PETER TOWNSEND m Koningin verbiedt Margarets huwelijk Moord in de krantenwijk" De RAF-piloot, die Verwarring neemt toe ZATERDAG 4 OKTOBER 1958 PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT 9 door het hart van een DEREK MASON ]Jr[fse prinses Sfal Volgens deze oude wet zou prins Charles bij het overlijden van zijn moeder niet automatisch koning worden, zoals iedereen gelooft. In plaats daarvan zou Margaret offi cieel tot koningin moeten worden uitgeroepen. De wet is zelfs zeer duidelijk op dit punt en dat is dan meteen de werkelijke reden, waar om er zo veel bezwaren zijn ge rezen tegen het huwelijk van Mar garet en Townsend. Als, om het populair te zeggen, „co-koningin" zou haar positie onverdedigbaar zijn wanneer zij oen burger en bo vendien nog een geseheiden man trouwde. Verder zou zij de positie van haar zuster onmogelijk maken en daar mede zijn we aangeland bij een van de drie zijden van haar karak ter, dat ik in een vorig artikel heb beschreven: liaar onvoorwaarde lijke trouw aan de kroon. Zij de- monstreèrde dit zelf in haar ver klaring, waarin ze zei: „Ik zou graag willen, dat iedereen weet. dat ik heb besloten kolonel Towns end niet te trouwen." Naar Brussel Townsend werd als luchtmacht- attaché naar Brussel gezon den, twee dagen voor prin ses Mai-garet van haar reis naar Rhodesia terugkeerde. De „held, die uit liefde werd verbannen", zei desgevraagd over zijn plotselinge benoeming: „Ik kan me niet her inneren of ik om deze aanstelling heb gevraagd, of dat ze mij is ge geven. Het is duidelijk, dat hier langzamerhand een onmogelijke situatie is ontstaan, speciaal wel voor prinses Margaret." Hij doelde met dit laatste op de storm van publiciteit, die was opgestoken, toen hij zijn laatste taak als lid van de hofhouding vervulde en de koningin en de hertog van Edin- Peter Townsend en de twee zusters. Links prinses Marga ret, rechts koningin Elizabeth. Margaret was ernstig en men zou een verklaring hierover te zijner tijd kunnen verwachten. Deze uitlating bracht hem weer in het volle licht der publiciteit en werd gevolgd door ontelbare ont kenningen, tegenstrijdige verkla ringen of onjuiste interpretaties door al te fantasierijke verslagge vers. Uit alle verwarring kwam echter als vaststaand feit te voor schijn, dat hij vastbesloten was niets te onthullen van de gehei men, die tussen hem en prinses Margaret bestonden. Eens werd hij kwaad en zei: „Men heeft mij vele onkiese vragen ge steld, of ik van prinses Margaret houd. Ik hoop eindelijk te hebben duidelijk gemaakt,, dat zulke vra gen ontoelaatbaar zijn. Ze zijn in elk geval niet voor een antwoord vatbaar." „Waarom," zo vroeg een verslag gever, „zei U, dat een verklaring over U en prinses Margaret van een andere kant zou moeten ko men?" Verzuchting Townsend zuchtte: „Ik heb die verklaring afgelegd, omdat noch de buren noch ik ons huis konden verlaten zon der omringd te zijn door jour nalisten en. fotografen. Ik ben het beu om als een misdadi ger te worden behandeld en rond te moeten sluipen. Wat ik ook gezegd heb, is ver draaid weergegeven. Men ver wacht van mij antwoorden op vragen, die ik in mijn positie nooit kan beantwoorden. Ik heb mijn eigen leven te leven en mijn werk te doen en het heeft geen zin uit deze situa tie weg te vluchten. Trouwens waar zou ik naar toe moeten vluchten?" wwwwwwww Volgend artikel: Op huwelijk zou nu J 5 verbanning volgen TOWSEND bezocht regelmatig Clarence House om daar de thee te gebruiken en canasta te spelen met de koningin moeder. De liefde tussen Peter en Margaret bloeide snel op en het werd nu ook aan de buitenwacht duidelijk, dat de prin ses Townsend, de man, die zij werkelijk lief had, wilde trou wen. Oude wet In die kern bevindt zich in een oude wet, die afge kondigd werd kort na de re gering van koningin Anna (17021714). Volgens deze wet nu zijn in het geval een Britse koning geen mannelij ke erfgenamen voor de troon heeft zijn dochters gezamen lijk vorstin van het land. In feite is dus niet alleen Eli zabeth koningin, maar ook Margaret. Deze wet is nimmer herroepen en kan natuurlijk niet terzijde wor den geschoven al is zij dan ook nooit toegepast. Daartoe was nim mer enige reden. Sinds de rege ringsperiode van Anna heeft En geland slechts twee koninginnen gekend: Victoria en nu Elizabeth II. Maar het is wel opvallend, dat tijdens de ziekte van koningin Eli zabeth rechtsgeleerden de oude ar chieven hebben bestudeerd om de juiste bewoordingen van de wet na te gaan. Eens had koning George ondub belzinnig in het openbaar verklaard: „Mijn dochter, prinses Margaret, zal niet gebon den zijn bij de keuze van haar toe komstige echtgenoot. Zij mag de ingevingen van haar hart volgen en de man trouwen, die zij lief heeft." Dat Townsend en de prinses sinds 1954 op elkaar verliefd waren is nimmer betwist. Gezien de verkla ring van de koning voorzagen Townsend en Margaret geen enke le moeilijkheid, toen zij koningin Elizabeth H en de hertog van Edinburgh in 1955 op de hoogte stelden van hun voorgenomen hu welijk. Dat zij deze kennisgeving inder daad hebben gedaan blijkt uit het geen een van Townsend beste vrienden mij vertelde: „In begin 1955 is Peter Townsend vergezeld van prinses Margaret op audiëntie geweest bij de koningin." Toen zij werden toegelaten, zei koningin Elizabeth: „Ik zou mijn zuster graag eerst even alleen willen spreken." Peter ging buigende weer naar buiten en wachtte, ter wijl de beide zusters met elkaar spraken. Deur ging dicht P rinses Margaret kwam eni- ge tijd later uit de kamer en keek somber, hoewel ze zeer rustig was. De koningin kwam vlak achter haar aan en zei tot Townsend„Prinses Margaret wenst alleen naar Clarence House terug te ke ren". Dan draaide zij zich om, verdween weer in haar kamer en sloot de deur. Margaret ging niet alleen naar Clarence House terug, maar met Peter. Voor de eerste maal tartte zij haar zuster, iets wat van nu af aan vaker zou gebeuren. Op Clarence House zei ze tegen Peter: „Mijn zuster heeft haar ve to uitgesproken over onze liefde. Ze zal ons geen toestemming ge ven te trouwen." Townsend drong niet aan op de reden van deze weigering, maar, zoals Petei's vriend mij vertelde, zei prinses Margaret, dat ze in ge val van overlijden van Elizabeth als regentes van prins Charles zou moeten optreden. Het was maar een halve waarheid. De kern van de zaak kan ik nii onthullen K /j ARGARET zou de in geving van haar hart mogen volgen, maar ko ningin Elizabeth II beslis- mders. „Prinses Margaret wenst alleen naar Clarence Hou se terug te keren". Townsend werd als lucht macht-attaché naar Brus sel gerangeerd i Peter Townsend „Ik heb mijn eigen leven te leven". burgli vergezelde op hun tocht door Noord-Ierland. Toch was Margaret bereid al haar rechten op de troon af te staan, ook nadat zij haar verklaring over het huwelijk met Townsend had afgelegd. Dit werd onder meer dui delijk toen koningin Elizabeth zelf zei, dat ze Philip als regent wenste te zien, wanneer ze zou overlijden, voor prins Charles de leeftijd had om de ki'oon te bestijgen. Zonnebril Intussen werd Townsend overal gevolgd en om herkenning te vermijden droeg hij voortdu rend een zonnebril en schuwde openbare bijeenkomsten. En de dochter van de Belgische premier maakte het er niet beter op, toen verslaggevers haar over Towns end interviewden, nadat zij hem op een partijtje had gezien. „Hij zag er bedroefd en eenzaam uit," vertelde ze. De volgende dag ver schenen de kranten met zware koppen, waarin stond te lezen: „Townsend treurt om zijn prin ses". De Belgische schone had er ten overvloede nog aan toege voegd, dat Townsend niet danste en dat hij „daarom wel verliefd moest zijn". Hoe ze aan deze stel ling kwam werd er echter niet bij verteld. Tovvsend zette zich al spoedig met al zijn krachten aan zijn nieuwe taak ofschoon hij zei, dat het niet meeviel zich aan te passen, nadat hij negen jaar uit de R.A.F. was geweest. Hij werd lid van een ex clusieve rijschool en ontmoette hier de zeer aantrekkelijke gravin Alice van Limburg-Stirum, 34 jaar oud. Ze gingen vaak samen uit rijden en weldra deed dan ook het Met een verrekijker volgt Townsend de beroemde ren nen te Epsom. Het optiek gunt hem helaas geen blik in de toe komst gerucht de ronde, dat Townsend een nieuwe liefde had gevonden en dat hij zich met de gravin zou gaan verloven. Onsmakelijk Op de vrouw af gevraagd antwoordde de gravin „Deze praatjes zijn zeer on smakelijk, zowel voor kolonel Townsend als mijzelf. Ik ont ken niet, dat ik hem goed ken en evenmin, dat we samen paardrijden. Maar we-zijn al leen maar goede vrienden. Tenslotte kan een man van karakter niet zes maanden met een lang gezicht rondlo pen, zonder te proberen er iets aan te doen." Townsend begon weer te genieten van het leven. Met het verstrijken van de tijd zakte de publiciteit rond zijn persoon. Hij bracht veel tijd met de knappe gravin door, maar schreef intussen in het ge heim briefjes aan prinses Marga ret, die hij prompt beantwoord kreeg. Tenminste eenmaal per week spraken zij met elkaar door de telefoon. Maar het was puur toeval, dat zijn eerste vakantie als luchtmacht-attaché precies op het moment viel dat de prinses terug keerde van een trip naar de eilan den in de Caraïbische Zee. Fout In die tijd maakte Townsend zijn enige fout met betrekking tot prinses Margaret. Een Londen- se journalist had hem om een ver klaring gevraagd, omdat een an der blad vermoedelijk zeer opzien barende inlichtingen had verkre gen omtrent hem en Margaret. En Townsend zei daarop: „Er valt voor mij niets te zeggen over prin ses Margaret en mijzelf, tot de tijd er rijp voor is, of iemand anders het doet." De gevolgtrekking was duidelijk, de aangelegenheid tussen hem en FliUILLETON DOOR ANDREW GARVE. Cardew maakte een lichtelijk afwe rend gebaar, maar zijn glimlach was beleefd. „Dank je," zei hij. Met de chef van de nieuwsdienst had hij weinig gemeen. Hind wierp een blik op de klok. „Jammer, dat we het niet kunnen vieren," zei hij. Plotseling scheen een idee bij hem op te komen en Cardew raadde wat het was. „Je gaat ook naar deze Munro-lunch, nietwaar?" „Ja." „Laten we daar nu al vast binnen vallen en iets drinken, voordat de anderen arriveren." Cardew kon geen reden bedenken om te weigeren en stemde toe. Deze bureau-lunches waren zeer onge dwongen en het was heel gewoon, dat degenen die het eerste binnenkwamen zich zelf reeds bedienden. Toen zij in de krakende, oude lift stapten zei Hind„Het zal niet zo gemakkelijk zijn om In je oude post te voorzien. Niet iedere diplomatieke medewerker kan het departement van Buitenlandse Zaken aan." Nu Cardew in de hogere regionen was aangeland kon het geen kwaad het er een beetje dik op te leggen. „Heb je enig idee, wie je zal opvol gen?" „Niet in het minst." Cardew was niet in een stemming om vertrouwelijk met Hind te praten. Hij voelde zich in een beroerde positie en dit maak te hem weinig mededeelzaam. De eetkamer van de directeur zag er ge zellig uit. Er was voor vijf personen gedekt en op de tafel prijkten bloe men. Op het buffet stond een rijke sortering van flessen, geflankeerd door een schotel gevulde olijven en een schaaltje zoute amandelen. Hind ging recht op de flessen af. Indien ze er vlug bij waren, zouden ze nog een tweede glaasje kunnen nemen voordat de anderen binnenkwamen. „Wat wil je hebben, Lionel?" „Sherry, alsjeblieft," zei Cardew. Hind schonk in en mengde toen voor zich zelf een stevige Franse cocktail. Zijn glas opheffend, zei Hind: „Op je gezondheid en dat je op de confe rentie altijd je antwoorden klaar mag hebben!" Hij sloeg zijn glas achterover en zuchtte van voldoe ning.. Zijn kleine, begerige ogen dwaalden over het buffet. „Neem een olijf." „Neen, dank je, ik houd niet van die dingen. Ga jij je gang maar." Car dew nam voorzichtig een paar aman delen. ,,Ik kan niet begrijpen, dat iemand niet van olijven houdt," zei Hind. „Het is een van mijn zwakheden. Ik herinner me nog altijd een avond in Malaga... Heb ik je daar al van ver teld." Zorgvuldig zocht hij een grote olijf uit, stopte hem in zijn mond en werkte hem naar binnen. „Wat is er met die avond in Mala ga?" vroeg Car.dew op een verveelde toon, terwijl hij naar de tafel slen terde om het menu te bekijken. Hij had geen belangstelling voor de herinneringen van de chef van de nieuwsdienst, die gewoonlijk nogal schunnig waren. Plotseling hoorde hij achter zich een angstkreet en het gerinkel van brekend glas. Ver schrikt draaide hij zich om. Hinds gezicht was vreselijk vertrokken en zijn dikke lichaam zwaaide heen en weer. Voordat Cardew hem kon be reiken, was hij- op de vloer neerge stort. Zenuwtrekkingen overvielen hem en het schuim stond op zijn lippen. Met een blik van afgrijzen greep Cai'- dew naar de telefoon en draaide de kamer van de nieuwsdienst. Soames, de souchef. kwam aan het toestel. „Met Cardew. Haal onmiddellijk een dokter en breng hem naar de eetka mer van de directeur. Hind heeft een attaque of iets dergelijks. Vlug wat!" Hij gooide de hoorn neer, liet zich naast de bewusteloze man op de knieën vallen en maakte zijn boord los. Het was duidelijk, dat Hind er zeer slecht aan toe was. Zijn ogen waren wezenloos en glazig; zijn huid voelde koud en klam aan. Over hem heengebogen, meende Cardew een flauwe lucht van bittere amandelen te ruiken. Ontsteltenis was op zijn gezicht te lezen. Qen ogenblik later weerklonk er een daverende lach in de corridor en de deur werd geopend. „Ik ben van oordeel, dat alles natuurlijk intimida tie was," zei Munro, toen hij vóór Ede de kamer binnenkwam. „Ik ge loof niet, dat hij het ernstig bedoel de..." Cardew keek naar hen op. „Hind is ziek. Ik heb een dokter la ten roepen. Hij is er tamelijk slecht aan toe." „Grote hemel," zei Ede, plotseling vol bezorgdheid en bukte zich over Hind heen. „Wij dronken iets." zei Cardew slap jes. „Hij at een olijf en stortte ineens neer. Alles gebeurde in een paar se conden." Ede voelde naar de polsslag. Zijn gezicht stond zeer ernstig. „Wie haalt de dokter'" „Ik vroeg het aan de nieuwsdienst." „Zeg dat ze zich haasten. Ik voel niets meer." Er werden nog meer voetstappen in de gang gehoord en Iredale kwam het vertrek haastig binnen, met een verontschuldiging voor zijn telaat- komen op de lippen. Met een schok stond hij stil, starend naar de groep mannen. „Wat is er aan de hand?" begon hij. „Het is Hind," zei Ede over zijn schouder heen. „Hij is..." Hij brak af en een ogenblik was er een volko men stilzwijgen. Toen richtte hij zich langzaam op. „Ik ben al te bang, dat de arme jongen dood is." HOOFDSTUK 9 Het nieuws van de tragedie verbreid de zich snel door het krantengebouw en de redactieraderen kwamen in eens tot stilstand. De mensen ston den in kleine groepjes bijeen, met ernstige gezichten en innerlijk op gewonden als na een oorlogsverkla ring. Leden van de redactiestaf, die juist gingen lunchen, maakten de sensationele tijding in Fleet Street bekend. Anderen, die juist kwamen binnenlopen, werden onmiddellijk op de hoogte gesteld en deden de beroe ring nog toenemen. Doorslaggevênde bewijzen waren er nog niet, maar volgens Pringle, die haastig 'zijn ar tikel over de golf van misdaad had neergegooid en naar boven was ge sneld om vlak bij het politiecordon in de eetkamer rond te neuzen, was het absoluut moord, en iedere twijfel was volgens hem uitgesloten. De aankomst van belangrijke persoon lijkheden bij de hoofdingang van het gebouw werd door talrijke mensen gadegeslagen, die uit de ramen hin gen en toekeken, terwijl het verkeer in Fleet Street langzaam verder kroop: een man met snelle pas en een zwarte tas, een politie-auto vol ledig bemand, een ambulance, nog een politiewagen met drie inspecteurs in burger. Ja. het scheen, dat Prin gle gelijk kreeg. Het brutaal binnen dringen van verslaggevers van con currerende bladen werd niet zonder verontwaardiging opgemerkt. Van het straatgedeelte voor de redactie kamers stegen de klanken omhoog van de geduldige maar dwingende stemmen van twee agenten: „Door lopen alstublieft, doorlopen daar." Jessop, die in een soort geesterver voering alleen in zijn kamer was ge zeten, hoorde het nieuws waarop hij wachtte, door iemand in de gang naar een ander schreeuwen: „Ze zeg gen, dat het Hind is!" Jessop glim lachte rustig. Een zeer bevredigende keuze van de Voorzienigheid met het oog op Hinds gedrag van die ochtend. Hij voelde geen wroeging, alleen het soort opgetogenheid, dat zich van iemand meester maakt, als hij in een communiqué leest, dat aan de vijand een of andere zware slag is toegebracht. Dit was zijn eerste over winning over de machten van het kwaad. Nu moest hij door wijs be leid tonen, dat hij waardig was het instrument van Nemesis te zijn. Hij verliet de kamer op zoek naar een groepje, waar hij zich onopgemerkt bij kon aansluiten. (Wordt vervolgd);

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1958 | | pagina 15