TUSSEN DERTIEN EN TWINTIG
JAZZ, geschiedenis
1956
Moentbet
„-/Koonb, 5
't Is saai op Schouwen,
zegt de jeugd die
daar woont
en vorm (ii)
Veertiendaagse rubriek
voor, maar voornamelijk
dóór de Zeeuwse jeugd.
oudheidkundig museum van ma
ken". Jannie Geluk (17) uit Brüi-
nisse dacht uiteraard het eerst
aan haar eigen woonplaats. ..Voor
de mosselen vind ik het erg, die
zijn zo lekker„Bni" bestaat
uit schippers, daar zijn de veran
deringen erg vervelend voor".
Maar ontspanningsmogelijkheden
waren er altijd te weinig, vond ze.
„Zo nu en dan wordt er een vol-
HERMAN DOELEMAN
aardigté oud stadje
leybalclub of zoiets opgelicht,
maar dat duurt meestal niet zo
lang
De Zierikzeese Herman Doeleman
(17) was het met zijn stadgenoot
Bennie de Wolf eens, dat Zierik-
zee wel een beetje té oud is ge
worden. ,,'t Is een aardig stadje"
meende hij, „maar de ene helft
staat op instorten en de andere
helft is bijna rijp om afgebroken
te worden...."
Herman minde bovenal de rust
van de Westhoek. Dat de rand-
stadsdroom zal komen, vond hij
reuze gunstig voor de hotelhou
ders. Maar of het nu verder pret
tig is
,:t Is saai op Schouwen, zeiden de
acht van deze foto, die gemaakt
werd bij het betreurde ,fLuitje".
de vroegere aanlegplaats van de
boot naar Katseveer. Van linies
naar rechtsJannie Geluk uit
Bruinisse, Nielc Felius uit Haam
stede, Jan Flikweert uit Nieuwer-
kerk, Herman Doeleman, Jannie
HanseBennie van der Wolf en
Wim Vermeulen, allen uit Zierik-
zee en Rinus van Langeraad uit
Kerkwerve.
(Foto P.Z.C.).
Gunstig vond Rinus v. Langeraad
(20) uit Kerkwerve het voor de
afvoer van landbouwprodukten.
Voor de rest was hij geen groot
voorstander van de dammen.
..Het eiland zal in de zomer wor
den overstroomd" meende hij,
..dat is een groot nadeel". Heel
Rotterdam stuift dan naar Schou
wen onder het motto: „Daar is het
lekker rustig"...
Ook hij vond de ontspanningsmo
gelijkheden op het eiland te be
perkt. Daarbij sprak hij met na
me over het gemis aan goede
films en betaalbaar toneel.
Een voordeel van het Deltaplan
vond hij vooral, dat men op uit
gebreide schaal omdat er geen
zeewaardige jachten meer voor
nodig zullen zijn de watersport
kan gaan beoefenen.
Maar voorshands vond hij het
Schouwen-Duiveland als eiland
fantastisch. „Je kunt hier nog van
je rust genieten" zei hij, waarop
Jannie Hanse interrumpeerde:
„Heb jij dan al rust nodig?
Ik nog niet!"
Zoveel hoofden, zoveel zinnen, zou
men vroeger gezegd hebben. Nu
zijn „de meningen verdeeld". Al
thans op het punt van de dam
metjes. Een Schouwse, jeugdige
verdeeldheid dus, die het op één
punt met elkaar eens is: er zijn
te weinig ontspanningsmogelijkhe
den. En in dat licht worden de
Deltawerken wel toegejuicht...
HET IS ALTIJD bijzonder moeilijk om, uit te ma
ken, wat nu eigenlijk echte jazzmuziek is. Te
zeggen, dat jazz de muziek van de Noordamerikaan-
se neger is, is ivel juist, maar tevens erg simplis
tisch, want ook de blanke musici hebben veel bijge
dragen tot de ontwikkeling van de jazzmuziek.
Daarnaast kan men heus niet de musici in vakjes in
delen en zeggen: die speelt jazz, maar deze hoort er
niet bij. Een voorbeeld om dit duidelijker te maken
Een der allergrootsten, de man die reeds bij zijn le
ven welhaast een legende is geioorden, Louis Arm
strong, maakte in de dertiger jaren en ook later nog
opnamen, die een rechtgeaard jazz-liefliebber heus
wel in zijn discotheek kan missen. Daarentegen kan
men b.v. de naam van Glenn Millerwiens dansmu
ziek vlak voor en tijdens de laatste wereldoorlog
veel opgang maakte, tegenkomen op grammofoon
platen, die uit jazzmuzikaal oogpunt bezien, zeer ze
ker waardevol zijn.
Het gaat ook niet aan
om te zeggen, dat alleen
de negers uit New Orle
ans jazz speelden zoals
de ultra-puristen menen
en ook zelfs niet dat jazz
een alleenrecht is van de
neger in het algemeen.
Maar wel staat als een
paal boven water, dat de
neger op dit gebied
steeds de toon heeft aan
gegeven bij de ontwikke
ling en dat zijn blanke
vakbroeder hem, vooral
in het begin, trouw na
volgde. En deze r navol
ging ging tensotte in
een richting, die op niets
uitliep, d.w.z. waaruit
de dans- en swingmuziek
ontstond. Dat was de
school van Paul White-
man, die wel eens „King
of jazz" wordt genoemd,
maar nog nooit een noot
jazzmuziek heeft voort-
gébracht.
VOOR HET ECHTER
zover kwam, was er een
aantal blanken, dat te
rugkeerde van de ver
keerdeweg en serieus
begon te trachten het
karakter van de neger-
muztek te doorgronden.
Hun muziek werd Dixie-
land-jazz genoemd naar
het meest bekende or
kest in die dagen, de
Original Dixieland Jazz
Band- van Dominick la
Rocca. De „blanke" jazz
kwam veel overeen met
de Neio Orleans-stijl van
de negers maar deze was
reeds beïnvloed door
mars- en volksmuziek
van Europse origine. De
vertegenwoordigers van
deze Dixieland-muziek
worden door de zg. pu
risten dus niet au seri-
eux genomen maar in 't
kader van de ontwikke
ling van de jazz mogen
zij beslist niet onge
noemd blijven. Zeker niet
omdat ook van de Dixie
land enige invloed op de
negerjazz uitging. Zo
werd b.v. de instrumen
tale vaardigheid van de
neger groter, het bete
kende ook een harmoni
sche vooruitgang en te
vens was het te merken
aan de instrumentatie:
de negers namen in hun
orkesten ook de van de
blanke bands afkomsti
ge saxofoon over, wat
overigens meestal reen
aanwinst bleek te zijn.
EEN NOG KLEMMEN
DER bewijs van de moei
lijkheid van wat nu als
echte jazzmuziek be
schouwd mag worden, is
wél de mening van som
mige jazzkenners vol
gens welke de muziek
van de wereldberoemde
bandleider Duke Elling
ton geen echte jazzmu
ziek is, omdat het gehe
le Ellington-oeuvre ge
componeerd en gearran
geerd is. Het is een vrij
zwakke stelling de fi
guur en de muziek van
Elington zullen wij ove
rigens nog nader be
schouwen en veelal
een kwestie van persoon
lijke voorkeur, maar het
bewijst eens te meer, dat
het zeer lastig is de
grens tussen jazz en
pseudo-jazz scherp te
trekken.
Het is zeer moeilijk om
een definitie te geven
van wat jazz Is, maar er
zijn lieden, die zich daar
aan gewaagd hebben. De
beste omschrijving von
den wij in J. E. Beh-
rendts' „Das Jazzbuch"
van de Amerikaanse
jazzcriticus Marshall
Stearns, die zegt: „Jazz
is een géimproviseerde
Amerikaanse muziek, die
Europese instrumenten
gébruikt en élementen
van Europese harmonie
leer, Europees-Afrikaan
se mélodie en Afrikaan
se ritmiek met elkaar
verbindt".
wereld afgesloten", zei hij. „er is
veel te weinig vertier. Dit zal met
de komst van het Deltaplan ver
beteren".
Over dat vertier is Niek Fe
lius (16) uit Haamstede het
roerend met hem eens. „Er
- valt hier weinig te beleven en
evenmin iets te bereiken". Dat
isolement vindt hij nogal meeval
len „vooral 's zomers is er van
isolement geen sprake". Maar hij
AWWMVWWWW
,,/kógHijkfieèen zijn te
bereikt, je kunt niet
genoeg beieiken"
voegde eraan toe: „Voordat de
dammen er liggen, hoop ik van
het eiland af te zijn. Het is moei
lijk hier een goede functie te be
reiken. Er zijn eenvoudig geen
mogelijkheden".
Jannie Hanse uit Zierikzee
(16) is ondanks haar „Soms
kan 't eiland me gestolen wor
den" een opgewekt meisje. Zij
vindt Zierikzee wel leuk met
die oude, smalle straatjes en
„antieke" geveltjes. Toch wil
ze weg. „Naar een vreemd
land Frankrijk, da's een
leuk landje. Of anders maar
bibliothecaresse, ergens buiten
Schouwen
Het gebrek aan goede films vond
ze vooral een gemis „ook ont
breekt hier een goede, aardige
club".
Dat die dammen en misschien al
die mensen naar Schouwen ko
men? „Dat is gezellig. Van zake
lijke dingen weet ik niets af, 'k
vindt het alleen maar gezellig. En
de rust? Die kun je zelf opzoe
ken".
Jan Flikweert (16) uit Nïeuwer-
kerk wacht de dingen maar rus
tig af. ,,'k Zit me precies aan de
andere kant van 't eiland" zo zei
hij, ,,'t is me net eender of er veel
of weinig toeristen komen....
Maar hoe of 't ook gaat: Zierik
zee sterft uit. Er komt geen ver
keer meer..."
Daarmee had hij het verplaatsen
van de plaats van aankomst van
„de boot" van 't Luitje naar „De
Val" aangesneden; iets, dat alle
acht zeer betreurden.
Het is voor Zierikzee het eind"
meende ook de 15-jarige Ben
nie van der Wolf, die in de
ze plaats woont. Dat Schouwen
door de aanleg van de dammen zal
worden ontsloten, juichte de zake
lijk, als een toekomstig planoloog
redenerende Bennie zeer toe.
„Het is gunstig voor de hotel-
lerie en de middenstand" zei
hij, „maar voor Zierikzee, dat
in een uithoek komt te liggen,
blijf ik het donker inzien. Vóór
„De Val" gingen alle mensen
door Zierikzee dat was gun
stig voor de middenstand".
Saai vond hij 't ook in zijn woon
plaats. „Heel Zierikzee bestaat uit
antiquiteiten, daarom is het zo
saai. We zouden er enkele moeten
behouden, maar men moet er geen
E LOPEN hier op 't eiland met alles een beetje
TT achter" zei de scholier Rinus van Langeraad op de
Zierikzeese havenkade, „kijk maar, de hoela-rage
is hier nog steeds in volle gang". Tegen een decor van oude
geveltjes aan een kade met groen en grauw water waren
twee meisjes op de oude klinkerbestrating aan de hoepel. De
hoela-hoepel was dus vóór de Oosterschelde en het Zijpe niet
tot staan gekomen
Er liepen nog vijf jongens en twee meisjes op die Zierikzeese
kade. Zo van de leeftijd 15-16-17 jaar. Ze waren het allemaal
wel met Rinus eens, dat de dingen op Schouwen een beetje
achterliepen. Saai moet het op het eiland zijn. Niet meer dan
saai. Te weinig goede en betaalbare toneelvoorstellin
gen. Te weinig goede films en teveel slechte. En er gebeurt
zo weinig op Schouwen. Wat zou er dan moeten gebeuren?
Nou ja, dingen. Wat voor dingen, dat is zo moeilijk te om
schrijven, maar er moeten dingen gebeuren, in ieder geval
dingen
tjes van ganser harte toe.
Maar over dat andere, de mo
gelijkheid. dat de Rotterdam
mers èn de andere randstad-
bewoners zo gemakkelijk naar
Schouwen en vooral het
strand van Schouwen zul
len kunnen komen, was het
enthousiasme minder onver
deeld.
Sommigen vinden dat zelfs al
lerminst plezierig
Maar toch, dammetjes of geen
dammetjes, men wil maar liever
weg van Schouwen. Reden? De
mogelijkheden zijn te beperkt. Je
kunt niet genoeg bereiken.
Wim Vermeulen uit Zierikzee, ze
ventien jaar, staat de komst van
de dammen, waardoor Schouwen-
Duiveland uit zijn nog altijd be
perkte isolement zal worden ver-
lost, aan alle kanten voor. „Nu
RINUS VAN LANGERAAD: zijn we nog teveel van de buiten-
prettig isolement.....
genoeg plaats op het brede strand
van Schouwen. I
x t u komen de dammetjes. De
teerde waterkerinkfes. Dan |H
terdam en omgekeerd... Over
dat eerste waren alle acht de
jongelui wét enthousiast. Mins- «H
tens eenmaal per veertien dagen ,y ^if\J|S||P
mening, een uitstapje^ naar Kot-
toneelstuk of een goede film, bal- i
een voortreffelijk concert... i^^L.
ln zoverre juichten die acht ver-
ers van de Schouw- JANNIE HANSE:
lomst van de damme- meer mensen, gezéllig
tegenwoordige
se jeugd de k<
Avond, 5 november 1956 is de titel van
de foto, de beste van het materiaal, dat
in de afgelopen veertien dagen voor de jeugd
fotowedstrijd van de P.Z.C. werd ingezonden.
Het is een foto van de 19-jarige Kees Boender
uit Middelburg, leerling van de christelijke
kweekschool in deze plaats.
Het is een foto, die in verschillende hoedanigheden
voortreffelijk is. In de eerste plaats qua symboliek.
De inzender verklaarde de titel aldus:
„De foto heb ik twee jaar geleden genomen, van
af de dijk van de nieuwe Flevopolder bij Kampen.
Het water is het Veluwemeer, aan de horizon is
nog iets van de Veluwezoom zichtbaar.
Het liep tegen de avond van de dag, na de zwarte
zondag, waarop Hongarije door de Russische
laars vertrapt werd. Persoonlijk bekijk ik de fo
to in dat licht".
In die hoedanigheid is het dus reeds een bijzonder goe
de foto. Doch ook geheel los van deze titel zou het
qua artistieke conceptie dus een voortreffelijke plaat
zijn.
Hopelijk gaan de fijne nuances in de grijzen en de ho
ge lichten aan horizon en rechts op de voorgrond bij de
reproduktie niet te veel teloor.
Een derde prestatie is, dat de foto werd gemaakt met
een camera, die door haar beperkte mogelijkheden en
weinig lichtsterke lens f9 in de klasse van de
boxcamera's thuishoort.
Waarmee dus nog eens duidelijk is aangetoond, dat een
goede foto in de eerste plaats niet door de mogelijkhe
den van het toestel wordt gemaakt, maar door de visie
van de man, die de camera, hoe bescheiden van uit
voering ook, bedient.
De mogelijkheden in de jeugdfotowedstrijd van cle
P.Z.C., de inzendingen moeten uiterlijk op woensdag
morgen 31 december a.s. het kantoor van de P.Z.C. in
Vlissingen hebben bereikt liggen dus nog open.
De wedstrijd staat open voor „jongeren" tot twintig
jaar. Achterop de foto worden uiteraard naam, straat,
woonplaats, leeftijd, school of beroep vermeld en zo
mogelijk enkele gegevens over de opname en de came
ra, waarmee de foto werd gemaakt. Na de komende
jaarwisseling worden de foto's aan de inzendsters en
inzenders teruggezonden.