mmoRV Generaal De Gaulle sprak in een zaal versierd met gouden krullen Vrije veren-principe reeds in 1950 verlaten DINSDAG 20 MEI 1958 PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT. S AGENTEN KEKEN NAAR MEISJES (Van onze correspondent Jan Brusse). De eerste reactie op de. zo vriendelijk uitgesproken woor den van generaal de Gaulle (die echter zo zwaar van be tekenis kunnen blijken) was gisteravond in Parijs: „De Gaulle bindt de strijd met de regering van Pflimlin en Mollet om de macht aan." Wie gedacht heeft, dat hij een staatsgreep zou plegen, heeft zich dus vergist. Maar wie heeft kunnen hopen dat hij zich ter beschikking van het wettige gezag zou stellen om een einde te maken aan de gevaren, die de re publiek scliiep, ziet deze droom ook vervliegen. de agenten en republikeinse gar des een soort „niemandsland" ge schapen, dat wil zeggen alleen met een speciale uitnodiging van de generaal mocht je daar in. Duizenden agenten zorgden voor een „niemandsland" Zijn verklaring komt erop neer, dat hij het volk op een vaderlijke manier aanzet om hem de chef van een nieuwe Franse staat te maken. Daarbij moet ook ge zegd worden, dat het toch wel een groot bewijs van kracht en vrijheidsliefde van de bedreigde democratische republiek is, dat hij De Gaulle heeft toegestaan om op klaarlichte dag en midden in het nerveuze Parijs te zeggen, dat de constitutioneel gekozen re gering irt het parlement #laar naar huis moet gaan, omdat hij het immers alles veel beter kan doen. Ja, De Gaulle heeft gesproken. In een zaaltje versierd met gou den krullen op de eerste etage van een hotel, tegenover de vriendelijke tuin van de tuilerie- en. Rondom dat hotel d'Orsay hadden vele duizenden gewapen- „Prinses Beatrix" maakt 10 juni officiële proefvaart Bij de aanvang van het Staten- i debat werd de Statenleden een mapje ter beschikking gesteld, i waarin alle bezwaarschriften, telegrammen enz. van de laat- s ste dagen tégen de veertarie- ven, waren opgeborgen. Het grote aantal bewees wel, hoe §1 sterk deze zaak thans in de pro- vincie leeft. 1 Bij de besprekingen deelde Ge- 1 deputeerde Van Poelje mede, 1 H dat de nieuwe veerboot „Prin- ses Beatrix" in de vaart kan i worden genomen zodra de aan- I leginrichtingen te Vlissingen en i Breskens gereed zijn. De rijks- waterstaat had de stellige ver- i H zekering gegeven, dat dit op 1 augustus het geval zal zijn. Het ff ligt in het voornemen, om op 10 juni aanstaande de officiële H proefvaart met het schip te ma- i ken. Op 1 juli zal een vaartocht worden gemaakt met de leden van de Provinciale Staten. i llllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllliillllllillllliillllllllllllllt Volgens Ferhat Abbas Algerijnse rebellen vormen regering Het Algerijnse Nationale Bevrij dingsfront, F.L.N., is van plan vol gende maand een Algerijnse regering te vormen, zo heeft een van de lei dende figuren uit de beweging, Fer hat Abbas, maandag in Genève ver klaard. Om veiligheidsredenen zal zij gevestigd worden in een vriendschap pelijk nabuurland, in Marokko of Tunesië. Tanger zou een goede plaats kun nen zijn, zei Abbas. Maar in elk ge val komt de regcringszetel dicht bij Algerije. Cairo wordt daarom on waarschijnlijk geacht als vestigings plaats. Abbas sprak als zijn verwachting uit. dat het Frans-Algerijnse comité van openbaar welzijn vroeg of laat ontbonden zal worden, behalve wan neer generaal de Gaulle aan de macht zou komen en het comité zou steu nen. Over het geheel kan het F.L.N. de tegenwoordige vijandschap tus sen Parijs en Algerije beschou wen als gunstig voor de onafhan kelijkheidsstrijd, aldus Abbas. Mocht de Gaulle echter aan de macht komen en de generaals in Algerije steunen, dan zou het F.L.N. gedwongen zijn de militaire activiteit te versterken. IN KAMPEN. Volgens het Nieuwe Kamper Dagblad sneden twee vissers in Kampen als volgt tegen elkaar op: Vorige week heb ik een forel ge vangen van anderhalve meter, zei de een. Ik heb een petroleumlampje uit de Middeleeuwen aan mijn haak ge kregen, was het antwoord „En het was nog aan". Dat lieg je, zei de eerste. Goed, zei de ander, als jij een me ter van je forel afdoet, dan doe ik dat lampje van mij uit. KLACHT. John Henry Miller mocht in Palm Springs Calif ornië) de bus niet in omdat hij teveel had gedron ken. Hij beklaagde zich bij de poli tie: „Ik kan niet dronken zijn ge weest; ik had niet méér dan dertig biertjes op". De talloze mannen van de po litie hingen vooral ook over de muurtjes langs de kades van de Seine te kijken naar de meisjes, die daar in hun bad pakjes lagen te zonnenzich weinig aantrekkend van de historische woorden, die de ge neraal ging spreken. 1000 journalisten Met de nauwkeurigheid van een militair begon De Gaulle precies om drie uur. Er waren toen on geveer 1000 journalisten in de zaak, waar hetwarm en benauwd was als in een oven. De chef de resistance tijdens de oorlog, is oud geworden. Hij draagt zijn 67 jaren met een charmante waardigheid. Als hij voor de dozijnen microfoons en filmcarijlra's begint te spreken, is iedere vergelijking met een volksmenner zoek. Hij is meer .'n vrij rustige, zelfverzekerde, soms ook wel wat hautaine grootvader. Zijn gebaren zijn ook minder hoekig dan vroeger, zijn stem minder gebiedend. Geen dictator Hij spreekt met de enorme over- taiging van iemand, die eigenlijk alleen zichzelf gelooft. Overzich- zelf sprekend zegt hij niet ik, maar De Gaulle. Soms slaat die toch wel wat vermoeide stem even over van verontwaardiging, dat men hem, De Gaulle, verdenkt de vrijheid te willen beknotten. „Denkt U soms, dat ik op mijn ofschoon men hen verzocht had zich van iedere manifestatie te willen onthouden. Maar ondanks zijn gematigde zinnen, stelt de generaal De Gaulle zich geheel achter de opstandelingen van Al gerije wat de Franse radio in zijn reportages gisteren nog niet heeft verteld. En hij zegt, dat hij de macht in de republiek niet via het parlement en de bestaande re gering wil uitoefenen. „In bijzon- dere tijden moet je op bijzondere manieren optreden", zegt hij va derlijk. De generaal is voornamelijk fel gebeten op de politieke partijen. Volgens hem hebben die alles hier in 't honderd gestuurd. Men kan zich alleen afvragen, hoe De Gaulle denkt zonder die partijen op een democratische manier te kunnen regeren. Hij heeft er trouwens nog eens heel duidelijk op gewezen, dat hij tot geen en kele groepering behoort, en dat dus ook niemand uit zijn naam mag spreken. Hoe hij de macht dan wil overnemen? Daarop antwoordt hij: „Ik ga thuis zitten wach ten tot net volk mij roept." Daarna stond hij rustig op, stapte in zijn auto en reed omringd door politiewagens naar zijn kluizenaarskasteel tje in de „Haute Marne." Op straat 67-jarige leeftijd nog een carrière s dictator wil beginnen?" roept hij pathetisch uit. Achter de opstand De journalisten uit tientallen ver schillende landen applaudisercn, De reacties in Parijs zijn, wat de mensen op straat betreft, heel rustig tot nu toe. Een paar korte stakingen van het „trans port", en verder zie je de Parij- zenaars voor het eerst in groep jes praten over de woorden die de generaal heeft uitgesproken. De maatregelen, die Jules Moch, de minister van binnenlandse za ken, zelf vanuit het ministerie tegenover het paleis van het Elysee leidt, zorgen er wel voor, dat er geen enkele manifestatie van welke kant dan ook, moge lijk is. Men krijgt trouwens ook de In druk, dat er heel weinig Parijze- naars de behoefte voelen om met dit fraaie weer te manifesteren. Vooral ook, omdat het er naar uitziet, dat de regering de situa tie heel stevig in de hand heeft. Maar, dat we voorlopig nog in de moeilijkheden zullen zitten, is ook zeker, want de aanhangers van De Gaulle, geleid door de opstan delingen in Algerije, zullen zich zeker niet gemakkelijk gewonnen geven. De Stokstraat in Maastricht, een van de oude straatjes van de Limburgse hoofdstad wordt geheel gerestau reerd. Zestien huizen zullen vallen onder de sloper en 151 zullen geheel worden gerestaureerd. De bewoners hebben het straatje verlaten. Wan neer het plan uitgevoerd is het geen echter jaren in beslag neemt zal Maastricht er een aantrekkelijke winkelstraat in oude trant bij héb- hebben. Op de foto de Stokstraatin de huidige toestand. Dit jaar 100.000 emigranten naar Australië Het Australische migratie hureau in Den Haag deelt mede, dat in de loop van dit jaar de 100.000e naoorlogse Nederlandse emigrant naar Australië zal vertrekken. Na de tweede wereldoorlog heeft Australië meer dan 1.250.000 emi granten uit allerlei landen opgeno men. Van deze emigranten kregen er 660.000 financiële steun voor de over tocht. In de komende tien jaar zal de be volking van Australië volgens de Australische hoogleraar D. B. Cop land vermoedelijk met 24 procent toenemen en zal de werkende bevol king met 55 procent vermeerderen. Naar schatting zal de bevolking van huwbare leeftijd in Australië binnen tien jaar met 50 procent toenemen. Deze snelle uitbreiding zal aller in spanning nodig maken voor de bouw van meer huizen, ziekenhuizen, bete re scholen cn betere wegen. Ook zal het middelbaar onderwijs met 50 procent moeten worden .uitgebreid. Engeland verwerpt Rapacki-plan De Engelse minister van buiten landse zaken, Selwyn Lloyd, heeft (voor atoomvrije-zone in Europa) maandag in het Lagerhuis meege deeld, dat Engeland het plan-Rapacki verworpen heeft en Polen daarvan op 17 mei in kennis gesteld heeft. Engeland is tegen het plan gekant, omdat het zulke ernstige nadelen op politiek en militair gebied voor het westen inhoudt, dat het alle vooruit gang naar ontwapening en vermin dering van spanning in de weg zou staan. Minister Lloyd sprak vervolgens echter de hoop uit, dat hetzelfde doel bereikt wordt door middel van een topconferentie of langs andere weg. Onlangs heeft ook Amerika dit plan verworpen. Haringvloot aan schot De haringvloot, die zaterdag is uit gevaren, is gisteren even na twaalf uur aangekomen op de visgronden. Nadat er de hele middag druk was gewerkt aan de voorbereiding, is de vloot om vijf uur schot gegaan. 180.000 meter netten zijn nu als een gordijn gespannen tussen de bijna honderd schepen. Omstreeks middernacht werd er ge haald. De vissersboten geven, als de haring zich wil laten vangen, hun last over aan de jagers. Dan begint de race naar de thuishaven. (Slot van pag. 1) deelde instemming. Zo legde de K. V.P.-waardvoerder uit Zeeuwsch- Vlaanderen, burgemeester Vercaute- ren van Clinge, een korte verklaring af aan het slot, waaruit bleek, dat hij en zijn medeleden uit Zeeuwsch- Vlaanderen hun bezwaren tegen de tarieven onverminderd handhaafden. Gedeputeerden hebben met deze ver gadering de mening van de Staten gepeild dat was de opzet van de ze zitting en kunnen nu opnieuw met de minister in onderhandeling treden. „Maar het zal voor ons een zware taak worden om deze zes pun ten er bij de bewindsman door te krijgen" zei Gedeputeerde Van Poel je tenslotte. Een somber besluit van een sombere zitting DE DISCUSSIES De discussies waren 's middags in eerste instantie begonnen over de brief van minister Algera met o.a. de voorwaarde, dat deze nieuwe tarie ven slechts als een „overgangsmaat regel" konden worden beschouwd. Nadat alle fracties hier het „onaan vaardbaar" hadden laten klinken alleen de V.VD.-woordvoerder mr. J. F. G. Schlingemann stelde het iets minder scherp kwam de tarief heffing zelf aan de orde. En in gro te lijnen vielen in de debatten twee richtingen te onderkennen, waarbij een groep betoogde dat deze heffin gen eigenlijk onaanvaardbaar waren, maar'dat men nu eenmaal met de rug tegen de muur stond en dat der halve tarieven niet te vermijden wa ren indien men tevens verbetering van de veeroutillage wenste. Een andere groep en haar woordvoerders waren met name de Zeeuws-Vlaamse afgevaardig den waren fel tegen elke hef fing. Zo verklaarde cfe heer P. V. M. Vercauteren (kvp) dat de nieu we tarieven volstrekt onaanvaard baar waren en dat een verwijde ring van Zeeuwsch-Vlaanderen en overig Zeeland voor de deur stond De heer A. L. S. Lockef eer (kvp) uit Hulst sprak van een „destruc tief" voorstel en oefende kritiek uit op het standpunt van de ka mers van koophandel, die in deze zaak niet het standpunt van het bedrijfsleven in Zeeuwsch-Vlaan deren zouden hebben vertolkt. „Waarom zijn de vrije organisa ties niet gehoord?" Deze spreker zette opnieuw zijn be zwaren uiteen tegen de opvatting van minister Algera, dat de Zeeuws-Vla mingen maar door België moeten gaan om in overig Nederland te ko men. „Ik kan dit niet verteren" riep de heer Lockefeer met stemverhef fing uit. En hij verzekerde het colle ge, dat er thans in Zeeuwsch-Vlaan deren over dit nieuwe tarievenvoor- stel een ver .tterde stemming heerst. „U mag dit retorica noemen, maar het is niettemin juist" zo zei hij. De heer Lockefeer meende, dat de thans geldende tarieven hoog genoeg zijn én dat men nog altijd onverminderd het principe van de vrije veren moet handhaven. De heer E. J. van Ruymbeke (kvp) achtte vrije overtocht voor de Zeeuws-Vlamingen in elk geval nood zakelijk en zijn fractiegenoot burge meester J. M. A. C. van Dongen uit Aardenburg hield een fel betoog voor verwerping der nieuwe tarieven. „Men zegt, dat Gedeputeerden met de rug tegen de muur staan", riep dit Statenlid uit. „Maar dat is niet waar. Als wij vinden, dat deze tarieven on billijk zijn, dan moeten we eenvou dig tegen de minister zeggen: Excel lentie, wij 'aanvaarden ze niet! Wij mogen deze onbillijke belasting in derdaad niet accepteren. Door deze heffingen men realisere zich dat wel! hakt men Zeeland in tweeën". De heer Van Dongen betoogde, dat via deze nieuwe veergelden aanzien lijk meer zal worden opgebracht dan de exploitatiekosten van een nieuwe boot bedragen. Immers de opbrengst van de nieuwe tarieven wordt ojo om en bij 2 miljoen geschat, terwijl de exploitatie van de nieuwe ongeveer 1 miljoen zal vergen. Ziehier in grote lijnen wat de ver klaarde tegenstanders van deze nieu we tarieven gisteren naar voren brachten. De vele andere sprekers waren ook geen voorstander van de verhoging, maar zij stelden over het algemeen op het standpunt van: géén verhoging geen verbetering, dus noodgedwongen accepteren van de tarieven. Wel hadden zij daarbij allerlei wensen. De heer L. P. van Oorschot (pvda), die kritiek uitoefen de op de houding van de minister en sprak van een „fait accompli", for muleerde er verschillende, met name ten aanzien van reducties, o.a. voor schoolreizen en busreizen met oude van dagen. Ook burgemeester A. H. S. Stemerding (chu) van Souburg kwam met verlangens ten aanzien van reducties. En de heer J. Hommes (a-r) had in dit opzicht eveneens wensen. Maar allen betreurden zij het, dat verbeteringen van de veer op deze onsympathieke manier tot stand moeten komen. Ook verklaar den zij zich tégen tarieven op basis van de exploitatie-tekorten. Dan is immers het eind zoek! Mevrouw E. J. van de BroeckeDe Man (pvda) stelde een concrete vraag: „Heeft, de minister een be paald bedrag voor ogen, dat uit de staatskas moet komen, zodat het overige door ons moet worden bijge past?". De V.V.D.-woordvoeraer Schlingemann betoogde, dat het prin cipe van de vrije veren in 1950 reeds is verlaten. Een redelijk tarief achtte hij billijk. Maar de methode, die de minister bij de onderhandelingen met het provinciaal bestuur heeft ge volgd („geen tarieven, géén nieuwe boot!") vond hij op zijn zachtst ge zegd: onelegant. Deze spreker be treurde het, dat bij het vooroverleg alleen de kamers van koophandel wa ren betrokken en niet ook het land bouwschap. Bij het koor van „wij kunnen helaas niet anders, want we staan met de rug tegen de muur" voegde zich ook het Vlissingse K.v!P.-lid E. C. Vader, die tevens een pleidooi hield voor een vermindering van de rijksvoogdij over de Westerschelde-veerdiensten. En tenslotte sprak notaris P. Hee- ring uit Zierikzee (wd) nog een waarschuwend woord: „Deze zaak lijkt thans meer een psychologische kwestie geworden, die los is gemaakt van de zakelijke kant". Dit statenlid wees op de veergelden op de noorde lijke veren, welke gelden binnenkort in feite zullen worden verhoogd als er op De Val wordt gevaren. De heer Heering doelde daarbij kennelijk op de vervoerskosten van De Val naar Zierikzee. VN WOORD VAN G.S Na de uitvoerige redevoeringen van de Statenleden was eindelijk het woord aan Gedeputeerde Van Poelje. Deze wees er op, dat de huidige si tuatie op de veren in meer dan een opzicht onbevredigend is en dat nog steeds de noodzakelijke maatregelen tot verbetering niet zijn genomen. „De werkelijkheid is vandaag, dat de vervoerscapaciteit van de vloot on voldoende is. Niet alleen het aantal schepen is niet in orde, maar ook de hoedanigheid". In dit verband ver klaarde de Gedeputeerde, dat de mo toren van de uit 1927 daterende „Ko ningin Wilhelmina" versleten zijn en dat hetzelfde gezegd kan worden van de motoren van de „Prins Hendrik". „Het gehele bedrijf is uiterst kwets baar. Wij kunnen daardoor niet vol doen aan de eis een zo goed en zo snel mogelijke overtocht over de Westerschelde te geven. Als nu even wel tevens geconstateerd moet wor den dat juist de vrije veren een be lemmering vormen om aan deze re delijke eisen te voldoen, dan is het tijd om zich te bezinnen op maatre gelen. Vandaar dat vorig jaar de Staten hun motie van 1952 introk ken. En het lijkt te vergeefs om te trachten de klok terug te draaien tot op het ogenblik van de instelling der vrije veren. In 1945, toen daarmee werd begonnen, was niet te voorzien welk een enorme ontwikkeling het verkeer zou hebben. Om deze ont wikkeling op té vangen is heel veel nodig, niet alleen dure boten, maar ook bv. aanleginrichtingcn. Men ver geet wel eens, dat de nieuwe inrich tingen van Breskens en Vlissingen het rijk tweeentwintig miljoen kos ten!" Aan mevrouw Van de Broeckede Man verzekerde de heer Van Poelje, dat de minister géén vast bedrag per jaar beschikbaar zal stellen. In 1958 bv. zal de op rijksbegroting uitge trokken twee miljoen ver overschre den worden. Er is hier dus geen ta rief op basis van de hoge tekorten. I Zelfs na toepassing van dit tarief blijven immers nog aanzienlijke be dragen over voor rekening van het rijk. De Gedeputeerde keerde zich tegen de opvatting als zouden deze tarie ven Zeeuwsch-Vlaanderen economisch in sterke mate benadelen. „Zij zullen dit gebied in dit opzicht zeker de nek niet breken" merkte hij op. „Het gaat er bovendien niet om Zeeuwsch- Vlaanderen economisch te helpen met vrije veren of met lage tarieven. Die hulp moet op een andere manier wor den verleend bv. door steun aan in dustrialisatie in de kanaalzone, aan Breskens enz." En voorts waarschuw de hij: „We moeten niet altijd spre ken van een achteruitstelling door Den IJaag van Zeeland. Hoeveel hon derden miljoenen zijn niet in de her verkaveling gegaan En hoeveel kos ten de havenwerken van Breskens?' De heer Van Poelje achtte het moge lijk. dat het personenvervoer door de nieuwe tarieven zou teruglopen. „Maai- toen in het begin van dit jaar een tariefsverhoging van 50% op het veer Kortgene-Wolfaartsdijkseveer werd toegepast, die gepaard ging met verbetering der dienst, bleek dit niet tot 'vermindering der vervoers cijfers te leiden, doch integendeel tot verhoging. Verbetering van de veer- verbindingen over de Westerschelde kan toeneming van het vervoer bete kenen. Willen wij hier ooit een vaste verbinding krijgen, dan moet ook vervoer aangetrokken worden, want pas dan zal de macht van het cijfer spreken!" Over de vrije veren sprekend zei de Gedeputeerde, dat wanneer men die wil handhaven, dat dan overal in Ne derland moet gebeuren en niet alleen over de Westerschelde. „Maar ik ge loof, dat er géén politieke partij in ons land is, die dit zal willen verde digen". aldus de heer van Poelje. En ironisch voegde hij er aan toe: „Zelfs de mijne niet De heer Van Poelje stelde aan het eind van zijn betoog tenslotte twee zaken nadrukkelijk: de nieuwe tarie ven betekenen een compromis tussen minister cn provinciaal bestuur, een compromis, waarover Gedeputeerden bepaald niet kunnen juichen. Maar zij staan met de rug tegen de muur, zij kunnen niet anders. Want zegt men nu: néén, wij aanvaarden deze tarieven niet, dan zullen wij dc Zeeuwse economie een sterker neer gang doen ondervinden dan thans het geval is. En voorts: het principe der vrije veren is niet weer aan de orde, want het werd reeds in 1950 verlaten. Het besluit, dat toen werd genomen, was in wezen belangrijker dan het voorstel dat nu behandeld is. Hierna werden er nog uitvoerige re plieken, waarna Gedeputeerden na enige ogenblikken schorsing kwamen met de zes punten, die op nieuw aan de minister zullen worden voorgelegd. Op het resultaat van dit overleg moet dus nu worden gewacht. Het Wereldgebeuren Verder vissen André Malraux heeft onlangs een uitspraak gedaan, die in wijde kring de aandacht trok. „De Gaulle?", zo zei hij, „een Caesar die aan de oever van de Rubicon zit te vissen". Op zijn persconferentie van gistermiddag heeft De Gaulle zijn verklaring van vorige week donder dag bevestigd," dat hij „bereid is, het bewind over Frankrijk over te ne men, indien het volk dat wenst". Hij zou, zo voegde hij eraan toe, niet po gen om de instellingen der republiek te schenden. Klaarblijkelijk heeft de ze hengelende Caesar dus de blik niet meer zo vast als vroeger op de dobber gericht. Hij houdt het oog gevestigd op de horizon, of daar ,het volk" ook aankomt om te vra gen, de Rubicon over te trekken. W-liswaar heeft de man. die de vrije Fransen tijdens de Twee de 'Wereldoorlog leidde in hun strijd tegen het Derde Rijk en die na de bestrijding tot januari 1946 als triomfator de macht in het vaderland in handen had, nu „het stilzwijgen verbroken", maar veel heeft hij nog niet gezegd. Het mankeerde op de persconferentie in de overgevulde zaal van het Palais d'Orsay aan een omlijnd programma, dat uitgangs punt voor een uitgebreide discussie had kunnen zijn. Zo noodzaakt de srcneraal de buitenstaanders, om zij het in andere zin dan hijzelf tc blijven „vissen". Enkele opvat tingen van de „zwijger uit Colombey- les-deux-églises" zijn echter in het korte bestek van een half uur wel duidelijk geworden: hij steunt de re bellie van het Franse leger in Alge rije. „dat de reactie van het volk heeft gezien en poogt te verhinderen, dat deze in wanorde omslaat". Vol gens hem kan er nu sprake zijn van een „schitterend schouwspel van de verbroedering tussen Fransen en Mohammedanen in Algerije". Daar komt nog bij, dat hij weinig heil ziet in het optreden der politieke partijen: „Het alleenbewind der partijen heeft de reusachtige vraagstukken, waar Frankrijk zich tegenover ziet gesteld en met name het probleem der ban den tussen Frankrijk en de Afrikaan se volken, niet opgelost en kan dit ook niet". Men zegt, dat iedere Fransman een politicus is. Overal wordt over politieke zaken gediscus sieerd, en maar zelden is men het tot in finesses met elkaar eens. Geen wonder, dat in dit land politieke par tijen bij de vleet bestaan en dat er binnen die partijen weer allerlei scha keringen, scheuringen en onenighe den optreden. Een soort heiligschen nis is het, die partijen in een slecht daglicht te stellenEén kwestie is er, waarover de meeste Fransen het in principe wel eens kunnen zijn maar die steeds blijft voortslepen: de wanverhouding in de verdeling der bevoegdheden tussen uitvoerende en wetgevende macht, die maakt dat het ene kabinet na het andere een duikeling maakt. Grondwetswijziging is dringend nodig om daarin veran dering te brengen. Maar dat zal niet anders kunnen gebeuren dan met respect voor de politieke partijen, welker bestaan en activiteit uit een democratisch bestel niet weg te denken zijn. Hoe De Gaulle denkt, „de bevoegdheden van de republiek te aanvaarden door een speciale ma nier van overdragen door de Natio nale Vergadering", en „niet volgens de gebruikelijke regels en werkwij zen, waarvan ieder meer dan genoeg heeft" is een van de raadsels, die hij op zijn persconferentie heeft opge geven. Men krijgt de indruk dat de gene raal (die nu al zo lang henge lend terzijde heeft gezeten) de bereidheid van de partijen om iets van hun autonomie op te geven ter- wille van wat hij als het nationale welzijn ziet overschat. Hij ontkent ooit ongrondwettige middelen te over wegen, maar steunt intussen de on grondwettige activiteiten die thans in Algerije onder de politieke lei ding van zijn bewonderaar Soustelle worden ontplooid. Ongetwijfeld heeft deze perscon ferentie dan ook teleurstelling ge wekt bij degenen die van De Gaulle verwachtten, dat hij de man zou zijn van een progressieve Algerijnse po litiek die anderen niet van het par lement gedaan konden krijgen. Hij heeft zich klaarblijkelijk genesteld in de hoek van die Fransen, die nu in Algerije, juist om het tegendeel te bereiken, rebelleren. Meer nog dan tevoren zal hij stuiten op de vastbe radenheid van de christen-democra tische premier Pflimlin. de socialis tische vice-premier Guy Mollet en de andere ministers. Het is hun vaste voornemen, de generaal te laten voortvissen en een overtocht van de Rubicon te voorkomen. CHARLES DE GAULLE ...hengelaar... In de omgeving van de stad Elazig, in de Turkse provincie Anatoltë, heeft zich een zeer krachtige aardschok voor gedaan.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1958 | | pagina 5