KAPPIE en het geheim van de zeedraak
OP DE VLIEGERSTER
Waar zijn onze schepen?
ZATERDAG 9 AUGUSTUS 1958
PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT
11
AMSTERDAMSE EFFECTENBEURS
Vast voor internationale waarden
7 aug.
8 aug.
Nederland 1951 (3%)
947/s
94%
Nederland 1948 (3%)
86%
87 b.
Nederland 1955 (3%)
88%
88%
Nederland 1947 (3%) 3
91%
91H
Nederland 1937 3
89%
89%
Dollarlening 1947 I
92%
92%
Investerlngscert. 3
95%
95 ói
Nederland 1962-64 3
91%
94H
Ned. Indlë 1937 3
94«
Nat. Handelsbank
88%
88%
Ned. Handelmij.
169
170
Alg. Kunstzijde Unie
190
193%
Berghs' en Jurgena
271
271%
Calvé-Delft
304
304
Hoogovens n.r.
329
329
Ned. Kabelfatorlek
265
267
Philips
299%
299%
Unilever
369%
370
Wilton-Feljenoord
183
182%
Billiton
226
225%
Kon. Petroleum MIJ.
170
171,50
Amsterdam Rubber
70
70
Holland Amerika Lijn
135%
135%
Kon. Paketvaart
124%
128%
Rotterdamse Lloyd
119%
119
Scheepvaart Unie
121%
123%
Stv. MIJ. Nederland
136
135
H.V.A.
104%
104
Bank van Ned. gem.
4%
96%
Bank van Ned. gem. 0-5-10
124 1.
1241.
Van Berkels Patent
196
Centrale Suiker
195
Kon. MIJ. De Schelde N.B.
168
168
Intern. Nickel
81
82
Anaconda
50%
51%
Baltimore en Ohio
37
37%
Bethlehem Steel
45%
45%
General Motors
43%
43%
Kennecott
95%
95%
New York Central
18%
19
Pennsylvania
13%
14
Republic Steel
52%
52%
Shell OU Comp.
81%
82%
Tide Water
27A
27%
U.S. Steel
69%
69%
American Motors
14A
14%
Nat. Can. Corp.
11%
PREMIELENINGEN.
Amsterdam 1951
93
92%
Breda 1954
87%
87%
Eindhoven 1954
85% 85% b.
Enschede 1954
84%
84
Den Haag 1952 I
92
90%
Den Haag 1952 II
90%
Rotterdam 1952 I
92%
Rotterdam 1952 II
92 1.
91
Utrecht 1952
95
Amsterdam 1956 I
84%
84%
Amsterdam 1956 11
94%
95
Amsterdam 1956 III
100%
Amsterdam '33 (C. en
A.)
92%
94
Dordrecht 1956
84%
84
Alkmaar 1956
83%
83%
290.42 289,91 291.94
148.27 148.37 148.40
134.00 134.00 134.65
123.86 123.86 123.86
87.52 86.42 86.69
204.09 203.73 204.78
Amsterdamse
wisselmarkt
CONTANTE PRIJZEN.
Londen 10.56—10.56%, New York
3.78%—3.78%, Montreal 3.93H—3.94^,
Parijs 89.87%—89:97%, Brussel 7.59%
—7.60%, Frankfort 90.35—90.40,
Stockholm 73.24—73.29, Zürlch
86.51%—86.56'/s, Zürich (vr. fr.)
88.32%88.37%, Milaan 60.74%—
60.79%, Kopenhagen B4.61—54.60,
Oslo 52.80%—52.85%, Wenen 14.60%
—14.81%, Ankara 3.79%—3.79%,
Praag 52.84—52.94, Lissabon 13.26%
—13.28.
BEURSOVERZICHT.
Voor de laatste beursdag van deze week
lagen de internationale waarden giste
ren wederom vast in de markt. De grote
weerstand, die dagenlang in de Phi-
lipshoek door belanghebbenden werd
geboden t.a.v. de pogingen van arbitra
gezijde om door de barrière van 300 pet.
voor deze aandelen te breken, werd gis
teren ten val gebracht. De strijdbijl was
begraven en direct op de opening volg
de een koers van 300% pet. in een zeei
rustige handel. In deze koers kwam In
het verdere beursverloop niet veel vei'
anaering meer en de koerswinst verge
leken bij donderdag beliep één pet. De
aanhoudende vaste koers voor aandelen
Kon. Olie op de New Yorkse beurs gaf
het Damrak gisteren een duw in de op
waartse richting. Hiervan profiteerde de
arbitrage. De aandelen werden verhan
deld rond de f 173, tegen f 170.80 als
slotprijs van eergisteren. Pariteit Ame
rika bedroeg f 172.60. In de openings
koers kwam ook hier niet veel veran
dering meer. Het derde fonds van de in
ternationale waarden, de A.K.U., ont
moette goede vraag ten gevolge van het
dividendvoorstel van 10 pet. (v.j. nihil)
door de Internationale Viscose Compag
nie. Het A.K.TT.-concern, dat een meer
derheidsbelang in de Viscose heeft, be
groette deze prettige verrassing en ho
noreerde het met een koerswinst van 4
punten. KL.M. kon zich nog niet her
stellen en werd onveranderd geadviseerd.
Unilevers konden bij de gunstige stem
ming niet achterblijven en werden op
371, plus 2 pet. verhandeld. In verband
met het naderende weekeinde droeg de
handel een kalm karakter.
De scheepvaartsector opende vrijwel op
de slotkoersen van de vorige dag, maar
bij het sluiten van de beurs kwam er
lichte vraag voor K.P.M. en Scheep
vaartunie, waardoor deze aandelen cir
ca 3 punten hoger noteerden. In de cul
tures was bijna niets te doen en de ver
anderingen waren niet om over naar huis
te schrijven. De verlaging van het call-
money (daggeld) door de banken van 2%
pet. tot 2 pet., had tot gevolg dat de
staatsobligaties over de gehele linie ho-
3. Na het schip en zijn be
manning enige tijd op een
gehutseld te hebben, vond
het zeemonster het blijk
baar welletjes. Het stiet
een holle spookkreet uit en
ging er toen in snelle vaart
vandoor, nagestaard door
de ontdane zeelieden.
„Oef... dat was op het nip
pertje!" zuchtte de mees
ter. „Als die sinistere ver
schijning nog langer was
doorgegaan met het schip
door elkaar te schudden...
Zorgelijk schudde hij het
hoofd. „Dat was technisch
niet verantwoord geweest",
besloot hij. „Och, was ik
maar nooit zeeman gewor
den..." kreunde de maat
met het hoofd tussen de
handen. „Dan zat ik nu in
Lutjewier en dan had ik
nooit van zeeslangen gehoord en dan hadden
ze nooit voor mij bestaan en..." „Hm, intus
sen schijnen zeeslangen wel degelijk te be
staan, klont", sprak Kappie. „En het lijkt me
ja wel wenselijk, dat we daarvoor alle sche
pen waarschuwen!" Maar helaas scheen die
waarschuwing voor één schip al te laat te ko
men, want op dat ogenblik begon de scheeps-
radlo alarm te slaan. „S.O.S.-S.O.S.!" klonk
het uit de luidspreker. „Hier het stoomschip
de Dolfijn! Vlug! HELP! We worden aange
vallen door een zeeslang!"
Aagtedljk 6 te Lorenzo Marques.
Aalsdijk 8 te Suez.
Abbekerk 5 te Bangkok.
Alamak 6 te Brake.
Alcor 6 560 m. z.z.w. Finisterre.
Alcyone 3 te Hamburg.
Alhena 6 90 m. o.n.o. Fernando Noronha
Almdijk 3 te Havana.
Alphacca 5 te Baltimore.
Alphard 6 v. Rotterdam n. Bremen.
Amerskerk 7 v. Las Palmas n. Kaapstad.
Annenkerk 7 v. Hamburg n. Bremen.
Arendskerk 6 v. Rotterdam n. Bremen.
Arneöljk 6 250 m. z.o. Kp. Hatteras.
Astrid Naess 6 te New York.
Asmidiske 6 45 m. n.n.w Bermuda's.
Bantam 4 te Tandj. Mani.
B awe an 6 v. Macassar n. Semarang.
Bengalen 6 te Bandar Shapour.
Binnenhaven 3 te Safi.
Bintang 5 te Jesselton.
Caltex Arnhem 6 33 m. z.w. Kreta.
Caltex Delft 6 315 m. z.o. Ra3 al Hadd.
Camitia 7 op Mississippi.
Carrillo 6 v. Baltimore n. s. Marta.
Cartago 6 830 m. w.z.w. Flores.
Castor 7 12 m. z. Granada.
Cleodora 6 te Wellington.
Crania verw. 9 te Curasao.
Dimerdijk 8 v. Londen n. Hamilton.
Dordrecht 5 600 m. z.o.z. Freetown.
Duivendijk 6 660 m. o.t.z. Bermuda'»
Esso Nederland 6 100 m. o. Malta.
ger waren bij grote omzetten.
Volgens emittenten kan de inschrijving
op de f 100 miljoen 4% pet. obligatie
lening 1958 (2e lening) ten laste van de
Bank voor Nederlandse Gemeenten,
welke gisteren plaats vond, als geslaagd
worden beschouwd.
Prolongatie 3% procent.
Garoet 7 te Aqaba.
Harold verw. 11 te Hamburg.
Helicon 5 20 ra. z. Jamaica.
Holendrecht 6 800 m. n.w. Flores.
Hoogkerk 6 te Hsinkang.
Hoogland p. 6 Kielerkanaal.
Ivoorkust 6 v. Amsterdam n. Hamburg.
Jagersfontein 6 390 m. n.o. St.-Helena.
Japara 6 620 m. w. Sabang.
Johanca 4 50 m. w. Capri.
Kabylia 6 270 m. o.t.n. Algiers.
Kalydon 6 670 m. n.o. Mena.
Kara 7 v. Helsingborg n. Rotterdam,
verw. 9 te Rotterdam.
Kellia 6 110 m. n.o. Masawa.
Caltex Delft verw. 9 te Barein.
Kennemerland 6 te Prto. Alegar.
Kermia 7 v. Stanlow n. Curasao.
Khesiella 5 te Manilla.
Kloosterdijk 6 360 m. w. Bishops Rock.
Korovlna 7 v. Boston n. Maracaibo.
Kreeft 6 800 m. o. Kp. Race.
Kryptos 6 130 m. o. Fortalezza.
Kylix 6 te Curasao.
Laarderkerk 7 v. Suez n. Umsaid.
Lekkerkerk 6 v. Rotterdam n. Antwerpen
Lemaire 6 620 m. z.o. Colombo.
Leopoldskerk 8 te Santo Antioco
(Sardinië).
Limburg 4 v. Jacksonville n. Houston.
Lissekerk 7 te Bahrein.
Loenerkerk 6 70 m. n.n.o. Alexandrië.
Lijnbaan 1 v. Livorno n. Kenitra.
Maasdam 7 v. New York n. Southampton.
Maaskerk 6 rede v. Calcutta.
Maashaven 6 v. Las Palmas n. Rlo de
Janeiro.
Maetsuycker 6 v. Fremantle n. Singapore.
Marietje Bohmer 6 te Piraeus.
Meliskerk 3 te Hamburg.
Mirzam-N 4 v. Bordeaux n. Casablanca.
Mitra 6 60 m. w. Ouessant.
Molenkerk 6 v. Las Palmas n.
Duinkerken.
Montferland 5 180 m. x.x.w. St.-Pauls
Rock.
Merwede 6 dw. v. Finisterre.
Mulderkerk 7 te Amsterdam.
Musilloyd p. 6 Ouessant.
Mijdrecht 6 50 m. z. Masira.
Naess Commander 8 120 m. w. Gibraltar.
Naess Lion 6 450 m. z.o. Suez.
Naess Tiger 6 90 m. n.o. Bahrein.
Noordzee 7 te Ryeka.
Oldekerk 8 te Rotterdam.
Omala 8 te Punta Cardon.
Ommenkerk 6 te Hongkong.
Ouwerkerk p. 1 Kiel.
Perregaux 1 te Casablanca.
Plato 6 v. Oporto n. Amsterdam.
Reynlers 7 te Chalna.
Roggeveen 4 v. Durban n. Kaapstad.
Rijnkerk 6 te Kaapstad.
Salatiga 6 390 m. n.t.o. Sombrero ell.
Sarpedon 7 v. Trinidat n. Slnt-Vlnvent.
Schelp wijk 6 390 m. n.t.o. Sombrero eil.
Schie 7 te Piraeus.
Schouten 3 te Nagoya.
Senegalkust 6 180 m. z.z.w. Finisterre.
Sliedrecht 6 610 m. w. Kaapstad.
Soestdijk 7 v. Rotterdam n. Bremen.
Sommelsdijk 5 te Baltimore.
Stad Arnhem 6 20 m. o. Bornholm.
Stad Rotterdam 7 v. St.-Vincent n.
Rotterdam.
Statendam 8 te Southampton.
Slamat 7 te Genua.
Sibajak p. 7 Ouessant.
Straat Lombok 6 te Port Elizabeth.
Sleenwijk 5 625 m. z.o. Kp. Race.
Tabinta 6 120 m. w.n.w. Gibraltar.
Telamon 6 98 m. z.o. Tabago.
Tibia 9 te Abadan verw.
Tjimenteng 6 v. Zanzibar n. Dar es
Salaam.
Van Heemskerk 8 450 m. z.o. Seychellen.
Van Riebeeck p. 6 Aden.
Van Spilbergen 7 te Dar es Salaam.
Vasum 3 te Monteral.
Vivipara 7 te Rotterdam.
Waterman verw. 9 te Surabaja.
Willem Ruys 3 v. Southampton n.
Quebec.
Zaankerk 5 te Hongkong.
Zeeland 4 te Houston.
Zuiderkruis 7 150 m. z. Las Palmas.
KERKNIEUWS
Rooms-katholieke
kerkelijke benoemingen
Mgr. J. Baeten, bisschop van Breda,
heeft de volgende benoemingen ver
richt:
Kapelaan C. van Bavel uit Hulst is be
noemd tot kapelaan van de parochie
O.L. Vrouw van Goede Raad te Breda.
Tot godsdienstleraar aan het lyceum
te Hulst is benoemd pater B. Sessink,
marist. Kapelaan C. van Haastert uit
Vlissingen is benoemd tot kapelaan
van de H. Lambertus-parochie te Et-
ten; kapelaan E. Bouwmans uit Ou
denbosch tot kapelaan te Vlissingen.
Kapelaan A. Verheyden uit Schoon-
dijke is benoemd tot kapelaan van de
H. Gerardus-parochie te Breda en tot
kapelaan te Schoondijke en gods
dienstleraar aan de h.b.s. aldaar is
benoemd P. Dogge, priester van het
seminarie. Kapelaan A. C. Janssen
uit Terneuzen is benoemd tot kape
laan te Rijen; tot kapelaan te Terneu
zen is benoemd W. Jacobs, priester
van het seminarie. Tot kapelaan te
Koewacht is benoemd F. Kuypers,
firiester van het seminarie; tot kape-
aan te Clinge J. Aarts, priester van
h^t seminarie; tot kapelaan te Sint-
Jansteen J. Michielsen, priester van
het seminarie en tot kapelaan te
Oostburg M. Adriaansen, priester van
het seminarie. Kapelaan Fr. Leygraaf
te Oostburg is benoemd tot adjunct
secretaris van het bisdom Breda.
De vlieger van Hansje
Jongewaard stond; hij
en zijn vriendje Leo za
ten met hun hoofden ver
achterover in het hoge
fras en tuurden naar
oven. Het vliegerpa-
fiier was zo blauw als de
ucht en de vijf gele
sterren die Leo had ge
knipt leken nog maar
vijf kleine stipjes.
„Laat mij hem nu eens
vasthouden", vroeg Leo
en hij greep al naar de
klos.
„Ik kijk wel uit", zei
Hansje, „ik geef mijn
vlieger aan niemand uit
handen".
Leo ging met een schok
overeind zitten om te
kijken of Hans dat echt
meende. „Jouw vlieger"?
vroeg hij, „en ik heb
hem bijna helemaal al
leen gemaakt."
,Poeh....", zei Hans, nog
altijd met zijn ogen op
de vijf stipjes, „maar 't
blauwe en het gele pa
pier was van mij en het
touw ook".
„O, goed dan....", brom
de Leo en hij liep lang
zaam terug naar de weg.
Even dacht Hans: roep
hem terug roep hem
terug, maar nee, zijn
ogen zaten al weer strak
op de vlieger. „Moet je
eens voelen hoe ie
trekt...", zei hij, maar er
was niemand die hem
antwoord gaf. „Stil is
het", dacht Hans en hij
liet zich hu helemaal
achterover glijden, met
de klos stevig in zijn
handen. Hij telde de
sterren op het blauwe
papier nog eens.
„Eén... twee... drie.
vier.... vijf.... zes....
ven.... acht... negen". Hij
telde door. Hoe kon dat?
Er waren er opeens veel
meer.
..Hoe kan dat"?, riep
Hans hardop.
„Nogal logisch", kraste
een vogelstem naast
hem, „hoe dichter je bij
de sterren komt hoe
meer je er ziet".
Toen pas ontdekte Hans
dat hij zweefde: hij hing
onder aan zijn vlieger
met de klos in zijn hand.
Het touw trok en trok,
steeds hoger gingen ze,
recht op de sterren, aan.
Het weiland onder hem
was al niet meer te zien
en de wereld was nog
maar een stip.
„Wat moet ik doen?",
schreeuwde hij naar dé
vogel.
„Weet ik het?" zei die,
„meegaan lijkt me het
enige.
Ik ga zelf terug, want
het wordt me hier te
hoog".
Weg was de vogel en
Hansje zweefde nu hele
maal alleen door de ruim
te, recht op de sterren
aan. Hij sloot zijn ogen,
en hij deed ze pas weer
open toen hij merkte dat
het touw in zijn handen
met grote rukken werd
aangehaald.
„Haal hem boven
haal hem boven", kraak
te een vreemde stem.
„Boem Hans werd
ergens binnengehesen.
Hij keek op, recht in de
gouden sterreogen van
zijn eigen vlieger. De on
derste ster ging als een
grote mond wijd open en
kraakte: „Zo, we zijn er,
Hans".
„Wat is dit? Waar zijn
we?", vroeg Hansje en
hij keek met grote ogen
naar het vreemde land,
waarin de vlieger hem
voorging. Om hem heen
stonden huizen van pa
pier en achter de ramen
van die huizen zaten vlie
gers in allerlei kleuren,
die hem met grote ogen
aankeken. Door de stra
ten dansten of schuifel
den grote en kleine vlie
gers met hun staartjes
achter zich aan. De lucht
was vol geritsel van
vliegerpapier en wat hun
stemmen kraakten was
bijna niet te verstaan.
„Dit is", zei de blauwe
vlieger toen ze stilston
den op een plein, „het
land van de weggevlo
gen vliegers. De vlieger
ster. Elke vlieger die er
De mensen vrij De kindren vrij?
En wij En wij En wij
Wij helemaal niets? Wij helemaal niets?
Dat zuchten en klagen
de tram. en de wagen,
de brommer, de bus en de fiets,
de tractor, de truc en de trein.
Ze staan in een drom op het plein.
En even later
Waar is de bus, waar is het spoor?
Er vandoor, er vandoor!
De auto is weg, de fiets is er niet,
de bus is verdwenen,
de tram nam de benen.
Ze liggen gewoon in het riet.
Geloof je het niet wat ik zeg?
Geen wiel is er meer op de weg!
De machinist, de conducteur,
de bromfietsman en de chauffeur
zoeken zich allemaal een aap.
Ze zuchten en klagen:
mijn bromfiets...! Mijn wagen!
Maar alles wat rijdt ligt in slaap,
hun wieltjes omhoog, op hun rug,
in geen dagen zie je ze terug.
En het verkeer dan?
Niemand weet meer hoe het moet!
Het bevalt ze daar buiten zo goed!
MIES BOUHUYS.
vandoor gaat, komt hier
terecht".
„Maar jij zei Hans,
„jij bent toch niet weg
gevlogen. Jij was van
mij".
De blauwe vlieger wilde
net zijn mond opendoen
om antwoord te geven,
maar op dat ogenblik
ging er een groot gerit
sel door de straat, waar
iedereen haastig opzij
ging voor een reusachti
ge vuurrode vlieger met
een drakengezicht.
„Buigen", fluisterde de
blauwe vlieger, „daar
komt de koning!"
Hansje boog diep voor
het drakengezicht dat
recht op hem afkwam.
„Wat moet dat?" kraak
te een harde vliegerstem,
„wat moet die jongen
hier Jongens zijn onze
vijanden, want ze houden
ons gevangen. Wat doen
we op de vliegerster als
de jongens ons tot hier
toe achterna komen?"
zei de blauwe
vlieger beleefd, „ik kan
het niet helpen; deze jon
den wou mij niet uit han-
len geven. Aan niemand.
Hij hield zo stijf vast dat
ik hem wel mee móest
nemen".
„Bind hem, bind hem!",
riep de koning en zijn
gezicht werd nog lelijker
en nog roder, „bind hem
met zijn eigen touw!".
Van alle kanten nader
den vliegers die probeer-
Hier zie je een hele wei vol bloemen, die allemaal in rechte rijen staan.
Kunnen jullie nu uitrekenen hoeveel bloemen Yvonne er tussenuit geplukt
heeft?
Oplossing: Papier horizontaal houden en er vlak overheen kijken. Dan zie
je 30 8 465 97 10 32 642 0.
den om Hans te binden,
Hij zwaaide en sloeg met
zijn armen en benen en
raakte toen helemaal
verward. „Weg
weg ik moet weg!",
was het enige, dat hij
dacht. Hij zette het op
een lopen; alle vliegers
woeien achter hem aan.
Hij stond op het randje
van de vliegerster, pre
cies daar, waar ze hem
hadden opgehesen.
„Spring!", zei hij tegen
zichzelf, „Spring".
Hij deed zijn ogen dicht
en sprong eindeloos
eindeloos duurde het.
„Boem "met een plof
viel hij. Hij deed zijn
ogen open en sloeg met
zijn armen. Hij lag in
hoog gras en om zijn
Dolsen voelde hij nog het
:ouw van de vlieger.
„Waar ben ik?", dacht
hij, „waar ben ik?".
Toen hoorde hij de stem.
Vlak achter hem op de
weg, riep iemand zijn
naam. „Hans Hans
Ik heb hem
Hans draaide zich om.
Leo Waar kwam
Leo vandaan? Hij wreef
in zijn ogen. Zag hij net
~oed? In zijn hand had
jeo de blauwe vlieger
met de vijf sterren!"
„In het berkenbosje
hij zat in een boom van
het berkenbosje", hijgde
Leo. „Zeg, jij moet ge
slapen hebben als je niet
gemerkt hebt dat je vlie-
°"er is weggevlogen"^
lans lachte niet meer.
„Of ik blij ben", riep hij,
„dat je met je vlieger
bent teruggekomen, er
was niets aan zonder
jou".
„Mijn vlieger?" zei Leo,
„ga nou gauw! Onze vlie
ger!". „Ja", zei Hans en
met een kleur van plezier
streek hij over de onder
ste van de vijf gele ster
ren, die net een grote
wijde mond leek, die da
delijk kon gaan lachen.
Mies Bouhuys.
Op zékere daghet is ont
zettend warm geiveest en de
grond is volkomen uitge
droogd, staat Flop in zijn
tuintje te spuiten. De zon
i« niet meer te zien en de
plantjes richten vragend
hun kopjes op. Daar komt
Flip aan. Lachend kijkt hij
naar de spuitende Flop.
Hé, daar heeft Flop niets
aan, zegt Flip, terwijl hij
naar een gaatje in de slang
loopt. Dat is waterverlie8....
daar zal Flip eens even v:at
aan doen....
Plotseling komt er geen wa
ter meer uit de slayig. Flop
kijkt verbaasd om zich heen.
Wat is dat nuf vraagt hij
zich af. Misschien zit er wat
in de slang, eens kijken....
Flop kijkt in de slang maar
hij ziet niets.... Nóg eens
kijkenen dan.... Haalt Flip
zijn voet weer van de slang,
als het gaatje gerepareerd
is. Ziezo, dat is dat, zegt hij
tevreden. Nu krijgt Flop
tenminste al het water en
lekt niet halverwege de
slang uit. En hij loopt ver
der. Inderdaad, Flop krijgt
al het water, maar hij kan
het niet zo erg goed begrij
pen, jullie t