RANG Nederlandse vader bleef baas ondanks afwasschort Omkoperij strijd in inzet van politieke de staat Ghana IN BUK 20 STUKS f. 2.80 C.B.T.B. STEUNT PLAN VOOR VRIJERE LOONVORMING de zonnige RANG DONDERDAG 2 JULI 1959 PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT 9 JONGE DOCTOR ISHWARAN MEENT: Gezinsleven in ons land werd beschreven door buitenlander Het is een merkwaardig gebeuren, dat een vreemdeling, nog wel afkomstig uit het verre India, een boek schrijft over „het Ne derlandse gezinsleven" (K. Ishwaran: Family life in the Nether lands). Men kan zich afvragen of iemand, die zich als vreemde ling enige jaren wijdt aan de studie van het Nederlandse gezin, daarover iets kan zeggen, dat ons nog niet bekend was. Is hij in staat om allerlei elementen uit het Nederlandse leven, die ons vertrouwd zijn, werkelijk juist aan te voelen? Vergt het schrij ven van een dergelijke studie niet een vóórkennis, waarover al leen hij kan beschikken, die deze kennis met de paplepel ingego ten heeft gekregen? Het is mogelijk, om bij lezing van de studie van dr. K Ishwaran, die als proefschrift dezer dagen te Leiden werd verdedigd, hier en daar de vinger te leggen op kleine onjuistheden, die voort vloeien uit een onvoldoende detailkennis van de Nederlandse sa menleving. Vaker evenwel treft men in dit boek het merkwaar dige aanvoelingsvermogen aan, waarover de schrijver beschikt, waarbij hij gesteund is door de vele medewerking, die hem van Nederlandse zijde is gegeven. De vreemdeling, die aspecten van de Nederlandse samenleving bestudeert, verkeert slechts ogenschijnlijk alleen maar in het nadeel. Op een paar pun ten is hij in het voordeel. Vooreerst vindt hij niet alles even gewoon. Hem treffen dingen als bijzonder, waar aan wij voorbij gaan. De vreemdeling moet ons leren hoe bijzonder het ge wone kan zijn. In de tweede plaats is hij in staat om vergelijkingen te ma ken met verschijnselen, die elders worden gevonden. Dat geeft relief aan wat bij ons wordt aangetroffen. Niet veranderd Wat de Indiër dr. K. Ishwaran heeft getroffen in het Nederlandse gezins leven is vooral dit: het Nederlandse gezin mag dan In de laatste tientallen Jaren in allerei opzichten van aard en gedaante zijn veranderd wezenlijk heeft het dezelfde kenmerken behou den. Terwijl wij in Nederland meenden, dat er met ons gezin allerlei aan de hand was en wij spraken van problemen van jeugd, van gezag, van echtschei ding, houdt de schrijver ons voor, dat hier van overdrijving sprake is en dat de samenhang van het Nederland se gezin nog geheel aanwezig is; dat de jeugd er eigenlijk dezelfde ideeën op na houdt als de ouderen, zij het aangepast aan een nieuwe situatie, dat de jeugd beslist niet losgelaten is; dat het gezin nog evenzeer in het middelpunt van de belangstelling staat als vroeger en dat ook de ban den met andere familieleden wordt aangehouden. Wat ons uit het boek van Ishwaran tegemoet komt is het ge wone Nederlandse gezin, waar men er aan hecht om tenminste één maal tijd als gezin te nuttigen, waar moe der haar kinderen opwacht, die van school komen, waar tijdens het week end de leden ervan bijeen zijn. Het gezin, dat familiefeestjes kent, dat in geregelde correspondentie staat met allerlei familieleden, waarvoor dan in de regel de moeder zorgt, dat hecht aan huiselijke gezelligheid. Allemaal heel gewoon. Maar klaarblijkelijk minder gewoon voor de vergelijkende vreemdeling en misschien voor ons zelf toch ook wel weer bijzonder in het licht van wat er wel niet over on ze samenleving wordt gezegd. Patriarchaat Dr. Ishwaran ziet in hét Nederlandse gezin toch nog duidelijk te onder scheiden patriarchale trekken. Wij meenden Immers al, dat wij de ge lijkheid tussen man .en vrouw nu werkelijk hadden bereikt, niet zozeer door de wetgeving waarmee de ge wone mensen immers niet van doen hebben in hun dagelijks leven maar door de bereidheid van de man om allerlei in de huishouding te doen en af en toe zich te tooien met het huishoudschort achter stapels af te wassen borden. Helemaal, zo conclu deert de buitenlandse waarnemer, zijn de Nederlandse mannen er nog niet. Een beetje spelen zij nog steeds de patriarch. Zijn fungeren bij de handhaving van het gezag in het ge zin als een beroepsinstantie. De poli tiediensten en eenvoudige recht spraak laten zij aan hun echtgenote over. Hun betekenis neemt toe, naar mate de kinderen ouder worden Duidelijk is hem ook gebleken, dat ondanks alle beweging in onze Ne derlandse samenleving het niet zo is, dat er een vrije keus is bij het zoeken van een levensgezel (lin). De jonge mensen letten terdege én op maatschappelijke positie én op godsdienst. Daar, waar men ver schillen in maatschappelijke posi tie en religie verwaarloosd, blijft bovendien een bron voorhanden van huwelijks-moeilijkheden, die dan volgens de schrijver maar zijn materiaal is hier niet volle dig tot echtscheiding lean lei den. De Nederlander zo meent dr. Ishwa ran, is verdraagzaam in zaken van godsdienst als hij met andere enke lingen te maken heeft. Dit kan ech ter zeer wel samengaan met scherpe tegenstellingen tussen groepen. Ei genlijk is het volgens hem zo er le ven bij de leden van verschillende kerkgenootschappen allerlei beelden betreffende „andersdenkenden". De schrijver is gelukkig geweest in de keuze van een aantal foto's. De eerste geeft ons de koninklijke fami lie aan de thee: de koningin schenkt zelf in. Deze foto geeft inderdaad een normaal beeld. Zo gaat het in tal van gezinnen en wij zelf vinden daaraan niets merkwaardigs. De vreemdeling Aan de Leidse universiteit is vori ge week de Indiër K. Ishwaran gepromoveerd tot doctor in de rechtswetenschappen op 'n proef schrift over „Family Life in the Netherlands (Het familieleven* in Nederland)". Dr. Ishwaran, die aanvankelijk in India talen heeft gestudeerd en die zich na het schrijven van verscheidene essays vervolgens aan de studie in de culturele antropologie heeft ge wijd, is vervolgens naar Oxford gegaan, waar hij deze studie heeft voltooid. Na een jaar te hebben gestudeerd aan het Institute of so cial studies in Den Haag, heeft dr. Ishwaran vervolgens nog twee jaar in Nederland gewerkt aan een proefschrift over de wezens kenmerken van het Nederlandse gezinsleven en aan de vraag of die trekken zich de snel verander de tijden ten spijt in de loop van de decennien hebben gehandhaafd. Zijn antwoord op deze laatste vraag luidt zonder aarzelen be vestigend. Wij hebben dr. Ishwa- ran's promotor, prof. Sj. Groen man uit Utrecht gevraagd in ne venstaand artikel een beschouwing te geven over de voornaamste be vinding van de jonge doctor. is evenwel door dit beeld van huise lijke gezelligheid getroffen. Zo is hij ook getroffen, als de Neder lander vaak zegt, dat hij niet fami lieziek is, waarmee hij echter ver raadt, dat hij behoorlijk van de fa miliezaken op de hoogte is, maar niet wil toegeven, dat hij voor familieza ken belangstelling heeft. Overigens, die familie is een domein van moeder de vrouw. Die correspondeert en spe ciaal in deze examentijd moet zij op letten, of er niet een verre neef of nicht ergens voor geslaagd is. Hoe is dr. Ishwaran aan zijn kennis gekomen? Natuurlijk is er allerlei li teratuur over het Nederlandse gezins leven en er zijn ook heel wat cijfers van het centraal bureau voor de sta tistiek te halen. Maar daarmee is nog niets nieuws gebracht en bovendien kan men daarmee niet de beweringen toetsen, dat het Nederlandse gezin wat erg uitgedrukt in ontbinding zou verkeren en dat de woning tot ho tel zou zijn gedegradeerd. Om dit soort van uitspraken te controleren moet een onderzoeker tot de gezin nen gaan en met de gezinsleden spre ken. Dit is het wat de schrijver heeft gedaan. Hij heeft schriftelijk en mon deling inlichtingen gekregen en daar op heeft hij zijn dissertatie gebouwd. Zijn berichtgevers waren zij moes ten natuurlijk het Engels redelijk machtig zijn Leidse studenten. Dit betekent dus, dat wat dr. Ishwaran meedeelt over het Nederlandse gezin in eerste instantie betrekking heeft op het Nederlandse middenstandsge zin, waaruit de meeste studenten wor den gerekruteerd. Zijn onderstelling is nu en het oordeel hierover is aan de wetenschap dat trekken, die bij in de gezinnen vindt, waaruit de stu denten afkomstig zijn, zich vroeg of laat ook zullen openbaren in andere gezinnen. (Advertentie) Maximumsnelheid in Italië Voor de bebouwde kom in Italië geldt van woensdag (gisteren) af een maximumsnelheid van 50 km. Voor overtredingen op dit nieuwe verkeersgebod staat een maximum boete van ongeveer 300 gulden of ge vangenisstraf tot drie maanden. Een zelfde strafmaat geldt voor inhalen op de baan voor tegemoetkomend verkeer of op onoverzichtelijke straathoeken. De Italiaanse wetgever hoopt met de nieuwe verkeerswet het aantal verkeersongelukken met 80 procent te kunnen verminderen. Groepen huis vrouwen die voor etalages opstoppin gen op nauwe trottoirs veroorzaken en andere voetgangers dwingen op de rijbaan te lopen, kunnen voortaan wegens hindering van het verkeer beboet worden. In Frankrijk is voortaan voor auto mobilisten verboden scherpe uitsteek sels aan auto's te hebben die de ge volgen van een ongeval kunnen ver ergeren. Zware straf voor ei-bakker bij Are de Triomphe Het hof van beroep in Parijs heeft dinsdag een zekere Claude Eigus bij verstek veroordeeld tot een jaar ge vangenisstraf en een boete van 50.000 frank wegens grafschennis. De man, die niet verschenen was, had geprobeerd een ei te bakken bo ven de vlam van het monument van de onbekende soldaat bij de Are de Triomphe in Parijs. Een lagere rechtbank had hem hiervoor tot drie maanden gevangenisstraf en een boe te van 50.000 frank veroordeeld. De straf is in hoger beroep verzwaard. Raketbrandweer Een Britse maatschappij heeft een vliegende raketbrandweer ge maakt die in veertig seconden een brand op acht kilometer afstand kan bereiken. Het onbemande apparaat lijkt op een straalvliegtuig met een hefschroef. Door een druk op de knop gaat een raket werken en koerst het apparaat, „Firefley" genaamd, naar de plaats van de brand. Daar aangekomen, komt de hef schroef in werking en spuit het apparaat tot 1000 kg vloeistof in het vuur. De brandweer functio neert automatisch door middel van elektronische apparaten. Zinspreuk voor wapen van Zuid-Holland De Provinciale Staten van Zuid- Holland hebben in hun vergade ring, die is gehouden in het ge bouw van de Tweede Kamer, be sloten Gedeputeerde Staten te machtigen aan de koningin te ver zoeken toestemming te geven de zinspreuk „vigilate deo confïden- tés" („waakt in godsvertrouwen") aan het provinciale wapen toe te voegen. VOORZITTER MR. B. W. BIESHEUVEL: Bij het aanvaarden van zijn nieuwe functie van voorzitter van de Chris telijke Boeren- en Tuindersbond heeft de voormalige secretaris van deze bond, mr. B. W. Biesheuvel, uitvoerig aandacht geschonken aan de huidige situatie in de landbouw, waarbij hij stelde dat vooral in de landbouw nog veel wanbegrip bestaat ten aanzien van de publiekrechtelijke bedrijfs organisatie. Over het vrije loonbeleïd zei hij, dat zijn organisatie achter de nieuwe ontwikkeling staat. Hij con stateerde echter dat velen in de land bouw huiverig staan tegenover vrije re loonvorming, omdat men vreest weer achterop te zullen raken als loonsverhoging slechts mogelijk is op grond van stijging van de arbeids- produktiviteit, terwijl de rentabiliteit in de landbouw nog veel te wensen overlaat. De heer Bicsheuvel begon zijn rede met een korte beschouwing over zijn benoeming. Hij zei dat hij steeds nauw heeft samengewerkt met wij len de heer Chr. van den Heuvel, de vorige voorzitter, maar dat het zijn (Advertentie) \i/ Oppositieleider zal wellicht in ons land colleges geven „Tegen mij is inderdaad een arrestatiebevel uitgevaardigd. Ik weet nog niet wat ik doen ga." Aldus verklaarde prof. dr. K. A. Busia, parlementslid en leider van de oppositionele „Verenigde Partij" van de republiek Ghana aan de Afri kaanse westkust. In een interview met een redacteur van het A.N.P. aan boord van de nachtboot van Harwich heeft prof. Busia het een en ander over de oorzaken van dit arrestatiebevel verteld. In het naaste verleden, aldus prof. Busia, werd een vertegenwoordiger van de Londense firma Camp Bird in Ghana, die mijnconcessies probeer de te verkrijgen, het land uitgezet. De onderminister van voorlichting en radio, Idrissi, werd nadien ontsla gen, omdat hij niet waar kon ma ken, dat een gepubliceerde verkla ring van de Londense firma over het afsluiten van een vijftigjarig mijn- contract onjuist was. In weerwraak hield Idrissi toen een persconferentie, waarin hij verklaar de, dat de vertegenwoordiger van de Londense firma voor 100.000 pond sterling (ongeveer een miljoen gul dén) aan steekgelden voor leden van het kabinet en leiders van de heer sende partij, de C.C.P. van minister president Nkroemah, zou hebben be steed. Idrissi zou zelf 2000 pond ster ling hebben ontvangen. Dr. Busia begaf zich daarop naar Londen om een onderzoek in te stellen. Op grond van de hem daar getoonde documenten stelde, hij, terug in Ghana, een petitie op, waarin bij de gouverneur-generaal werd aangedrongen op een nader onderzoek in deze omkopingszaak. De petitie werd door een honderd tal vooraanstaande oppositieleden mede ondertekend. In deze petitie werd ook gewag ge maakt van de procureur-generaal Geoffry Bing van Ghana. Deze nu heeft een bevel tot aanhouding te- fen dr. Busia uitgevaardigd met et doel hem civiel te vervolgen wegens laster. Ook tegen de secre taris-generaal van de partij en twee anderen werden deze arrestatie bevelen uitgevaardigd. „Politiek gesproken bevindt Ghana zich in een zeer moeilijke situatie", zo vervolgde prof. Busia zijn relaas. In oktober 1958 wei d op grond van een wet, die iedereen met arrest be dreigt, die verdacht wordt iets tegen de regering in Ghana te onderne men, een arrestatiebevel tegen 41 le den van de oppositiepartij uitgevaar digd. Men kreeg er 38 te pakken. Al len leden van de Verenigde Partij, onder wie de perschef, secretariaats- personeel en de chauffeur. Het par- tijwerk werd lamgelegd. „Op het ogenblik", zo vervolgde prof. Busia, „is een wetsontwerp ter tafel, dat iedereen, die iets onaangenaams over de regering of Ghana zegt, met een gevangenisstraf van hoogstens 15 jaar bedreigt. Dit ontwerp is nog geen wet geworden." Prof. Busia vertelde voorts over het oprichten van een soort arbeidsdienst voor jonge mannen in Ghana. Deze heet bedoeld te zijn om de jongelie den een vak te leren. Het blijkt vol gens prof. Busia een politiek instru ment geworden te zijn van de partij van minister-president Nkroemah. Tijdens de laatste tussentijdse ver kiezingen kwamen zij bij de stem bussen ten tonele en joegen met stok ken, stenen en flessen alle vertegen woordigers van de oppositie weg. De kandidaat, noch zijn vertegenwoordi gers, kregen kans van de „Builders- brigade" (de Bouwersbrigade) om bij het teilen der stemmen tegenwoordig te zijn. De Nkroemah-partij won met vele tienduizenden stemmen", zo ver telde prof. Busia. „U begrijpt, dat ik eerst aan de Nederlandse autoriteiten uiteen wil zetten, hoe mijn positie is, alvo rens een besluit te kunnen nemen over de mij aangeboden bijzondere leerstoel in de culturele antropolo gie van Afrika te Leiden en een leeropdracht in de sociologie aan het Haagse Internationale Insti tuut voor Sociale Wetenschappen", zei prof. Busia. Deze Afrikaanse geleerde studeerde te Oxford filo sofie en is hoogleraar aan de uni versiteit van Ghana. Te Wagenin- gen was hij enige tijd gast-hoog- leraar. Prof. Busia, die met zijn echtgenote, drie zoontjes en een dochtertje gister nacht van Engeland naar Nederland overstak, zal als lid van de Wereld raad van Kerken (zwervend ambas sadeur noemt hij zich voor deze raad) het secretariaat te Genève be zoeken en de komende vergadering van de raad te Salonïki In Grieken land bijwonen. Hij liet zich niet uit over mogelijk heden om voorlopig naar Ghana te rug te keren. Ternauwernood kon hij zijn land verlaten om via het aan grenzende Sierra Leone te Freetown aan boord van het schip .Accra" te komèn, waarop zijn vrouw en kinde ren zich in Ghana hadden inge scheept. Voordien had hij al voort durend onder politiebewaking ge staan. Ook was gepoogd zijn pas poort in te trekken. Bij haar vertrek werden aan mevrouw Busia vele moeilijkheden in de weg gelegd. Zij slaagde er echter in aan boord van het schip te komen. Via Liverpool en Londen is het gezin daarna naar Nederland gereisd, waar het gister morgen blijmoedig lachend aan kwam. plicht is te zorgen dat „de dynamiek van onze tijd zijn weerslag vindt in de organisatie. Harmonie met het verleden is noodzakelijk, maar de ontsluiting van het platteland en de groeiende internationale samenwer king in de Euromarkt noodzaken ons, ons organisatorisch breder toe te rusten". De nieuwe voorzitter zei, dat nog maar al te vaak over het hoofd wordt fezien dat het Landbouwschap geen wanginstituut is en dat vooral de leden van de C.B.T.B. dienen in te zien, dat deze instelling mede het re sultaat is van het christelijk-sociaal denken. Ten aanzien van de vrijere loonpo litiek, zoals die in de regerings nota is aangekondigd, zeide de heer Biesheuvel, dat het welslagen van deze maatregel nu afhangt van het bedrijfsleven en van de arbeiders organisaties, De regering heeft be paald dat aan loonsverhoging geen prijsstijging verbonden mag worden. Gebeurt dit wel, aldus de heer Biesheuvel, dan zou de merk waardige situatie ontstaan dat de vrijheid in de loonvorming zou lei den tot drastisch ingrijpen van de overheid bij de prijsvorming. Een ander gevaar is, dat de arbeiders organisaties te ver zouden gaan in hun looneisen hetgeen eveneens zou leiden tot mislukken van de vrijere loonpolitiek. Hij vroeg zijn gehoor te beseffen, dat in het verleden de loonronden niet alle economisch verantwoord waren. Dat de loon ontwikkeling voortaan gekoppeld wordt aan de produktiviteitsstij- ging achtte de heer Biesheuvel een gezond verschijnsel. Tij toonde zijn spijt over de medede ling in de regeringsnota, dat enkele belangrijke vraagstukken, zoals maatregelen ten behoeve van de ont wikkelingsgebieden en het landbouw beleid, buiten beschouwing zijn ge bleven. De nieuwe voorzitter meende uit deze zwijgzaamheid te moeten be grijpen, dat hierover in het kabinet geen overeenstemming bestaat. Aan het einde van zijn rede besprak de heer Biesheuvel nog het meerja renplan en deelde mee, dat het be stuur van de C.B.T.B. hierover een nota aan de minister van landbouw heeft gezonden, waarin het stand punt van de C.B.TF. is uiteengezet. De landbouworganisaties en het Land bouwschap hebben zich thans dus uit- In Georgië. Verenigde Statenont ploften twee spoorwegwagons met butaangastanks, juist op het moment dat de trein, waarvan de wagens deel uitmaakten, over een bruggetje reed. Het brandbare gas vloeide uit de tanks over het water en de oevers van het riviertje, waar zich vele va kantiegangers verzameld hadden. Vele van de vakantiegangers vonden een verschrikkelijke dood in het brandende gas. Op deze radiografisch overgebrachte foto ziet men hoe vlammen en rook uit de trein op stijgen.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1959 | | pagina 5