supersonische vliegtuig
Van het „vliegend-tuig" naar het
M HM
ZO DENKT MEN IN HET BUITENLAND ER OVER
VRIJDAG 17 APRIL 1959
PROVINCIALE ZEEUWSECOURANT
Naar de hitte-barrière
Er is geen ander onderwerp in de vergevorderde hedendaagse tech
niek dat door de razendsnelle ontwikkeling die het doormaakt zó
uitgesproken in het oog springt en op de verbeelding van de mens
heid werkt als de luchtvaart. Sinds de eerste motorische vlochten
in de luchtvaartgeschiedenis op het strand van Kitty Hawk, ge
maakt op 17 december 1903, met «en door twee fietsenmakers, de
gebroeders Wright, geconstrueerd „vliegend-tuig"-zwaarder-dan-
lucht, heeft het vliegwezen zowel op militair als civiel gebied op
alle fronten een immens grote vlucht genomen die van onschatbare
betekenis voor onze moderne maatschappij is.
Thans, 56 jaar na die bewuste eerste motorische vluchten, wordt
met dè nieuwe operationele straaljager van Amerikaanse her
komst, de Starfighter, een maximumsnelheid behaald van Mach
2.5, oftewel 2500 km p. p. Om dan nog maar niet te spreken van
de experimentele raketvliegtuigen voor het onderzoeken van grote
snelheden, waarvan de Bell x-1 en 2 goede voorbeelden zijn. Snel
heden door deze machines behaald, lopen naar de Mach 8,5 (3500
km.per uur), en zodoende wordt zelfs de hitte-barrière benaderd.
IN KITTY HAWK WERD DE BASIS GELEGD
Nieuwe voortstuwings
organen
De luchtvaart maakte een gewel
dige vlucht. De limieten van de
zuigermotor werden bereikt, en
Wing Commander Frank Whittle
van de R.AJF. ontdekte dat een
door hem ontwikkeld model van
een gasturbine-straalmotor onge
kende perspectieven bood voor de
toekomst. De eerste typen straal
vliegtuigen, die toen nog van
groot belang waren voor de mili
taire luchtvaart, vlogen om
streeks 1989-'40. Ook de burger
luchtvaart gaat over op het ge
bruik van straalvliegtuigen,
voorafgegaan door de militaire
luchtvaart, waarvan het voor
beeld ons van gierende straalja
gers maar al te duidelijk is.
De K.L.M. staat aan de voor
avond van een gedeeltelijke vloot-
vernieuwing, door in de loop van
dit jaar voor de intercontinentale
luchtlijnen Douglas Ds-8 straal
vliegtuigen te gaan inzetten, die
de afstand Amsterdam-New-York
v.v. met 900 km per uur in ruim
6 uur kunnen afleggen.
Dit gaat dus al heel snel wan
neer men in aanmerking neemt
dat nu eenSuper-Connie of DC-
7C het in 14 uur doet.
Maar men wil nog sneller, het
gaat blijkbaar nog niet hard ge
noeg en de enige motor die ons
tot snelheden ver boven die Van
de geluidssnelheid wil brengen in
de verkeersluchtvaart zal onge
twijfeld de raketmotor zijn.
Nu al, 20 jaar na de ontdekking
ervan, zijn de limieten van de
straalmotor al in zicht, al weet
men door middel van een naver-
brander (z.g. afterburner) nog
vele kilo's meer stuwkracht te
produceren.
Hoelang zal deze jet-age nog wel
duren Krijgen we hierna een
roclcet-age en daarna misschien
een atom-age... De tekenen
wijzen, het hoewel nog niet duide
lijk, uit.
Inflexibiliteit
Tegenwoordig hoort men dikwijls
de mening verkondigen dat in de
militaire luchtvaart het bemande
jachtvliegtuig binnenkort zal heb
ben afgedaan, nu de geleide wa
pens zich aandienen. Inderdaad is
het zo dat het geleide wapen in
de verschillende thans bekende
vormen (grond-lucht; grond-
grond; lucht-grond) ingrijpende
gevolgen zal hebben op de mili
taire luchtvaart. Maar desalniet
temin is het geleide wapen, voor
lopig althans, niet het meest ge
schikte middel voor luchttrans
port en mist het de flexibiliteit
van het vliegtuig.
Deze inflexibiliteit is vooral bij
het geleide wapen voor de lucht
verdediging (grond-lucht) één
van de factoren die een algehele
vervanging van de bemande
jachtvliegtuigen door deze wapens
ten ongunste heeft beïnvloed.
Daarenboven zou een totale om
mezwaai naar een geleide-wape
nen-verdediging onverantwoorde
lijk en hoogst voorbarig zijn, en
niet alleen een ernstig vacuüm in
de defensie kunnen veroorzaken,
maar ook financiële en economi
sche consequenties met zich bren
gen die onze draagkracht verre te
boven gaan.
Geleide wapens
Een goed voorbeeld van een land
dat zich al aan een zekere ver
vanging van haar luchtverdedi
gingsjagers door geleide wapens
waagt, is natuurlijk de Verenigde
Staten, maar ook Canada.
Canada's eerste minister, John
Diefenbaker, maakte op 23 sep
tember 1958 bekend, dat het Ca
nadese parlement besloten had
geleide wapens bij het Canadian
Air Defence System te introdu
ceren, en dat het aantal bij Avro
bestelde interceptie-vliegtuigen
voor het Commando Luchtverde
diging aanzienlijk minder zou zijn
dan enige jaren terug kon wor
den voorzien.
De Amerikaanse Boeing Bomarc,
een supersonisch lange-afstand
interceptie-wapen, dat vanaf de
grond door hetzelfde elektroni
sche systeem wordt geleld als
waarmee het zelf is uitgerust, zal
in aanzienlijke aantallen in ge
bruik worden genomen.
Omdat de introductie van geleide
wapens bij het Canadese Com
mando Luchtverdediging zal
plaatsvinden, heeft de regering
besloten dat het niet raadzaam
zou zijn tegelijkertijd de Avro
CF-105 ARROW, een interceptor
met een snelheid van Mach 3.0, in
produktie te nemen.
Hieruit blijkt dus wel, dat men
aanvangt kleine, maar belangrij
ke gedeelten van de luchtverdedi
gingseenheden te vervangen, en
dat men bijzonder hard aan de
ontwikkeling van de geleide wa
pens werkt.
Het geleide wapen heeft, op de
keeper beschouwd, superieure
prestaties aan de bemande ja
gers, en alle moeilijkheden ten
spijt, zal men toch komen tot een
vrijwel algehele statische lucht
macht in de verre toekomst. Het
zal inderdaad nog ettelijke tiental
len jaren duren voordat we zover
zijn.
Het is wel duidelijk dat men met
de tegenwoordige ballistische wa
pens geen legereenheden over de
oceanen kan brengen. Dat is het
werk voor het transportcomman
do, en dat zal het blijven ook op
de orthodoxe manier. Tenminste
zover wij het kunnen beoordelen.
Concluderend mogen we zeggen
dat in de verre toekomst zeer
zeker sprake zal zijn van een sta
tische luchtmacht, echter met be
houd van een zeer moderne lucht
transportvloot, met straalvlieg
tuigen nü, straks raket- en mis
schien nog later atoomvliegtui
gen.
De defensieve interceptie-vlieg
tuigen en de offensieve tactische
jachtbommenwerpers en strategi
sche bommenwerpers zullen in
voldoende aantallen te allen tij
de in gebruik blijven, voor het
verrichten van neven-taken. In de
eerste plaats als reserve in gebie
den waar geen geleide wapenen
verdediging bestaat of mogelijk
is, in de tweede plaats als re
serve bij ieder land.
Uit bovenstaande valt op te ma
ken, dat de ontwikkeling van het
militaire straalvliegtuig niet zal
worden gestaakt. Integendeel,
nieuwe ontwerpen en projecten
blijven van de tekentafels stro
men. Het grootste gedeelte wordt
echter wel geconceld, maar ja,
Vliegers zijn de eerste tientallen
jaren nog nodig voor onze lucht-
verdediging. De opleiding van
straaljagerpiloten vindt gewoon
doorgang. Het beroep is echter
niet zo romantisch als velen wel
denken. Het eist moed, vastbera
denheid en doorzettingsvermogen,
die gepaard gaan met een ijzeren
wil, om de moeilijkste situaties
die zich kunnen voordoen het
hoofd te bieden. Voor degenen, die
er voor voelen en er voor geschikt
zijn, want alleen de besten wor
den vlieger, geeft het vliegen gro
te voldoening en bevrediging. De
ze mannen verdedigen ons lucht
ruim als het er op aan komt.
daarvoor is het de luchtvaart.
De kern van de huidige Ameri
kaanse strategische luchtmacht
bestaat uit de B-47 en B-52 inter
continentale straalbommenwer-
pers die echter ook alweer sterk
verouderen, en waarschijnlijk
nog anderhalf jaar van Boeing's
produktïelijn zullen komen, daar
mee dan waarschijnlijk de laatste
massaproduktie van zware bom
menwerpers beëindigend. Ballisti
sche wapens zullen, althans ge
deeltelijk, de plaatsen van de
Boeings innemen. Toch zal het
SAC (Strategie Air Command) in
de nabije toekomst niet een ge
heel geautomatiseerd wapen wor
den, zonder bemande aanvalsmid
delen.
3000 km per uur
Enkele jaren geleden gaf de Ame
rikaanse luchtmacht opdracht
voor een superbommenwerper, die,
voortgestuwd door een nieuwe
chemische brandstof (Boron) op
hoge supersonische snelheden en
vliegend in de opperste lagen van
de atmosfeer, een aanvulling zal
moeten vormen op de afdelingen
der onbemande geleide wapens
(lucht-grond en grond-lucht).
Hoewel de officiële specificaties
uiteraard geheim zijn, heeft men
toch uit onofficiële rapporten en
proeven jnet windtunnel en schaal
modellen enkele verbazingwek
kende gegevens kunnen opmaken.
De prestaties van deze bommen
werper, de North American B-70
Valkyrie WS-110 die over ander
half jaar in produktie zal worden
genomen, zijn ongelooflijk: a. een
;Jü:uissnelheid van Mach 2.0 (2000
•km pér up!1)";' T3V-een gevechts
snelheid (boven doel) van Mach
3.0 of ruim 3000 km per uur; c.
een vlieghoogte van 100.000 voet
en d. een vliegbereik van 6000
mijl zonder bijtanken. De ontwik
keling van dit nieuwe wapen, dat
gevlogen zal worden door een
bemanning van drie koppen, is nu
ruim 3 jaar bezig.
De Engelsen, Fransen en Ameri
kanen (de Rüssén laten we er
buiten) hebben echter alweer
nieuwe projecten onderhanden,
waarvan dat van North American
alweer naar voren springt. Zij
„hebben het plan een interceptor,
de WS-202A te bouwen, voor gro
te hoogten, welké- eveneens voort
gedreven wordt door een chemi
sche brandstofmotor, en snelhe
den moet kunnen behalen van
Mach 5.0 (3300 mph) oftewel
5000 km per uur. Een andere pijl
op de Amerikaanse; boog is een
door kernenergie aangedreven
bommenwerper, de WS-125A OW
S betekend Weapon System), die
eveneens Mach 5.0 moet halen.
Het einde van een bemand mili-
Onze Koninklijke luchtmacht zal
pas in 1963 haar eerste type voor
een supersonisch jachtvliegtuig
ontvangen. De Hawker Hunter,
die momenteel de kern van onze
luchtverdediging vormt, is in ver
gelijking met de operationele
straaljagers van Rusland en de
Verenigde Staten een „sitting
duck". Met dit nu al verouderde
beestje moeten wij nog vier jaar
rondvliegen. Het is wel jammer,
dat onze Nederlandse piloten in
dergelijke toestellen moeten vlie
gen, terwijl de nieuwe Duitse
Luftwaffe zijn vliegers direct in
de Starfighter zet.
tair vliegtuig is dus nog lang niet
in zicht. Voortstuwingsorganen
zoals de raketmotor en atoommo
tor bieden na de gasturbine
straalmotor en turboprop onbe
grensde mogelijkheden.
Supersonisch
Wie wel eens op de Amsterdamse
luchthaven Schiphol geweest is,
heeft daar de trots van de K.L.
M.-luchtvloot zien staan, de snel
le Super-Constellation en DC-7C
die al over de Noordpool naar Ja
pan vliegen. Deze indrukwekken
de, glanzende, grote machines zijn
het beeld van voorjaar 1959, want
het najaar brengt een nieuwe ge
neratie verkeersvliegtuigen voor
de KL.M., de jets. Dat is dus het
samenvattende beeld' van 1959;
straalverkeersvliegtuigen. Maar
wat zal hierna, na de DC-8 straal-
verkeersltist, voor type vliegtuig
worden gebruikt voor personen
vervoer. Dat is natuurlijk nooit te
zeggen van tevoren. Maar we
kunnen ons wel een vaag beeld
vormen van de toestand zoals ze
moet worden aan de hand van
rapporten, onderzoekingen en pu-
blikaties over de toekomst van
de burgerluchtvaart.
Raketverkeersvliegtuigen
De Duitse rakettendeskundigc,
dr. Walter R. Dornberger, die o.a.
tijdens de Tweede Wereldoorlog
de V-l en V-2 ontwikkelde, direc
teur was van net Duitse raketten-
centrum Penemünde cn tegen
woordig belangrijk medewerkt
aan westelijke geleide wapens,
voorziet, dat omstreeks 1970 een
verkeersvliegtuig, uitgerust met
raketmotoren in staat zal zijn in
één uur en 15 minuten een over
tocht van New York naar Londen
te maken. De machine zal een
snelheid behalen van 12.800 km
per uur op een hoogte van meer
dan 50.000 meter. Toch is deze
Dornberger geen al te grote fan
tast om het zelf niet te geloven.
~öan
Het Britse partijloze blad „The
Times" schreef donderdag dat het af
treden van Dulles als minister vun
buitenlandse zaken van de Verenigde
Staten, zo spoedig nadat bondskanse
lier Adenauers positie onzeker is ge
worden, het westelijke bondgenoot
schap voor vele belangrijke vragen
stelt. Eenheid in de westelijke politiek
is meer dan ooit geboden. In de eer
ste plaats is het noodzakelijk te to
nen dat geen rechten zullen worden
prijsgegeven en in de tweede plaats
is het nodig het eèns te worden over
voorstellen, die bedoeld zijn om de
Russische bereidheid tot overeen
stemming te komen over een regeling
voor de Duitse en de Berlijnse kwes
tie, te toetsen, aldus „The Times".
Meer dan wie ook kon Dulles, zo
meent „The Times", de Europese lan
den mee krijgen. Het zou tragisch
zijn als zijn gedwongen aftreden zou
betekenen dat de bondgenoten het nu
niet eens kunnen worden over gezon
de, opbouwende voorstellen.
De liberale „Manchester Guardian" is
van oordeel dat uit de tegenzin waar
mee president Eisenhower Dulles laat
gaan, blijkt hoe belangrijk de positie
was die Dulles na een ministerschap
van zes jaar had verworven.
De diplomatieke correspondent van
het socialistische blad „Daily Herald"
noemt Dulles de grootste minister
van buitenlandse zaken uit de Ame
rikaanse geschiedenis en een van de
grootste figuren op het toneel van de
internationale politiek van deze tijd.
De „Daily Telegraph" schrijft dat het
aftreden van Dulles een hiaat in de
rijén van het westen heeft geschapen
dat moeilijkt te vullen is.
De Newyorkse pers betreurt het af
treden van Dulles. De „New York
Herald Tribune" verklaarde dat Dul
les zijn krachtige positie als staats
man voor een groot deel te danken
had aan zijn onwankelbare vertrou
wen dat de doelen van de Verenigde
Staten in de wereld eerlijk waren.
Volgens Dulles kon op bepaalde din
gen, en voornamelijk de morele be
ginselen, niet afgedongen worden.
De New York Times zei dat de Ame
rikaanse politiek onder Dulles' lei
ding standvastig heeft gezocht „naar
de vrijhéid onder goddelijke bescher
ming". Dulles' politiek geleek op die
van Lincoln.
De „Daily News" meende dat Henry
Cabot Lodge de Amerikaanse perma
nente vertegenwoordiger bij de Ver.
Naties, de meeste kans maakt om
Dulles' opvolger te worden. Lodge
heeft bewezen dat hij zich niet dooi
de communisten laat bedriegen of
bang maken, aldus het blad.
Het onafhankelijke Hamburgse
blad „Die Welt" schreef dat de
tragedie van Dulles' aftreden niet
slechts zijn ziekte is, doch ook het
feit dat hij zijn nieuwe politiek
van beweeglijkheid niet tot een
einde kan voeren.
Men aarzelt om zijn aftreden een
keerpunt in de wereldpolitiek te noe
men, aldus „Die Welt", want Dulles
de man van de politiek van kracht,
was bezig nieuwe wegen t8 zoeken
en de Dulles van 1959 was niet de
zelfde als die van 1955. Het is niet
duidelijk waartoe de nieuwe koers
zou hebben geleid. Het is te hopen
dat zijn opvoiger resoluut de nieuwe
koers zol voortzetten, aldus het blad.
De onafhankelijke „Frankfurter All-
gemeine Zeitung" merkte op dat de
sympathie die nu aan alle kanten
voor Dulles blijkt te bestaan, .„ge
groeid is uit het feit dat in een zeer
verward tijdsgewricht hij de man
was die met overtuiging en de kracht
om anderen te overtuigen, aanhou
dend een brede duidelijke stroming
in de buitenlandse politiek vertegen
woordigde: en dat betekende ook, in
het geval van deze Amerikaan, in het
leiderschap van de wereld.
Dc innerlijke kracht en dqidelijkr
heid van Dulles en zijn krachtig
leidend beginsel waarvan elk van
zijn handelingen getuigde, zal de
Amerikaanse en gehele westelijke
buitenlandse politiek in de komen
de weken en maanden meer dan
ooit nodig hebben, aldus de
„Frankfurter Allgemeine".
ADENAUER
De commentaren van de Westduitse
Krs op Adenauers besluit zich kan-
laat te stellen voor het president
schap lopen zeer uiteen. De invloed
rijke Süddeutsehe Zeitung uit Mün-
chen noemde het een moedig besluit
en een offer van de zijde v^n de
bondskanselier. Naar de mening van
dit blad hebben de jongste aanval
len op zijn politiek het de staatsman
gemakkelijker gemaakt dit besluit te
nemen.
„In elk geval", zó besloot het blad,
„komt hiermee een tijdperk Duitse
geschiedenis van na de oorlog ten
einde. Een ding is zeker: Theodor
Heuss zal een eervolle opvolger krij
gen".
De minstens even invloedrijke Frank
furter Algemeine is daarentegen van
oordeel, dat de aanvallen op zijn po
litiek Adenauer er niet toe gebracht
hebben de kandidaatstelling te aan
vaarden en dat deze beslissing even
min gezien mag worden als een zich
terugtrekken uitde politiek. „Wij
zien het besluit eerder als een knap
pe persoonlijke stap die een oplos
sing voor veel kwesties met zich mee
zal brengen", aldus het Frankfortse
blad, dat voorts ook druk van jonge
re politici ziet als een gedeeltelijke
oorzaak van Adenauers besluit.
De Conservatieve Daily Telegraph is
van mening dat. er in het westen
geen reden tot vreugde is, „want wij
weten te weinig van de hoedanigheid
der mannen die de taak van Adenau
er zullen overnemen".
Er behoeven niet noodzakelijkerwijs
fundamentele veranderingen in de
buitenlandse politiek van West-
Duitslanü te komen maar er is thans
een nieuwe onvoorspelbare factor in
de betrekkingen tussen de grote mo
gendheden nu Adenauers persoon
lijke politiek niet meer mogelijk is,
aldus het blad.
VERRAST
De New York Times en de New
York Herald Tribune zeiden ver
rast te zijn door Adenauers be
sluit. Eerstgenoemd blad schreef,
dat het gezag van Adenauer en de
bevoegdheid van de president om
de nieuwe kanselier te benoemen
en te ontslaan ervoor zullen zor
gen dat de oude staatsman een
macht in Duitsland zal blijven.
Niettemin, aldus het blad, verlaat
een der meest ervaren stuurlieden
het roer van het westelijke schip
van staat in een crisistijd welke
met die van Jalta en Potsdam te
vergelijken is.
DIRIGENT
De Britse pers gaf dinsdag uiting
aan haar bewondering voor de ga
ven van wijlen dr. Eduard van
Beinum.
De Times schreef onder <le kop
..Amsterdams grote dirigent" dat
hij opviel door ingetogenheid en
klaarheid bij het dirigeren. Eduard
van Beinum was in staat het beste
uit de musici als geheel te halen
zonder op opvallende wijze zijn wil
op te leggen. Hij kon in het meest
conventionele programma een zeld
zaam leven en geest brengen, aldus
de „Times".
De Daily Telegraph schreef over
Eduard van Beinums invloed op het
Concertgebouworkest dat hij de re
putatie van het orkest heeft kunnen
bewaren en zijn eigen naam heeft
kunnen vergroten op zijn veelvuldige
tournees door Europa en de Verenig
de Staten.
Tijdschriften
over Holland
In navolging van het Engelse „Co
ming Events in Britain", het Duitse
„German Review" cn het Zwitserse
„Sohweiz" telt Nederland niet ingang
van dit voorjaar ook zijn toeristisch-
cultureel propugandatijdschrift en wel
„The Holland Review". Het is een
uitgave van de Nederlandse Vereni
ging van Toeristische en Culturele
Instellingen (X.V.T.C.I.), in samen
werking met het bureau voor toeris
tische publiciteit „Publi-Print" en in
overleg met o.m. de A.N.V.V.
Het blad zal viermaal per jaar ver
schijnen en het wordt in de Engelse
1 taal geredigeerd, waarbij in Frans.
Duits en Nederlands samenvattingen
van de artikelen worden gegeven. De
redactie stelt zich voor de nummers,
telkens te doen aansluiten op toeris
tische en culturele hoogtepunten, die
aan de verschijning van die nummers
(1 februari, 1 mei, 1 juli en 1 okto
ber) voorafgaan.
Intussen is net eerste (voorjaars)-
nummer verschenen, in een fleurige
omslag, met kleurige tulpen en een
fraaie molen en geilustreerd met tal
rijke foto's, zowel in kleuren als
zwart-wit. Het bevat o.m. artikelen
over het Holland Festival, de bloem
bollenindustrie, het 700-jarige Amers
foort, de Utrechtse Jaarbeurs, Jan
Sluyters en over de Henry Hudson-
herdenking. Een gevarieerde en aan
trekkelijke inhoud, aangevuld met
praktische tips voor komende toeris
tische en culturele gebeurtenissen en
als geheel zeker geslaagd te noe
men. Op dit niveau voorziet „Holland
Review" ongetwijfeld in een behoef
te en zal het zeker propagandistisch
effect sorteren.
Zakelijker van inslag, maar ook met
een propagandistische opzet is het in
het Duits verschijnende tijdschrift
„Holland, Land und Leute", een uit
gave van Günter C. Vleten in Arn
hem, waarvan onlangs het tweede
kwartaalnummer uitkwam. Het be
vat talrijke artikelen en ook weer
praktische tips over en voor toerisme
in Nederland, maar daarnaast ook
berichten en wetenswaardigheden
over bijvoorbeeld sport- en zakenle
ven. Zeeland wordt er met Bra
bant en Limburg in genoemd als
een „toeristische schatkamer". Het is
ook rijkelijk geïllustreerd.
Prisma: onvermoeid en goed
Onvermoeid gaat de Prisma-reeks
verder en slechts weinige boeken zijn
van een kwaliteit, waaraan men voor
bij moet gaan. Enkele goede Pris
ma's, onderwerpen van zeer uiteen
lopend karakter behandelend, willen
wij hier met name noemen; profes
sor dr. L. G. J. Verberne, Geschiede
nis van Nederland (1813-1850) met
voortreffelijke inleidingen van pro
fessor Rogier; Vlaamse verhalen, een
bundel samengesteld door André De-
mets; Nieuwe Nederlandse verhalen,
verzameld en ingeleid door P. Maas-
sen; een fotoboek van Peter Charpen-
tier, een bijzonder geslaagd boekje
dat een amateur-fotograaf niet alleen
kén maar ook móét bezitten: dr. On-
no Damsté, Romeinse sagen en ver
halen; Jeróme Carcopino: Het dage
lijks leven in het oude Rome, twee
boeiende delen, die men achter elk
aar uitleest; Dostojewski's Schuld en
boete in twee delen, in een vertaling
van S. van Praag; G. P. Gooch, Lo-
dewijk XV; en tenslotte het indruk
wekkende relaas van Francis Hacket
over Hendrik VIII (twee delen). Stuk
voor stuk boeken, die voor een
„krats" te koop zijn en die men zon
der voorbehoud kan aanbevelen. Ten
slotte zij uit deze serie nog vermeld:
Casper de Jong, Schilderijen zien, Be
tekenis en ontwikkeling van de schil
derkunst.
BOEKJES over b'oemsn
Mevrouw A. C. Muller—-Idzerda
heeft twee boekjes over bloemen ge
schreven, die door de uitgeverij „Kos
mos" (Amsterdam-Antwerpen) in 'n
bijzonder verzorgd „pakje" zijn gesto
ken. Het ene werkje heet „Bloem
schikken"; het is op fraai papier ge
drukt en vele foto's en tekeningen
illustreren de goede wenken die de
schrijfster, mét kennelijk grote liefde
voor haar onderwerp, heeft bïjeenge-
bracht.
Het andere boekje heet „Honderd
kamerplantenen hoe ze behan
deld moeten worden." Ook dit boekje
is heel aantrekkelijk van uiterlijk,
het is bovendien een van de meest
overzichtelijke werkjes od dit gebied,
want naast elke bladzijde tekst staat
een duidelijke foto van de behandelde
plant. De bespreking van iedere plant
is kort en zakelijk, zonder de details
I welke voor de leek toch van weinig
nut zouden zijn.
„Moïra" van Julien Gresn
Romans van Paul dTvoi
in pocketvorm
Bij de uitgeverij Het Spectrum
(Utrecht) verscheen de 2e druk van
de roman Moïra van de Franse schrij
ver Julien Green. Het boek is in het
Nederlands verschenen onder de titel
„De Verzoeking", in briijante taal
herschreven door dc dichter C. J.
Kelk.
De centrale figuur in dit boek is een
student theologie, die op de universi
teit alles veroordeelt wat in het klein
burgerlijk milieu waaruit hij komt,
voor onwelvoegelijk wordt gehouden.
De lezer wordt betrokken bij de felle
innerlijke strijd die deze student
doormaakt na de ontmoeting met de
vrouw in wier persoon De Verzoe
king zich voor nem openbaart.
Het boek heeft een nergens verflau
wende spanning, deels 'door de wat
bizarre, maar prachtige typeringen
van de hoofdfiguren, deels door de
vaak irriterende houding van de ma
teloos losbandige studenten en deels
door de scherpe analyse van mense
lijke handelingen.