GEEN HEKSENKETEL" IN ZEELAND
?Nieuwkomers' over viering van
,oud en nieuw' in dit gewest
WOENSDAG SI DECEMBER 195§
PROVINCIALE EBBUWBB COURANT
11
NA DE KLOK VAN 12 brak de hek
senketel pas werkelijk los... Op dat
moment ging het er alleen nog maar om
wie het meeste lawaai kon produceren.
Dat was nodig, want de mate van
iemands welstand werd dikwijls bepaald
door de duur en de kracht van de oor
verdovende ontploffingen, die hij met al
lerlei vuurwerk kon ontwikkelen...! En
dus was het een leven-als-een-oordeel.
Door één gezin werd in vroeger jaren
soms voor 100 gulden of meer aan deze
letterlijke „uitspattingen" besteed. Me
terslange trossen vuurwerk, de zoge
naamde „mertjongs-renteng", spatten
vaak meer dan een uur naar alle kanten
uiteen"...
Deze nogal wilde oudejaarsviering wordt
ons verteld door de heer A. J. A. Bolsius
(46), oud-employé van de K.P.M. en nu
woonachtig in Terneuzen, als hij oud-en-
nieuw-ervaringen ophaalt, die hij beleef
de in Javaanse kustplaatsen. Hij voegt
aan zijn verhaal nog dit toe: „Dit over
matige gebruik van vuurwerk sproot
wellicht voort uit een oud bijgeloof van
vele Chinezen, die in Indonesië wonen en
die met dit „veelkleurige" lawaai de boze
geesten trachtten te verdrijven"...
De heer J. J. de Roo (45), die vroeger in
Den Haag en Bergen op Zoom woonde
en die nu gemeente-ontvanger voor een
vijftal Zuid-Bevelandse dorpen is, heeft
een heel wat kalmer verhaal: „Oud en
nieuw?", vraagt hij, „Dat vieren we hier
in Kloetinge altijd in besloten kring.
Kort na middernacht lopen we wel eens
even de straat op en terwijl in de verte
af en toe de zwakke knal van 'n enkele
voetzoeker te horen is, schudden we de
naaste buren de hand. En dan is het af
gelopen". Zogezegd: een rustige viering
van de wisseling der jaren, zoals dat in
vrijwel alle Zeeuwse plaatsen gaat.
Maar hier, in Zeeland, behoeven dan ook
geen „boze geesten" verdreven te wor
den!
Die Javaanse ervaring van de heer Bol
sius en die Kloetingse ervaring van de
heer De Roo bewijzen, dat er schrille te
genstellingen bestaan in de viering van
oud-en-nieuw. We hoorden deze markan
te verschillen toen we gingen praten met
„Zeeuwen", die geen Zeeuw van geboor
te zijn, maar die hier reeds enige tijd
wonen. Maar de tegenstellingen tussen
„hier en daar" en „vroeger en nu" zijn
niet altijd zo scherp als geschilderd
door de heren Bolsius en De Roo...
De heer De Roo staat v
niet alleen als hij
zegt: „Oudejaarsavond
wordt hier in Zeeland
„nogal rustig" gevierd".
Wilde uitspattingen en
vreugdevuur van enige
omvang zijn de uitzon
deringen die de regel
bevestigen... Maar is
het daarom in Zeeland
ook minder gezelüg en
spontaan 1
„Neen", zeggen de van i
elders gekomen „Zeeu-
wen". En mevr. Edens,
die met haar man
een aannemer uit Slie- t
drecht in een woon-
ark in de Veerse haven
woont, illustreert die
mening het beste met
één van haar ervarin
gen. „Op een oude
jaarsavond bakte ik 42 koe
ken", vertelt ze, „en ik kreeg
zoveel aanloop, dat er voor
m'n man en mij nog net één
overbleef... Dat vind ik spon
taan, want anderszijds ge
beurt het vaak genoeg, dat
bij onze thuiskomst een em
mer heerlijke verse vis op
het achterschip staat". En
dat is dan één van de vele
uitingen van gastvrijheid!
Daarom treurt niemand er
om, dat „een heksenketel
hier niet losbreekt", want
ook in Zeeland kent de gezel
ligheid ondanks de wisse
ling der jaren op oude
jaarsavond geen tijd...
EEN HEEL LEVEN
IN DE TROPEN
Maar niet iedere niet-Zeemv
die in Zeeland is komen
wonen, weet al hoe liet
hier toegaat op oudejaarsavond.
Zo bijvoorbeeld de heer Bolsius
uit Terneuzen zelf. Na bijna een
heel leven in de tropen, woont hij
nog maar een maand of zes in
Terneuzen. „Oudejaarsavond zal
voor ons een klein, gezellig fa
miliefeestje worden, met wat
muziek (guitaar), een lekker
etentje en wat gezelschapsspelle
tjes, kortom zoals in vele Zeeuwse
gezinnen", voorspelt de heer Bol
sius, die drie kinderen heeft,
waarvan er één de u.t.s. bezoekt.
„Maar op die avond zullen onze
gedachten wel eens terugdwalen
naar de tropen, waar we zoveel
herinneringen hebben liggen",
verklaart deze oud-K.P.M.-em-
ployé vroegtijdig gepensio
neerd wegens reorganisatie van
deze maatschappij weemoedig.
De beste herinneringen van de
heer Bolsius hebben overigens
geen betrekking op „die luidruch
tige uitspattingen", die hij zo
boeiend beschreef. Want zelf zegt
hij: „Vroeger vierden we het
„tahoen barie" (nieuwjaar) bij
voorkeur in de huiselijke ki-ing
met dichtbij wonende famillië^
leden en ook met kennissen.
Reeds weken van tevoren werden
allerlei eetwaren ingeslagen en de
vrouwen waren dagenlang bezig
om „makanans" (eterijen) klaar
te maken. Zo bijvoorbeeld de ge
liefde „spekkoek", een soort taart
bestaande uit vier verschillende
lagen lekkernijen. In de voor
avond hield de jeugd zich al bezig
met het vuurwerk, dat met
scheepsladingen uit China naar
Indonesië was gekomen".
En een aardige bijzondirheid, die
de heer Bolsius en zijn gezin hier
zal missen, is dit: „Groepjes In- j
donesiërs, meestal straatmuzi
kanten, gingen met hun „ronze
bons" (klein-muziekgezeischap)
de erven van de woningen op om
daar een stukje muziek te geven
in ruil voor wat kleingeld, eten
ring dan ook in een soor carna
valssfeer", vertelt hij. „Maar",
voegt hij er aan toe, „ik geef toch
de voorkeur aan de besloten ge
zelligheid, zoals die hier in Zee
land op oudejaar te vinden is".
Voor de heer De Roo wordt het
dus een „rustige viering".
Een man, die bijzonder in
zijn nopjes is met die „rusti
ge viering" in Zeeland de 41-
jarige opper van de rijkspo
litie H. Q. Pak, postcomman-
dant van de post Wilhelmina-
dorp, gemeente Kattendijke.
„Laat ze het maar rustig
houden dan geeft het ook
geen aanleiding tot moeilijk
heden", wenst hij. En in de
zeven jaar, die deze Rotter
dammer van geboorte nu al
in Wilhelminadorp woont is
zijn wens wel uitgekomen:
„ze" hebben het rustig ge
houden en in al die tijd is
het op oudejaarsavond dan
ook nog nooit nodig geweest,
dat opper Pak moest ingrij
pen...
ZEEUW ONDER
DE ZEEUWEN
Overigens schrikt deze politie
man niet terug voor enig
„wild geraas". Als hij herin
neringen gaat ophalen aan de
oudejaarsvieringen in Rotterdam-
Zuid, dan spreekt hij over „potten,
pannen, deksels, vuurwerk, gil
lende stoomlocomotieven en loei
ende scheepshoorns". En in zijn
jeugd heeft hij met plezier mee
gedaan aan het veroorzaken van
al dit Rotterdamse tumult, dat de
wisseling der jaren vergezelde-
Maar dat is inmiddels lang ver
vlogen tijd en opper Pak maakt
al zolang deel uit van het Zeeuw-
J. J. DE ROO
.carnavalssfeer.
of drinken"... En dan, klokslag 12,
brak de heksenketel dus los. Na
tuurlijk ging ook de familie Bol
sius naar dit donderende spekta
kel kijken. „Daarna", zegt de
nieuwe Terneuzenaar simpel,
„ging het feest door tot de vol
gende dag, die voor de mannen
het zwaarst was..." Heel die dag
moesten bezoeken worden afge
legd of ontvangen.
VERGETELHEID.
Maar reeds voor de oorlog,
maakte de heer Bolsius 'n
geleide verandering in
de oudejaarsviering mee. De
grootscheepse opzet er werd
niet meer met handen vol geld
gegooid maakte plaats voor
een rustige oudejaarsviering. Na
de bevrijding was er nog wel
eens een enkele uitspatting.
„Maar in die onrustige tijden
van revolutie, politionele ac
ties en „poloppers", werd in
Indonesië vaak iedere gele
genheid aangegrepen om
eens uit de band te springen
en vergetelheid te zoeken",
verduidelijkt de lieer Bolsius,
„zoals dat overal in abnor
male omstandigheden zal ge
beuren"...
Indonesië is nu voor de heer
A. J. A. BOLSIUS
..brak de heksenketel los..
Bolsius, die reeds als kind
naar het toenmalige Neder-
lands-Indië ging, verleden
tijd. Een scherp-omlijnd Ver
leden nog en daarom zal de
ze eerste oudejaarsavond in
Terneuzen er één worden
niet alleen van gezelligheid,
maar vooral van herinnerin
gen....
ALS ENTOURAGE
Niet iedereen heeft zulke ge
varieerde oudejaarservarin-
gen als de heer Bolsius. En
in de meeste gevallen zijn de ver
schillen tussen „vroeger buiten
Zeeland" en „nu in Zeeland" niet
zo merkwaardig. De heer De Roo
bijvoorbeeld, die met zijn vrouw
en twee kinderen in het rustige
Kloetinge woont, behoeft zich he
lemaal niet om te schakelen. „Het
is voor ons altijd al een feest
van de huiselijke kring geweest,
vroeger in Den Haag en Bergen
op Zoom en nu ook in Kloetinge",
vertelt hij. Toch is er een ver
schil: „In Brabant was de entou
rage van het feest wat uitgebrei
der dan hier. De Brabanders hok
ken bij feesten graag bij elkaar
en vaak belandt dc oudejaarsvie-
OPPERWACHTMEESTER PAK
Zeeuw onder de Zeeuwen
MEVROUW EDENS
„Veere boven Amsterdam..
se gezag, dat hij „een Zeeuw on
der de Zeeuwen" genoemd mag
worden.
Twee-en-twintig jaar was hij nog
maar toen hij in 1940 als rijks-
veldwaeht naar Goes kwam en
omdat hij na de bevrijding hielp
bij de organisatie van interne
ringskampen in Rilland-Bath en
op Schouwen-Duiveland en later
bovendien detachementen mee
maakte in Bruinisse, Middelburg,
Kloetinge, Kruiningen en Hans-
weert, leerde hij Zeeland als z'n
broekzak kennen. Voor hem heeft
Zeeland dus nog weinig gehei
men, ook op oudejaarsavond.
„Meestal was het een rustige vie
ring", zegt hij, „en daar hou ik
van, want er komen geen narig
heden uit voort", voegt hij er nog
eens aan toe.
OUDEJAAR NET ALS
IN MORRA
Een „rustige viering"... Dat
vindt ge niet alleen in
Zeeland, maar in vrijwel al
le plattelandsplaatsen en -dorpen.
Ge komt dit nog eens duidelijker
te weten als de 38-jarige arts W.
Terpstra gaat vertellen. „Tussen
Morra en Brouwershaven is er op
oudejaarsavond vrijwel geen ver
schil", weet hij. Morra zal voor
de meeste Zeeuwen een volkomen
onbekende plaatsnaam zijn en
daarom licht deze dokter, die zich
in mei 1952 in Brouwershaven
vestigde het verder toe: „Het ligt
ergens in Friesland en het maakt
deel uit van de gemeente Oost-
Daar, op de „Fryske groun" heeft
dokter Terpstfa zijn jeugd door
gebracht, hij heeft er prettige
herinneringen en dns is het niet
verbazingwekkend als hij vertelt:
„In al die Jaren, dat we reeds in
Zeeland wonen, zijn we op oude
jaarsavond naar Friesland ge
trokken om daar metdefamllio
de avond door te brengen". Eén
trekpleister was er in die afge
lopen jaren vooral de oorzaak
van, dat de heer Terpstra met zijn
vrouw naar Oostdongeradeel trok:
een jachtpartij.
Maar dit jaar blijft de heer Terp
stra in Brouwershaven. En dat
doet hem geen leed. „Ik kom
van het platteland en na m'n stu
die keerde ik weer terug naar
het platteland en ik zou voor geen
geld ter wereld in een stad prak
tijk willen doen", beweert hij met
overtuiging. En hij voegt er aan
toe: „Hier staan alle deuren voor
je open, hier heb je veel meer
zichtbare waardering en voldoe
ning van je werk en hier ben je
niet, zoals in een grote stad, een
nummer". Ook weet hij, dat je
in een plattelandsgemeente als
Brouwersnaven tot een veel hech
ter contact met al de patiënten
komt.
CHARME.
En hoewel hij tot nu toe
geen oudejaarsavond in
Zeeland doorbracht, weet hij,
dat dit rond de jaarwisseling
ook tot uiting komt. Want
over de eerste dagen van het
nieuwe jaar vertelt hij dit:
„Er zijn altijd mensen, die je
dan extra willen verwennen,
die dan een verrassing stu
ren. Die spontane hartelijk
heid noem ik de charme van
het platteland". Wat hij op
deze oudejaarsavond gaat
doen? „Hoewel ik geen gere
gelde kerkganger ben, ga ik
die avond toch naar de oude-
jaarskerkdienst van de Ne
derlands hervormde kerk,
want zelfs uit andere plaat
sen komen de mensen hier
naar toe en die dienst moet
bijzonder sfeervol en ontroe
rend zijn", zo onthult hij zijn
plannen.
„En daarna? Met enkele vroege
re studievrienden, die overkomen,
vieren we de jaarwisseling". Dok
ter Terpstra viert die jaarwisse
ling in een oud herenhuis, dat
hij aan de kade bewoont en dat
onlangs prachtig verbouwd is.
„M'n voorganger, dokter Ittman,
heeft in dit huis 40 jaar gewoond",
vertelt dokter Terpstra. En op
onze vraag of hij ook veertig
jaar zal volmaken in Brouwers
haven, zegt hij zonder aarzelen:
„Zo lang niet, want ik ben al 38
jaar, maar in ieder geval wel zo
lang, dat ik ergens anders geen
praktijk meer ga beginnen"...
Brouwershaven heeft aan dokter
Terpstra een tevreden inwoner.
VEERE GAAT MIJ
BOVEN A'DAM.
Deze arts staat niet alleen in
zijn afkeer van „de grote
stad". Mevrouw Edens, die
de woonark „De Scheldekade" in
de haven van Veere bewoont, wil
ook niet ruilen. Haar man leidt
de baggerwerkzaamheden, die bij
Veere worden uitgevoerd. Het is
al de tweede keer, dat Zeeland
hun vaderland is, want uitvoerder
Edens uit Slïedrecht was ook be
trokken bij de aanleg van de
werkhaven. „Waar ons brood is,
is ons vaderland", zeggen ze.
Maar niet alleen om deze mate
rialistische spreuk vertoeven ze
graag in Zeeland.
Nu al weer acht maanden ligt de
„Scheldekade" in de Veerse ha
ven. En mevrouw Edens zegt:
„Ik zou hier altijd willen blij
ven. Maar we zijn zwervers",
hebben we de prettigste tijd van
ons zwerversbestaan doorge
bracht. Veere gaat mij zelfs bo
ven Amsterdam, waar ik gebo
ren ben". De nauwe straten van
de stad benauwen haar... En
daarom is ze gelukkig, dat ze het
oudejaarsfeest rustig in Veere
kan vieren. Misschien gaan zo
nog In Middelburg eten, maar in
Veere maken ze de jaarwisseling
mee.
Een oudejaarsavond als
overal in Zeeland: rustig,
gezellig en zonder een
„heksenketel" of „luid
ruchtige uitspattingen"!
(Foto's P.Z.C.).