TUSSEN DERTIEN EN TWINTIG
JAZZ, geschiedenis en
Dorpentocht over verkiezingen
met een enkele verrassing
(IV)
vorm
ZATERDAG 24 JANlfARI 1939 PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT
Veertiendaagse rubriek
voor, maar voornamelijk
dóór de Zeeuwse jeugd.
VV\**AA/VWSAA/«AAAAA<VV/VVWV\V
ZEG NOOIT dat Nederland niet genoeg
mogelijkheden biedt. Althans op het poli
tieke erf niet, zoals sommige sprekers een be
paalde zaak wel met „erf" aanduiden. We heb
ben hier een verrukkelijk aantal partijen, par
tijtjes en daarnaast nog groeperinkjes, die bij
de komende tussentijdse verkiezingen voor de
Tweede Kamer in maart van dit jaar met
een eigen lijstje uitkomen. Op dit erf zijn er
mogelijkheden genoeg, er is keus te over.
Of het de interesse heeft van de nog niet stem
gerechtigde jeugd? Zeker niet van allemaal. Na
de negen meningen, die een onzer verslaggevers
tijdens een „dorpentocht" over Walcheren be
luisterde, zou men geneigd zijn te zeggen:
neen, helemaal niet, op een enkele kernachtige
uitzondering na. Dat zou uiteraard een wankele
en- aanvechtbare conclusie zijn, want de negen
te hooi en te gras opgedane meningen behoeven
nog niet de thermometer te zijn van de belang
stelling, die er onder de Zeeuwse jeugd voor „de
politiek" bestaat. Maar toch: ze liggen er, de
negen meningen, van scholieren, van enkele
jonge vissers, van meisjes, die in de huishou
ding helpen...
Enkelen hunner hadden helemaal geen mening,
of éèn uiterst beperkte. Geen interesse. Typisch
een zaak voor volwassenen, waar wij buiten
staan. We mogen toch nog niet stemmen. Een
nieuwe regering? Als die dan maar een voetbal
pool instelt. Links en rechts, wat is dat precies?
'k Zou er geen prijs op stellen zelf al te mogen
stemmen, 'k Zou het toch niet weten.
De meisjes: echt iets voor jongens...
Bram Roelse
Voor de 19-jarige jongedame
Rina van den Broeke
„rechts en links, wat is dat
toch precies? Zijn de christe
lijke partijen rechts? Als
rechts dan maar wint, dan is
het goed!"
,,'k Heb'er eigenlijk nooit zo
zeer over nagedacht!" zei de
h.b.s.-er
uit Westkapelle
18 jaar en leerling van de hogere
Technische School, maakte dat in
een kernachtig betoog waar.
„Tja, de verkiezingen aarzel
de hij even. Bram won daardoor
voldoende tijd om een fraai be
toogje los te laten, een krachtig
uitgesproken prognose-lawine,
waarmee de omstanders op de
hoek in Westkapelle, waar hem
de vraag werd gesteld, slechts
konden instemmen door het hoofd
gestaag in verticale richting te
bewegen, 't Klonk dan ook als de
stem van de nieuwslezer, die de
uitslag bekendgemaakt
„Ik voorspel een verlies van de
Partij van de Arbeid van tien ze
tels. de K.VJP. wint er één, de
Pacifistisch Socialistische Partij
wint er ook één. En verder een
flinke winst voor de V.V.D.".
„Daar hoef je natuurlijk niet op te
antwoorden, maar wat zou je rtu
zelf stemmen?"
„Daar laat ik me niet over uit.
Ik verwacht alleen maar. Een
keiharde verkiezingsstrijd na
melijk. Met misbruik van ra
dio en televisie. Waar we naar
toe moeten? Naar een vrije
politiek!" Dat was krachtige
taal, waar zijn naamgenoot, de
18-jarige
Henk Roelse
uit Oostkapelle
waren de politiek en de verkiezin
gen zaken van veel geringere
ldaarheid.
„Tja, ik kijk natuurlijk wel eens
in de kranten, maar interesseren
doet het me niet. Neen, 'k zou
het echt niet weten.'t Is meer
voor jongens".
Haar aanzienlijk jongere dorps-
genote
Mineke Schoe
uit Domburg
„maar misschien zal de P.v.d.A.
wel weer wat ophalen. Als de
nieuwe regering maar een voet
balpool instelt, dat is het belang
rijkste. Bram, die toevallig
omdat dit onder het kopje „huis
werk" in zijn schoolagenda stond
in een over staatsinrichting
handelend werkje gebogen zat,
verzuchtte ,,'k Vind het maar
taai!"
uit Oostkapelle
(15 jaar) had hier en daar wel
eens iets opgevangen. „Op school
hebben we 't er wel eens een keer
over gehad" vertelde ze, ,,'k weet
niet precies hoe ik het moet uit
leggen, maar ik verwacht in ieder
geval dat de socialisten terugge
drongen zullen worden. En winst
voor de christelijke partijen. Voor
de rest weet ik er niet zoveel
van. 'k Interesseer me trouwens
ook niet voor staatsinrichting..."
,,'k Vind het een beetje moei
lijk" zei haar veertienjarig
vriendinnetje
Corrie de Visser
Jo Meulmeester
uit Westkapelle
overigens geen familie die
toch ook heel aardige dingen zei,
het niet bij kon halen. Henk, een
18-jarige kwekeling, interesseert
zich namelijk meer voor de „spec-
taculaire" zaken in het buiten
land. Desniettemin, zei hij te ver-
wachten, dat de P.v.d.A. weei
enige zetels zal verliezen. „De V
V.D. zal denk ik de winst we'
boeken, maar veel verstand hel
ik er niet van. 't Duurt nog z-
lang voordat ik moet stemmer
'k Zou er trouwens geen' prijs o;
stellen, 'k zou echt niet wete:
wat ik moest doen. Nieuw-Guine;
zullen we op de duur wel kwijtra
ken. Maar toch geloof ik, dat we
de mensen daar eerst nog een
beetje moeten ontwikkelen".
Een heel raar jongetje
Eén jongeman was er, een jon
getje eigenlijk, dat naamloos wil
de blijven. Hij zat op een paal aan
de Veer se havenkant dromerig
naar het water te kijken, dat hij
rimpelde door telkens een steen
tje naar het gave oppervlak te
zenden, 't Was een raar jongetje,
partijen?" vroeg hij veelbeteke
nend, „ja, ja, partijen", en hij
gooide nog een steentje in de ha
ven.
„We zitten er aardig in. 't Schom
melt zo om een dozijntje en dat
mag misschien op verdeeldheid
wijzen, maar er spreekt c ok indi
vidualisme en vrijheid van den
ken uit. Zo zijn de Nederlanders.
Ieder in z'n eigen hoekje en
heerlijk vrij, 'i Lijkt misschien
zo, dat we aardig wat partijtjes
hebben, maar ik vind 't nog te be
perkt. Er is keus, dat geef ik
toe, maar je bent gauw uitgeke
ken. Je kent 't rijtje zo van bui
ten. Het element-van verrassing is
er uit. De Brugpartij was een
vondst, daar wil ik niets van zeg
gen. Maar de charme is er al weer
af, we zijn er aan gewoon. Daar
óm stem ik voor méér partijen
met wisselende namen. Dan blijft
het nieuw en fleurig. Kijk, 't is
hoog water. Nog zes uur en het
is weer eb. En nu ga ik weg want
m'n steentjes zijn op".
Een heel raar jongetje.
(14 jaar) teerde de „Arm die
aan de Veerse kade lag gemeerd.
Een stoer werkje, dat niets mét
politiek heeft uit te staan. Tussen
tweè streken door herinnerde hij
zich het bestaan van een P.v.d.A..
maar de letters V.V.D. vormden
Voor hem een vreemde klank, met
héél in de verte iets van herken
ning. „Verkiezingen? Daar weet
ik niets van, zover ben ik nog
niet. 'k Mag toch nog niet stem
men, dus... Als we eens een paar
jaartjes verder zijn, heb ik me
misschien nét bedacht..."
Zijn vier jaar oudere naamge
noot
Piet Meulmeester
eveneens visser, was op
„Arm 2" met een slang in de
weer. ,,'k Geef er net zoveel
om als om deze slang!" ver
klaarde hij zonder veel om
haal, ,,'k zou niet weten wat.
er zijn er tegenwoordig zó
veel..."
Jo Leijnse
uit Arnemuiden
mm
uit Zoutelqnde
een zeventienjarige jongedame,
verklasirde eerlijk en onomwon
den, niet de minste interesse te
hebben voor deze landsbestuurlij-
ke zaak. „Stemmen mag ik nog
niet, dus wat geef ik er om. En
als ik mocht stemmen zou ik
eerst eens aan m'n vader moeten
vragen. Politiek daar heb ik geen
belangstelling voor. Sommigen
schijnen het leuk te vinden, maar
ik vind er niets aan!"
De 19-jarige Robert Velthuizen te
Middelburg, een leerling van de
Rijkskweekschool uit Middelburg,
stuurde deze opname van een fon-
tein-in-werking in voor de jeugd
fotowedstrijd van de P.Z.C. Hoe
wel de foto buiten de prijzen
viel", behoorde zij tot het beste
materiaal, dat voor de fotowed
strijd werd ingezonden.
Neen, de belangstelling van
de Zeeuwse jeugd voor de
komende verkiezingsstrijd is
niet bijster groot. Nu zijn.
ditmaal alleen meisjes en
jongens uit de dorpen aan
het woord geweest. Of het in
de steden anders is? Niet zo
heel veel. Het verschil in
mentaliteit tussen de jeugd
uit de steden en die uit de
dorpen wordt meer en meer
gereduceerd. De dorpsjeugd
„verkeert" regelmatig in de
stad, gaat er naar school en
komt in aanraking met de
zelfde media als radio, televi
sie en krant.
Zeeland is voorts de provin
cie, waarvan verhoudingsge
wijs in Nederland de meeste
mensen op „het platteland"
wonen. Derhalve: verkiezin
gen? Over het algemeen: een
aardige grotemensen-zaak,
waar wij buiten staan
\mELE JAZZMUSICI verlieten New Orleans toen
Y de amusementsioijken van de overheid werden
gesloten, maar de jazzmuziek had zich al eer
der, rondom de eeuwwisseling, naar het noorden
verbreid. Dat was voor een groot deel te 'danken aan
de grote Mississippi-rwierboten, die in het begin
vracht, maar in later jaren veelal passagiers vervoer
den en ook wel omgebouwd werden tot excursie-bo
ten, wélke de Mississippi en haar grote zijrivieren
op- en afvoeren. Ter ontspanning van de passagiers
waren er altijd orkestjes aan boord en heel dikwijls
was dat een jazzorkest. Niet alleen tijdens het varen
werd er gespeeld, maar ook wanneer de boot, had af
in eerd bij een of andere stad. En dan dromden hon
derden nieuwsgierigen op de wal samen om die nieu
we muziek te horen. De „riverboats" gingen zélfs tot
St.-Paul niet ver van de Canadese grens en op die
manier kreeg de Neio Orleansjazz een grote bekend
heid.
uit Oostkapelle
uit Arnemuiden
EEN NAAM zal altijd
verbonden blijven aan de
„riverboat-jazz" en wel
die van de kort na de
Tweede Wereldoorlog
overleden pianist Fate
Marable. Omstreeks 1907
begon hij met pianospe
len aan boord van de bo
ten, in 1915 had hij voor
het eerst een groot or
kest en zo is dat jaren
lang voortgegaan.
Hoewel Fate Marable
zelf altijd maar een be
scheiden rol heeft ge
speeld in de jazzwereld
- zijn bands, die dik
wijls van bezetting wis
selden, speelden zowel
dansmuziek als jazz
maakten tal van groot
heden korter of langer
tijd deel uit van zijn
combinaties: Louis Arm
strong die twee jaar
lang bij hem speelde, de
klarinettist Johnny
Dodds en zijn broer Ba
by, een der beste drum
mers uit het New Or-
lcanstijdperk, de bassist
„Pops" Foster, de gita
rist Johnny St. Cyr, de
drummer Zutty Single-
ton en de trompettist
Henry „Red" Allen. Ma
rable was erg commer
cieel ingesteld, had daar
toe trouwens opdracht
van de scheepvaartmaat
schappij en zo had hij
meestal twee trompettis
ten: een jazztrompettist
en een die de dansmuziek
speelde. Dat Marables
orkest niet lang dezelf
de bezetting had, blijkt
ook uit het feit, dat er
van een Marable-band
slechts één grammofoon
opname (in 1924 in New
Orleans) gemaakt is, een
bijzonder kostbare plaat
voor de discofielen.
IN DIE TIJD vestigden
velen zich voorgoed in
Chicago, zoals de be
roemde cornettist Joe
Oliver, ook al uit New
Orleans weggetrokken
(1918), die in de stad
aan het Michiganmeer
de erenaam King zou
krijgen en daar in ver
schillende gelegenheden
met zijn Creole Jazz
Band speelde.
En toen King Oliver
Louis Armstrong, die
in New Orleans al
een beroemdheid was
geworden, uitnodigde om
in zijn band te komen
spelen, welke invitatie
Louis in de zomer van
1922 maar al te graag
aannam, was Chicago
het nieuwe „Mekka" van
de jazz geworden.