supersonische vliegtuig Van het „vliegend-tuig" naar het M HM ZO DENKT MEN IN HET BUITENLAND ER OVER VRIJDAG 17 APRIL 1959 PROVINCIALE ZEEUWSECOURANT Naar de hitte-barrière Er is geen ander onderwerp in de vergevorderde hedendaagse tech niek dat door de razendsnelle ontwikkeling die het doormaakt zó uitgesproken in het oog springt en op de verbeelding van de mens heid werkt als de luchtvaart. Sinds de eerste motorische vlochten in de luchtvaartgeschiedenis op het strand van Kitty Hawk, ge maakt op 17 december 1903, met «en door twee fietsenmakers, de gebroeders Wright, geconstrueerd „vliegend-tuig"-zwaarder-dan- lucht, heeft het vliegwezen zowel op militair als civiel gebied op alle fronten een immens grote vlucht genomen die van onschatbare betekenis voor onze moderne maatschappij is. Thans, 56 jaar na die bewuste eerste motorische vluchten, wordt met dè nieuwe operationele straaljager van Amerikaanse her komst, de Starfighter, een maximumsnelheid behaald van Mach 2.5, oftewel 2500 km p. p. Om dan nog maar niet te spreken van de experimentele raketvliegtuigen voor het onderzoeken van grote snelheden, waarvan de Bell x-1 en 2 goede voorbeelden zijn. Snel heden door deze machines behaald, lopen naar de Mach 8,5 (3500 km.per uur), en zodoende wordt zelfs de hitte-barrière benaderd. IN KITTY HAWK WERD DE BASIS GELEGD Nieuwe voortstuwings organen De luchtvaart maakte een gewel dige vlucht. De limieten van de zuigermotor werden bereikt, en Wing Commander Frank Whittle van de R.AJF. ontdekte dat een door hem ontwikkeld model van een gasturbine-straalmotor onge kende perspectieven bood voor de toekomst. De eerste typen straal vliegtuigen, die toen nog van groot belang waren voor de mili taire luchtvaart, vlogen om streeks 1989-'40. Ook de burger luchtvaart gaat over op het ge bruik van straalvliegtuigen, voorafgegaan door de militaire luchtvaart, waarvan het voor beeld ons van gierende straalja gers maar al te duidelijk is. De K.L.M. staat aan de voor avond van een gedeeltelijke vloot- vernieuwing, door in de loop van dit jaar voor de intercontinentale luchtlijnen Douglas Ds-8 straal vliegtuigen te gaan inzetten, die de afstand Amsterdam-New-York v.v. met 900 km per uur in ruim 6 uur kunnen afleggen. Dit gaat dus al heel snel wan neer men in aanmerking neemt dat nu eenSuper-Connie of DC- 7C het in 14 uur doet. Maar men wil nog sneller, het gaat blijkbaar nog niet hard ge noeg en de enige motor die ons tot snelheden ver boven die Van de geluidssnelheid wil brengen in de verkeersluchtvaart zal onge twijfeld de raketmotor zijn. Nu al, 20 jaar na de ontdekking ervan, zijn de limieten van de straalmotor al in zicht, al weet men door middel van een naver- brander (z.g. afterburner) nog vele kilo's meer stuwkracht te produceren. Hoelang zal deze jet-age nog wel duren Krijgen we hierna een roclcet-age en daarna misschien een atom-age... De tekenen wijzen, het hoewel nog niet duide lijk, uit. Inflexibiliteit Tegenwoordig hoort men dikwijls de mening verkondigen dat in de militaire luchtvaart het bemande jachtvliegtuig binnenkort zal heb ben afgedaan, nu de geleide wa pens zich aandienen. Inderdaad is het zo dat het geleide wapen in de verschillende thans bekende vormen (grond-lucht; grond- grond; lucht-grond) ingrijpende gevolgen zal hebben op de mili taire luchtvaart. Maar desalniet temin is het geleide wapen, voor lopig althans, niet het meest ge schikte middel voor luchttrans port en mist het de flexibiliteit van het vliegtuig. Deze inflexibiliteit is vooral bij het geleide wapen voor de lucht verdediging (grond-lucht) één van de factoren die een algehele vervanging van de bemande jachtvliegtuigen door deze wapens ten ongunste heeft beïnvloed. Daarenboven zou een totale om mezwaai naar een geleide-wape nen-verdediging onverantwoorde lijk en hoogst voorbarig zijn, en niet alleen een ernstig vacuüm in de defensie kunnen veroorzaken, maar ook financiële en economi sche consequenties met zich bren gen die onze draagkracht verre te boven gaan. Geleide wapens Een goed voorbeeld van een land dat zich al aan een zekere ver vanging van haar luchtverdedi gingsjagers door geleide wapens waagt, is natuurlijk de Verenigde Staten, maar ook Canada. Canada's eerste minister, John Diefenbaker, maakte op 23 sep tember 1958 bekend, dat het Ca nadese parlement besloten had geleide wapens bij het Canadian Air Defence System te introdu ceren, en dat het aantal bij Avro bestelde interceptie-vliegtuigen voor het Commando Luchtverde diging aanzienlijk minder zou zijn dan enige jaren terug kon wor den voorzien. De Amerikaanse Boeing Bomarc, een supersonisch lange-afstand interceptie-wapen, dat vanaf de grond door hetzelfde elektroni sche systeem wordt geleld als waarmee het zelf is uitgerust, zal in aanzienlijke aantallen in ge bruik worden genomen. Omdat de introductie van geleide wapens bij het Canadese Com mando Luchtverdediging zal plaatsvinden, heeft de regering besloten dat het niet raadzaam zou zijn tegelijkertijd de Avro CF-105 ARROW, een interceptor met een snelheid van Mach 3.0, in produktie te nemen. Hieruit blijkt dus wel, dat men aanvangt kleine, maar belangrij ke gedeelten van de luchtverdedi gingseenheden te vervangen, en dat men bijzonder hard aan de ontwikkeling van de geleide wa pens werkt. Het geleide wapen heeft, op de keeper beschouwd, superieure prestaties aan de bemande ja gers, en alle moeilijkheden ten spijt, zal men toch komen tot een vrijwel algehele statische lucht macht in de verre toekomst. Het zal inderdaad nog ettelijke tiental len jaren duren voordat we zover zijn. Het is wel duidelijk dat men met de tegenwoordige ballistische wa pens geen legereenheden over de oceanen kan brengen. Dat is het werk voor het transportcomman do, en dat zal het blijven ook op de orthodoxe manier. Tenminste zover wij het kunnen beoordelen. Concluderend mogen we zeggen dat in de verre toekomst zeer zeker sprake zal zijn van een sta tische luchtmacht, echter met be houd van een zeer moderne lucht transportvloot, met straalvlieg tuigen nü, straks raket- en mis schien nog later atoomvliegtui gen. De defensieve interceptie-vlieg tuigen en de offensieve tactische jachtbommenwerpers en strategi sche bommenwerpers zullen in voldoende aantallen te allen tij de in gebruik blijven, voor het verrichten van neven-taken. In de eerste plaats als reserve in gebie den waar geen geleide wapenen verdediging bestaat of mogelijk is, in de tweede plaats als re serve bij ieder land. Uit bovenstaande valt op te ma ken, dat de ontwikkeling van het militaire straalvliegtuig niet zal worden gestaakt. Integendeel, nieuwe ontwerpen en projecten blijven van de tekentafels stro men. Het grootste gedeelte wordt echter wel geconceld, maar ja, Vliegers zijn de eerste tientallen jaren nog nodig voor onze lucht- verdediging. De opleiding van straaljagerpiloten vindt gewoon doorgang. Het beroep is echter niet zo romantisch als velen wel denken. Het eist moed, vastbera denheid en doorzettingsvermogen, die gepaard gaan met een ijzeren wil, om de moeilijkste situaties die zich kunnen voordoen het hoofd te bieden. Voor degenen, die er voor voelen en er voor geschikt zijn, want alleen de besten wor den vlieger, geeft het vliegen gro te voldoening en bevrediging. De ze mannen verdedigen ons lucht ruim als het er op aan komt. daarvoor is het de luchtvaart. De kern van de huidige Ameri kaanse strategische luchtmacht bestaat uit de B-47 en B-52 inter continentale straalbommenwer- pers die echter ook alweer sterk verouderen, en waarschijnlijk nog anderhalf jaar van Boeing's produktïelijn zullen komen, daar mee dan waarschijnlijk de laatste massaproduktie van zware bom menwerpers beëindigend. Ballisti sche wapens zullen, althans ge deeltelijk, de plaatsen van de Boeings innemen. Toch zal het SAC (Strategie Air Command) in de nabije toekomst niet een ge heel geautomatiseerd wapen wor den, zonder bemande aanvalsmid delen. 3000 km per uur Enkele jaren geleden gaf de Ame rikaanse luchtmacht opdracht voor een superbommenwerper, die, voortgestuwd door een nieuwe chemische brandstof (Boron) op hoge supersonische snelheden en vliegend in de opperste lagen van de atmosfeer, een aanvulling zal moeten vormen op de afdelingen der onbemande geleide wapens (lucht-grond en grond-lucht). Hoewel de officiële specificaties uiteraard geheim zijn, heeft men toch uit onofficiële rapporten en proeven jnet windtunnel en schaal modellen enkele verbazingwek kende gegevens kunnen opmaken. De prestaties van deze bommen werper, de North American B-70 Valkyrie WS-110 die over ander half jaar in produktie zal worden genomen, zijn ongelooflijk: a. een ;Jü:uissnelheid van Mach 2.0 (2000 •km pér up!1)";' T3V-een gevechts snelheid (boven doel) van Mach 3.0 of ruim 3000 km per uur; c. een vlieghoogte van 100.000 voet en d. een vliegbereik van 6000 mijl zonder bijtanken. De ontwik keling van dit nieuwe wapen, dat gevlogen zal worden door een bemanning van drie koppen, is nu ruim 3 jaar bezig. De Engelsen, Fransen en Ameri kanen (de Rüssén laten we er buiten) hebben echter alweer nieuwe projecten onderhanden, waarvan dat van North American alweer naar voren springt. Zij „hebben het plan een interceptor, de WS-202A te bouwen, voor gro te hoogten, welké- eveneens voort gedreven wordt door een chemi sche brandstofmotor, en snelhe den moet kunnen behalen van Mach 5.0 (3300 mph) oftewel 5000 km per uur. Een andere pijl op de Amerikaanse; boog is een door kernenergie aangedreven bommenwerper, de WS-125A OW S betekend Weapon System), die eveneens Mach 5.0 moet halen. Het einde van een bemand mili- Onze Koninklijke luchtmacht zal pas in 1963 haar eerste type voor een supersonisch jachtvliegtuig ontvangen. De Hawker Hunter, die momenteel de kern van onze luchtverdediging vormt, is in ver gelijking met de operationele straaljagers van Rusland en de Verenigde Staten een „sitting duck". Met dit nu al verouderde beestje moeten wij nog vier jaar rondvliegen. Het is wel jammer, dat onze Nederlandse piloten in dergelijke toestellen moeten vlie gen, terwijl de nieuwe Duitse Luftwaffe zijn vliegers direct in de Starfighter zet. tair vliegtuig is dus nog lang niet in zicht. Voortstuwingsorganen zoals de raketmotor en atoommo tor bieden na de gasturbine straalmotor en turboprop onbe grensde mogelijkheden. Supersonisch Wie wel eens op de Amsterdamse luchthaven Schiphol geweest is, heeft daar de trots van de K.L. M.-luchtvloot zien staan, de snel le Super-Constellation en DC-7C die al over de Noordpool naar Ja pan vliegen. Deze indrukwekken de, glanzende, grote machines zijn het beeld van voorjaar 1959, want het najaar brengt een nieuwe ge neratie verkeersvliegtuigen voor de KL.M., de jets. Dat is dus het samenvattende beeld' van 1959; straalverkeersvliegtuigen. Maar wat zal hierna, na de DC-8 straal- verkeersltist, voor type vliegtuig worden gebruikt voor personen vervoer. Dat is natuurlijk nooit te zeggen van tevoren. Maar we kunnen ons wel een vaag beeld vormen van de toestand zoals ze moet worden aan de hand van rapporten, onderzoekingen en pu- blikaties over de toekomst van de burgerluchtvaart. Raketverkeersvliegtuigen De Duitse rakettendeskundigc, dr. Walter R. Dornberger, die o.a. tijdens de Tweede Wereldoorlog de V-l en V-2 ontwikkelde, direc teur was van net Duitse raketten- centrum Penemünde cn tegen woordig belangrijk medewerkt aan westelijke geleide wapens, voorziet, dat omstreeks 1970 een verkeersvliegtuig, uitgerust met raketmotoren in staat zal zijn in één uur en 15 minuten een over tocht van New York naar Londen te maken. De machine zal een snelheid behalen van 12.800 km per uur op een hoogte van meer dan 50.000 meter. Toch is deze Dornberger geen al te grote fan tast om het zelf niet te geloven. ~öan Het Britse partijloze blad „The Times" schreef donderdag dat het af treden van Dulles als minister vun buitenlandse zaken van de Verenigde Staten, zo spoedig nadat bondskanse lier Adenauers positie onzeker is ge worden, het westelijke bondgenoot schap voor vele belangrijke vragen stelt. Eenheid in de westelijke politiek is meer dan ooit geboden. In de eer ste plaats is het noodzakelijk te to nen dat geen rechten zullen worden prijsgegeven en in de tweede plaats is het nodig het eèns te worden over voorstellen, die bedoeld zijn om de Russische bereidheid tot overeen stemming te komen over een regeling voor de Duitse en de Berlijnse kwes tie, te toetsen, aldus „The Times". Meer dan wie ook kon Dulles, zo meent „The Times", de Europese lan den mee krijgen. Het zou tragisch zijn als zijn gedwongen aftreden zou betekenen dat de bondgenoten het nu niet eens kunnen worden over gezon de, opbouwende voorstellen. De liberale „Manchester Guardian" is van oordeel dat uit de tegenzin waar mee president Eisenhower Dulles laat gaan, blijkt hoe belangrijk de positie was die Dulles na een ministerschap van zes jaar had verworven. De diplomatieke correspondent van het socialistische blad „Daily Herald" noemt Dulles de grootste minister van buitenlandse zaken uit de Ame rikaanse geschiedenis en een van de grootste figuren op het toneel van de internationale politiek van deze tijd. De „Daily Telegraph" schrijft dat het aftreden van Dulles een hiaat in de rijén van het westen heeft geschapen dat moeilijkt te vullen is. De Newyorkse pers betreurt het af treden van Dulles. De „New York Herald Tribune" verklaarde dat Dul les zijn krachtige positie als staats man voor een groot deel te danken had aan zijn onwankelbare vertrou wen dat de doelen van de Verenigde Staten in de wereld eerlijk waren. Volgens Dulles kon op bepaalde din gen, en voornamelijk de morele be ginselen, niet afgedongen worden. De New York Times zei dat de Ame rikaanse politiek onder Dulles' lei ding standvastig heeft gezocht „naar de vrijhéid onder goddelijke bescher ming". Dulles' politiek geleek op die van Lincoln. De „Daily News" meende dat Henry Cabot Lodge de Amerikaanse perma nente vertegenwoordiger bij de Ver. Naties, de meeste kans maakt om Dulles' opvolger te worden. Lodge heeft bewezen dat hij zich niet dooi de communisten laat bedriegen of bang maken, aldus het blad. Het onafhankelijke Hamburgse blad „Die Welt" schreef dat de tragedie van Dulles' aftreden niet slechts zijn ziekte is, doch ook het feit dat hij zijn nieuwe politiek van beweeglijkheid niet tot een einde kan voeren. Men aarzelt om zijn aftreden een keerpunt in de wereldpolitiek te noe men, aldus „Die Welt", want Dulles de man van de politiek van kracht, was bezig nieuwe wegen t8 zoeken en de Dulles van 1959 was niet de zelfde als die van 1955. Het is niet duidelijk waartoe de nieuwe koers zou hebben geleid. Het is te hopen dat zijn opvoiger resoluut de nieuwe koers zol voortzetten, aldus het blad. De onafhankelijke „Frankfurter All- gemeine Zeitung" merkte op dat de sympathie die nu aan alle kanten voor Dulles blijkt te bestaan, .„ge groeid is uit het feit dat in een zeer verward tijdsgewricht hij de man was die met overtuiging en de kracht om anderen te overtuigen, aanhou dend een brede duidelijke stroming in de buitenlandse politiek vertegen woordigde: en dat betekende ook, in het geval van deze Amerikaan, in het leiderschap van de wereld. Dc innerlijke kracht en dqidelijkr heid van Dulles en zijn krachtig leidend beginsel waarvan elk van zijn handelingen getuigde, zal de Amerikaanse en gehele westelijke buitenlandse politiek in de komen de weken en maanden meer dan ooit nodig hebben, aldus de „Frankfurter Allgemeine". ADENAUER De commentaren van de Westduitse Krs op Adenauers besluit zich kan- laat te stellen voor het president schap lopen zeer uiteen. De invloed rijke Süddeutsehe Zeitung uit Mün- chen noemde het een moedig besluit en een offer van de zijde v^n de bondskanselier. Naar de mening van dit blad hebben de jongste aanval len op zijn politiek het de staatsman gemakkelijker gemaakt dit besluit te nemen. „In elk geval", zó besloot het blad, „komt hiermee een tijdperk Duitse geschiedenis van na de oorlog ten einde. Een ding is zeker: Theodor Heuss zal een eervolle opvolger krij gen". De minstens even invloedrijke Frank furter Algemeine is daarentegen van oordeel, dat de aanvallen op zijn po litiek Adenauer er niet toe gebracht hebben de kandidaatstelling te aan vaarden en dat deze beslissing even min gezien mag worden als een zich terugtrekken uitde politiek. „Wij zien het besluit eerder als een knap pe persoonlijke stap die een oplos sing voor veel kwesties met zich mee zal brengen", aldus het Frankfortse blad, dat voorts ook druk van jonge re politici ziet als een gedeeltelijke oorzaak van Adenauers besluit. De Conservatieve Daily Telegraph is van mening dat. er in het westen geen reden tot vreugde is, „want wij weten te weinig van de hoedanigheid der mannen die de taak van Adenau er zullen overnemen". Er behoeven niet noodzakelijkerwijs fundamentele veranderingen in de buitenlandse politiek van West- Duitslanü te komen maar er is thans een nieuwe onvoorspelbare factor in de betrekkingen tussen de grote mo gendheden nu Adenauers persoon lijke politiek niet meer mogelijk is, aldus het blad. VERRAST De New York Times en de New York Herald Tribune zeiden ver rast te zijn door Adenauers be sluit. Eerstgenoemd blad schreef, dat het gezag van Adenauer en de bevoegdheid van de president om de nieuwe kanselier te benoemen en te ontslaan ervoor zullen zor gen dat de oude staatsman een macht in Duitsland zal blijven. Niettemin, aldus het blad, verlaat een der meest ervaren stuurlieden het roer van het westelijke schip van staat in een crisistijd welke met die van Jalta en Potsdam te vergelijken is. DIRIGENT De Britse pers gaf dinsdag uiting aan haar bewondering voor de ga ven van wijlen dr. Eduard van Beinum. De Times schreef onder <le kop ..Amsterdams grote dirigent" dat hij opviel door ingetogenheid en klaarheid bij het dirigeren. Eduard van Beinum was in staat het beste uit de musici als geheel te halen zonder op opvallende wijze zijn wil op te leggen. Hij kon in het meest conventionele programma een zeld zaam leven en geest brengen, aldus de „Times". De Daily Telegraph schreef over Eduard van Beinums invloed op het Concertgebouworkest dat hij de re putatie van het orkest heeft kunnen bewaren en zijn eigen naam heeft kunnen vergroten op zijn veelvuldige tournees door Europa en de Verenig de Staten. Tijdschriften over Holland In navolging van het Engelse „Co ming Events in Britain", het Duitse „German Review" cn het Zwitserse „Sohweiz" telt Nederland niet ingang van dit voorjaar ook zijn toeristisch- cultureel propugandatijdschrift en wel „The Holland Review". Het is een uitgave van de Nederlandse Vereni ging van Toeristische en Culturele Instellingen (X.V.T.C.I.), in samen werking met het bureau voor toeris tische publiciteit „Publi-Print" en in overleg met o.m. de A.N.V.V. Het blad zal viermaal per jaar ver schijnen en het wordt in de Engelse 1 taal geredigeerd, waarbij in Frans. Duits en Nederlands samenvattingen van de artikelen worden gegeven. De redactie stelt zich voor de nummers, telkens te doen aansluiten op toeris tische en culturele hoogtepunten, die aan de verschijning van die nummers (1 februari, 1 mei, 1 juli en 1 okto ber) voorafgaan. Intussen is net eerste (voorjaars)- nummer verschenen, in een fleurige omslag, met kleurige tulpen en een fraaie molen en geilustreerd met tal rijke foto's, zowel in kleuren als zwart-wit. Het bevat o.m. artikelen over het Holland Festival, de bloem bollenindustrie, het 700-jarige Amers foort, de Utrechtse Jaarbeurs, Jan Sluyters en over de Henry Hudson- herdenking. Een gevarieerde en aan trekkelijke inhoud, aangevuld met praktische tips voor komende toeris tische en culturele gebeurtenissen en als geheel zeker geslaagd te noe men. Op dit niveau voorziet „Holland Review" ongetwijfeld in een behoef te en zal het zeker propagandistisch effect sorteren. Zakelijker van inslag, maar ook met een propagandistische opzet is het in het Duits verschijnende tijdschrift „Holland, Land und Leute", een uit gave van Günter C. Vleten in Arn hem, waarvan onlangs het tweede kwartaalnummer uitkwam. Het be vat talrijke artikelen en ook weer praktische tips over en voor toerisme in Nederland, maar daarnaast ook berichten en wetenswaardigheden over bijvoorbeeld sport- en zakenle ven. Zeeland wordt er met Bra bant en Limburg in genoemd als een „toeristische schatkamer". Het is ook rijkelijk geïllustreerd. Prisma: onvermoeid en goed Onvermoeid gaat de Prisma-reeks verder en slechts weinige boeken zijn van een kwaliteit, waaraan men voor bij moet gaan. Enkele goede Pris ma's, onderwerpen van zeer uiteen lopend karakter behandelend, willen wij hier met name noemen; profes sor dr. L. G. J. Verberne, Geschiede nis van Nederland (1813-1850) met voortreffelijke inleidingen van pro fessor Rogier; Vlaamse verhalen, een bundel samengesteld door André De- mets; Nieuwe Nederlandse verhalen, verzameld en ingeleid door P. Maas- sen; een fotoboek van Peter Charpen- tier, een bijzonder geslaagd boekje dat een amateur-fotograaf niet alleen kén maar ook móét bezitten: dr. On- no Damsté, Romeinse sagen en ver halen; Jeróme Carcopino: Het dage lijks leven in het oude Rome, twee boeiende delen, die men achter elk aar uitleest; Dostojewski's Schuld en boete in twee delen, in een vertaling van S. van Praag; G. P. Gooch, Lo- dewijk XV; en tenslotte het indruk wekkende relaas van Francis Hacket over Hendrik VIII (twee delen). Stuk voor stuk boeken, die voor een „krats" te koop zijn en die men zon der voorbehoud kan aanbevelen. Ten slotte zij uit deze serie nog vermeld: Casper de Jong, Schilderijen zien, Be tekenis en ontwikkeling van de schil derkunst. BOEKJES over b'oemsn Mevrouw A. C. Muller—-Idzerda heeft twee boekjes over bloemen ge schreven, die door de uitgeverij „Kos mos" (Amsterdam-Antwerpen) in 'n bijzonder verzorgd „pakje" zijn gesto ken. Het ene werkje heet „Bloem schikken"; het is op fraai papier ge drukt en vele foto's en tekeningen illustreren de goede wenken die de schrijfster, mét kennelijk grote liefde voor haar onderwerp, heeft bïjeenge- bracht. Het andere boekje heet „Honderd kamerplantenen hoe ze behan deld moeten worden." Ook dit boekje is heel aantrekkelijk van uiterlijk, het is bovendien een van de meest overzichtelijke werkjes od dit gebied, want naast elke bladzijde tekst staat een duidelijke foto van de behandelde plant. De bespreking van iedere plant is kort en zakelijk, zonder de details I welke voor de leek toch van weinig nut zouden zijn. „Moïra" van Julien Gresn Romans van Paul dTvoi in pocketvorm Bij de uitgeverij Het Spectrum (Utrecht) verscheen de 2e druk van de roman Moïra van de Franse schrij ver Julien Green. Het boek is in het Nederlands verschenen onder de titel „De Verzoeking", in briijante taal herschreven door dc dichter C. J. Kelk. De centrale figuur in dit boek is een student theologie, die op de universi teit alles veroordeelt wat in het klein burgerlijk milieu waaruit hij komt, voor onwelvoegelijk wordt gehouden. De lezer wordt betrokken bij de felle innerlijke strijd die deze student doormaakt na de ontmoeting met de vrouw in wier persoon De Verzoe king zich voor nem openbaart. Het boek heeft een nergens verflau wende spanning, deels 'door de wat bizarre, maar prachtige typeringen van de hoofdfiguren, deels door de vaak irriterende houding van de ma teloos losbandige studenten en deels door de scherpe analyse van mense lijke handelingen.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1959 | | pagina 15