VEERTIG LANDEN WERDEN ONDER DE VOET GELOPEN EN BEROOFD DE ASSYRIERS HADDEN KNAPPE HANDWERKSLIEDEN EN GELEER DEN. MAAR ZIJ WAREN OOK WREDE VEROVERAARS Geheimen der verdwenen WOENSDAG 25 MAART 1959 PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT 13 i Glasemail op wandtapijt uit een laat - Assyrisch 1 H woonhuis te Assur (om- 1 1 streeks 720 voor Chris- 1 1 tus). g lllll!llin!l!ll!lllllllllllllllllll!l!llllllllllllllllllllll!lllllll!llllllllllinf streng genoeg op het gebied van vervalsingen, aanrandingen en dergelijke, doch hun godsdienst legde geen beperkingen op. Zij geloofden niet in een leven na de dood, noch in hemel of hel als een beloning voor goed of kwaad. Ze kenden alleen materialistische be loningen. In deze morele leegte heb ben we zeker de sleutel ge vonden van de Assyrische moraal, de hebzucht en hun niets ontziende wreedheid. Het maakte hen tot het machtigste rijk uit de oud heid tot in 652 voor Christus een burgeroorlog hen ver deelde en tot de ondergang voerde. Veertig jaar later viel Niniveh in handen van de Meden, die uit het noordwes ten het land binnenvielen en in 610 voor Christus voltrok een ander volk, de Scythen uit het noorden bij de Zwar te Zee, de vernietiging yan het Assyrische rijk. (Copyright P.Z.C. ABC-Press). De gehele geschiedenis van As- syrië, alsmede de meest intieme gebruiken in dit rijk werden op de tabletten teruggevonden, want de koning had zijn schrijvers be volen de voornaamste historische werken uit andere Babylonische bibliotheken over te schrijven. GEEN ZONDE sterkste ossen niet in staat de afgodsbeelden, die elk tien g OVER het algemeen hebben ff de Assyriërs een tamelijk slechte naam. Men behoeft slechts het bloeddorstige ge- poch van een van hun konin gen te kennen om te weten waarom. „Ik marcheerde van de Orontes", schreef koning Assoernasirpal over zijn wes terse veldtocht in de negende eeuw voor Christus. „Ik ver overde steden, richtte grote g slachtingen aan, vermelde, j§ sloopte, 'stichtte branden. Ik nam hun soldaten gevangen 1 en spietste ze op palen voor jj hun steden. In hun plaatsen H zette ik Assyriërs. Ik waste M mijn wapens, in de Grote 1 Zee". Geen wonder dus, dat de arme Is- H Taëlieten beefden. Zouden zij het volgende slachtoffer zijn van deze p oorlogszuchtige natie, die in haar zucht naar veroveringen een waar bloedbad in West-Azië had ach- H tergelaten? Als een wolf, die een M kudde overvalt voerden de Assy- riërs een driejarige oorlog tegen Samaria, de hoofdstad van Jor- s danië en voerden 27.000 Israëli'e- ten gevankelijk weg. De Assyriërs hadden de onaange- name gewoonte om piramides van mensenhoofden achter te laten als een herinnering aan hun macht M en de bijbel beschrijft dit volk H dan ook in weinig prijzende be- M woordingen, om het niet al te sterk uit te drukken. M Er zijn honderd jaren aan archeo- logische navorsingen in de zon- doorstoofde woestijn van het mo- derne Irak nodig geweest om ons s een betere en verantwoorde kijk te geven op de onderdrukkers s van de kinderen van Israël. Het was zeker een wreed volk H van plunderaars, maar ze waren ook artiesten, ambachtslieden, machtige bouwers, astronomen, s scheikundigen en wiskundigen en 11 bovendien de samenstellers van een wctscode, die in vele opzich- ten gelijk is aan de onze. Duizend jaar voor Christus pro- li beerde dit volk van de bovenloop M van de Tigris reeds een politieke organisatie te stichten. ïiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii KUNSTBEZIT WIE niet in staat is naar de resten van het vroegere As- soer, Nimrod of Niniveh te gaan, kan, vreemd genoeg, geen betere plaats vinden om de Assyriërs te bestuderen dan Londen. Barker schreef dit artikel in het Britse mu seum en wandelde nu en dan naar de Assyrische galerij en. Zij staan zo volgepakt met beelden, geweldige mo numenten en reliëfs, dat het heus niet veel moeite kost zich in de oude paleizen te wanen van koning Sargon II of koning Assoerbanipal. En boven het hoofd van de bezoe ker torenen de reusachtige, ge vleugelde leeuwen met hun men senhoofd. Eens bewaakten zij de Assyrische paleizen. Het beeld houwwerk is zo echt en levendig dat men zich in de Nimrodgalerij zou kunnen voorstellen deel te ne men aan een van de grote leeu wenjachten, die de onbevreesde Assyriërs organiseerden en waar in zij zuiver en alleen voor de sport hun leven met speer en pijl riskeerden. Men schijnt zich opgenomen te voelen tussen deze mannen met hun hoge. koepelvormige helmen en hun zorgvuldig en dwars afge sneden baarden. En het is alsof men plaats neemt in de wagens, waarmee dit reeds gemechani seerde leger ten strijde trok. Terug in de leeszaal met een ko pie voor zich van de kleitabletten uit de koninklijke bibliotheek van Niniveh kan men het leven van dit verbazingwekkende volk re construeren. IN NEVELEN HOE en wanneer de Assy riërs precies zijn ontstaan is in nevelen gehuld, maar zij schijnen af te stanunen van 's werelds oudste beschaving, de Soemeriërs, die later Ba byion tot hoofdstad hadden. Van Babyion uit stichtte een groot aantal kolonisten staat jes en steden, die alle onder de regering van Babylon werden gebracht. MAAR van alle kennis, die we nu over de Assyriërs bezitten schijnt een ding van uitzonderlij ke betekenis. Ze hadden geen be grip van zonde. De wetten waren De gevleugelde leeuwen in liet Britse museum. Eens bewaakten zij de paleizen van de Assyriërsbijna S000 jaar geleden. Zo begonnen de grote Assyrische beelden honderd jaar geleden hun reis naar het museum. Tot deze kolonisten behoorde ook een groep, die zich 300 kilometer noordelijker vestigde op de oevers van de Tigris. Hun nu tot ruïnes vervallen hoofdstad, die op een dag rijden van Bagdad ligt, werd Assoer genoemd, naar de opper god, die door de bewoners werd vereerd. De vereerders van Assoer werden Assoeriërs genaamd, wel ke naam later veranderde in As syriërs. Ongeveer 1700 voor Christus wier pen de Assyriërs het Babylonische juk af en gedurende de volgende 600 jaar breidden zij hun rijk uit •van het Taurusgebergte tot de Middellandse Zee. Het paleis van hun koning was gevuld met de oorlogsbuit uit 42 landen, die zij onder de voet hadden gelopen. De periode echter, waarover we in de bijbel lezen en die door de archeologen kon worden achter haald ligt tussen 900 en 600 voor Christus. Dit was het tijdperk van het grote Assyrische rijk. Driehonderd jaar, waarin de machtigste koningen van Assyrië regeerden vanuit hun kostbare paleizen in Nimrod, Khorsobad en dé grote stad, het fabelachtige Niniveh. ONDER ZAND NA de ineenstorting van het rijk ïn 610 voor Christus verdween het onder het woestijnzand, dat over de vlakten van Mesopotamië joeg' en gedurende bijna 2500 jaar wa ren alle sporen van de eens zo machtige Assyrische beschaving volledig uitgewist. In 1840 begonnen de Franse con sul te Mosoel, Paul Botta en een jonge Engelsman, de 28-jarige A. H. Layard, met opgravingen op de plaatsen waar de oude Assy rische hoofdsteden moesten heb ben gelegen. Er was weinig, dat hen inspireerde om hun plannen tot uitvoer te brengen. Ze stonden voor een uitgestrekte, stoffige vlakte, die hier en daar werd onderbroken door een aan tal geheimzinnige en onverklaar bare heuveltjes bestaande uit een mengsel van afval, zwarte aarde en armzalig gras, waarop 'n paar kamelen graasden. Botta begon een van de heuvels af te graven en binnen 'n paar maanden gons de de ganse wereld van het nieuws, dat hij het zomerpaleis had ontdekt van koning Sargon II, dat in 709 voor Christus was gebouwd. Layard, die weinig meer houvast had dan de plaatselijke overleve ring, dat hier de residentie van het grote Nimrod was geweest, begon een andere heuvel af te graven en had al evenzeer fantas tisch geluk. ton wogen, te trekken. Ten slotte werden 300 inboorlin gen ingeschakeld om de ge vaarten door de woestijn naar de oevers van de Tigris te trekken. Hoewel hij weinig geestdriftig deed wist men de kapitein van een schip toch over te halen voor de rest van het moeilijke transport te zorgen. Hij bracht de twee leeuwen via Basra, de Perzische Golf en rond Kaap de Goede Hoop naar Londen, waar ze een plaats kregen als de grootste schatten van het Britse museum. Layai'd, dié later tot ridder zou worden geslagen voor zijn prach tige werk, verscheepte meer dan 120 kisten met Assyrische beeld snijkunst naar Londen, maar dat is in feite nog niets vergeleken bij zijn ontdekking van het paleis van koning Sennachrib en koning' Assoerbanipal in Niniveh. Want hier vond hij twee grote zalen, die eens de koninklijke bibliotheek waren geweest. 24.000 BOEKEN VREUGDEDANS OP een morgen werd hij naar de plek van de opgravingen gedre ven door het geschreeuw van zijn Arabische gravers,, die een ware vreugdedans uitvoerden. In het afval hadden ze het in zwart al bast gesneden hoofd gevonden van een man met baard. Toen ze dieper groeven werd het duidelijk, dat het hier geen beeld van een mens betrof, maar een reusachtige, gevleugelde leeuw, een kolossale afbeelding van de god Nergal. Het was een van de twee „schildwachten", die 2700 jaar tevoren bij de poorten van het koninklijk paleis hadden ge staan om de kwade geesten tegen te houden. Dit was nog slechts het begin. Alles tezamen heeft Layard der tien van deze gevleugelde goden opgegraven tijdens het blootleg gen van het paleis van koning As soernasirpal. Dat gebeurde nog in de dagen, dat een archeoloog zijn vondsten rustig naar huis kon verschepen. Hét werd in ze kere zin als zijn recht beschouwd. De jonge, enthousiaste Layard be sloot zelfs een paar van de ko lossale leeuwen naar Engeland te sturen. De plaatselijke Arabische sheik kon zich moeilijk voorstellen, dat Layard dat deed om ze in een museum te zetten- ter wille van de opvoeding van het volk. Hij wist trouwens nauwelijks wat een museum inhield. Nee, hij geloof de eerder, dat de beelden naar Buckingham Palace gingen, waar koningin Victoria Se zou aan bidden. TRANSPORT TOEN dat eenmaal was vast gesteld begon een grote me nigte opgewonden Arabieren met behulp van katrols en touwen, die meermalen bra ken, de reusachtige, onhan delbare leeuwen op een kar te Iaden. Toen dat eindelijk was gelukt, bleken zelfs de IN die zalen lagen beschreven kleitabletten opgestapeld. Dit wa ren de boeken van de Assyriërs, in totaal 24.000 stuks. De bar baarse Assyriërs bleken nu plot seling een beschaafd en geletterd volk te zijn geweest. Geleerden ontcijferden beschrijvingen, die voorschriften behelsden zowel voor oorpijnen als geboorten. De kleitabletten vertelden hoe men kunstmatige ademhaling moest toepassen bij drenkelingen en be vatten ingrediënten voor honder den drankjes. Assyrische chemici, zo ontdekte men, wisten hoe ze allerlei soor ten mineralen konden gebruiken; er was een verhandeling over glasblazen en het glazuren van aardewerk; plantkunde bleek bij dit volk een ver doorgevoerde we tenschap te zijn. In iedere stad waren observatoria, waar astro nomen de loop nagingen van maan en sterren, een uitgebreide studie maakten van het weer en de maans- en zonsverduisteringen berekenden. De literatuur werd vertegenwoor digd door epische gedichten en hymnen aan de goden en het meest fascinerende van alles is het Heldendicht van Gilgamesj. twaalf grote tabletten, die voor zover bekend de eerste versie ge ven op de zondvloed en waarin veel aandacht wordt geschonken aan leven en dood.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1959 | | pagina 13