mDAMPO
Donkere wolken verschijnen aan
de horizon van JANOS KADAR
Leedvermaak onder automobilisten
DE KERKEN
maatschappij
Wie komt in aanmerking voor zuivering
„OVERHEID STIMULEERT -
HANDEL MOET ZAKEN DOEN"
Op landdag van St. Adelbert
laksheid en traagheid gehekeld
Protestantisme
lijdt onder
in Zuid-Europa
verdeeldheid
EEN ZONDAGSJAGER VERDREEF
HET GELUK VAN EEN DORP
MEMOIRES DUITSE GENERAAL
BELANGRIJK VOOR OPSPORING
PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT
DONDERDAG 9 OKTOBER 1958
Als de tekenen welke van achter het IJzeren Gordijn doordrin
gen de deskundigen in het westen niet bedriegen, pakken zich
donkere wolken samen boven het hoofd van Janos Kadar, de
man die in 1956 Russische tanks opriep om de opstand in Hon
garije te onderdrukken. Kadar, secretaris-generaal van de Hon
gaarse communistische partij en volgens Kroesjtsjew een van
diens vrienden, is op het ogenblik gewikkeld in een ideologische
strijd met de Hongaarse premier Ferenc Muennich. Het is heel
goed mogelijk dat die strijd zal beslissen over het leven van Ka
dar.
Zoals gebruikelijk spelen talrijke fac<
toren een rol in deze strijd. Dat Ka
dar kwetsbaarder is dan Muennich
■taat wor deskundige waarnemers
vast, op grond van vier overwegingen.
Ten eerste is de figuur Kadar nog
steeds verbonden aan de revolutionai
re regering van de geëxecuteerde ex-
premier Irnre Nagy en het is
daarom niet moeilijk Kadar de schuld
te geven van veel der „misdaden"
waarvoor Nagy gedood werd.
Ten tweede heeft hij gefungeerd als
de hefboom waarmee de Russen Na-
Dit heeft Kadar beladen met de haat
van het Hongaarse volk, een faktor
van betekenis.
Ten derde heeft Kadar, toen hij de
revolutie en de algemene staking tot
een eind bracht, in het openbaar veel
beloften afgelegd die hij nooit is.na
gekomen en die voor partij zowel als
l egering thans een bron van ergernis
zijn.
Ten vierde kan men in Kadar's poli
tiek verleden talloze malen revisio
nistische tendenzen aanwijzen. Revi
sionisme is de vreselijkste misdaad
die een communist heden ten dage
begaan kan.
Bovendien is Kadar, toen hij In 1950
door de stalinisten werd mishandeld,
op luist die grond in ongenade ge
raakt al gebruikte men de term
„revisionisme" in die dagen nog niet.
Naast de thans vergeten Gyorgy Lu-
kacs is Janos Kadar de enige nóg le
vende oprichter van de Hongaarse
„socialistische arbeiderspartij", die
door Nagy werd gesticht toen de com
munistische partij bezweek onder het
geweld van de revolutie. Nagy Is
dood, Ferenc Donath, een mede-op
richter, is tot twaalf jaar gevangenis
veroordeeld en Geza Lonsonczi, de
vijfde oprichter, Is gestorven toen hij
in de gevangenis op zijn berechting
wachtte.
Algemeen ziet men Ferenc Muennich
aan als de man die het proces tegen
Nagy tenslotte, tegen de zin van Ka
dar, heeft doorgedreven. Kadar zou,
daags nadat het proces op 27 januari
van dit jaar in het geheim begonnen
was, afgetreden zijn als premier, uit
portest tegen Muennich's drijven.
Prompt volgde deze Muennich Kadar
op. De strijd is op die dag begonnen.
Kadar vond dat een berechting van
Nagy overbodig en onrechtvaardig
zou zijn en bovendien de geschiede
nis heeft hem gelijk gegeven ertoe
zou leiden dat Hongarije en de gehe
le wereld opeens weer terugdachten
aan de opstand. Nagy zou in de ge
vangenis gebleven zijn totdat men
hem vergeten had, als Kadar zijn zin
had gekregen.
De berechting van Nagy en de exe
cuties, die erop volgden zijn over
winningen van Muennich geweest.
Maar het Hongaars witboek over
de opstand, en het witboek over
het proces tegen Nagy, maakten
geen enkele keer melding van
Kadar's rol in de beschreven ge
beurtenissen. Met andere woor
den: op deze punten heeft Kadar
zijn zin gekregen.
Sindsdien zijn meer aanhangers van
Kadar uit hoge functies verwijderd,
en vervangen door volgelingen van
Muennich. Er hebben zich, in de ho
gere leiding van regering en partij,
gaandeweg twee groepen geformeerd,
die hun rol meespelen in de strijd
tussen hun aanvoerders.
De situatie heeft zich nog niet ge
kristalliseerd. De beslissing verwacht
men, als men de theorieën van de des
kundige waarnemers in Wenen be-
Brandend'e vrachtautobandenver
spreid over de straat, vormen een
versperring, die door aanhangers van
ex-president Sjamoen van Libanon
is opgericht. De bedoeling van deze
en nog vele andere versperrin
gen in de stad was enerzijds om het
verkeer op te houden en anderzijds
om de geproclameerde algemene
staking kracht bij te zetten. Het le
ger moest er met tanks en geweer
vuur aan te pas komen om de de
monstranten en hun versperringen
te verwijderen.
luistert, over enkele maanden. En
welke zal de beslissing zijn
Op dit ogenblik overheerst de veron
derstelling dat Kadar het onderspit
zal delven. Maar er zijn twee fac
toren die een gunstige Invloed hebben
op de positie van Kadar. De eerste is
reeds aangeduid: Kroesjtsjew heeft,
overigens niet zo heel lang geleden,
verklaard dat Kadar zijn vriend is.
Het volgend Jaar moet Hongarije en
kele Russische leningen, waarmee het
land het hoofd boven water heeft ge
houden, afbetalen. De toestand van de
Hongaarse economie is nog slechter
dan vorig jaar en Hongarije zal Rus
land niets kunnen betalen, tenzij er
een economisch wonder gebeurt.
Er zal dan een zondebok nodig
Advertentie
zich beiden in een positie, die hen
zijn. Muennich en Kadar bevin
den zich beiden in een positie, die
hen als kandidaat voor een zuive
ring naar voren heeft geschoven.
Zij realiseren zich dat. En daar
om moet voor volgend jaar de be
slissing in de machtsstrijd geval
len zijn. Want anders maken en
Kadar en Muennich evenveel kans
door het lot aangewezen te worden
voor de zuivering
en de
VERGADERING VOEDSELVOORZIENING
Aldus directeur-generaal
ir. J. A. P. Franke
,De overheid kan en wil stimuleren
en helpen; de voor onze landbouw on
misbare handel moet zijn zaken zelf
doen", zo formuleerde 't de directeur-
generaal van de voedselvoorziening,
J. A. P. Franke tijdens de negen
de Jaarvergadering van het „alge
meen orgaan voedselvoorziening".
Deze samenkomst In het Scheve-
ningse Kurhaus werd bijgewoond
door de secretaris-generaal van het
ministerie van landbouw, enige Ka
merleden en vele leidende figuren uit
agrarische publiekrechtelijke be
drijfsorganisaties en het ministerie
van landbouw.
De veel gecompliceerder geworden
internationale agrarische handel, die
in vele landen doorkruist wordt door
autarkie en protectionisme, vergt
aldus ir. Franke, een nauwe samen
werking van de individuele hande
laren.
Door beschermende maatregelen is
in een groot deel van de wereld de
producent steeds meer losgemaakt
van de belangstelling voor de afzet
van zijn produkten. Dit beïnvloedt
de produktierichting verkeerd en
kweekt overschotten terwijl tevens
kwaliteiten van levensmiddelen be
nadeeld kunnen worden.
Ook in Nederland, middels het sys
teem van garantieprijzen, dat voor
de agrarische producenten een wen
selijk en onontbeerlijk redelijk inko
men beoogt te handhaven, dreigen
dergelijke gevaren. Kost, wat kost,
moet worden voorkomen, dat onze
producenten belangstelling voor de
afzet van hun waren gaan verliezen.
Het wordt levensgevaarlijk voor de
landbouw, indien de belangstelling
voor de garantieprijzen groter wordt
dan voor de vraag of het produceren
gelijke tred houdt m.et redelijke af-
zetkansen alsook of het produkt in
de juiste kwaliteit en vorm de ver
bruiker bereikt.
Waar iedere steun voor een sector
belasting van andere sectoren bete
kent, kan een land, dat zijn land
bouw steunt met kunstmatig hoge
prijzen van voedingsmiddelen, op an
der gebied wrange vruchten plukken.
In ons land steunen we de landbouw;
niet, omdat wij dat principieel juist
achten, maar omdat we de boeren
stand, die gedupeerd wordt door
overdreven protectionisme elders,
niet in de steek mogen laten. Door
een E.E.G.-landbouwpolitlek zal de
Nederlandse landbouwpolitiek gewij
zigd moeten worden.
Waar het nog volslagen duister ls,
hoe de ontwikkeling in de E.E.G. in
de komende tientallen jaren zal zijn
en ook een vrijhandelstraktaat nog
geep duidelijkheid geeft, is het voor
de handel bijzonder moeilijk voor
uit te zien en vooruit te denken om
er tijdig bij te zijn en de concurren
tie voor te blijven.
Vandaar,, dat de overheid een in
stituut voor agrarische marktana
lyse poogt op te richten om sa
men met het bedrijfsleven, zon
der bestaande activiteiten te rem
men, onderzoekingen binnen en
buiten de E.E.G. te verrichten.
Het zou moeten stimuleren,
adviseren, aanvullen en acti
veren, daar waar er behoefte
aan bestaat. Overheid en produkt-
schappen zouden er zo spoedig
uit moeten terugtreden.
Op de landdag 1958 van de St.
Adelbert-Vereniging, een vereni
ging van r.-k. intellectuelen, die
vorige week in Nijmegen is ge
houden, hebben twee r.-k. hoog
leraren, prof. dr. N. R. A. Vroom
en prof. dr. L. J. Rogier, de traag
heid en laksheid van de rooras-
katholieken op ongewoon scherpe
wijze gehekela.
Vooral de rede van prof. Rogier
was een hard en bijna bitter re
quisitoir. Hij klaagde over de
volgzaamheid van de rooms-ka-
tholieken: „Wij laten te veel alles
passief over aan de kerkelijke
overheid en leiden onze mensen te
weinig op tot zelf denken, zelf on
derzoeken en zelf beslissen. Is er
nog één gemeenschap op aarde,
die de volgzaamheid als een deugd
vereert? Volgzaamheid is geen
deugd; zij is het instinct van de
schapen, zij is beneden-menselijk".
Hij klaagde ook over de vechthou-
ding van de rooms-katholieken
de houding van opeisen, handha
ven, terrein terugwinnen, het
steeds weer onderscheid maken
tussen het roomse en het niet-
roomse volksdeel, van anderen op
hun plaats zetten en terugwijzen.
„Sinds de Franse Revolutie is de
r.-k. gemeenschap in eeuwig pro
test tegen de vermaledijde geest
der eeuw", aldus prof. Rogier.
„Het gevolg is hier en nu, dat het
culturele leven der natie goeddeels
langs onze koude kleren gaat".
Spreker was van oordeel, dat als
men studeert, dit alleen is om er
beter van te worden. „Wij zijn
materialistisch, terwijl wij zeg
gen te geloven in een onstoffelijke
wereld; zij die niet in zulk een on
stoffelijke wereld geloven, zijn
vaak veel idealistischer". Vroeger
kon men de vraag horen: Hoe
lang nog zullen de Nederlandse
rooms-katholieken dulden, dat hun
recht op gelijke bedeling van lei
dende en winstgevende posten met
voeten getreden wordt Deze
vraag Is niet ter zake, aldus de
hoogleraar. „Wij zouden er al
lang beter voorstaan als onze pe
riodieken even hardnekkig vroe
gen: Hoe lang nog zullen wij, ka
tholieken, tekortschieten in "t be
sef van de plicht, dat wij aandeel
behoren te nemen in het heden
daagse culturele leven?"
Prof. Rogier zei ook enkele op
merkelijke dingen over het celi
baat. Dat celibaat heeft volgens
hem ook een nadelige invloed op
de culturele ontwikkeling van de
róoms-katholieken. „Wij schake
len elk jaar van de voortplanting
een groep, en niet eens zulk een
kleine groep, uit, een elite nog wel
in intellectuele, morele en religieu
ze zin. Als het celibaat van pries
ters en zusters een groot goed is,
moet 't ons echter die prijs waard
zijn".
Prof. Vroom, die sprak over de
In het Franse stadje Chambon-
sur-Lignon in het brongebied van
de Loire in de Cevennen, is de
tweede conferentie van de protes
tantse kerken in de romaanse lan
den van Europa geopend. Even
als bij de eerste conferentie van
protestantse kerken uit Zuid-Eu
ropa, welke in 1950 in Torre Pel-
lice in Italië werd gehouden,
werkte ook ditmaal de Wereldraad
van Kerken aan de totstandko
ming van deze conferentie mee.
De secretaris-generaal van de We
reldraad, dr. W. A. Visser 't
Hooft, was in Chambon aanwezig
en hield een inleiding in een open
bare bijeenkomst. Er namen 84
kerkelijke vertegenwoordigers aan
de conferentie deel: twaalf uit
Portugal, twaalf uit Spanje, ze
ventien uit Italië, dertien uit Bel
gië, dertien uit Frankrijk en ze
ventien uit Zwitserland.
De confessionele wereldbonden en
de Wereldraad van Kerken waren
met acht waarnemers vertegen
woordigd en de protestantse ker
ken uit de rest van Europa met
negen gedelegeerden. De organi
satie berustte echter bij de ro
maanse kerken zelf. Tot voorzit
ter van de bijeenkomst werd de
president van de Zwitserse Bond
van Protestantse Kerken, prof. dr.
Henri d'Espine, uit Genève, geko
zen. Er werd in Chambon gespro
ken over vraagstukken van de
christelijke eenheid, de huidige
opdracht van de romaanse protes
tantse kerken, die onderlinge be
trekkingen tussen de romaanse
kerken en de concrete hulp van
de kerken aan elkaar. Een be
langrijk punt van bespreking
traagheid van de rooms-katholie
ken op esthetisch gebied, vestigde
vooraf de aandacht op de r.-k.
kerkbouw. Hii meende, dat de
ro'oms-katholieken in htm kerk
bouw te veel vasthouden aan oude
vormen en zich in de z.g. oude he
raldiek der kerk verliezen en pleit
te voor het plan om jonge archi
tecten, die gebruik weten te ma
ken van nieuwe technieken en
nieuwe materialen, opdracht te
geven tot het bouwen van kerken,
ok sprak prof. Vroom over de
onbevredigende gang van zaken
bij dè K.R.O.-televisie, die met
„een ononderbroken reeks teleur
stellingen het katholiek gezicht in
de ether presenteert".
maakte uiteraard het probleem
van de godsdienstvrijheid in de ro
maanse landen, zowel in haar
theologische als in haar juridisch-
Ëolitieke aspecten, uit.
'e protestantse kerken in de ro
maanse landen hebben, ondanks
de zeer verschillende wegen, die
zij in de geschiedenis zijn gegaan,
vele gemeenschappelijke kenmer
ken. Daarbij is in de eerste plaats
de romaanse oorsprong van hun
taal en cultuur te noemen en ver
der de verhouding, die ze alle als
minderheids- als diaspora
kerken, tot de kerk van Rome
hebben.
Het behoort tot de taak van de ro
maanse kerken om steeds in ge
sprek te zijn met het haar overal
omringende rooms-katholicisme.
Als het voornaamste kwaad, dat
het toch al niet erg sterke front
van het protestantisme in de ro
maanse fanden voortdurend ver
zwakt, noemde prof. dr. Henri
d'Espine de verdeeldheid in de rij
en van de protestanten. Deze ver
deeldheid is gewoonweg een ka
raktertrek van het protestantis
me in landen met een overwegend
r.-k. bevolking, aldus prof. d'Espi
ne. Menigmaal gaat de onenigheid
zo ver, dat de broederlijke samen
werking onmogelijk wordt. Als
oorzaken van deze tragische si
tuatie noemde prof. d'Espine de
leerverschillen tussen de verschil
lende protestantse kerken en de
activiteit van vele, onafhankelijke
zendingsgenootschappen, die in de
verschillende landen vaak zonder
coördinatie naast elkaar werken
en vaak moeilijk voor samenwer
king zijn te vinden.
aan kolendampvergiftiging
De 76-jarige mevrouw E. Braakhuis
Wolke te Haarlem ls in de nacht
van dinsdag op woensdag tengevolge
van kolendampvergiftiging om het
leven gekomen.
Dinsdagavond omstreeks tien uur
vonden twee vriendinnen haar op de
grond liggen in een kamer waar een
sterke kolengeur hing. Het slachtof
fer is onmiddellijk naar de Maria-
stichting overgebracht waar zij kort
na middernacht is overleden.
(Van een correspon
dent
,JIij heeft het geluk
uit ons dorp gejaagd",
zeggen de bewoners
van het Franse dorpje
Ramburelles van de
27-jarige Robert Du-
rocq en met blikken
vol haat kijken zij
hem na, wanneer hij
eenzaam, als een gete
kende, door de dorps
straat loopt. Zijn leven
lang zal hij niet meer
vrolijk worden, deze
jongeman, die men
voortaan voor alles
verantwoordelijk zal
stellen voor de ha
gel, voor een verregen
de oogst, een boerderij-
brand. Als een vloek
zal de vergissing bij
hem blijven van die
mooie zomermorgen,
toen hij vergenoegd
zijn geweer schouderde
en ter jacht ging.
Op het dak van het
oude waterslot ont
dekte hij een paar
grote vogels en zonder
verder na te denken,
legde hij aan en
schoot. De vogels flad
derden opgeschrikt
omhoog, een echter
viel neer, vrijwel vlak
voor de voeten van de
zondagsjager. En toen
ontdekte de jongeman
zijn vergissing: hij had
een ooievaar gescho
ten!
In Plcardië echter,
waar Ramburelles ligt,
geldt de ooievaar als
een geluksvogel en wie
hem verdrijft, jaagt
het geluk het huis uit
en zet de deur wijd
open voor het ongeluk.
Niemand had nog de
onhandigheid van de
jager ontdekt. Dus
groef Durocq snel een
gat en verborg daarin
zijn „jachtbuit". Hij
had echter ook nog een
tweedë ooievaar ver
wond en deze viel neer
vlak bij ,een herder.
Ook dit dier stierf kort
daarop en de herder
kwam al gauw achter
de doodsoorzaak. Du
rocq werd aangeklaagd
door zijn dorpsgenoten
als de „ooievaarsmoor
denaar" en als hij zich
vertoonde, werden hem
vele vervloekingen na
geroepen, want de an
dere ooievaars waren
weggevlogen en
daarmee het geluk van
Ramburelles. Het dorp
vreest dat vriend Ade-
bar, de geluksbrenger,
nooit meer zal terug
keren. En „jager" Du
rocq heeft geen leven
meer.
IN OORLOG GESTOLEN DIAMANTEN
Mogelijk schadevergoeding
voor Nederlandse eigenaars
De memoires uit de oorlog van de
Duitse jaehtvlleger-generaal Galland
kunnen voor de vroegere Nederland
se eigenaars van diamanten ter waar
de van vier miljoen gulden, die tij
dens de bezetting door de Duitsers in
beslag werden genomen, van groot
belang zijn voor de mogelijkheid van
een eis tot schadevergoeding bij de
Westduitse regering, aldus heeft de
GROTE IJVER VAN 40 MEISJES
Er heerst momenteel leedvermaak
onder de automobilisten in do
Zweedse hoofdstad. Het stadsbe
stuur dreigt namelijk in de (par
keer) val te lopen, die het zelf ge
zet heeft. Verleden jaar nam de
stad 40 jonge en knappe (blonde)
meisjes in dienst, die als „parkeer-
splonnen" moesten optreden Zij
deden hun werk met r.o veel ijver
dat. de speciale rechtbank voor
verkeerszaken die men hier heeft,
begraven werd onder hun rappor
tjes.
Van de 50.000 overtreders van het
parkeerverbod die tot dusverre dit
jaar gerapporteerd zijn, zullen ver
moedelijk 35.000 vrij uit gaan om
dat wanneer hun overtredingen
aan berechting toe zijn, de maxi
male tijd van 2 jaar die mag lig
gen tussen overtreding en berech
ting, wel verstreken zal zijn.
De chaotische toestand werd giste
ren aan de openbaarheid prijs ge
geven toen de stedelijke aanklager
Martin Lunqvist een dringend be
roep op het stadsbestuur deed het
personeel van zijn kantoor en van
het hof voor verkeerszaken te ver
sterken.
Om feitelijke processen te vermij
den, wordt door de aanklager aan
iedere overtreder verzocht schrif
telijk schuld te bekennen. Als de
ze verklaring bij de aanklager bin
nen is, kan een boete worden opge
legd.
Maar, zeide Lundqvist, we kunnen
het niet bijbenen. De achterstand
is nu 40.000 gevallen en dit aan
tal stijgt voortdurend. Als de ge
wenste personeelsuitbreidingen
niet komen, zullen minstens
35.000 overtredingen genegeerd
moeten worden en dat komt te
staan op een boeteverlies van an
derhalf miljoen kronen.
Lundqvist heeft het gemeentebe
stuur duidelijk in een moeilijke
hoek gedreven. Het geval ls name
lijk dat de stad de personeelsuit
breiding zou moeten bekostigen,
doch de staat Int de boetes. Al her
haalde malen heeft het stadsbe
stuur bepleit dat het een deel van
de boete-opbrengst mag houden.
Dit verzoek aan de regering zal nu
wel hernieuwd worden.
heer A. J. van der Leeuw, weten
schappelijk medewerker van 't rijks
instituut voor oorlogsdocumentatie,
te Washington meegedeeld.
De heer Van der Leeuw, die een
maand lang te Washington in beslag
genomen Duitse documenten heeft be
studeerd, zei te hebben vastgesteld,
dat de vermiste diamanten aanwezig
waren in het hoofdkwartier van de
nazi-partij te München, toen de Ame
rikanen de stad in 1945 binnenruk
ten. Wat er verder met' de edelstenen
ls gebeurd, is een raadsel gebleven.
De vroegere eigenaars zullen echter
op grond van de gevonden gegevens
ln staat zijn schadevergoeding van
de regering te Bonn te eisen, aldus
de heer Van der Leeuw.
Hij zei de diamanten op het spoor te
zijn gekomen door het boek „De eer
ste en de laatste" van generaal Gal
land, in de oorlog inspecteur-generaal
van de Duitse lachtvliegdienst. In dit
boek schrijft Galland, dat Hitier hem
met het IJzeren Kruis met de dia
manten had onderscheiden, maar dat
maarschalk Göring, het hoofd van de
Duitse luchtmacht, hem later een an
der exemplaar had gegeven, omdat
de diamanten van het eerste kruis
niet echt waren. Volgens het boek
werd het kruis ontworpen door de
vrouwelijke professor Gerdy Troost.
Deze opmerking, zo zei de heer Van
der1 Leeuw, leidde ertoe, dat hij op
het spoor kwam van de vermiste
stenen. Hij ontdekte dat er brieven
en andere documenten van prof. Ger
dy Troost in de bibliotheek van het
congres te Washington waren.
Uit deze stukken blijkt, dat
slechts enkele diamanten zijn ge
bruikt voor IJzeren Kruisen. De
meerderheid bleef als losse dia
manten opgeslagen in het hoofd
kwartier van de partij te Mün
chen. De heer Van der Leeuw zei
over enkele dagen naar Amster
dam te zullen gaan om de vroege
re eigenaars in te lichten. De dia
manten hadden in 1939 een waar
de van 1.000.000 gulden. Thans
zou de waarde ervan 4.000.000
gulden bedragen.
Verder zei de heer Van der Leeuw,
dat. het hier slechts om een klein
deel van alle door de Duitsers in Ne
derland in beslag genomen diaman
ten gaat. Bijvoorbeeld waren dia
manten ter waarde van naar schat
ting 60.000.000 tot 100.000.000 gulden
In Amsterdamse diamantbedrijven in
beslag genomen. Bijna a! deze ste
nen werden echter teruggevonden en
aan de eigenaars teruggegeven.
Het „Museum of Modern art" ln
New York. dat vier maanden geleden
door brand ernstig werd beschadigd,
is heropend. De herstellingswerk
zaamheden en het nemen van maat
regelen om het uitbreken van brand
tegen te gaan, vergden een bedrag
van 1,1 miljoen dollar (ca. vier mil
joen gulden).