Tekko Taks duikt in het verleden paashaas had (njnA een font qemaaki ei Waar zijn onze schepen? ir'ouen ZATERDAG 28 MAART 1959 PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT 19 De paashaas keerde terug vcm mijn tocht naar de mensenzijn pootjes sleeptenmijn oren hingen een beetje gekreukeld langs mijn bol en mijn ogen stonden moe. Zijn rare trillippen mompelden iets. „Wat doet hij tocht" vroeg de kleine merel aan mijn moederwant hij had nog nooit eerder de paashaas zien terugkomen van de mensen, „ik dacht dat hij dansen zou, dat hij mou zingen, omdat alles klaar is". „Nee", zei mijn moeder, „hij is niet gerust voor iedereen mijn ei gevonden heeft. Eén foutje en alles is in de war. Hij weet hoe erg het is als er iemand toordt overgeslagen". „Wat gebeurt er dan?", vroeg de kleine merel. „Precies weet lk het ook niet", zei moeder merel, „maar wel weet ik dat er iets vreselijks gebeurt als de paashaas merkt dat hij iemand heeft vergeten. Ik geloof...", zei ze zacht, „dat hij dan zijn toverkracht verliest. En daarom kan hij niet gerust zijn voor het Paasmorgen is. Luister maar wat hij mompelt". De paashaas liep nu vlak onder de boom door, waar in de merels zaten. „Er mag geen fout gemaakt worden, er mag geen fout gemaakt worden", mompel de hij. „Een moeilijk vak", zei de kleine merel, „ik ben blij dat ik geen paashaas ben". „Zeg dat wel", zei zijn moeder. De paashaas sloeg een zij paadje in naar een open plek van het bos, waar het mos het zachtste is. Daar zou hij de morgen afwach ten. Maar toen hij op zijn vaste plaatsje wilde gaan zitten merkte hij dat dat al bezet was. Van verbazing gingen zijn oren omhoog. Want het was geen dier van het bos, dat daar lag te slapen, maar een mens. Hij sliep heel vast; naast hem lag een bundeltje en een gitaar. Iedere andere haas móu meteen op de loop mijn ge gaan, maar de paashaas niet; hij had in zijn leven al zoveel mensen gezien. Neehij was meer nieuws gierig dan geschrokken. Daarom ging hij naast de mens zitten en wachtte tot die wakker werd. Dat ge beurde pas na een hele poos toen de maan al hoog aan de hemel stond. De mens was niet eens ver baasd dat hij door een haas werd aangesproken, want ook hij had al heel wat dieren meegemaakt in zijn leven. Een heleboel waren zelfs vrienden van hem, dikke vrienden. Terwijl de paashaas met de mens praatte ging er aldoor maar één gedachte door zijn bol. „Waar is het ei voor deze mens? Waar zou het liggen? Waar staat zijn huis Hij kende natuurlijk niet alle mensen uit zijn bol, die hij eieren had gebracht en hij was er dus zeker van dat er ergens ook voor deze mens een ei lag. Op het laatst vroeg hij het. „Waar staat uw huls?" De mens lachte. ,Jk heb geen huts", zei hij, „ik trek maar wat door de wereld en ik probeer me wat op te vrolijken met mijn gitaar en mijn liedjes. En dan kun je nergens lang blijven, me neer Haas, icant er mijn zo veel mensen die een beetje vrolijkheid nodig hebben". De paashaas hoorde niet eens meer wat de mens zei. Hij zag wit rond zijn snor ren en zijn pootjes trilden. Hier zat nu een mens voor hem die probeerde om an dere mensen vrolijk te ma ken en juist voor die mens had hij geen ei! Wat moest hij beginnen? Hij zag al die stoeten van mensen voor zich die wel een ei zouden krijgen en hoeveel waren er daar niét van die nog pooit geprobeerd had den om een ander op te vrolijken. „Een fout", zei de paas haas, „er is een fout ge maakt". Hij rende bij de mens weg en ging aan de boom van de kraai schud den die rustig zat te slapen. „Kraai! Kraai!", riep bij, „maak iedereen wakker. Roep het hele bos bij elk aar. Een fout! Er is een fout gemaakt!" Een beetje sufferig en rille rig en ook een beetje mop perend omdat die paashaas nooit van ophouden wist kwamen de dieren uit hun nesten. Maar toen ze hoor den waar het om ging wa ren ze meteen klaar wak ker. „De enige mens die nou eens werkelijk een ei verdient", zei mevrouw me rel, „eentje die liever vro lijke gezichten ziet dan een eigen huis. Een die net als wij leeft van zijn liedjes. We moeten er iets aan doen". Ja, dat vond iedereen. Maar eieren waren er nergens meer; de verfpotten van de paashaas waren tot op de bodem toe leeg en waar zou je midden in de nacht strikken vinden voor een paasei? En terwijl de die ren elkaar verslagen aan keken hoorden ze in de verte een vreemd gerom mel dat langzaam dichter bij kwam. De paashaas zelf hoorde 't het eerste; hij schrok zo dat hij op een klein konijn tje moest steunen om niet te vallen. „Mijn toverkracht", kreun de hij, „ik ben mijn tover kracht kwijt. De paaseie- ren komen terug naar waar ze vandaan kwamen". En het was waar; bij het licht van de maan zagen de dieren hoe een leger van paaseieren, zo groot dat je er het einde niet van zag, kwam aanrollen. Ze keer den terug omdat er een fout was gemaakt. „Het mag niet, het mag niet gebeuren", zei de klei ne merel tegen zichzelf, „al ben ik maar klein, ik ga iets doen". De kleine merel schoof bij zijn moeder vandaan, sloeg zijn vleugeltjes uit en ver dween zo snel als hij maar kon. Niemand merkte het; zo verslagen was iedereen. Ze stonden stokstijf bij elk aar en keken, keken naar die eindeloze stoet die rom melend dichterbij rolde. De paashaas was in elkaar ge zakt; zijn oren lagen plat tegen de grond. Hij kon het niet meer aanzien. Hoe lang ze daar zo stonden zonder een snavel of een bekje open te doen wisten de die ren zelf niet meer. De voorste eieren waren de poten van de paashaas ge naderd en lagen daar stil. Ook de andere daarachter Geen kippeëi, geen suikerei, geen ei van chocola. Een reuzenei, een toverei. Dat wil ik. Ja, ja, ja. Dat zei het mannetje Schrokop het was de dag voor Pasen Heb je gehoord wat hij ons vraagt? J fluisterden alle hazen. Wacht maar. Hij krijgt zijn reuzenei. J Voor Pasen, in de nacht, hebben ze samen aan Schrokop een reuzenei gebracht. Het was veel groter dan hij zelf. Om eraan te beginnen moest hij dat zei de Paashaas hem in 't reuzenei naar binnen. Maar toen hij. één keer binnen zat. toen klapte het ei pets dicht. Daar zat hij in zijn reuzenei zonder één spatje licht. Daar kwam de dag. Daar kwam de zon en toen kwam iedereen, blij met z'n ei, blijl met elkaar. Maar Schrokop bleef alleen. Mies Bouhuys; toen het gebeurd was. De paashaas keek op en het eerste wat hij mag loas een glanzend wit eitje. „Een ei! Een ei!" sohreeuw- de hij, „er is nog hoop! Vlug... vlug, bedenk nog iets". „Maar we hebben geen verf", riepen de hulp-paas hazen die rond hun mees ter stonden. „O, wacht maar", zei een zachte stem, „als zelfs de kippen van stok komen om de paas haas te helpen, dan doe ik ook mee!" Een klein anemoontje vouwde haar blaadjes open, boog zich over het el en te kende met haar meeldraden een boeketje bloemen op de witte schaal. Daaronder schreef ze met haar mooi ste letters: „Vrolijk Pa sen!" „En nu een strik... nu nog een strik!" riep de merel moeder. „Waar halen we nu nog een strik vandaan?" „Hier", zei een zachte stem, „als de kippen van stok komen om de paashaas te helpen; als het anemoontje midden in de nacht haar blaadjes openvouwt, dan doe ik ook mee!" De mooiste vlinder van het bos sloeg haar vleugels uit en ging op het ei zitten als een prachtige strik van duizend kleuren. Een mooi er paasei kun je je niet denken dan wat nu aan de voeten van de paashaas lag. Er ging een diepe zucht van opluchting door de rij en dieren en ze zagen hoe de paaseieren bij hem weg rolden terug naar de plaats waar ze op Paasmorgen gevonden moesten worden. De paashaas droeg het prachtige ei voorzichtig naar de mens zonder huis die weer was ingeslapen. Tranen van blijdschap ston den in zijn ogen. De fout was goedgemaakt. En wie op Paasmorgen door dat bos zal lopen zal zich misschien afvragen waarom de vogels daar nog mooier fluiten dan in ande re bossen, waarom de ane moontjes daar nog stralen der lijken en de vlinders er mooier dansen dan waar ter wereld ook. Alle dieren en bloemen daar zouden je het kunnen ver tellen. Maar zij doen het niet. Wel de mens met de gitaar; die heeft er een liedje over gemaakt en wie hem tegenkomt en dat lied je hoort, die weet pas wat „Vrolijk Pasen" betekent. Mies Bouhuys. bewogen niet meer. Muren van paaseieren rezen rond de dieren op. Maar in de stilte, na al het gerommel van de eieren hoorden ze plotseling een ander ge luid. „Het lijkt... het lijkt stil eens... het zijn twee dieren die met elkaar .pra ten", zei de kraai. „Ssst...", zei moeder merel en ze keek opzij naar waar haar zoontje had gestaan, „ik geloof dat het mijn zoon is". „Welnee", zei een konijn, „als je het mij vraagt is het een kip die daar praat". „Een kip! Heb jij ooit van een kip gehoord die midden in de nacht door het bos wandelde?" vroeg de kraai, maar hij had dat nog maar net gezet of boven de muur van paaseieren verscheen de snavel van een kip. Bo ven haar vloog een kleine merel. - „Vlug... vlug!" riep hij, „ik heb haar wakker gemaakt. Ze zal een ei leggen. Een ei voor de mens zonder huis". De kip fladderde tot vlakbij de paashaas en voor zijn voeten legde ze een ei. „Toktoktoh", risp me trots Op zekere dag moest Flop naar de kruidenier om kaas te kopen. Hij wilde juist gaan spelen met Flip. Daarom was Flop een beetje boos op zijn moeder. Maar hij ging toch braaf met zijn tas over de arm naar de winkel toe. Na een hele wandeling kwam Flop bij de winkel aan en stapte naar bin nen. „Mag ik van U vijf ons kaas, meneer vroeg hij, toen Flop aan de beurt was. „Welzeker, jongeheer", antwoordde de kruidenier vriendelijk. „Als je een ogenblikje geduld hebt, zal ik even nieuwe voorraad kaas van achter halen, want ik heb niet meer zoveel in mijn winkel staan, van de soort die je moe der altijd koopt". De kruidenier verdween en liet Flop alleen ach ter. „Hé, daar ligt een stukje_kaas", dacht Flop en hij greep snel het witte stukje van do toon bank. Snel kauwde Flop het kaasje weg... maar wat was dat Toen Flop uitademde, vlogen vele prachtige gekleurde bellen uit zijn mond. Ar me Flop. Dat komt er nu van. Het was geen kaas, dat stukje, maar zeep Abida 25 d-w. van Azoren. Aagtekerk 27 Suez. Akkrumdijk 24 27 m. w. v. Manzanillo. Albadi 26 v. Rotterdam n. Hamburg. Almdijk 25 Houston. Alnati 25 v. Bahla. Alphacca 27 Bahia. Amerskerk 25 450 m. nno. v. St Helena. Andljk 26 Le Havre. Appingedijk £5 Boston. Arnedijk 25 310 m. n.n.o. van Azoren. Asmidiske 25 v. Norfolk n. Amsterdam- Astrid Naess 25 d.w. van Mona ell. Attls 25 530 m. n. van Paramaribo. Axeldijk 25 v. Santos. Arendskerk 20 v. Le Havre n. Marseille. Arendsdijk 25 70 m. w. van Flores. Ball 25 Hamburg. Boissevain 26 v. B. Aires n. Santos. Boskoop 27 La GUalra. Caltex Arnhem 25 100 m- z.w. van Cyprus. Caltex Delft 23 96 m. n.o. van Port Sudan. Caltex Eindhoven 25 70 m. wz.w. van Little Quoin. Caltex the Hague p. 26 Soootra n. Bahrein. Caltex Leiden 25 136 m. n.o. van Mo zambique. Caltex Rotterdam p. 25 Blzerte. Caltex Utrecht 26 Lourenco Marques. Camitia 25 Stockholm- Carillo 25 Baltimore. Cartago 25 v. P. Cortez n. Mobile. Castor 25 300 m. n. van Flores. Celebes 24 Tanga. Colytto 25 50 m. n.t.w. van Kaap Men docino. Delfshaven 25 335 m. w.n.w. van Fayal. Diemerdijk 25 580 m. z. v. Kaap Race. Dinteldijk 25 Antwerpen. Dordrecht 25 60 m. n.o. van Natal. Drente 26 v. Londen n. Jacksonville. Dulvendijk 26 Rotterdam. Dulvendrecht 25 210 m. n.w. van Dakar. Eemdijk 25 v. Beaumont n. Havana. Ena 25 Cristobal. Esso Nederland 23 56 m. n.o. van Bougie. Eenhoorn 27 Alexandrië Friesland (KRL) 26 Vancouver. Gaasterkerk 24 Rotterdam. Giessenkerk 24 Suez. Groote Kerk 25 v. Amsterdam n. Bremen. Heelsum 26 New Orleans. Houtman 25 Wellington. Hydra 25 v. San Juan de P.R. Iberia d.w. van Kaap Villano. Java 25 80 m. w. van Key West. Jacob Verolme 25 210 m. z. van Panama Jagersfontein 26 v- F. Elisabeth n. East London. Japara (KRL) 25 Hamburg. Jason 26 Puerto Plata. Johanca 25 d.w. van Beachy Head. Kellia 25 loo m. z.w. van Puerto Rico. Kermia 25 Punta Cardon. Kloosterdijk 25 450 m, n.o. van Azoren. Kopionella 25 Curacao. Korenia 26 v. Puerto Miranda n. Curacao. Krebsia 25 300 m. zo. van Lagos. Kreeft 27 Rotterdam. Kryptos 25 150 m. w. van Colombo. Karakorum 25 van Port Sudan. Laagkerk 25 Karachi. Laarderkerk 25 bij Borkum t.a. Labotas 25 v- Rotterdam. Langkoeas 25 Hamburg. Laurenskerk 25 15 m. z. v. Cartagena. Lekkerkerk 25 d.w. van Aden. Lelykerk 27 v. Damman n. Kuwait. Lemsterkerk 25 v. Suez. Leopoldskerk p. 26 Gibraltar n. Rotter dam. Leto 25 135 m. z- van Dakar. Liberte 24 Genua. Limburg 25 v. East London. Lissekerk 25 60 m. z.w. van Kuria Muria Eil Lombok 25 130 m. n.w. van Horta. Lutterkerk 26 Amsterdam. Lijnbaan 25 d.w. van Eiland Wight. Maashaven 25 135 m. z w. van Recife. Maas 27 Rotterdam. Maron 26 v. Puerto Cabello n. Maracaibo. Marcella 25 v. Huil n. Vlaardingen. Marietje Bohmer 25 d.w. van Kaap Bou- garonie. Meliskerk 25 Assab. Merwede 27 Las Palmas. Molenkerk 25 Cadiz. Montferland 26 B. Aires. Moordrecht 26 v. Bandar Mashur n. Suez. Muiderkerk 25 Rotterdam. Musilloyd 25 Biak. Mijdrecht 25 50 m. w. van Kaap Cana veral. Meerkerk 25 150 m. z o van Kreta. Mississippi Lloyd 25 150 m. z. van Flores. MerweLloyd 24 v- Kuweit n. Basra. (verbetering). Naess Lion p. 26 Key West n. Houston. Naess Tiger 24 Galveston. Nias 25 d.w van Bermuda. Nieuw Amsterdam 25 v. New York n. Rotterdam. Noordwjjk 26 Monrovia Oldekerk 27 Yokohama. Ommenkerk 25 Hongkong. Oostkerk p. 26 Port Sudan n- Assab. Oranje 25 Penang. Ossendrecht 25 350 n. z. van Kaap Race. - Ouwerkerk 25 Lourenco Marques. Pendrecht 25 Lagos. Pema 25 Colombo. Polydorus 26 Hamburg. Philine 25 110 m. n.w. van Alexandrië. Reza Sjah the Great 25 Liverpool. Ridderkerk 26 Lissabon. Rijnkerk 25 van Aden. Sarpedon 25 Curacao. Schelpwijk 26 Yokaido- Schie 26 v. Alexandrië n. Rotterdam. Schiedijk 24 Antwerpen. Scherpendreeht 25 220 m. n- v. Port Sudan- Slamat 25 Penang. Sommelsdijk 26 New York. Stad Arnhem 25 136 m. w.n.w. v. Freetown. Stad Rotterdam 26 200 m. n.o. v. Madeira. Statue of Liberty 25 380 m. z.w. v. Flores. Statendam 25 Keelung Stanvac Talang Akar 24 Sungei Gerong. Straat Lombok 25 330 m. w.t.z. v. Madagascar. Straat Malakka 26 v. Singapore n. Hongkong. Straat Magelhaen 25 Rio de Janeiro. Sumatra 25 v. Hamburg. Stad Lelden 26 Port Sudan. Straat Madura 26 v. Durban n. L. Marques. Tamo 26 v. Santos. Tara 27 Rotterdam. Telamon 25 v. Port de France n. Paramaribo, Tegelberg 28 Singapore. Tide 23 v. Londonderry n. Londen. Tjiluwah 25 Makassar. Tjinegara 25 750 m. o n.o. v. Diego Garcia. Tibia 25 dw. van Recife. Talisse p. 26 Kp. Guardafui n. Belawan. Van Spilbergen 25 v. Hongkong n. Singapore. Van Waerwijk 25 v. Hongkong n. Singapore. Waal p. 26 Finisterre n. Rotterdam. Waterman 25 1080 m- n.w. v. Fremantle. Weltevreden 23 Port Swettenham. Westland 25 105 m. z.zw. v. Ouessant. Willem Barendsz 25 Kaapstad. Willem Ruys 26 v. Singapore n. Melbourne. Woensdrecht 27 Puerto La Cruz. Wonogiri 24 v. Penang. Wonorato 22 Calcutta. Zaankerk 25 Rotterdam- Zeeland 25 Surabajg. Zuiderkerk 28 Suez venv. Zuiderkruis 24 Amsterdam. Alkmaar 26 v. Liverpool n. A'dam- Omlc Vilt Jcnncr I 7.40 per liter I riiti^i. l ir slijter »J Pollen \.V. I toller* la in v «lii- «liïii «-«'•» «-H iui«l< ivfiiii-e v I V, >lijn-r HOOG EN LAAG WATER nap nap nap nap uur meter uur meter uur meter uur meter 29 maart Vlissingen 4.56 2.24 17.26 2.14 11.34 2.19 23.50 1.99 Terneuzen 5.30 2.40 17.59 2.30 12.09 2.35 j Hansweert 6.i0 2.45 18.42 2.41 0.11 2.38 12.41 2.49 Zierikzee 6.19 1.65 18.47 1.58 11.57 1.66 Wemeldinge 6.47 1.90 19.16 1.81 0.03 1.76 12.27 1.95 _L nap nap nap nap uur meter uur meter uur meter uur meter 30 maart Vlissingen 5.44 2.07 18.14 1.89 12.20 1.99 Terneuzen 6.15 2.24 18.46 2.06 0.24 2.14 12.53 2*16 Hansweert 6.53 2.31 19.22 2.19 0.58 2.29 13.24 2.29 Zierikzee 7.01 1.56 19.29 1.39 0.14 1.50 12.51 1.60 Wemeldinge 7.30 1.79 19.59 1.62 0.52 1.76 13.14 1.87 nap nap nap nap uur meter uur meter uur meter uur meter 31 maart Vlissingen 6.39 1.83 19.15 1.59 0.42 1.87 13.14 1.76 T( .neuzen 7.07 2.01 19.46 1.77 1.13 2.04 13.43 1.93 Hansweert 7.40 2.09 20.13 1.90 1.45 2.17 14.14 2.06 Zierikzee 7.49 1.43 20.22 1.20 1.15 1.51 13.54 1.53 Wemeldinge S.18 1.64 20,52 1.40 1.42 1.76 14.10 1.77 55. Tegen de avond had vriend Foxius nog gauw even een spoedbijeenkomst in de catacomben belegd. „Wij moeten bondgenoot Taksius helpen, makkers. Hoe dan ook!" sprak de edele Romein. „Het opslui ten van onze /riend in de kerkers van de arena duidt op zijn doodvonnis. Volg mij! Ik zal een poging doen om de dappere kerel te be vrijden!" In optocht trokken de sa menzweerders vervolgens naar de arena waar, voor de ingang die naar de cel len leidde, een soldaat op wacht stond. „Wat hoor ik sprak Foxius de schild wacht aan. „Zit gladiator Taksius hier opgesloten Jammer, heel erg jammer! Hij was mijn leermeester in het zwaardvech- ten. Zou ik hem misschien nog gauw even iets mogen vragen?" En nadat hij de man terloops een paar goudstukken in de hand sius, ik kom je redden!" fluisterde de handige gedrukt had, liet deze hem door. „Psst Tak- Romein en peuterde intussen aan het slot van de traliedeur. „Het spijt me, maar ik kan hem niet open krijgen!" vervolgde hij dan tussen het gebrul van de leeuw door. „Ik zal je hel pen, al weet ik nog niet hoe. Reken op me!"

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1959 | | pagina 19