OVERWELDIGENDE BELANGSTELLING
OP RECEPTIE JUBILERENDE KRANT
P.Z.C. groeide mee met Zeelands bevolking
Zeeland huldigde 200-jarige
Provinciale Zeeuwse Courant
VIER ONDERSCHEIDINGEN
ZATERDAG 3 MEI 1958
PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT.
IN HET SCHUTTERSHOF HERHAALDE GESCHIEDENIS ZICH
(Slot van pag. I)
'eestkracht geen afbreuk, getuige
.iet succes waarmee hij ook na de
bevrijding mede leiding aan dit be
drijf heert gegeven. Behalve als di
recteur van de jubilerende krant,
heeft de heer Den Boer ook zijn spo
ren verdiend in het verenigingsleven,
o.a. als bestuurslid van de plaatselij
ke V.V.V., de vereniging „Handels
belang", de vereniging voor Han
delsonderwijs en „Nieuw Walcheren".
C. P. Buys
DE GESCHIEDENIS heeft zich vrijdagmiddag in de grote zaal
van het Schuttershof te Middelburg herhaald! Precies een eeuw
geleden werd in dit gebouw een receptie gehouden ter gelegen
heid van het 100-jarig bestaan van de Middelburgse Courant.
En ditmaal was er dan een ontvangst voor het 200-jarig be
staannu echter van de Provinciale Zeeuwse Courant, waar
in de oude Middelburgse Courant is opgenomen. Ongetwijfeld
heeft de receptie van gisteren die van een eeuw geleden in be
langstelling verre overtroffen. Langer dan drie uur stroomden
honderden bezoekers de zaal binnen om directie en hoofdredac
tie met dit markante jubileum te complimenteren. Maar bij dit
overweldigende bezoek bleef het niet. Om en nabij zeventig
bloemstukken gaven de zaal het fleurige beeld van een druk
bezochte bloemententoonstelling.
AVRO-reporter maakte opname...
Bovendien werden de tafels van de directie en hoofdredactie
overspoeld met tientallen gelukstelegrammen en vanzelfspre
kend richtten vele sprekers sympathieke woorden tot de leiding
van de jubilerende krant. Oppervlakkige speeches waren dat
geenszins. Ze getuigden van de verantwoorde wijze, waarop de
P.Z.C. haar taak vervult, en ze toonden bovendien hoe diep deze
provinciale krant in het Zeeuwse leven verankerd ligt. De zeld
zaamheid van dit 200-jarig krantjubileum werd geïllustreerd
door de aanwezigheid van AVRO-reporter Tom Nieuwenhuizen,
die samen met een technicus een opname maakte van deze fees
telijke gebeurtenis.
ter, „toch is er wel degelijk iets blij
vends, want wanneer er iedere dag
een kleine dosis gegeven wordt, heeft
de krant toch ook invloed, ten goede
of ten kwade". „In dit opzicht is er
bij de P.Z.C. weinig aanleiding tot
kritiek", aldus de heer De Widt. „En
dat is een compliment nu de voorlich
ting meer nodig is naarmate de over
heidsactiviteiten groter worden".
De burgemeester was dan ook
van mening, dat door het duidelijk
besef van verantwoordelijkheid de
Middelburgse Courant tenslotte
kon uitgroeien tot een provinciaal
dagblad.
Daarmee was overigens nog geen
eind gekomen aan het uitvoerige be-
Een lange stroom van bezoekers
kwamen hun gelukwensen aanbieden.
(FOTO P.Z.C.)
M. J. Hollestelle
De heer M. J. Hollestelle uit Oost
en West-Souburg, die de eremedaille
in zilver mocht ontvangen, is reeds
zesendertig jaar als machinezetter
in het Vlissingse bedrijf werkzaam.
Voorts is hij in zijn woonplaats o.m.
plaatselijk correspondent voor ons
blad, bestuurslid van de Christelijke
Grafische bond en oud-voorzitter van
Chr. Volksonderwijs te Souburg.
Nauwe relatie
stadsbestuur en krant
Het was helemaal' niet verbazing
wekkend, dat mr. Joh. de Widt als
burgemeester van Middelburg met
een vleugje gezond chauvinisme dit
zei: „Ik geef er toch do voorkeur
aan dit 200-jarig bestaan een jubi
leum van de Middelburgse Courant
te noemen. De historie bewijst im
mers onomstotelijk, dat die krant de
oudste is in de groep van bladen,
waaruit de Provinciale Zeeuwse Cou
rant tenslotte is ontstaan". Daar
naast had de eerste burger van Mid
delburg echter „volledig begrip voor
de andere bladen".
In het proefnummer van de Mid
delburgse Courant -dat hij op de
perstentoonstelling in de Provin
ciale Bibliotheek had gezien was
burgemeester De Widt een verklaring
van de stichters opgevallen. Hij
noemde het volledig: „om zoowel het
voornaamste Nieuws in Ryken en
Staten voorvallende, als de noodwen-
digste Tydingen uit Zee en anders
zins, den Koophandel betreffende, de
Lezers dezer Courant mede te dce-
lenom deze Courant op alle mo-
gelyke wyze nuttig en aangenaam
te maken en het gewenschte oogmerk
te doen bereiken". „En dat oogmerk",
zo voegde de heer De Widt daaraan
toe, de krant nuttig en aangenaam
te maken, „is ongetwijfeld be
reikt".
De burgemeester stelde vervol
gens vast, dat er altijd al een
nauwe relatie is geweest tussen de
„stedelijke regering" en de krant.
„En dat kan ook moeilijk anders",
zei hij, „want het stadsbestuur
heeft aan de wieg van dit blad ge
staan".
Overigens is er wel een sterke wij
ziging gekomen in het karakter van
deze relatie. Aanvankelijk ging het
alleen om de financiën en de cen
suur. In het prille begin moest de
Middelburgse Courant immers 1000
gulden aan het Stadsbestuur opbren
gen. Later veranderde dat wel iets:
de gemeente subsidieerde het blad
„Gelukkig is dat nu allemaal ver
anderd. De krant is financieel zelf
standig geworden en van censuur is
ook geen sprake meer", aldus burge
meester De Widt, „maar de relatie
bleef". „Bij het openbaar bestuur
kwam een volkomen openbaarheid
van behandeling", zo vervolgde spre
ker, „en die openbaarheid bereikt het
publiek immers vooral via de krant".
Daarnaast behoort het ook tot de
taak van de pers misstanden aan te
geven en dat alles legt een zware ver
antwoordelijkheid op de leiding van
een krant.
„Én een krant mag dan een één-
dags-vlieg zijn", aldus de burgemees-
toog van de Middelburgse burge
meester. Tenslotte reikte hij namelijk
met sympathieke woorden een aan
tal koninklijke onderscheidingen
uit
Nadat de burgemeester zich van
deze bijzonder eervolle taak ge
kweten had, dankte de heer Den
Boer voor de onderscheidingen, die
hem en drie van zijn personeelsle
den verleend waren.
Hij bracht in de eerste plaats
dank aan H.M. de Koningin en
betoogde tot slot, dat de directie
en het personeel van de krant bij
zonder getroffen zijn door dit eer
bewijs.
Gelukwens
provinciaal bestuur
DE PROVINCIALE Zeeuwse
Courant is in deze 200 jaar de bode
geweest van al hetgeen in de wereld,
in Europa, in Nederland, in de pro
vincie en in de stad gebeurd is",
aldus sprak mr. A. J. van der Weel,
de waarnemend commissaris der ko
ningin in Zeeland. Vervolgens wees
mr. Van der Weel er op, dat jhr. mr.
A. F. C. de Casembroot wegens ziek
te niet de gelukwensen van het pro
vinciaal bestuur kon aanbieden. „Tot
zijn grote spijt", zei de waarnemend
commissaris, „want met grote op
rechtheid, mededeelzaamheid en
vriendelijkheid gaat de belangstelling
van jhr. De Casembroot in hoge mate
uit naar de pers in Zeeland".
Verder wenste mr. Van der Weel
namens het provinciaal bestuur de
heer Den Boer, mejuffrouw Barto en
de heren Buijs en Hollestelle van
harte geluk met de aan hen toege
kende koninklijke onderscheidingen.
;eestige
In een welsprekende en
rede kon de heer Van der Weel ïn
het begin niet nalaten te spreken van
de Middelburgse Courant, zoals de
Zeeuwen die zo lange tijd gekend
hebben. „Het is iets heel wonder
baarlijks te bedenken, dat er twee
honderd-en-één jaar geleden nog geen
Middelburgse Courant was", merkte
de waarnemend commissaris op. „Wij
kunnen ons geen gezin voorstellen,
dat zijn eigen „Middelburger" niet in
hetgeen in het grote door de Zeeuw
se bevolking gevormde gezin ge
beurd is".
Mr. van der Weel betoogde ver
volgens, dat de P.Z.C. meer beko
ring heeft dan het grote dagblad,
omdat er uit blijkt hoe belang
rijk het is het nieuws te verne
men uit eigen kring. „De lezers
verheugen zich met ae P.Z.C. over
de blijdschap van Zeelands inwo
ners, en ook leven zij mee met
hen, die teleurstellingen ondervin
den", sprak de waarnemend com
missaris. „Want we weten, wat er
in Zeeland gebeurt".
Voorts memoreerde mr. Van der
Weel enkele belangrijke elementen
uit de laatste 50 jaar. Hij wees hier
bij op de verspreiding van de bulle
tins, uitgegeven naar aanleiding van
het uitbreken van de Transvaalse
oorlog, bulletins, die goud opbrach
ten, en herinnerde aan het werk van
enkele vroegere hoofdredacteuren.
„Directeur-hoofdredacteur (in 1873)
Pisuisse heb ik niet gekendal
dus mr. Van der Weel, „maar wel
de heer Van de Pauwert, in 1910
een buitengewoon prominent figuur.
Op straat namen wij eerbiedig ons
petje af, als dé hoofdredacteur pas
seerde".
Verder noemde mr. Van der
Weel de heer Kommers, een bui
tengewoon verdienstelijk raads-
verslaggever, de heer J. Ph. Doo-
renbos, eveneens een verdienstelijk
verslaggever, terwijl met dr. S.
S. Smeding de moderne tijd zijn
intrede deed. „Een hoofdredacteur,
die zo modern was, dat hij in het
kantoor in de St. Pieterstraat een
rood lichtje invoerde; wanneer dit
brandde, mocht men de hoofdre
dacteur niet storen
NIET DOOF
De P.Z.C. in de oude vorm kunnen
we ons nu niet meer indenken, be
toogde de waarnemend commissaris.
Redactie en opmaak zijn geheel ver
anderd, hoewel oudere mensen bil
het lezen van de grote „koppen" wel
eens de neiging hebben om op te
merken: „Schreeuw niet zo hard,
want ik ben niet doof„Voor het
provinciaal bestuur is het een grote
verheugenis, dat de P.Z.C. thans weer
een fris en nieuw bestaan tegemoet
gaat".
,Ik hoop, dat uw activiteit en wil
De administrateur van ons kantoor
Middelburg, de heer C. P. Buys, die
begiftigd werd met de eremedaille in
goud, verbonden aan de Orde van
Oranje Nassau, is reeds meer dan
veertig jaar in dienst van de krant,
waarvan ruim twintig jaar als ad
ministrateur. In deze verantwoorde
lijke functie heeft hij zich niet al
leen doen kennen als een zeer nauw
gezet werker, maar ook als een zeer
behulpzaam persoon, zowel voor cli
ënten als voor zijn collega's.
de bus vond om kennis te nemen van om verantwoord nieuws te blijven
Mej. E. Barto
brengen de basis moge zijn om ook
in de volgende jaren het plaatselijk
en regionaal nieuws zo goed mogelijk
te verzorgen", zei mr. Van der Weel,
die tot slot betoogde, dat het provin
ciaal bestuur zich van harte verheugt
in dit jubileum.
Steun en voorlichting
even belangrijk
„EEN OPMERKELIJK FEIT",
noemde ir. B. H. de Wolf, hoofdredac
teur van de Amersfoortse Courant en
voorzitter van de Regionale Daglad
Pers, de mening van de stichters van
de Middelburgse Courant, dat 500
abonnees wel een voldoende basis wa
ren voor het uitgeven van een krant.
„Dat klinkt nu komisch", zei de heer
De Wolf, „maar de tijden zijn nu
ook sterk veranderd en nu zijn er
tienduizenden lezers".
Bovendien heeft de Provinciale
Zeeuwse Courant haar positie, naar
de mening van de heer De Wolf nog
versterkt, door zich in 1946 met an
dere provinciale en regionale bladen
te verenigen in de Regionale Dagblad
Pers.
Hij stelde vast, dat de R. D. P.
veel steun van de P.Z.C. onder
vindt door het uitwisselen van fei
ten en kennis, zowel wat betreft
de directie als wat betreft de re
dactie. Maar even belangrijk acht
te de heer De Wolf de uitwisseling
van vriendschap, waardoor een
hechte band tussen de R.D.P.-bla-
den is gegroeid.
DUUR, DAT WEL
„Een duur lid is de P.Z.C. overigens
wel", vond de spreker, die daarbij
doelde op het geschenk, dat hij na
mens de R.D.P. aanbood. In dit ge
val kon de Regionale Dagblad Pers
namelijk niet volstaan met één Delfts
bord speciaal voor deze gelegen
heid vervaardigd maar moest men
(Vervolg op pag. 9)
Voor mej. E. Barto, zesendertig
jaar werkzaam op het kantoor van
de fa. G. W. den Boer de handels
drukkerij werd het vrijdag een
dubbele feestdag. Zij vierde namelijk
juist haar vijfenvijftigste verjaardag
en kreeg nu bovendien tot haar grote
verrassing de eremedaille in brons
op de borst gespeld.
Met een daverend en langdurig ap
plaus stemden de honderden recep-
tiegasten in met deze koninklijke
hulde, gebracht aan vier leden van
de grote P.Z.C.-familie. Een hulde,
die zoals burgemeester De Widt
tenslotte nog opmerkte mag wor
den gezien als bestemd voor het ge
hele bedrijf!
Directeur en hoofdredacteur leidden
bijzonder stijlvolle receptie in
DE BIJZONDER STIJLVOLLE EN VOOR directie, redactie, administra
tie en technische dienst van de Provinciale Zeeuwse Courant onvergetelijk
geworden receptie in het Middelburgse Schuttershof werd ingeleid door de
heer F. B. den Boer, directeur van de P.Z.C. te Middelburg, en de heer W.
Leertouwer, hoofdredacteur van de P.Z.C. Op gedegen wijze gaven beiden
een overzicht van talrijke belangrijke momenten uit het bestaan van de
P.Z.C. de heer Den Boer met een historisch overzicht en de heer Leer
touwer met een karakterschets.
In een welkomstwoord richtte
de heer Den Boer zich tot de
waarnemend commissaris der ko-
ningin, mr. A. J. van der Weel, ve
le burgemeesters van Zeeuwse ge
meenten, lezers en lezeressen van
de P.Z.C., adverteerders, bestuurs
leden van de Nederlandse Dag
bladpers en van de Regionale
Dagbladpers, de directeur van het
A.N.P., alsmede vele andere be
langstellenden.
Namens de directie zegde de heer
Den Boer allen hartelijk dank voor
hun komst, hetgeen hij een bewijs
achtte van hartelijk medeleven met
de krant. „Zij bestaat 200 jaar en zij
behoort tot de oudste kranten van Ne
derland. Ouderdom op zichzelf is
geen deugd en zeker niet wanneer het
een bedrijf betreft. U moet dan ook
niet te veel kijken naar die ouder
dom. Het is een ouderdom, die bereikt
werd door verjonging en vernieuwing.
Zo sterk is alles vernieuwd en veran
derd, dat weinig meer in de krant van
vandaag herinnert aan de Middel
burgse Courant van 1758", aldus de
heer Den Boer.
Vervolgens nam de heer Den
Boer een „gedachtensprong" van
200 jaar terug, toen in een klein
drukkerijtje, waar een paar man
personeel een krakend houten
persje bediende, de „Middelbur
ger" het levenslicht zag. „Eén
voor één werden ongeveer 500
kranten uit dat persje gehaald",
aldus de directeur. „Hoe anders is
het vandaag. De krant davert met
een snelheid van vele duizenden
per uur uit de rotatiepers..."
Achter de adverteerder aanlopen
was er in die dagen werkelijk niet
bij... Deze werden in 1758 gedwongen
om in de krant te adverteren,
want het gemeentebestuur in de
Zeeuwse hoofdstad decreteerde dat ie
der, die in enigerlei krant een adver
tentie plaatste, dat ook moest doen
in de Middelburgse Courant. „Dat
was erg goedgeefs van dat gemeen
tebestuurmaar een klein beetje
hebberig toch ook wel, want de uit
gevers van de krant moesten elk jaar
bij het gemeentebestuur duizend gul
den neertellen voor het „privilege"
van de uitgave.
Omstreeks 1790 werd de krant
winstgevend, doch toen begon het
gemeentebestuur zich intensief
met de advertenties te bemoeien...
Er kwam een verbod om te adver
teren voor kwakzalvers, horo-
scooptrekkers, caféhouders en
mensen, die danspartijen en derge
lijke organiseerden...
Abonnees
En dan de abonnees. Tot om
streeks 1870 kooplieden in fluwelen
broek en bepoederde pruik op het
hoofd, een enkele grondbezitter in
jachtkostuum en wat plechtige amb
tenaren, welk gezelschap alleen maar
wijzigde van kleding, niet van aard.
Maar daarna veranderde alles snel,
vervolgde de heer Den Boer.
De Middelburgse Courant werd
een krant voor het huisgezin. „Met
de bevolking van Zeeland is de
krant meegegroeid. Dankzij de
toenemende saamhorigheid in het
gewest werd het mogelijk door 't
samenbundelen van kranten te ko
men tot de P.Z.C. Zij is in de loop
der eeuwen geteisterd door brand,
watersnood, oorlogsgeweld en eco
nomische depressie. Zij heeft dit
alles soms moeilijk overleefd,
maar zij is in stand gebleven".
Tot slot richtte de heer Den Boer
zich nog met een persoonlijk woord
tot zijn vroegere mede-directeur, de
heer F. van de Velde sr. De heer
Den Boer betoogde, dat de heer Van
de Velde een groot aandeel had in de
opbouw van de huidige P.Z.C. Spre
ker bracht de oud-directeur hartelijk
dank, voor al hetgeen hij in het be
lang van de krant gedaan heeft.
Zeeland zelf maakt de krant
„DE KRANT is een levend ding
dat slechts een enkele dag bestaat.
Die krant wordt geboren uit een
stroom van nieuws, ze schept een
kort contact met een levende lezers
kring, er is even een intensief sa
menspel en daarna wordt de krant
bijgezet in het mausoleum van de ar
chieven", aldus luidde de korte ka
rakterschets van het dagblad, zoals
de heer W. Leertouwer, hoofdredac
teur van de Provinciale Zeeuwse Cou
rant, die gaf. Maar juist door dat
één-dags-bestaan is een 200-jarig ju
bileum van een blad voor een krante-
man een „moeilijke zaak". „Als een
stadhuis 200 jaar in stille schoonheid
heeft gestaan, dan is dat een tastbaar
jubileum. Maar met 200-jaar-krant
is die tastbaarheid niet zo eenvoudig",
zei de heer Leertouwer,
De eerste jaargang van de Middel
burgse Courant, die als een soort ge
boortebewijs in de Provinciale Bi
bliotheek ligt, lijkt voor een jubileum
tastbaar. „Maar als men de vergeel
de jaargangen van meer dan honderd
jaar geleden opslaat, dan doet men de
ontdekking, dat de krant van toen
niet meer leeft. Alleen de krant-van-
vandaag is springlevend", aldus de
heer Leertouwer.
Maar leerzaam zijn die vergeel
de jaargangen wel. „Wij weten er
uit, dat we veel respect moeten
hebben voor de mensen, die met
een primitieve technische uitrus
ting, met slechte communicatie
middelen en verstoken van pers
vrijheid, toch het nieuws brach
ten!", vertelde spreker.
Vervolgens ging de heer Leertou
wer dieper in op de geschiedenis van
de krant, waarbij hij onder meer ver
telde, hoe de eerste redacteur, de
heer Hooyman, zijn functie op moest
geven: „Helaas geen worsteling om
grote principesgeen worsteling
met. het stadsbestuur, maar een tri
viale worsteling met zijn... schuldei
sers".
Voor het huisgezin
Pas in 1870 kwam een belangrijke
omwenteling: van een krant voor
kooplieden werd het een dagblad-
voor-het-huisgezin. „Daarom voelt
men zich direct al beter thuis in die
kranten van na 1870; ze zijn meer
verwant aan de bladen van onze tijd",
zo verklaarde de heer Leertouwer.
Typerend voor deze „revolutie"
noemde spreker het feit. dat toen ook
de vrouw baar stem liet horen in de
krant
Weer een belangrijke datum was
1945 In dat jaar en de daarop vol
gende tijd groeide de Provinciale
Zeeuwse Courant sterk uit, in lezers
tal en ook in redactie-bezetting. Zij
werd toen werkelijk een provinciale
krant, een doel. dat wellicht de stich
ters in 1758 al voor ogen heeft ge
staan.
Uit die periode wilde de heer
Leertouwer één man met name
noemen: „Aan de opbouw van dat
echte provinciale blad is tien jaar
lang leiding gegeven door wijlen
Gerard Ball'ntijn", aldus spreker,
„en U staat mij toe, dat ik zijn
werk hier een inspirerend voor
beeld noem".
Volk van Zeeland
Tenslotte vergeleek de heer Leer
touwer de krant nog met een wagen
getrokken door paarden. Daar is het
paard van de directie met de admini
stratie. daar is ook het paard van de
technische dienst met machines, pa
pier en drukinkt en daar is tenslotte
het paard van de redactie, die de in
houd van de krant bepaalt
„En nu rijst ongetwijfeld bij U de
vraag: Wie stuurt die wagen?", zo
zei de heer Leertouwer. „Die wa
gen", aldus gaf spreker zelf het ant
woord, „wordt gestuurd door 't volk
van Zeeland. Het is Zeeland zelf, dat
spreekt uit deze krant en waardoor
deze krant wordt gemaakt". Daarom
vond de hoofdredacteur het ook niet
nodig te besluiten met de wens, ..dat
het de krant goed moge gaan". Ik
kan volstaan met de wens, dat Zee
land moge groeien en bloeien tot in
lengte van dagen t"