Is deze concentratie van chemische
bedrijven nu een uiting van machts
honger of is zij een gevolg van eco
nomische berekening?
Inderdaad is het louter economische
berekening om niet te zeggen
noodzaak die de Kon. Zout er toe
drijft haar basis steeds meer te ver
breden en haar opbouw te vervolma
ken.
Albatros Superfosfaatfabrleken met
haar Amsterdamse dochter produce
ren in de twee fabrieken te Rotter
dam en een fabriek in Amsterdam su
perfosfaat en zwavelzuur. Maar zij
bewegen zich ook op het terrein van
de gemengde kunstmeststoffen. Het
Interessantst is wellicht nog dat deze
groep geassocieerd is met onderne
mingen in Zuid-Afrika, Engeland, Ca
nada, Ierland en de Ver. Staten.
Globaal genomen produceert Albatros
dus kunstmeststoffen. Gembö daar
entegen zit op het terrein van de verf
stoffen (verven, bootlakken) en
drukinkten (waarvoor een fabriek
staat in Amsterdam).
Op deze manier kan de Kon. Zout
haar produktieprogramma aanzien
lijk uitbreiden. Het is daarbij van be
lang te weten, dat op basis van het
zout een hele reeks van produkten
wordt gemaakt: vloeibaar chloor, na
tronloog, chloorbleekloog, zoutzuur,
waterstof- en koperoxydechloride,
Nieuw is uiteraard de soda, om maar
niet te spreken van de produkten van
de Electro Zuur- en Waterstof uit
Amsterdam.
Grotere betekenis
Onze chemische industrie is pas na
de Tweede Wereldoorlog sterk ge-
froeid. Ten dele is dat geschied door
e uitbreiding van de bestaande capa
citeit, ten dele door het produceren
van nieuwe produkten (wij denken
o.m. aan synthetische wasmiddelen).
Zij had in 1958 een omzet van onge
veer 4500 miljoen oftewel 15% van
de totale industriële omzet. Hierdoor
neemt zij na de voedings- en genot
middelenindustrie en na de metaalin
dustrie de derde plaats in. Zij geeft
voorts werft aan ongeveer 65.000
mensen.
Voor Nederlandse verhoudingen
moge dit heel wat lijken, in het
verband van de Euromarkt is het
nog maar bescheiden en onze che
mische industrie komt dan ook
qua omzet en werknemers een
stuk achter de chemische indus
trie in West-Duitsland, Frankrijk
en Italië. Haar kracht zit echter
vooral in haar export, omdat zij
ruwweg de helft van haar omzet
exporteert, terwijl de chemische
industrie in de andere Euromarkt-
landen voornamelijk op de eigen
markt zijn aangewezen.
Wil onze chemische industrie op de
Euromarkt en later in het gebied
van de vrijhandelszone, dus van een
groot deel van Europa het ver
overde terrein behouden en verder
uitbreide», dan zal zij én in de
breedte én in de diepte moeten
Gedwongen verhuisde
Afrikaners lijden honger
Naar schatting 2000 Afrikaanse
stamleden zien de hongerdood in de
ogen in een nieuw gebied waarheen
y.ij door de regering zijn overge
bracht, aldus een methodistenzende
ling.
De zendeling, J. Maccormack zei dat
mannen, vrouwen en kinderen van
de primitieve Tonga-stam te laat in
het seizoen zijn verhuisd om nog
voedsel te planten. De stam werd van
de vruchtbare Zambesi-vallei, haar
eeuwenoud woongebied, verhuisd in
verband met de w>uw van de reus
achtige Kariba-dam.
assortiment groter moeten
worden (het totale assortiment wordt
weliswaar op 1800 produkten gesteld,
maar dit is in Euroverband nog ge
ring) en zo zullen ook gaten in de
verticale opbouw gedicht moeten
worden, waardoor men voor grond
stoffen en halffabrikaten steeds min
der op de buitenlandse markt zal zijn
aangewezen. Dit vergt uiteraard een
voortdurend speurwerk, dat zeer kost
baar is.
Een bijaortdere trek van onze chemi
sche industrie is nog haar kapitaal
intensieve karakter: zeer dure en
grote installaties; betrekkelijk en
soms heei weinig mensen voor bedie
ning.
Bredere basis
Er zijli dus fjenoeg redenen die de on
dernemingen stimuleren om andere
ondernemingen over te nemen of om
te fusioneréa. Alleen grotere bedrij
ven met een groot kapitaal kunnen
zich veroorloven hun apparatuur
voortdurend en bijtijds te vernieu
wen en uit te breiden. Zij alleen kun
nen zich ook permitteren eeu kost
baar maar intensief werkend speur-
apparaat op te bouwen en in stand te
houden.
De directie van de Kon. Zout ziet dit
kennelijk scherp in. Zij verbreedt
haar basis thans naar de kant van
de kunstmeststoffen, de verfgroduk-
ten en de drukinkten maar zij krijgt
ook vaste voet in het buitenland.
Voor de afzet is dit uiteraard van
groot belang maar zij kan daardoor
mede profiteren van de buitenlandse
(Amerikaanse) kennis en ervaring
(„know how"'). Dit zal ongetwijfeld
op de Euromarkt zijn vruchten af
werpen.
HOOG EN LAAG WATER
7 juli
Vlisslngen
Terneuzen
Hansweert
Zierikzee
Wemeldinge
nap
uur meter
2.48 2.17
nap
uur meter
3.13
3.53
4.10
4.30
2.31
2.35
1.46
1.74
15.01
15.28
16.07
16.25
16.51
2.07
2.21
2.34
nap
uur meter
9.04 1.87
9.32 2.04
10.06 2.17
9.40 1.55
10.04 1.76
21.33
22.01
22.35
22.10
22.29
2.07
2.24
2.37
1.79
2.02
Een Duitse ingenieur uit Aschaffen-
burg heeft een nieuwe vinding ge
daan op het gebied van kleermaken:
in samenwerking met een plastic-
deskundige heeft hij een soort voe
ring gemaakt, die eenvoudig met be
hulp van een strijkijzer aan de stof
gekleefd wordt, waarna het in elk
aar zetten van het kostuum kan
plaatsvinden. Men meetit met deze
vinditig 14 pet arbeidsbesparing voor
kleermakers gevonden te hébben.
Hongaar maakte in circus
val uit trapeze
Tijdens de eerste voorstelling ïn
Haarlem van het circus Kroneis vrij
dagavond de 49-jarige Hongaar Pier
re Alize toen hij in de nok een salto
had gemaakt, gevallen. Na een twee
en een halve 6alto moest Alize een
trapeze paken, maar greep deze n
één hand.
Hij moest loslaten en viel van een
hoogte van 12 meter. Hij kwam op
het vangnet terecht en vervolgens op
de rand van het toneel, waar de Hon
gaar bewusteloos bleef liggen. Met
ee nhoofdwonde en een hersenschud
ding is hij naar de Maria Stichting
overgebracht.
1215. Mare kon zijn onge
duld moeilijk bedwingen. Hij
was ecu man van „aanpak
ken" e» het brandde hem
gewoon in, dat hier zoveel
kostbare tijd verloren ging
met zo*» simpele verken
ningsvlucht. „Zouden we
niet vast een stuk terug
vliegen?" opperde hij, zeker
al voor de derde maal. Doch
piloot Storm schudde het
blonde hoofd. „Heus, wees
nu verstandig, oude jongen.
We kunnen beter het dag
licht afwachten. Anders
vliegea we misschien
rechtstreeks in het valletje,
dat de heren opgezet hebben. Ga toch ook wat
rusten." „Pfcah. Bij de haren van Taros", riep
de ander uit. „Jullie van de Aarde zijn toch
wel heel zonderlinge mensen. Kunnen ze maar
rustig liggen, terwijl over enkele uren de pop
pen aan het dansen slaan. Jullie hebt geen
bloed, maar ijswater in de aderen." Arend
grijnsde eens genoeglijk en liet zich behaag
lijk achterover vallen in zijn zetel. Even later
was hij in een diepe slaap verzonken, tot gro
te verbazing van Marc, die door zijn schip
begon te ijsberen tot het eerste morgenlicht
aan de oostelijke hemel de sterren deed ver
bleken...
FEUILLUTUN
DOOR
P. G. WODEHOUSB.
58
Maar dan heb je ook alles gezegd,
want voor de rest konden de omstan
digheden niet erger zijn.
Buiten de doorlopende vrees, dat ik
op een haai na zou ontsnappen aan
een olifant, kreeg ik de zenuwen van
de blaffende honden en ik kreeg een
reuze schok, toen ik afstapte om een
wegwijzer te raadplegen, en daar bo
venop een uil zag zitten die precies
op mijn tante Agatha leek. Ik dacht
eerst, dat het tante Agatha was en
pas toen enig nadenken mij ervan
had overtuigd dat het haar gewoonte
niet was om op wegwijzers te klim
men en er bovenop te gaan zitten,
had ik de moed om verder te gaan.
Al die geestelijke onrust, gevoegd bij
het feit, dat kuiten, enkels en de
zachtere delen behoorlijk pijn deden,
zorgde ervoor, dat de Bertram Woo-
ster, die uiteindelijk bij Kingham
Manor aankwam, heel veel verschil
de met Bertram, de vrolijke en zor
geloze boulevardier van Bond Street
en Piccadilly.
Kingham Manor zag er feestelijk uit,
dat zag je zo. De ramen waren ver-
lichfc, er klonk muziek, en toen Ik
dichterbij kwam hoorde ik het voet-
geschuifeï van butlers, lakeien, chauf
feurs, kamermeisjes, dienstboden,
hulpjes en koks die op de maat van de
muziek aan het stampen waren. Ik
geloof dat je het beste de toestand
beschrijft door te zeggen, dat het een
nachtelijke uitspatting was.
De orgie vond plaats in een van de
benedenvertrekken, die met open
slaande deuren uitkwam op het pad
en door deze deuren begaf ik mij
naar binnen. Een orkest speelde iets
vlugs en onder gelukkiger omstan
digheden zou ik mijn voeten niet stil
hebben kunnen houden. Maar ik had
wel iets beters te doen.
Ik wou die sleutel van de achterdeur
en wel direct
Ik drong mij naar binnen en vond het
moeilijk om Seppings op te sporen
Toen kwam hij in mijn gezichtsveld;
hij was Iets lenigs aan het doen in
het midden van ae dansvloer. Ik riep
een paar keer „Hé Seppings!" maai
bij was teveel met zijn gedachten bij
zijn werk en pas toen hij bij mij in
de buurt kwam, kon ik hem een por
met mijn wijsvinger tussen zijn zwe
vende ribben geven om zijn aandacht
te trekken.
Dit was er de oorzaak van dat hij op
de voeten van zijn dame trapte en hij
draaide zich heftig om. Toen hij
evenwel Bertram herkende, maakte
die heftigheid al spoedig plaats voor
verwondering.
„Mijnheer Wooster!"
Ik was niet in de stemming voor for
maliteiten.
„Minder „Mijnheer Wooster" en meer
sleutels van de achterdeur" zei ik
kortaf. „Geef op die sleutel, Sep
pings".
Hij scheen niet te snappen waar het
omging.
„De sleutel van de achterdeur, mijn
heer?"
„Precies. Van Brinkley Court's ach
terdeur".
„Maar die is op de Court mijnheer".
Ik klakte verveeld met mijn tong.
„Maak geen grapjes, beste butler"
zei ik, „ik heb geen twaalf kilometer
op die ellendige fiets afgelegd om
naar je grapjes te luisteren. Hij zit
in je broekzak".
„Nee mijnheer. Ik heb hem aan mijn
heer Jeeves gegeven".
„Je hebt waaaat?
„Ja mijnheer Voor ik wegging. Mijn
heer Jèeves zei, dat hij voor het sla
pen gaan even een luchtje wilde
scheppen. Hij zou hem op de venster
bank van de keuken neerleggen".
Ik keek de man verstomd aan. Zijn
oog scheen helder, en zijn hand beef
de niet. Hij zag er helemaal niet uit
als een butler, die teveel gehad heeft.
„Bedoel je, dat Jeeves al die tijd die
sleutel gehad heeft?"
„Ja mijnheer".
Ik kon niets meer uitbrengen. Mijn
stem brak in mijn tranen. Ik was
verslagen; maar een ding was nu wel
zeker. Om de een of andere reden, die
ik nu nog niet begreep, maar die ik
heel snel zou uitzoeken, zodra ik die
naaimachine over die twaalf kilome
ter had getrapt en Jeeves binnen be
reik van mijn handen zou hebben,
had Jeeves een hele ellendige streek
met me uitgehaald. Hij wist, dat hij
ieder ogenblik alle moeilijkheden kon
oplossen, en toch had hij tante Dahlia
en de anderen rustig en déshabillé op
het grasveld laten zitten, en erger
nog, rustig staan kijken hoe zijn
werkgever werd uitgestuurd op een
volmaakt overbodige rit van vieren
twintig kilometer.
Ik kon het me nauwelijks van hem
indenken. Van zijn oom Cyril wel.
Met zijn bijzonder gevoel voor humor
zou zijn om Cyril wel tot zoiets in
staat geweest zijn. Maar dat het nou
net Jeeves moest wezen
lk sprong op het zadel en onderdruk
te een kreet van smart toen ik het
harde leer voelde en be^on aan de
thuisreis
Ik kan me herinneren dat Jeeves eens
gezegd heeft bij wat voor gelegen
heid weet ik niet meer het kan
wel dat hij het gewoon maar een
keer gezegd heeft» dat doet hij wel
meer dat een getergde vrouw tot
alles ln staat is. En tot vannacht
vond lk dat ook altijd. Ik had nog
nooit zelf een vrouw getergd, maar
Pongo Twistleton wel, door botweg
te weigeren de zoon va» zijn tante
Gerald af te halen van Paddington en
met hem te lunchen en naar een
school in Waterloo te brengen, en
hij had het geweten. Hij had brieven
gekregen, zo scherp, dat je ze zou
hebben moeten zien om het te kun
nen geloven. Hij had ook twee beledi
gende telegrammen ontvangen en
een bittere prentbriefkaart met het
fraf van de onbekende soldaat erop.
ot vannacht dus, had ik nimmer ge
twijfeld aan de waarheid van dit ge
zegde. Maai vannacht wijzigde zich
mijn standpunt. Het ergste ter we
reld is een lange en overbodige fiets
tocht in het hardstikke donker, zon
der lamp.
Let op dat woord „overbodig". Dat
kwelde mijn ziel het meest. Als het
erom gaat naar een dokter te rijden
om een ziek kind te redden of een
ritje naar het plaatselijke café, om
voorraden op te doen als de wijnkel
der leeg is, dan zal niemand zo fluks
achter het stuur springen als ik.
Maar enkel en alleen maar om te vo!
doen aan een bijzonder gevoel vooi
humor van je persoonlijke bediende
vond ik wel een beetje 'al te bar, en
ik was dan ook danig uiL mijn hu
meur.
En alhoewel lk op de thuisrlt geen
andera schade opliep dan aan de
zachtere delen ik kwam geen gel
ten, olifanten of zelfs maar uilen die
op tante Agatha keken tegen was
het een verbolgen en kwade Bertram,
die tenslotte op Brinkley Court aan
kwam. En toen ik op de stoep een
donkere figuur ontwaarde, liet ik me
volkomen gaan en was ik voorne
mens de zaak onmiddellijk uit te zoe
ken.
„Jeeves" zei ik.
„Ik ben het, Bertie".
De stem klonk als zoete stroop en
zelfs al had ik ze niet onmiddellijk
herkend als de stem van Bassett, zou
ik geweten hebben dat ze niet kwam
van de man die ik graag zou hebben
ontmoet.
Want deze gestalte droeg een eenvou
dig tweedrokje en gebruikte mijn
voornaam. En Jeeves, wat hem ook
mag mankeren, zou nooit een rok
aantrekken en me Bertie noemen.
Het was nu precies de laatste per
soon die ik zou willen ontmoeten na
een lange nacht in het zadel, maar
ik verwaardigde me een hoffelijk
„Hoei!" te uiten.
Het was even stil en ik wreef mijn
kuiten.
,,Je bent er dus tcch ingekomen?" zei
ik, omdat ik zag dat ze een ander toi-
'et aanhad.
„O ja. Ongeveer een kwartier nadat
je weggegaan was 5s Jeeves gaan
zoeken en hij vond de sleutel van de
achterdeur op het kozijn van het keu
kenraam".
XWordt vervolgd)