mmoRV
Generaal De Gaulle sprak in een
zaal versierd met gouden krullen
Vrije veren-principe reeds in 1950 verlaten
DINSDAG 20 MEI 1958
PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT.
S
AGENTEN KEKEN NAAR MEISJES
(Van onze correspondent Jan Brusse).
De eerste reactie op de. zo vriendelijk uitgesproken woor
den van generaal de Gaulle (die echter zo zwaar van be
tekenis kunnen blijken) was gisteravond in Parijs: „De
Gaulle bindt de strijd met de regering van Pflimlin en
Mollet om de macht aan."
Wie gedacht heeft, dat hij een staatsgreep zou plegen,
heeft zich dus vergist. Maar wie heeft kunnen hopen
dat hij zich ter beschikking van het wettige gezag zou
stellen om een einde te maken aan de gevaren, die de re
publiek scliiep, ziet deze droom ook vervliegen.
de agenten en republikeinse gar
des een soort „niemandsland" ge
schapen, dat wil zeggen alleen
met een speciale uitnodiging van
de generaal mocht je daar in.
Duizenden agenten
zorgden voor een
„niemandsland"
Zijn verklaring komt erop neer,
dat hij het volk op een vaderlijke
manier aanzet om hem de chef
van een nieuwe Franse staat te
maken. Daarbij moet ook ge
zegd worden, dat het toch wel
een groot bewijs van kracht en
vrijheidsliefde van de bedreigde
democratische republiek is, dat hij
De Gaulle heeft toegestaan om
op klaarlichte dag en midden in
het nerveuze Parijs te zeggen,
dat de constitutioneel gekozen re
gering irt het parlement #laar
naar huis moet gaan, omdat hij
het immers alles veel beter kan
doen.
Ja, De Gaulle heeft gesproken.
In een zaaltje versierd met gou
den krullen op de eerste etage
van een hotel, tegenover de
vriendelijke tuin van de tuilerie-
en. Rondom dat hotel d'Orsay
hadden vele duizenden gewapen-
„Prinses Beatrix" maakt
10 juni officiële proefvaart
Bij de aanvang van het Staten- i
debat werd de Statenleden een
mapje ter beschikking gesteld, i
waarin alle bezwaarschriften,
telegrammen enz. van de laat-
s ste dagen tégen de veertarie-
ven, waren opgeborgen. Het
grote aantal bewees wel, hoe
§1 sterk deze zaak thans in de pro-
vincie leeft.
1 Bij de besprekingen deelde Ge- 1
deputeerde Van Poelje mede, 1
H dat de nieuwe veerboot „Prin-
ses Beatrix" in de vaart kan i
worden genomen zodra de aan- I
leginrichtingen te Vlissingen en i
Breskens gereed zijn. De rijks-
waterstaat had de stellige ver- i
H zekering gegeven, dat dit op 1
augustus het geval zal zijn. Het
ff ligt in het voornemen, om op
10 juni aanstaande de officiële
H proefvaart met het schip te ma- i
ken. Op 1 juli zal een vaartocht
worden gemaakt met de leden
van de Provinciale Staten. i
llllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllliillllllillllliillllllllllllllt
Volgens Ferhat Abbas
Algerijnse rebellen
vormen regering
Het Algerijnse Nationale Bevrij
dingsfront, F.L.N., is van plan vol
gende maand een Algerijnse regering
te vormen, zo heeft een van de lei
dende figuren uit de beweging, Fer
hat Abbas, maandag in Genève ver
klaard. Om veiligheidsredenen zal zij
gevestigd worden in een vriendschap
pelijk nabuurland, in Marokko of
Tunesië.
Tanger zou een goede plaats kun
nen zijn, zei Abbas. Maar in elk ge
val komt de regcringszetel dicht bij
Algerije. Cairo wordt daarom on
waarschijnlijk geacht als vestigings
plaats.
Abbas sprak als zijn verwachting
uit. dat het Frans-Algerijnse comité
van openbaar welzijn vroeg of laat
ontbonden zal worden, behalve wan
neer generaal de Gaulle aan de macht
zou komen en het comité zou steu
nen.
Over het geheel kan het F.L.N.
de tegenwoordige vijandschap tus
sen Parijs en Algerije beschou
wen als gunstig voor de onafhan
kelijkheidsstrijd, aldus Abbas.
Mocht de Gaulle echter aan de
macht komen en de generaals in
Algerije steunen, dan zou het
F.L.N. gedwongen zijn de militaire
activiteit te versterken.
IN KAMPEN. Volgens het Nieuwe
Kamper Dagblad sneden twee vissers
in Kampen als volgt tegen elkaar op:
Vorige week heb ik een forel ge
vangen van anderhalve meter, zei de
een.
Ik heb een petroleumlampje uit
de Middeleeuwen aan mijn haak ge
kregen, was het antwoord „En het
was nog aan".
Dat lieg je, zei de eerste.
Goed, zei de ander, als jij een me
ter van je forel afdoet, dan doe ik
dat lampje van mij uit.
KLACHT. John Henry Miller mocht
in Palm Springs Calif ornië) de bus
niet in omdat hij teveel had gedron
ken. Hij beklaagde zich bij de poli
tie: „Ik kan niet dronken zijn ge
weest; ik had niet méér dan dertig
biertjes op".
De talloze mannen van de po
litie hingen vooral ook over de
muurtjes langs de kades van
de Seine te kijken naar de
meisjes, die daar in hun bad
pakjes lagen te zonnenzich
weinig aantrekkend van de
historische woorden, die de ge
neraal ging spreken.
1000 journalisten
Met de nauwkeurigheid van een
militair begon De Gaulle precies
om drie uur. Er waren toen on
geveer 1000 journalisten in de
zaak, waar hetwarm en benauwd
was als in een oven.
De chef de resistance tijdens de
oorlog, is oud geworden. Hij
draagt zijn 67 jaren met een
charmante waardigheid. Als hij
voor de dozijnen microfoons en
filmcarijlra's begint te spreken,
is iedere vergelijking met een
volksmenner zoek. Hij is meer .'n
vrij rustige, zelfverzekerde,
soms ook wel wat hautaine
grootvader. Zijn gebaren zijn ook
minder hoekig dan vroeger, zijn
stem minder gebiedend.
Geen dictator
Hij spreekt met de enorme over-
taiging van iemand, die eigenlijk
alleen zichzelf gelooft. Overzich-
zelf sprekend zegt hij niet ik,
maar De Gaulle. Soms slaat die
toch wel wat vermoeide stem
even over van verontwaardiging,
dat men hem, De Gaulle, verdenkt
de vrijheid te willen beknotten.
„Denkt U soms, dat ik op mijn
ofschoon men hen verzocht had
zich van iedere manifestatie te
willen onthouden. Maar ondanks
zijn gematigde zinnen, stelt de
generaal De Gaulle zich geheel
achter de opstandelingen van Al
gerije wat de Franse radio in
zijn reportages gisteren nog niet
heeft verteld. En hij zegt, dat hij
de macht in de republiek niet via
het parlement en de bestaande re
gering wil uitoefenen. „In bijzon-
dere tijden moet je op bijzondere
manieren optreden", zegt hij va
derlijk.
De generaal is voornamelijk fel
gebeten op de politieke partijen.
Volgens hem hebben die alles hier
in 't honderd gestuurd. Men kan
zich alleen afvragen, hoe De
Gaulle denkt zonder die partijen
op een democratische manier te
kunnen regeren. Hij heeft er
trouwens nog eens heel duidelijk
op gewezen, dat hij tot geen en
kele groepering behoort, en dat
dus ook niemand uit zijn naam
mag spreken.
Hoe hij de macht dan wil
overnemen? Daarop antwoordt
hij: „Ik ga thuis zitten wach
ten tot net volk mij roept."
Daarna stond hij rustig op,
stapte in zijn auto en reed
omringd door politiewagens
naar zijn kluizenaarskasteel
tje in de „Haute Marne."
Op straat
67-jarige leeftijd nog een carrière
s dictator wil beginnen?"
roept
hij pathetisch uit.
Achter de opstand
De journalisten uit tientallen ver
schillende landen applaudisercn,
De reacties in Parijs zijn, wat
de mensen op straat betreft,
heel rustig tot nu toe. Een paar
korte stakingen van het „trans
port", en verder zie je de Parij-
zenaars voor het eerst in groep
jes praten over de woorden die
de generaal heeft uitgesproken.
De maatregelen, die Jules Moch,
de minister van binnenlandse za
ken, zelf vanuit het ministerie
tegenover het paleis van het
Elysee leidt, zorgen er wel voor,
dat er geen enkele manifestatie
van welke kant dan ook, moge
lijk is.
Men krijgt trouwens ook de In
druk, dat er heel weinig Parijze-
naars de behoefte voelen om met
dit fraaie weer te manifesteren.
Vooral ook, omdat het er naar
uitziet, dat de regering de situa
tie heel stevig in de hand heeft.
Maar, dat we voorlopig nog in de
moeilijkheden zullen zitten, is ook
zeker, want de aanhangers van
De Gaulle, geleid door de opstan
delingen in Algerije, zullen zich
zeker niet gemakkelijk gewonnen
geven.
De Stokstraat in Maastricht, een van
de oude straatjes van de Limburgse
hoofdstad wordt geheel gerestau
reerd. Zestien huizen zullen vallen
onder de sloper en 151 zullen geheel
worden gerestaureerd. De bewoners
hebben het straatje verlaten. Wan
neer het plan uitgevoerd is het
geen echter jaren in beslag neemt
zal Maastricht er een aantrekkelijke
winkelstraat in oude trant bij héb-
hebben. Op de foto de Stokstraatin
de huidige toestand.
Dit jaar 100.000 emigranten
naar Australië
Het Australische migratie hureau in
Den Haag deelt mede, dat in de loop
van dit jaar de 100.000e naoorlogse
Nederlandse emigrant naar Australië
zal vertrekken.
Na de tweede wereldoorlog heeft
Australië meer dan 1.250.000 emi
granten uit allerlei landen opgeno
men. Van deze emigranten kregen er
660.000 financiële steun voor de over
tocht.
In de komende tien jaar zal de be
volking van Australië volgens de
Australische hoogleraar D. B. Cop
land vermoedelijk met 24 procent
toenemen en zal de werkende bevol
king met 55 procent vermeerderen.
Naar schatting zal de bevolking van
huwbare leeftijd in Australië binnen
tien jaar met 50 procent toenemen.
Deze snelle uitbreiding zal aller in
spanning nodig maken voor de bouw
van meer huizen, ziekenhuizen, bete
re scholen cn betere wegen. Ook zal
het middelbaar onderwijs met 50
procent moeten worden .uitgebreid.
Engeland verwerpt
Rapacki-plan
De Engelse minister van buiten
landse zaken, Selwyn Lloyd, heeft
(voor atoomvrije-zone in Europa)
maandag in het Lagerhuis meege
deeld, dat Engeland het plan-Rapacki
verworpen heeft en Polen daarvan
op 17 mei in kennis gesteld heeft.
Engeland is tegen het plan gekant,
omdat het zulke ernstige nadelen op
politiek en militair gebied voor het
westen inhoudt, dat het alle vooruit
gang naar ontwapening en vermin
dering van spanning in de weg zou
staan.
Minister Lloyd sprak vervolgens
echter de hoop uit, dat hetzelfde doel
bereikt wordt door middel van een
topconferentie of langs andere weg.
Onlangs heeft ook Amerika dit plan
verworpen.
Haringvloot aan schot
De haringvloot, die zaterdag is uit
gevaren, is gisteren even na twaalf
uur aangekomen op de visgronden.
Nadat er de hele middag druk was
gewerkt aan de voorbereiding, is de
vloot om vijf uur schot gegaan.
180.000 meter netten zijn nu als een
gordijn gespannen tussen de bijna
honderd schepen.
Omstreeks middernacht werd er ge
haald. De vissersboten geven, als de
haring zich wil laten vangen, hun
last over aan de jagers. Dan begint
de race naar de thuishaven.
(Slot van pag. 1)
deelde instemming. Zo legde de K.
V.P.-waardvoerder uit Zeeuwsch-
Vlaanderen, burgemeester Vercaute-
ren van Clinge, een korte verklaring
af aan het slot, waaruit bleek, dat
hij en zijn medeleden uit Zeeuwsch-
Vlaanderen hun bezwaren tegen de
tarieven onverminderd handhaafden.
Gedeputeerden hebben met deze ver
gadering de mening van de Staten
gepeild dat was de opzet van de
ze zitting en kunnen nu opnieuw
met de minister in onderhandeling
treden. „Maar het zal voor ons een
zware taak worden om deze zes pun
ten er bij de bewindsman door te
krijgen" zei Gedeputeerde Van Poel
je tenslotte. Een somber besluit van
een sombere zitting
DE DISCUSSIES
De discussies waren 's middags in
eerste instantie begonnen over de
brief van minister Algera met o.a. de
voorwaarde, dat deze nieuwe tarie
ven slechts als een „overgangsmaat
regel" konden worden beschouwd.
Nadat alle fracties hier het „onaan
vaardbaar" hadden laten klinken
alleen de V.VD.-woordvoerder mr. J.
F. G. Schlingemann stelde het iets
minder scherp kwam de tarief
heffing zelf aan de orde. En in gro
te lijnen vielen in de debatten twee
richtingen te onderkennen, waarbij
een groep betoogde dat deze heffin
gen eigenlijk onaanvaardbaar waren,
maar'dat men nu eenmaal met de
rug tegen de muur stond en dat der
halve tarieven niet te vermijden wa
ren indien men tevens verbetering
van de veeroutillage wenste.
Een andere groep en haar
woordvoerders waren met name
de Zeeuws-Vlaamse afgevaardig
den waren fel tegen elke hef
fing. Zo verklaarde cfe heer P. V.
M. Vercauteren (kvp) dat de nieu
we tarieven volstrekt onaanvaard
baar waren en dat een verwijde
ring van Zeeuwsch-Vlaanderen en
overig Zeeland voor de deur stond
De heer A. L. S. Lockef eer (kvp)
uit Hulst sprak van een „destruc
tief" voorstel en oefende kritiek
uit op het standpunt van de ka
mers van koophandel, die in deze
zaak niet het standpunt van het
bedrijfsleven in Zeeuwsch-Vlaan
deren zouden hebben vertolkt.
„Waarom zijn de vrije organisa
ties niet gehoord?"
Deze spreker zette opnieuw zijn be
zwaren uiteen tegen de opvatting van
minister Algera, dat de Zeeuws-Vla
mingen maar door België moeten
gaan om in overig Nederland te ko
men. „Ik kan dit niet verteren" riep
de heer Lockefeer met stemverhef
fing uit. En hij verzekerde het colle
ge, dat er thans in Zeeuwsch-Vlaan
deren over dit nieuwe tarievenvoor-
stel een ver .tterde stemming heerst.
„U mag dit retorica noemen, maar
het is niettemin juist" zo zei hij. De
heer Lockefeer meende, dat de thans
geldende tarieven hoog genoeg zijn
én dat men nog altijd onverminderd
het principe van de vrije veren moet
handhaven.
De heer E. J. van Ruymbeke (kvp)
achtte vrije overtocht voor de
Zeeuws-Vlamingen in elk geval nood
zakelijk en zijn fractiegenoot burge
meester J. M. A. C. van Dongen uit
Aardenburg hield een fel betoog voor
verwerping der nieuwe tarieven.
„Men zegt, dat Gedeputeerden met de
rug tegen de muur staan", riep dit
Statenlid uit. „Maar dat is niet waar.
Als wij vinden, dat deze tarieven on
billijk zijn, dan moeten we eenvou
dig tegen de minister zeggen: Excel
lentie, wij 'aanvaarden ze niet! Wij
mogen deze onbillijke belasting in
derdaad niet accepteren. Door deze
heffingen men realisere zich dat
wel! hakt men Zeeland in tweeën".
De heer Van Dongen betoogde, dat
via deze nieuwe veergelden aanzien
lijk meer zal worden opgebracht dan
de exploitatiekosten van een nieuwe
boot bedragen. Immers de opbrengst
van de nieuwe tarieven wordt ojo om
en bij 2 miljoen geschat, terwijl de
exploitatie van de nieuwe ongeveer
1 miljoen zal vergen.
Ziehier in grote lijnen wat de ver
klaarde tegenstanders van deze nieu
we tarieven gisteren naar voren
brachten. De vele andere sprekers
waren ook geen voorstander van de
verhoging, maar zij stelden over het
algemeen op het standpunt van:
géén verhoging geen verbetering,
dus noodgedwongen accepteren van
de tarieven. Wel hadden zij daarbij
allerlei wensen. De heer L. P. van
Oorschot (pvda), die kritiek uitoefen
de op de houding van de minister en
sprak van een „fait accompli", for
muleerde er verschillende, met name
ten aanzien van reducties, o.a. voor
schoolreizen en busreizen met oude
van dagen. Ook burgemeester A. H.
S. Stemerding (chu) van Souburg
kwam met verlangens ten aanzien
van reducties. En de heer J. Hommes
(a-r) had in dit opzicht eveneens
wensen. Maar allen betreurden zij
het, dat verbeteringen van de veer
op deze onsympathieke manier tot
stand moeten komen. Ook verklaar
den zij zich tégen tarieven op basis
van de exploitatie-tekorten. Dan is
immers het eind zoek!
Mevrouw E. J. van de BroeckeDe
Man (pvda) stelde een concrete
vraag: „Heeft, de minister een be
paald bedrag voor ogen, dat uit de
staatskas moet komen, zodat het
overige door ons moet worden bijge
past?". De V.V.D.-woordvoeraer
Schlingemann betoogde, dat het prin
cipe van de vrije veren in 1950 reeds
is verlaten. Een redelijk tarief achtte
hij billijk. Maar de methode, die de
minister bij de onderhandelingen met
het provinciaal bestuur heeft ge
volgd („geen tarieven, géén nieuwe
boot!") vond hij op zijn zachtst ge
zegd: onelegant. Deze spreker be
treurde het, dat bij het vooroverleg
alleen de kamers van koophandel wa
ren betrokken en niet ook het land
bouwschap.
Bij het koor van „wij kunnen helaas
niet anders, want we staan met de
rug tegen de muur" voegde zich ook
het Vlissingse K.v!P.-lid E. C. Vader,
die tevens een pleidooi hield voor een
vermindering van de rijksvoogdij
over de Westerschelde-veerdiensten.
En tenslotte sprak notaris P. Hee-
ring uit Zierikzee (wd) nog een
waarschuwend woord: „Deze zaak
lijkt thans meer een psychologische
kwestie geworden, die los is gemaakt
van de zakelijke kant". Dit statenlid
wees op de veergelden op de noorde
lijke veren, welke gelden binnenkort
in feite zullen worden verhoogd als
er op De Val wordt gevaren. De heer
Heering doelde daarbij kennelijk op
de vervoerskosten van De Val naar
Zierikzee.
VN WOORD VAN G.S
Na de uitvoerige redevoeringen van
de Statenleden was eindelijk het
woord aan Gedeputeerde Van Poelje.
Deze wees er op, dat de huidige si
tuatie op de veren in meer dan een
opzicht onbevredigend is en dat nog
steeds de noodzakelijke maatregelen
tot verbetering niet zijn genomen.
„De werkelijkheid is vandaag, dat de
vervoerscapaciteit van de vloot on
voldoende is. Niet alleen het aantal
schepen is niet in orde, maar ook de
hoedanigheid". In dit verband ver
klaarde de Gedeputeerde, dat de mo
toren van de uit 1927 daterende „Ko
ningin Wilhelmina" versleten zijn en
dat hetzelfde gezegd kan worden van
de motoren van de „Prins Hendrik".
„Het gehele bedrijf is uiterst kwets
baar. Wij kunnen daardoor niet vol
doen aan de eis een zo goed en zo
snel mogelijke overtocht over de
Westerschelde te geven. Als nu even
wel tevens geconstateerd moet wor
den dat juist de vrije veren een be
lemmering vormen om aan deze re
delijke eisen te voldoen, dan is het
tijd om zich te bezinnen op maatre
gelen. Vandaar dat vorig jaar de
Staten hun motie van 1952 introk
ken. En het lijkt te vergeefs om te
trachten de klok terug te draaien tot
op het ogenblik van de instelling der
vrije veren. In 1945, toen daarmee
werd begonnen, was niet te voorzien
welk een enorme ontwikkeling het
verkeer zou hebben. Om deze ont
wikkeling op té vangen is heel veel
nodig, niet alleen dure boten, maar
ook bv. aanleginrichtingcn. Men ver
geet wel eens, dat de nieuwe inrich
tingen van Breskens en Vlissingen
het rijk tweeentwintig miljoen kos
ten!"
Aan mevrouw Van de Broeckede
Man verzekerde de heer Van Poelje,
dat de minister géén vast bedrag per
jaar beschikbaar zal stellen. In 1958
bv. zal de op rijksbegroting uitge
trokken twee miljoen ver overschre
den worden. Er is hier dus geen ta
rief op basis van de hoge tekorten.
I Zelfs na toepassing van dit tarief
blijven immers nog aanzienlijke be
dragen over voor rekening van het
rijk.
De Gedeputeerde keerde zich tegen
de opvatting als zouden deze tarie
ven Zeeuwsch-Vlaanderen economisch
in sterke mate benadelen. „Zij zullen
dit gebied in dit opzicht zeker de nek
niet breken" merkte hij op. „Het
gaat er bovendien niet om Zeeuwsch-
Vlaanderen economisch te helpen met
vrije veren of met lage tarieven. Die
hulp moet op een andere manier wor
den verleend bv. door steun aan in
dustrialisatie in de kanaalzone, aan
Breskens enz." En voorts waarschuw
de hij: „We moeten niet altijd spre
ken van een achteruitstelling door
Den IJaag van Zeeland. Hoeveel hon
derden miljoenen zijn niet in de her
verkaveling gegaan En hoeveel kos
ten de havenwerken van Breskens?'
De heer Van Poelje achtte het moge
lijk. dat het personenvervoer door de
nieuwe tarieven zou teruglopen.
„Maai- toen in het begin van dit jaar
een tariefsverhoging van 50% op het
veer Kortgene-Wolfaartsdijkseveer
werd toegepast, die gepaard ging
met verbetering der dienst, bleek dit
niet tot 'vermindering der vervoers
cijfers te leiden, doch integendeel tot
verhoging. Verbetering van de veer-
verbindingen over de Westerschelde
kan toeneming van het vervoer bete
kenen. Willen wij hier ooit een vaste
verbinding krijgen, dan moet ook
vervoer aangetrokken worden, want
pas dan zal de macht van het cijfer
spreken!"
Over de vrije veren sprekend zei de
Gedeputeerde, dat wanneer men die
wil handhaven, dat dan overal in Ne
derland moet gebeuren en niet alleen
over de Westerschelde. „Maar ik ge
loof, dat er géén politieke partij in
ons land is, die dit zal willen verde
digen". aldus de heer van Poelje. En
ironisch voegde hij er aan toe: „Zelfs
de mijne niet
De heer Van Poelje stelde aan het
eind van zijn betoog tenslotte twee
zaken nadrukkelijk: de nieuwe tarie
ven betekenen een compromis tussen
minister cn provinciaal bestuur, een
compromis, waarover Gedeputeerden
bepaald niet kunnen juichen. Maar
zij staan met de rug tegen de muur,
zij kunnen niet anders. Want zegt
men nu: néén, wij aanvaarden deze
tarieven niet, dan zullen wij dc
Zeeuwse economie een sterker neer
gang doen ondervinden dan thans het
geval is. En voorts: het principe der
vrije veren is niet weer aan de orde,
want het werd reeds in 1950 verlaten.
Het besluit, dat toen werd genomen,
was in wezen belangrijker dan het
voorstel dat nu behandeld is.
Hierna werden er nog uitvoerige re
plieken, waarna Gedeputeerden
na enige ogenblikken schorsing
kwamen met de zes punten, die op
nieuw aan de minister zullen worden
voorgelegd. Op het resultaat van dit
overleg moet dus nu worden gewacht.
Het Wereldgebeuren
Verder vissen
André Malraux heeft onlangs een
uitspraak gedaan, die in wijde
kring de aandacht trok. „De
Gaulle?", zo zei hij, „een Caesar die
aan de oever van de Rubicon zit te
vissen". Op zijn persconferentie van
gistermiddag heeft De Gaulle zijn
verklaring van vorige week donder
dag bevestigd," dat hij „bereid is, het
bewind over Frankrijk over te ne
men, indien het volk dat wenst". Hij
zou, zo voegde hij eraan toe, niet po
gen om de instellingen der republiek
te schenden. Klaarblijkelijk heeft de
ze hengelende Caesar dus de blik
niet meer zo vast als vroeger op de
dobber gericht. Hij houdt het oog
gevestigd op de horizon, of daar
,het volk" ook aankomt om te vra
gen, de Rubicon over te trekken.
W-liswaar heeft de man. die de
vrije Fransen tijdens de Twee
de 'Wereldoorlog leidde in hun
strijd tegen het Derde Rijk en die na
de bestrijding tot januari 1946 als
triomfator de macht in het vaderland
in handen had, nu „het stilzwijgen
verbroken", maar veel heeft hij nog
niet gezegd. Het mankeerde op de
persconferentie in de overgevulde
zaal van het Palais d'Orsay aan een
omlijnd programma, dat uitgangs
punt voor een uitgebreide discussie
had kunnen zijn. Zo noodzaakt de
srcneraal de buitenstaanders, om
zij het in andere zin dan hijzelf
tc blijven „vissen". Enkele opvat
tingen van de „zwijger uit Colombey-
les-deux-églises" zijn echter in het
korte bestek van een half uur wel
duidelijk geworden: hij steunt de re
bellie van het Franse leger in Alge
rije. „dat de reactie van het volk
heeft gezien en poogt te verhinderen,
dat deze in wanorde omslaat". Vol
gens hem kan er nu sprake zijn van
een „schitterend schouwspel van de
verbroedering tussen Fransen en
Mohammedanen in Algerije". Daar
komt nog bij, dat hij weinig heil ziet
in het optreden der politieke partijen:
„Het alleenbewind der partijen heeft
de reusachtige vraagstukken, waar
Frankrijk zich tegenover ziet gesteld
en met name het probleem der ban
den tussen Frankrijk en de Afrikaan
se volken, niet opgelost en kan dit
ook niet".
Men zegt, dat iedere Fransman
een politicus is. Overal wordt
over politieke zaken gediscus
sieerd, en maar zelden is men het tot
in finesses met elkaar eens. Geen
wonder, dat in dit land politieke par
tijen bij de vleet bestaan en dat er
binnen die partijen weer allerlei scha
keringen, scheuringen en onenighe
den optreden. Een soort heiligschen
nis is het, die partijen in een slecht
daglicht te stellenEén kwestie
is er, waarover de meeste Fransen
het in principe wel eens kunnen zijn
maar die steeds blijft voortslepen:
de wanverhouding in de verdeling
der bevoegdheden tussen uitvoerende
en wetgevende macht, die maakt dat
het ene kabinet na het andere een
duikeling maakt. Grondwetswijziging
is dringend nodig om daarin veran
dering te brengen. Maar dat zal niet
anders kunnen gebeuren dan met
respect voor de politieke partijen,
welker bestaan en activiteit uit een
democratisch bestel niet weg te
denken zijn. Hoe De Gaulle denkt,
„de bevoegdheden van de republiek
te aanvaarden door een speciale ma
nier van overdragen door de Natio
nale Vergadering", en „niet volgens
de gebruikelijke regels en werkwij
zen, waarvan ieder meer dan genoeg
heeft" is een van de raadsels, die hij
op zijn persconferentie heeft opge
geven.
Men krijgt de indruk dat de gene
raal (die nu al zo lang henge
lend terzijde heeft gezeten) de
bereidheid van de partijen om iets
van hun autonomie op te geven ter-
wille van wat hij als het nationale
welzijn ziet overschat. Hij ontkent
ooit ongrondwettige middelen te over
wegen, maar steunt intussen de on
grondwettige activiteiten die thans
in Algerije onder de politieke lei
ding van zijn bewonderaar Soustelle
worden ontplooid.
Ongetwijfeld heeft deze perscon
ferentie dan ook teleurstelling ge
wekt bij degenen die van De Gaulle
verwachtten, dat hij de man zou zijn
van een progressieve Algerijnse po
litiek die anderen niet van het par
lement gedaan konden krijgen. Hij
heeft zich klaarblijkelijk genesteld
in de hoek van die Fransen, die nu
in Algerije, juist om het tegendeel
te bereiken, rebelleren. Meer nog dan
tevoren zal hij stuiten op de vastbe
radenheid van de christen-democra
tische premier Pflimlin. de socialis
tische vice-premier Guy Mollet en de
andere ministers. Het is hun vaste
voornemen, de generaal te laten
voortvissen en een overtocht van de
Rubicon te voorkomen.
CHARLES DE GAULLE
...hengelaar...
In de omgeving van de stad Elazig,
in de Turkse provincie Anatoltë, heeft
zich een zeer krachtige aardschok voor
gedaan.