Ir. Stafs „reilende en zeilende"
landbouwbegroting aangenomen
mmoRD
Bahnain en Cardin: jeugdige mode
C.N.V. EN K.A.B. ONEENS MET
N.V.V.-BRIEF OVER WERKTIJDEN
WOENSDAG 28 JANUARI 1959
PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT
3
EERSTE KAMER WILDE MEER DAN MOCHT
Over verdere oesterproeven wordt
beslist na rapport rijkswaterstaat
(Van onze parlementaire redacteur)
De Eerste Kamer heeft dinsdag zonder hoofdelijke stemming de
begroting van landbouw, visserij en voedselvoorziening aan
vaard onder aantekening, dat de C.P.N.-fractie geacht wil wor
den te hebben tegengestemd. Ook de begroting van het Land-
bouw-egalisatiefonds voor 1959 werd goedgekeurd. Hoewel de
senaat zich algemeen hield aan de wens van het kabinet-Beel
om tot het optreden van een nieuwe regering, bij de behandeling
van de begroting, geen beleidsvragen aan de orde te stellen, werd
toch af en toe een opmerking gemaakt, waaruit bleek dat men
zich maar node wilde beperken.
in de Tiveedo Kamer bezwaren had
tegen het plan de domeingronden
van het departement van financiën
naar dat van landbouw over te bren
gen. Deze domeingronden zon men
ook voor sanering kunnen gebruiken.
Steun voor overdracht van deze gron
den aan landbouw kwam ook van de
K.V.P.-aigevaardigde de heer Mer-
tens. die hierover dus geheel anders
dacht dan zijn partijgenoot in de
Tweede Kamer. De heer Mertens wil
de zelfs van geen uitstel weten. Mi
nister Staf moest echter ook deze
zaak op de lange baan schuiven. Op
het ogenblik kan nog geen beslissing
worden genomen, maar kan men al
leen maar voorbereiden opdat het
nieuwe kabinet de beslissing kan ne
men.
E.E,G. en Benelux
Heeft de Benelux nog wel zin, nu de
Euromarkt in werking is getreden?
Dit was de vraag, die door de heer
Geuze (c.h.) werd gesteld. Ook vroeg
de-C. H.-afgevaardigde of sommige
bepalingen van de Benelux niet moe
ten vervallen, omdat de E.E.G. libera
ler regelingen kent. Minister Staf
wees erop, dat de Benelux grote be
tekenis heeft gehad, omdat voor be
paalde produkten een preferentie
gold, die nu is vervallen. Door de E.
E.G. lopen Nederland en België niet
meer in de pas, aldus de bewindsman,
die overigens van oordeel was, dat,
zodra in België de politiek is bepaald,
spoedig weer overleg plaats moet heb
ben. Alle voordelen van de Benelux
zijn echter niet verdwenen, omdat,
zodra de contingenten zijn uitgeput,
de preferentie weer gaat lopen. De
bewindsman meende, dat de harmoni
satie in de E.E.G. even moeilijk zal
zijn te bereiken als in de Benelux.
De heer Geuze adviseerde de minis
ter, niet over te gaa^n tot stichting
van provinciale cultuurtechnische
commissies.
Wanneer er in deze richting iets
moet gebeuren, dan zouden regionale
commissies de voorkeur verdienen.
De heer Geuze (c.h.) toonde zich te
leurgesteld, waar de minister niet
was ingegaan op de vragen van het
voorlopig verslag inzake de produk-
tiviteit en de verdeling van het
marktrisico. Overigens verwachtte
deze afgevaardigde niet, dat de open
bare behandeling enige opheldering
zon brengen, waar de minister zich
alleen tot taak heeft gesteld het
departement „rellend en zeilend" te
houden.
In zijn memorie van antwoord had
minister Staf, die het departement
van landbouw ad interim beheert,
over „reilend en zeilend" gesproken
en nu merkte hij op, dat het reilen
niet altijd een genoegen is. Dit gold
echter niet de senaat, zo betoogde
de bewindsman, die zijn dank bracht
voor de wijze, waarop de Eerste Ka
mer de begroting had behandeld.
De heer Hoogland (p.v.d.a.) pleitte
voor een gezonde industriespreiding,
opdat voorkomen wordt, dat het plat
teland langzaam doodbloedt. Hij nam
bqt op voor droogmaking van de Lau-
werszee.
De heer Hoogland sprak voorts er
zijn verwondering over uit, dat men
Verleiders
Slot van pagina 1
op gelukkige wijze tot uiting in de
N.C.R.V.-documentaire.
Bij verkooppropaganda zorgt de con
currentie er in de meeste gevallen
wel voor, dat er niet „onbewust"
wordt gekocht, maar dat de koper
tot bewust kiezen komt en als. een
mens bewuste handelingen verricht
heeft de beïnvloeding zeker niet meer
het karakter van verleiding.
Op dat laatste is in „Economisch
Statische berichten" nog eens na
drukkelijk; de aandacht gevestigd.
Het blad citeerde een artikel van
Packai'ds tegenstander R. H. Bauer,
die in „Harvard. Business Review"
schreef, dat het oolc in de Verenig
de Staten zo'n vaart niet loopt met
de verleiding.
Het laat zich, zo zegt Bauer, den-
]<fen, dat men, indien men eens
anders onbewuste motieven
kent, de betrokkene dingen kan la
ten doen zonder 'dat hij weet waarom
hij het doet. Tot' op zekere hoogte
staat deze daar machteloos tegen
over. Maar, zegt Bauer, er kunnen
zich gevallen voordoen waarbij het
appel eren aan onbewuste motieven
volkomen averechts uitpakt.
Ook kan de mens zelfs tegen het be
roep op onbewuste motieven weer
stand bieden. Er is trouwens nog
een reden waarom wij voor de ge
volgen van het bespelen van ons on
derbewustzijn niet zó bang behoeven
te zijn. De resultaten van het motie-
venonderzoek staan n.l., zolang er
concurrentie heerst, een ieder die er
gebruik van wenst te maken ter be
schikking en de tendentie is aanwe
zig, dat de beïnvloedingspogingen
der producenten eikaar opheffen.
Blijft de vraag, wat er zal gebeuren
indien de beïnvloedingsapparatuur in
één hand zou komen. Het is namelijk
en dat heeft de hersenspoeling
ons geleerd met aanzienlijke in
spanning, zorgvuldige' controle der
omgeving en veel psycholpgisch in
zicht en geduld mogelijk de overtui
ging van een groot percentage onzer
te veranderen. Er is echter, zegt
Bauer, gezien de voorwaarden waar
aan moet worden voldaan, een groot
verschil tussen de vergaande bc-
invloeding van een slachtoffer en het
beheersen van een gehele gemeen
schap! Kortom, volgens Bauer is het
-met de beïnvloeding op commercieel
en politiek gebied minder angstaan
jagend gesteld dan sommige publika-
ties ons willen doen geloven,
Dit dan ter geruststelling van allen,
die dagelijks de invloed van de mo
derne reclame ondergaan en die niet
gevoel wensen te hebben, dat ze aan
onweerstaanbare verleidingen bloot
staan!
TE BAAT. Bij de heer R. Sijtsma,
ambtenaar ter secretarie te Metsla-
wier,-vervoegde zich een verhuizer met
de vraag of hij in aanmerking mocht
komen om hem naar Ommen te ver
huizen. De heer Sijtsma bleek even
wel in het geheel niet van zins te- zijn
zich in Ommen té vestigen.
Het bleek, dat de verhuizer 35 jaar
te laat was: hij had een bericht in de
rubriek „gouden en zilveren filmpjes"
in de plaatselijke courant aangezien
voor actueel nieuws. Deze rubriek
meldde, dat 35 jaar geleden de heer
F. Sijtsma toen ambtenaar ter se
cretarie en nu burgemeester in Mets-
lawier werd benoemd tot eerste
ambtenaar te Ommen.
Visserijpfoblemen
-Jhr. mr. T. A. J. W. Schorer (p.v.d.a.)
behandelde het visserijbeleid, dat
naar zijn mening een incidenteel ka
rakter draagt. Er ontbreekt een vis
serijbeleid op lange termijn. Vervol
gens wijdde hij enkele beschouwin
gen aan de haringvisserij en het
probleem der overbevissing.
Uitvoerig stond dit Kamerlid stil
bij de gevolgen van het Delta
plan voor de visserij. Hij vroeg
'aan de minister of deze over het
aangekondigde interim-rapport
van de commissie ex artikel 8 Del
tawet (schadevergoedingen), welk
rapport op korte termijn wordt
verwacht, nadere mededelingen
wil doen aan de Staten-Generaal.
Spreker drong aan op grote spoed
omdat het Veerse Gat reeds in
1960 afgesloten zal zijn. Aanwij
zing en in gereedheidbrenging
van de haven te Colijnsplaat is
thans dringend gewenst
De heer Schorer wees vervolgens op
een aantal problemen, welke de ver
plaatsing van de vissers uit Veere
haar Colijnsplaat met zich mee zal
brengen. Hoe zal de exploitatie van
de eveneens over te brengen vis
mijn dienen te geschieden? Hoe is
het met de vergoeding van de ver
plaatsingskosten voor de vissers of
de vergoeding van reiskosten gedu
rende een bepaalde overgangsperio
de, met de kosten van scholing of
omscholing en de kredietmaatrege-
lén voor overschakeling op de kleine
zeevisscerij zo wilde hij weten.
(Zie slot pag. 9 kol, I)
Nederlandse Volksbeweging
niet in de verkiezingen
De Nederlandse Volksbeweging heeft
van de minister van binnenlandse za
ken de mededeling ontvangen dat re
gistratie van de naam van de partij,
overeenkomstig de kieswet, niet meer
mogelijk was. Zij zal daarom niet
deelnemen aan de aanstaande verltie-
zingen.
In haar antwoordschrijven aan de
minister zegt de partij van mening
te zijn, dat door het feit, dat de ver
kiezingen uitgeschreven zijn op eer
datum, zo kort na de kabinetscrisis,
de democratische en parlementaire
beginselen niet gediend worden.
Kleinere groeperingen, die tezamen
toch een belangrijk deel van de kie
zers omvatten, worden hierdoor uit
geschakeld, zo meent zij.
In Kopenhagen is een raffinaderij,
waar olie werd gewonnen uit soja
bonen, vernield door een ontploffing
van een benzinetank. Een aantal ar
beiders werd gewond.
Romy Schneider, idool van tiendui-
zenden- meisjesgefotografeerd tij
dens een filmbal in München. Naast
haar staaf de Franse filmster Alain
Delen, met wie zij samenspeelde in
de Franse produktie ChristineDe
vriendschap, die tijdens de opnamen
ontstond .is sedert die tijd gebleven.
„OFFICIEEL STANDPUNT NIET BEKEND"
Kritiek op beleid van
oud-minister Suurhoff
Desgevraagd heeft het Christelijk
Nationaal Vakver boud medegedeeld,
dat het met verwondering heeft ken
nis genomen van de verklaring, die
het N.V.V. heeft afgelegd naar aan
leiding van de brief, over de ver
korting van de arbeidstijd, die de
minister van Sociale Zaken en Volks
gezondheid ad interim, prof. dr. L.
J. M. Beel, aan de Sociaal Economi
sche Raad heeft gezonden.
Het N.V.V. zegt, dat de vorige mi
nister van Sociale Zaken en Volks
gezondheid een beslissing over de ar
beidstijdverkorting in een vergevor
derd stadium van voorbereiding had.
Hiervan heeft de toenmalige socialis
tische minister van Sociale Zaken cn
Volksgezondheid, de heer J. G.
Suurhoff, volgens het C.N.V., echter
nimmer officieel blijk gegeven, hoe
wel hij daartoe ruimschoots gelegen
heid heeft gehad.
Gelet op dit advies van de S.E.R.
en het achterwege blijven van de be-
Zo zag het oude zeehospitium „Zon
neveld" er uit nadat het in 1909 was
gebouwd: een woonhuis met daar
aan verbonden een slaapzaal, alsme
de een aantal lighullen. Eerst na
1935 Icwamen de paviljoens er bij.
(voor verslag zie pagina 3).
paling van een daarop betrekking
hebbend standpunt door de toenmali
ge regering, is het, naar de mening
van het C.N.V., vanzelfsprekend, dat
de huidige minister van Sociale Za
ken en Volksgezondheid a.i. thans
van de S.E.R. een advies verlangt
ten aanzien van een tijdstip waarop
met de invoering van deze werktijd
verkorting een begin kan worden ge
maakt.
Ten opzichte van de arbeidstijd
verkorting zelf, meent het C.N.V.
overigens dat een invoering daar
van daar waar deze mede ten
gevolge van een extra verhoging
van de produktiviteit mogelijk is,
ook toepassing moet kunnen vin
den.
„Als het gaat om verwijten, dan
kunnen wij met evenveel recht kri
tiek hebben op de socialistische oud
minister Suurhoff, die het rapport
van dè Sociaal-Economische Raad
over de werktijdverkorting sinds juli
vorig jaar heeft laten liggen". Zo
zeide voorzitter van de K.A.B., de
heer J. A. Middelhuis.
De heer Middelhuis toonde begrip
voor de brief. Prof. Beel wil de nieu
we regering niet voor een voldongen
feit stellen. Intussen pleitte hij er
voor, dat er een ernstig begin moet
worden gemaakt met de verkorting
van de werktijd.
Ontvoerde baby Tavarez m
New York teruggevonden
Baby John Tavarez, die donderdag
door een vrouw is ontvoerd, is dins
dag veilig en wel gevonden.
De vrouw die er van verdacht wordt
hem ontvoerd te hebben, wordt door
de politie vastgehouden.
Het kind was door een vrouw, die
mrs. Doralisa Tavarez in een hospi
taal had ontmoet, ontvoerd en was
toen slechts 23 dagen oud. Het kind
leed toen aan een zware kouvatting
en eiste speciale voeding en verple-
dan 400 man van de politie en
de F.B.I. doorzochten vrijken in Man
hattan en de Brons.
De Theo Mann-Bouwmeester-
ring
De actrice Else Mauhs heeft in haar
testament, dat dinsdagmiddag is ge
opend, aan mej. G. Brugmatis en de
heer Oor van der Lugt Melsert het
verzoek gedaan tezamen de gouden
Theo Mann-Bouwmeesterring bij
haar overlijden in bewaring te ne
men en deze ring te willen overhan
digen aan een door hen aan te wijzen
daarvoor in aanmerking komende to
neelspeelster.
Mevrouw Mauhs had deze bepaling
in haar in 1949 gemaakt testament
doen opnemen. De ring is in 1911 bij
het 40-jarig toneeljubileum van me
vrouw Theo Mann-Bouwmeester door
een huldigingscomité aan deze actri
ce aangeboden. In een daarbij beho
rende oorkonde stond, dat zij deze
ring aan een opvolgster zou overdra
gen, die zij daartoe waardig achtte.
In 1934 overhandigde zij deze wissel-
ring voor de begaafdste Nederlandse
actrice aan Else Mauhs.
Mej. Brugmans, die sedert enkele ja
ren filmcritica is, maar voordien 23
jaar toneelkritieken heeft geschre
ven, heeft zich in principé bereid
verklaard het verzoek te willen ac
cepteren. Ook de heer van der Lugt
Melsert is hiertoe in principe bereid.
TWEEDE DAG VAN PARIJSE VOORJAARSSHOWS
(Van onze redactrice)
Voor de ware mode-lief
hebsters is in Parijs de
dag van gisteren (dins
dag) een belangrijke ge
weest. Pierre Bahnain,
ontwerper met een sinds
jaren gevestigde naam,
gaf zijn voorjaarscollec-
ties-1959 aan de open
baarheid prijs en dat is
een evenement, waarvan
de mode-deskundigen ie
der seizoen opnieuw
gaarne getuige zijn!
Balmain schijnt dit
voorjaar vooral het vro
lijke jonge meisje en de
jeugdige, wat naïeve
vrouw goed gezind te
zijn. Zijn modellen lijken
tenminste in hoofdzaak
bestemd voor het jonge-
mcisjesfiguur; de tailles
zijn (op de normale
plaats) sterker inge
snoerd dan in de tot nu
toe getoonde Parijse col
lecties. Zelf heeft hij
verklaard, zijn inspiratie
voor dit voorjaar te
hebben gezocht (en ge
vonden) in het Oosten,
en in het bijzonder bij
„de oosterse parel". Pa
rels keren dan ook dik
wijls terug in deze col
lectie: als versiering van
een marineblauwe mid
dagjapon, ter garnering
van breedgerande hoe
den en hoogopgemaakte
coiffures, terwijl ook de
kleuren parelgrijs en pa-
relrose vertegenwoor
digd zijn. Het parelmo
tief keert eveneens terug
in de overheersende lijn
bij Balmains kleding: de
schouders zijn min of
meer afgerond en de
ontwerper vergelijkt de
vrouw die zijn nieuwe
modellen zal dragen,
met „een parel gehuld
in een ovale schelp".
Hetgeen wel een bijzon
der lyrische vondst mag
heten
De Parijse ontwerpers
die in deze eerste dagen
van de. modeweek hun
modellen hebben ge
toond, blijken nogal wat
ideeën gemeen te heb
ben. Want ook Balmain
kwam met veel bedruk;
stoffen l abstracte figu
ren of bloempatronen)
en met de tot de enkel
reikende dinerjapon die
vaak nauwsluitend is en
dan een in groottte vari
ërend split heeft om de
draagster toch nog enige
bewegingsvrijheid te
verschaffen. En zwart,
in contrast met wit, zag
men ook bij hem ver
werkt in middag- en
avondcreaties.
De mantels van deze
ontwerper zijn óf nauw
samengenomen bij de
taille, óf wijd van de
schouders aflopend met
diep ingezette vrijde
mouwen en omvangrijke
schouderstukken; de
mantelpakken hebben
korte jasjes of jasjes
met ceintuurs rondom de
heupen. En ook bij Bal
main heeft „het ensem
ble voor overdag" een
belangrijke plaats. Zijn
stoffen zijn dikwijls
kostbaar, variërend van
rijkgeborduurde kant tot
parelgrijs nerts; bij de
kleuren ziet men oceaan-
blauw, groen, geel, rose
en soms wat helder aqua
of oranje.
Voortbordurend op een
rage die in West-Europa
eigenlijk ahveer bijna
vergeten is, heeft een
ander hekend ontwerper
een collectie ontworpen
onder het motto „hoela-
hoep-lijn". Het is Pierre
Cardin, die deze lijn
heeft trachten te realise
ren in een silhonct dat
door een hoepel-achtige
kraag, korte bolle mou
wen en (bij de avondja
ponnen) door ballonvor-
mige rokken gekenmerkt
wordt.
De „hoepelachtige
kraag" kan men het hest
omschrijven als een ron
de kraag, die over de
schouders neerhangt als
een cape en vaak oprijst
vanuit een wijd open
halslijn. Ook van Car-
dins collectie kan men
zeggen dat ze jong en
vrouwelijk is, en bij wij
len heel vrolijk; dit laat
ste dank zij de heldere,
soms felle kleuren. De
rokken zijn vaak recht,
slank afkledend en vrij
kort, maar wel iets lan
ger dan vorig seizoen;
sommige hebben omge
keerde plooien die bij de
zoom nauw toelopen.'
Kleine bolero-jasjes en
op de rug geknoopte
overblouses nemen ook
hier bij de japonnen
(vaak van lichtgewicht
wollen stoffen) éen be
langrijke plaats in.
Het Wereldgebeuren
Zeven jaren
Groot verschil is er tussen de eco
nomische toestand in de Sowjet-
Unie in de tijd dat Nikita S.
Kroesjtsjew loodgietersleerling was
in een mijn bij zijn geboortestad Ka-
linowka en de situatie van dit ogen
blik.
Nu diezelfde Nikita S. Kroesjtsjew
gisteren in een urenlange redevoe
ring voor het communistische partij
congres heeft uiteengezet, zal het le
ven in 1965 nog aanmerkelijk roos
kleuriger moeten zijn, waarbij hij
alle verbeteringen "toeschreef aan de
roodkleurigheid van de maatschappij
waarin hij eerste minister en partij
secretaris is. En deze roodheid dan
bedoeld in de tint van dictatuur en
onvrijheid, die het communisme heeft
uitgekozen
In Rusland, zo wordt weieens be
weerd, is de statistiek een heilige
wetenschap. Een Duitse journalist
die onlangs een tocht door de Sow-
jet-Unie maakte, kreeg de indruk dat
statistieken daar aanbeden worden
zoals bij primitieve volken de magi
sche bezweringsformules. Zo weet
bijna iedere Rus, welke plaats Rus
land inneemt wanneer men de landen
in een rijtje zet naar de hoeveelheid
elektrische stroom die wordt opge
wekt per hoofd van de bevolking. Dat
is de zestiende plaats. Maar dat de
Russen zo gek zijn op die statistieken
is te verklaren uit het feit dat zij
ervan overtuigd zijn, sneller dan
welk ander land ook in al die rijtjes
naar voren op te schuiven. De Rus
sen weten, dat zij beschikken over
onmetelijke sluimerende natuurschat-
ten, die slechts (onder meer door oud
collega's-mijnwerkers van Kroesj
tsjew) gedolven behoeven te worden,
of in het algemeen gesproken: „ge
wekt" behoeven te worden voorclat
men in de economische wedstrijd met
het westen ervan gebruik kan ma
ken. In de verering van statistieken
schuilt derhalve een grote mate van
vaderlandsliefde enzelfverheer
lijking.
Dat werd weer duidelijk toen
Kroesjtsjew gisteren het Sowjet-
Russisehe zevenjarenplan aan
prees. Hij betoogde dat Rusland nu
wat de industriële produktie betreft,
het eerste land van Europa en het
tweede van de wereld is. Hij doelde
hier uiteraard op de totale industrië
le produktie, dus niet op het cijfer
„per hoofd der bevolking".
De bruto industriële produktie van
de Sowjet-Unie, zo zei hij onder meer,
zal omstreeks 1965 met circa tachtig
procent zijn toegenomen, vergeleken
met 1958. De produktie van ver-
bruiksgoéderen zal dan vergeleken
met nu 62 65 procent hoger liggen.
„Wij hebben alle reden om hier te
verklaren dat de socialistische landen
voorop gaan bij de vooruitgang". En
toen hij zich bijna de tong brak over
de biljoenen roebels waarin het ze
venjarenplan wordt uitgedrukt,
slaakte hij de verzuchting „wij zul
len in onze taal het woord triljoen
moeten invoeren." En hooggestemd
waren zijn beloften in sociaal op
zicht: verhoging van de levensstand
aard; „geen belasting meer betalen
dank zij h«A financiële systeem in de
Sowjet-Uni™' (waar de staat voorna
melijk „indirect belast" en zo aan
haar onvoorstelbare kapitalen komt),
een kortere werkweek enz.
Louter bluf kan men al deze cij
fers van Kroesjtsjew zeker niet
noemen. Wel moet men ze zien
tegen de achtergrond van het feit,
dat de Russische economie nog steeds
bezig is, een grote achterstand in
te halen. De lof, die Kroesjtsjew
zingt, komt niet zozeer toe aan het
communisme als zodanig alswel aan
de toenemende industrialisatie van 't
land en aan de toepassing van bete
re landbouwmethodes. De commu
nistische en de industriële revolutie
in Rusland gaan samen en het partij
apparaat profiteert indirect van het
feit,, dat vroegere regimes het land
in achterlijke toestand hadden gela
ten. De cijfers, die betrekking heb
ben op toeneming der produktie
zijn dan ook eigenlijk niet te ver
gelijken met de (veel minder indruk
wekkende) percentages die de ont
wikkeling in de al tientallen jaren
hóoggeïndustrialiseerde Vesterse lan
den weergeven.
Men kan zich boyendien afvra
gen, of dit industrialiserende
Rusland zijn communistische
stempel niet meer en meer zal ver
liezen naarmate de levensstandaard
hoger wordt, naarmate de luxe toe
neemt en naarmate de omstandighe
den waaronder de jongeling Nikita
S: Kroesjtsjew en andere arbeiders
indertijd leefden, minder spreken tot
de verbeelding van de Russische
jeugd. De vrijheidsdrang van die
jeugd zal met haar ontwikkeling gro
ter worden.
Dit culturele en politieke groeipro
ces, dat Kroesjtsjew probeert tegen
te houden door „de opvoedkundige
taak van de partij belangrijker te
maken" is niet in „zoveeljarensta-
ttistieken" te vatten. Maar het staat
1 wel vast,dat het Kroesjtsjew
ten spijt de zeven- en meerja
renplannen begeleidt.
NIKITA S. KROESJTSJEW
wedijver