ZELANDICA PILOOT STORM ontvoerd in de sfratosieer f Van en voor de boekenplank GENIET RUSTIG VAN EEN BORREL TE PAARD IR HET VOETSPOOR VAR DOR QUICH0TTE Waar zijn onze schepen? Noodlanding én de winternacht 10 PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT MAANDAG 23 MAART 1959 Dichter verzamelde 132 briljante schaakpartijen (Van onze schaakredacteur) De uitgeverij Knaur (Miinchen-Zil- rich) geeft bekende verzamelingen, handboeken enz. uit op het gebied van spel, kunst e.d. Thans is in deze serie verschenen Knaurs Schachbuch, van de hand van Martin Beheim Schwarzbach 5,65). Deze schrijver is ook bekend als dichter en roman cier. Onder meer vertaalde hij Mit chells „Gejaagd door de wind" in het Duits. Voorts publiceerde hij essays over Novalis en de apostel Paulus. Zeer bekend is zijn schelmenroman „Die diebischen Freuden des Herrn von BisswangeHaschezeck", waar in hij alles wat officieel en deftig is op de hak neemt (Rororo, no. 47). Men kan zich van deze artiest voor stellen hoe hij het schaken behandelt. Hij heeft 132 briljante partijen uit de schaakgeschiedenis verzameld, de ori gineelste en interessantste. Zij zijn niet geordend volgens de opening of het jaartal maar gerubriceerd in: mataanval. positiepartij, strijd op de andere vleugel, triomf der verdedi ging, kunst van het eindspèl, hand gemeen en vreedzaam slot. Daar het geen leerboek is bevat het een mini maal commentaar. Aan het slot wijdt hij een gedenkrede op de overwon nene, waarin zijn alibi's en wroegin gen worden gepresenteerd. De groot ste troost voor hem is dat zijn over winnaar hem warm dankbaar is voor het mogelijk maken van de slot com binatie. Glücksberg moet daar in 1935 zeer ontroerd door geweest zijn toen hij met wit nadat zijn tegenstan der vier officieren had geofferd als volgt van Najdorf verloor (bl. 48). 1. d4, f5; 2. c4, Pf6; 3. Pc3, e6; 4. Pf3, 45; 5. e3. c6; 6. Ld3, Ld6; 7. 0-0, 0-0; 8. Pe2 Pbd7; 9. Pg5, Lh2:j; 10. Khl, Pg4; 11. f4, De8; 12. g3, Dh5; 13. Kg2, Lgll; 14. Pgl:, Dh2f; 15. Kf3, e5; 16. de5, Pde5:t; 17. fe5, Pe5:f; 18. Kf4, Pg6f; 19. Kf3, f4!; 20. ef4:, Lg4f; 21. Kg4:, Pe5f; 22. fe5:, h5 mat. „Vragen van jongeren" Rose Hacker, een in Engeland zeer be kende raadgeefster in jeugdproblemen heeft een gezond boekje voor de jon geren geschreven. Een groot deel van haar leven heeft ze besteed aan het welzijn van de opgroeiende jeugd en ook is zij jaren betrokken geweest bij de huwelijksvoorlichting in haar land. In het boekje „Vragen van jongeren" geeft ze blijk van de ervaring, die zij heeft opgedaan. Objectief, op een een voudige en vertrouwelijke toon maar zonder prekerig te worden geeft ze antwoord op vragen die het gezinsle ven, het ontdekken van de andere sekse, verloving enz. betreffen. Het is een zeer lezenswaardig boekje, dat werd uitgegeven bij Uitgeverij „De Toorts" te Haarlem. Wandelen, Schaken, Draven in „Ken Uw Sport" In de zo langzamerhand bekende se rie „Ken uw Sport" van de uitgeve rij J. F. Duwaer en Zonen te Am sterdam verschenen weer drie boek jes. Stuk voor stuk zijn de uitgaven in deze serie zeer instructief. Zo ook het. boekje „Schaken", waarin de spelregels en de grondbeginselen van het schaakspel duidelijk uitéén zijn gezet. Vooral de toelichting van de gebruikelijke notatie is voor de lezer belangrijk, want hierdoor wordt hij in staat gesteld partijen, die bijvoorbeeld in de dagbladen worden gepubliceerd, na te spelen en aldus zijn eerste kennis, dankzij dit boekje verworven, uit te breiden. „Wandelen" lijkt zo op het oog een bijzonder simpele sport, maar wie het boekje, dat over deze sport ver scheen in de serie „Ken uw Sport" leest, bemerkt toch, dat het zó sim pel niet is Het boekje vertelt 't een en ander over 't doel van deze sport, de wandeltechniek, pas, stijl en tem po, over kleding, schoeisel en voe ding, over wandelsport en verkeer, over verschillende tochten en geeft bovendien met duidelijke tekenin gen geïllustreerd een opsomming van verschillende E.H.B.O.-wetens- waardigheden, die in de wandelsport te pas kunnen komen „Draven" is een 'sport, die ook in Nederland meer en meer bekendheid ver\yerft. Daarvoor zorgen vooral de banen Duindigt, Mereveld, Gronin gen, Hilversum en Alkmaar. Het is beslist geen algemeen bekende sport en daarom heeft deze uitgave in „Ken uw Sport" beslist zijn nut, ook al is het wellicht niet „uw sport". Na lezing van dit boekje is men in de draafsport beslist geen vreemde meer en weet men bovendien, hoe de toto van deze sport in elkaar zit. Dit interessante boekje werd geschreven door Gerard van Maarseveen. (Advertentie) Zigeuners Er hangt een waas van geheimzinnig heid rond de zigeuners, die aan de zelfkant van onze maatschappij le ven. Door velen worden zo verguisd, door anderen geïdealiseerd. Ze hebben een drang naar vrijheid, maar ook zij zijn gebonden aan regels en regle menten. Daarover vertelt dr. E. M. Gajary Kuhinka in het boek „Zigeu ners". Degelijk zonder te romantise ren, beschrijft hij de levensomstan digheden van dit zwervende volk. Hij gaat de oorsprong van de Zigeuners na, vertelt over allerlei gebruiken bij geboorte en huwelijk en gaat nader in op het religieuze leven van deze mensen. Uitvoerig verhaalt hij ook over hun muziek, zang en poëzie. Het gelukte de schrijver die een langduri ge tocht met zigeuners heeft meege maakt in dit boeiende en overzichte lijke relaas aan te tonen dat ook zij „diepgevoelende en intens levende mensen met eigen cultuur en eigen historie zijn". Het boek, waarin fraaie foto's zijn opgenomen, verscheen bij Uitgevers Wyt te Rotterdam. Uit de lappenkist Een prettige serie boekjes voor de jongere kinderen, speciaal voor meis jes is /JJit de lappenkist" (De eerste lapjes, Nog meer lapjes en De laatste lapjes) door Greet Konings. Elk lap je, dat kinderen van een klas mee brengen voor het maken van een lap- pedeken is aanleiding tot een leuk en vlot verhaal. De verhaaltjes bieden net zoveel variaties als de soort lap pen, die de moeders hun kinderen meegeven. Deze bonte schakering werd opgevrolijkt door fantasierijke tekeningen van Heieen van Dijk. De boekjes, die keurig zijn verzorgd, werden uitgegeven door J. F. Duwaer Zonen te Amsterdam. REIS VAN 13 STUDENTEN (Van een speciale verslaggever) Nederlandse studenten gaan in Spanje ge schiedenis maken. Niet per muilezel, maar wel ;e paard zullen dertien Nederlandse studenten, begeleid door een Ma- drileense professor en cineast de komende maand door 't Spaan se La Mancha, het be faamde land van Don Quichotte, trekken. Za terdagavond vertrok ken de dertien acht dames en vijf heren tussen 20 en 25 jaar per trein uit Amster dam. De 26ste zullen de gezadelde paarden, gehuurd bij een mane ge in Madrid gereed staan in Ciudad Real, hoofdstad van de ge lijknamige provincie, 120 km ten zuiden van Madrid. Het initiatief is uitge gaan van de zoon van de docente Spaans aan de universiteit, Raphael Luque. Hij is als geboren Spanjaard bijzonder geïnteres seerd in de legendari sche Don Quichotte van de avontuurlijke 17e eeuwse schrijver Miguel de Cervantes. De studenten willen on geveer 250 kilometer van de weg afleggen, die Don Quichotte ge gaan moet zijn en dan contact zoeken met de bevolking van de streek om na te gaan wat er nog aan herinneringen aan Don Quichotte en zijn trouwe knecht Sancho Panza is blij ven voortleven en ver volgens vergelijkingen maken met het boek van Azorin die per muilezel eenmaal de tocht gereconstueerd heeft. Dit alles maakt dat het veel meer is dan een toeristisch evenement, ook al omdat de orga nisatie werd verzorgd door het Spaanse in stituut voor studies van La Mancha. Als wetenschappelijk lei der gaat mee professor Francisco Hernandez Pancheco, hoogleraar in de historische foto grafie aan de universi teit van Madrid en uit stekend kenner van de schepping van De Cer vantes. Aegis 19 60 m. n.o. Mobile. Abida 19 60 m. n.o. Sombrero. Aagtedijlc 19 te L. Marques. Aagtekerk 19 180 m. n,o. Mombasa, Aalsdijk 19 te Port Said., Aardijk 19 te Penang. Aldabi p. 20 Ouessant. Alioth 19 125 m. o.z.o. Salvador. Almdijk 21 te Port Everglades. Ameland 19 50 m. n. San Lorenzo. Amerskerk 19 v. Las Palmas. Amstelkroon 19 te Vizagapatnam. Andijk 19 240 m. n. Bermuda's. Arkeldijk 20 te Halifax. Arnedijk 20 v. Antwerpen n. Houston. Asmidiske 19 800 m. z.z.o. Kp. Race. Axeldijk 21 te Montevideo. Arendsdijk 19 90 m. o.z.o. Key West. Arendskerk 19 te Bremen. Caltex Utrecht 19 365 m. z z.w. Socotra. Caltex Arnhem 19 100 m. n. Algiers. Caltex Delft 19 35 m. n. Malta. Caltex Eindhoven p. 20 Ras Fartak n. Ras Tama. Caltex Leiden 19 245 m. n.o. Socotra. Caltex Rotterdam 19 85 m. w.n.w. Kreta. Cartago 19 te New York. Colytto 25 te Vancouver verw. Daphuis 21 te Genua. Delfshaven 19 180 m. w.t.z. Ouessant. Dinteldijk 19 te Bremen. Duivendijk 19 230 m. n.o. Fayal. Duivendrecht 19 25 m. z.o, Takoradi. Edison 19 te Esbjerg. Eenhoorn 19 60 m. n.n.o. Kp, St.-Vlncent. Glessenkerk 21. te Aden. Groote Beer 19 te Halifax. Groote Kerk 20 te Antwerpen. Hera 19 330 m. w.t.z. Kp. Finisterre. Hoogkerk 20 v. Suez. Jacob Verolme 18 n. Chanaral. Japara (K.R.L.) 20 Rotterdam. Jason 19 n. Kingston Ja. Java 16 Houston. Korovina 18 v. Thameshaven n. Swansea. Kabylla 18 Thameshaven. Kellia p. 19 Panamakanaal. Kenia 21 te Trinidad. Kennemerland 19 dw. v. Kaap Finisterre Kermla 21 te Curacao. Kinderdijk 16 Veracruz. Kopionella 19 800 m. w. Conokry. Tégen 1961 wil de bondsregering de 63 kampen, waarin nog ongeveer 13.000 van de 220.000 niet-Duitse vluchtelingen wo nen, hebben opgeheven, zo heeft de West- duitse minister voor de vluchtelingen Overlaender bekendgemaakt. Er zullen voor hen ongeveer 3000 woningen moe ten worden gebouwd, waarvan de bonds republiek het grootste gedeelte zal be talen. f Advertentie X* RAADSEL XVXXXXJO i EEN LEPELTJE IJ EEN LEPELTJE, MAAR... WAT IS een ÉCHT KOFFIE'LEPELTJE? (Oplossing volgt morgen in dit blad) ^XXX)CXXXXX»iXX*XXXXXX 1128. Als een steen viel de Horzel omlaag door de stra tosfeer, doch als een komeet 3tortte het Zorinschïp zich echter hem aan. Met grim mige gezichten hielden de twee piraten in de stuur- koepel de blik op het kleine toestel gevestigd, dat hun dreigde te ontsnappen. „Dat ding komt precies overeen met het telebeeld, dat ons van Valeron doorgegeven is en dus is het vermoedelijk de machine van die beruchte piloot Storm. Nou, als het ons gelukt die knaap in te rekenen, dan kunnen we op een vorstelijke beloning re kenen van Zorin", riep een hunner uit. ,.Maar we heb ben boven dit gedeelte van het noordelijk halfrond im mers wel vaker aardse vliegtuigen van datzelfde type als de Horzel waargenomen?" meende de ander. „Zeker, zeker", kreeg hij ongeduldig ten antwoord, „maar nooit op deze enorme hoogten. Daar zijn die dingen niet op ge bouwd. De Horzel wel." Het plotselinge neer suizen van,die grote hoogte, plus de zonder linge capriolen die Arend het toestel liet ma ken, bleken teveel voor de arme Sandra. Zij verloor het bewustzijn... Kosicia 20 te Schiedam. Kreeft 19 te Kerkeness. Kryptos 20 dw. Singapore. Karakorurft 19 60 m. n.o. v. Bona. Laagkerk 20 v. Aden nè Karachi. Laarderkerk 20 te I-Iamburg. Labotas 19 90 m. o. Gibraltar. Lekkerkerk 19 te Port Said. Le Maire 20 v. Mombasa n. Singapore. Leto 20 v. Takoradi n. Freetown. Lissekerk 21 v. Koeweit n. R'dam. LutterkeTk 20 te Londen. Meiiskerk 21 te Muscat. Molenkerk 20 te Dakar Montferland 21 te Montevideo. Muiderkerk 20 te Hamburg. Meerkerk 19 v. Maesawah. Mississippi Lloyd 20 v. Philadelphia n. Marseille. Maas Lloyd 20 v. Singapore n, Pt. Swettenham. Naess Lion 19 580 m. z.z.n. Flores. Naess Tiger 19 320 m. z.t.n. Bermuda's. Nestor 20 te Philadelphia. Oostkerk p. 20 Straat Messina n. P. Said. Oranje 21 v. TJ. Priok n. Singapore. Ossendrecht 19 275 m. w-z.w. Land's End. Ouwerkerk 19 te Durban. Pendrecht p. 20 Gibraltar n. Casablanca. Perna 19 55 m. o. Muscat. Pergo 19 te IJmulden. Polydorus 20 te Rotterdam. Pr. der Nederlanden 19 270 m. n.o. Barbados. Randfontein 20 te Bremen. Reza Sjah the Great 19 28 m. o. Kaap Bon. Ridderkerk 21 te Genua. Rijnkerk 19 te Port Said. Ruys 19 v. Bayang Point. Samarlnda 19 v. Balboa. Sarpedon 19 v. New York n. Curacao. Schelpwijk 25 te Yokkaicbi verw. Schie 20 v. Chalkis n. Amsterdam. Schiedijk 19 380 m. n.n.w. Flores. Sloterdijk 20 te New York. Stad Arnhem 20 te Teneriffe. Stad Schiedam 19 130 m. w. Trondhelm. Statue of Liberty 19 te Philadelphia. Statendam 20 v. Manilla n. Hongkong. Stanvac Talang Akar 19 te Sungel Ferong. Sumatra 21 te Bremen. Stad Leiden 19 60 m. n.w. Messina. Telamon 20 te Georgetown. Tegelberg 19 v. Okinawa n. Hongkong. Tjiluwah 19 te Singapore. Tibia 20 v. Paranagua n. Curacao. Theobaldius 19 60 m. o. Curacao. Tallsse 20 v. Suez. Thelidamus 20 te Caracasbaai. Utrecht p. 20 Gibraltar n. R'dam. Van Waerwijk 21 te Hongkong. Vivipara 21 te Punta Cardon. Waal p. 20 Malta n. Rotterdam. Westland 21 te Las Palmas. Wonogiri 20 v. Colombo n. Penang. Zaankerk 21 te Antwerpén. Eén van de meest gevaarlijke vijanden van onze zeeweringen zijn de oever- en dijkvallen. Wij hebben hiervan in de geschiedenis van Zeeland talrijke voorbeelden. De zuidkust van Schouwen bijvoorbeeld, de ge kartelde rand van Noord-Bevelands noordkust, de dijk van de Wilhelminapolder enz. Vroe ger sprak men van grondbrexem of grondbrake, een woord dat men nog in Braakman terugvindt. Met de Wilhelminapolder zijn we al in het recente verleden. Aan de. kust van de Oostwatering van Walcheren (Vrouwenpolder) doen zich in de laat ste jaren nog steeds oevervallen voor, zo bijvoor- - beeld nog op 10 februari 1959. Over het verschijnsel van de oever- en dijkvallen i£ al veel geschre ven, en misschien evenveel malen elkaar nageschreven. Een wezen lijke bijdrage tot de oplossing van het probleem van het ontstaan van deze vallen heeft de Techn. Ambt. I van de Rijkswaterstaat, M. H. Wilderom, gegeven voor het eerst in 1952. Goed kennner van de historische geografie van Zeeland ging hij na waarom vallen op bepaalde oevergedeelten in Zeeland voorkomen en op andere ge deelten in 't geheel niet, hoewel in verscheiden gevallen de stroom- geul daar ook dicht langs de kust loopt. Het bleek hem nu, dat de vallen in hoofdzaak voorkomen langs die gedeelten van de oever, welke vroeger door oude zeearmen of geulen doorkruist werden. In het julinummer van O.T.A.R. 1952 heeft hij dit aan de hand van talrijke kaartjes nagegaan in een artikel dat om zijn belang ook in het maandblad „De Zeeuwsche polder" is overgenomen. Wilderom heeft zijn theorie, maar een theorie opgebouwd op een groot feiten materiaal, nogmaals uiteengezet in een helder gesteld artikel in het Polytechnisch tijdschrift van 14 februari 1957. Het leek namelijk of de uitvoering van de Deltawerken de verdere bestudering van deze problemen alleen maar van documentaire waarde zou doen zijn. Bij nader inzien, aldus Wilderom, blijkt echter, dat juist nu, bijzonderheden hieromtrent van belang kunnen zijn. Niet alleen omdat als gevolg van de uitvoering van verschil lende onderdelen van de Deltawerken een verandering van het stroombeeld kan ontstaan, maar ook omdat het nog altijd een kwart eeuw zal duren eer de zeearmen afgesloten zullen zijn. Men zal in deze 25 jaar wellicht nog extra op zijn hoede moeten zijn voor de stroomaanval in de onderhavige gebieden. Een belangrijk verschilpunt met de vroegere opvattingen is ook de constatering dat de vallen niet in het diluvium, maar in hoofdzaak in de alluviale zandlagen .voorkomen. Langs de oevers van de oude kerngebieden zijn nooit vallen wel afschuivingen geconstateerd, terwijl zoals gezegd alle opgetreden vallen in Zeeland zijn voorgekomen langs die gedeelten van oevers welke vroeger door oude zeearmen of geulen doorkruist werden of aan de rand van deze geulgebieden. Niet alleen dat de vroegere geulen één van de grootste oorzaken van de oever- en dijkvallen vormen, zij betekenen tevens, ter plaatse waar zij de zeeweringen kruisen, even zovele zwakke schakels in ons dijken- stelsel. Er zijn wel bezwaren gerezen tegen de opvattingen van Wilderom, maar zij tasten zijn hoofdstelling niet aan, integendeel. In het nr. van 1 augustus 1957 van het Polytechnisch tijdschrift kreeg hij gelegenheid zich te verweren over het gebruik van de begrippen diluvium en alluvium, tegenwoordig een min of meer verouderde terminologie. Hij heeft hiervan dankbaar gebruik gemaakt zijn opvatting aan te vullen. Een bezwaar lijkt ons zijn opvatting als zouden de inpolderingen begonnen zijn sinds de 10e eeuw. Op grond van nieuwere gegevens is dit te vroeg. FKUILLIiTÜN LAWRENCE EARL Ze sloot de deur. Haar gezicht was nog steeds verontrust. Haar bewogin gen waren afgetrokken geweest, bijna automatisch. Dahl bleef zwijgen. „Ik kan het niet geloven", zei Alison. „Ik kan het niet geloven, dat een van hen zo iets zou kunnen doen". Maar ze praatte in zichzelf, een gewoonte, ontstaan door het leven in de een zaamheid. waarin niemand van hen ontsnapt was. „Wat voor iets?" „O", zei ze, zich weer bewust van Dahls aanwezigheid. Haar ogen vestigden zich nu op hem, alsof ze in onbekende verten getuurd hadden en na een ogenblik ontstond er een besluit in haar ogen en met het besluit een zekere opluchting. „Een zeer ernstig iets. Iemand heeft van ons voedsel gestolen. Er zijn drie repen chocolade verdwenen". „Nee!" riep Dahl uit, het niet willen de geloven. Niets kon hem meer ge schokt hebben, want voedsel was hun kostbaarste bezit, door allen gelijk opgedeeld en voor allen even noodza- kefijk. Voedsel hield de verhongering weg, die als een geduldige gier boven hen hing. Het was ondenkbaar dat een van hen de anderen ook maar voor het geringste zou bestelen, waai de grens tussen leven en dood zo scherp gesteld was. Hij zei: „Heb je de repen geteld? Je hebt ze toch niet gebruikt en het verT geten?" Zij schudde vlug het hoofd. .,Ik wil de..." begon ze. „Ik hen bang..." Hij herinnerde zich haar aanvanke lijke aarzeling om de ontdekking me de te delen. Hij zei, zonder wrevel: „Natuurlijk kun je niet weten dat Ik het niet was". „Natuurlijk was jij het niet, Lin coln". Haar stem, een bemoedigende, over tuigde klank. „Hoe kun je daar zo zeker van zijn?" De hoeken van haar mond trokken een beetje omhoog. Ze schudde haar hoofd en de twee koperkleurige vlech ten op haar schouders. „Daar ken ik je goed genoeg voor". „Dat betwijfel ik", zei hij nogal nors. Er vormde zich echter een glimlach die hij niet probeerde tc onderdruk ken. Greatorex kwam binnen met een bijl in zijn hand en hij keek een beetje in het rond. „Er is iets dat buitengewoon lekker ruikt, dochter", zei Greatorex. „Ik ben nog nooit zo moe geweest!" „Je moest je beurten van het hout hakkeii gedurende een tijdje over slaan", stelde Dahl voor. „Niemand zou het. erg vinden". aan het zieke hart van Greatorex. Dit was echter iets wat Greatorex uit trots ol' koppigheid, of misschien beide niet wilde bespreken of zelfs toegeven. Dahl kon zich niet weerhouden te gissen. Zou Greatorex de schuldige zijn? „Onzin!" zei Greatorex. „Het doet me goed. Een beetje eerlijk werk heeft nog nooit iemand kwaad gedaan. En bovendien, elke man heeft er recht op om nu en dan een beetje moe te zijn". „Jij bent de baas", zei Dahl, niet op zijn gemak. Prowse kwam binnen, terug van het sneeuw van zijn kleren. Prowse scheen steeds magerder te worden; dat wer den ze allemaal, maar Prowse kon het gewichtsverlies het slechtste ver dragen. Onder zijn baard leken zijn wangen hol, waar ze vroeger vlak ge weest waren en zijn bril leek nu te groot en te zwaar voor hem. „Helemaal niet!" zei hij gemelijk. „Zelfs geen smerig konijn! Kan iemand me vertellen waarom ik altijd degene ben die pech heeft?" Hij vro lijkte plotseling op. snuffelend, zoals Dahl en Greatorex vóór hem gedaan hadden. Even later, terwijl hij naar Alison staarde, zei Prowse; „In 's hemels naam. Waarom heeft niemand me verteld, dat we een vrouw in ons mid den hadden?" „Hè?" Greatorex keek beteuterd. Toen drong het tot hem door wat Prowse bedoelde. Hij zei: „Alison!" en zijn stem klonk trots en verge noegd. Greatorex is veel meer verouderd dan een van ons, dacht Dahl. Zijn baard was bijna helemaal grijs geworden. In zijn borstelige wenkbrauwen wa ren de wildgroeiende haren grijs en lang. Dahl zei: „Weet éen van jullie wat voor dag het vandaag is?" Hij trachtte tijd te winnen, wachtend tot Alison, de gestolen chocolade zou opnoemen. De rantsoenering van het eten was haar domein. Hij dacht. Zou het Prowse dan zijn? Hij was er bijna zeker van dat het Prowse geweest was. „Wat voor dag?" zei Prowse. „M'n hemel ik hen niet eens zeker van het jaar. voor zover ik weet, kan het wel negentienvierenvijftig zijn". Hij had zijn ogen niet van Alison af gehad. „Dat zijn een paar mooie en kels, meisje". Ofschoon hij de waarheid van dc op merking van Prowse niet kon ont kennen, werd Dahl getroffen door een ongewoon gevoel van wrevel. Alison kwam evenwel voor zichzelf op. „We zijn al een tijdje hier", zei ze droog. „Ik geloof dat zo langzamer hand alles wat rokken draagt er aan trekkelijk voor je uit begint te zien, Caii. Ik of een leleijke, oude, Indi aanse vrouw". Prowse staarde haar verbaasd aan. Toen begon hij te lachen. Nadat hij uitgelachen was, zei hij: „Hoe vind jc dat? Het meisje heel't niet alleen een geheugen, maar nog gevoel voor humor ook!" Zijn ogen gleden terug naar haar benen. Dahl ging opzettelijk voor hem staan en benam het uitzicht. „Wel", zei Greatorex vrijmoedig, „wat voor dag is het dan vandaag? Iemands verjaardag? De jouwe, doch ter?" „Het is Kerstmis", zei Dahl, terwijl hij fronsend naar Prowse keek. Surrey kwam binnen en droeg iets wat op een cilinder leek en tamelijk ruw gemaakt was van aluminium plaat. Hij is naar de Norseman ge-, weest, dacht Dahl. Hij is daar in de koude aan het werk geweest. „Wat is dat?" vroeg Greatorex. Het daglicht was aan het verdwijnen. Surrey sloot de deur achter zich, zette de cilinder neer, trok zijn wanten uit en wreef zijn handen stevig over elkaar. Prowse ging een beetje opzij. Dahl ging met hem mee en benam hem nog het uitzicht. „Het is Kerstmis", zei Dahl nogmaals, een beetje geërgerd. De borstelige wenkbrauwen van Grea torex zweefden hoog op zijn voor hoofd. „Het is toch niet waar?" Surrey had zijn overkleren uitgetrok ken en hing ze nu op aan houten pen nen. Hij draaide zich naar hen om. „Wisten jullie dat niet?" „Niemand heeft er tegen mij een woord over gerept", zei Dahl, „tot een paar minuten geleden". Greatorex begon op zijn vingers te tellen. „Oktober... november... december... Wel, we zijn hier al meer dan drie maanden!" Zijn stem sloeg over van verbazing. „En het lijkt nog maar drie jaar*', zei Prowse droog. Al grinnikend schraapte Surrey met veel ophef zijn keel. „Ik heb een klein kerstcadeautje voor je, Alison''. Hij lachte zo breed dat zijn rose wangen uitpuilden en bijna zijn ogen bedekten. Dahls aandacht keerde zich van Prowse af. „O", zei Alison met een zacht stem metje. Surrey gaf haar de aluminium cilin der. „Het is niet veel. Het is evenwel helemaal handwerk". De cilinder was aan één zijde geslo ten. Rond de andere zijde bevonden zich gaten. Alison scheen heen-en- weer gesinlgerd te worden tussen pret en verbazing. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1959 | | pagina 12