Tragedie van het Joodse Ghetto
in de hoofdstad van Polen
AMBONEZEN BESTEDEN TE
VEEL GELD AAN VOEDING
BIJ DE POLDERDIJKEN KWAKEN KIKKERS EERSTE LENTELIED
DINSDAG 29, APRIL 1958
PROVINCIALE ZEEUW BE O OU RANT.
1
VIJFTIEN JAAR GELEDEN
„Voor het Joodse volk, voor
zijn strijders en martelaren"
Deze woorden staan in donker graniet gebeiteld op het indrukwekkende
monument in Warschau, dat op de plek waar eens het Ghetto was, werd
opgericht ter ere van de honderdduizenden gesneuvelde Joodse strijders en
martelaren. Aan de voorkant van het zes meter hoge gedenkteken, zien
we een beeldengroep met de laatste verdedigers van het Ghetto, aan de
achterkant een tragische stoet Joden die de dood tegemoetgaan. Moeders
dragen hun broodmagere kinderen, de mannen de heilige Thora-rollen.
Indrukwekkend en verschrikkelijk.
Dit monument dwingt ons om er bij
stil te staan. Maar er is nog een an
dere reden om dit te doen. Op 19
april was het precies vijftien jaar
feleden, dat de Duitsers die op deze
onkere dag, opnieuw honderden
„slacht"-offers uit het Ghetto wilden
wegslepen, door de leden van de
Joodse Verzets-Organisatie met een
verwoed geweervuur en met hand
granaten werden ontvangen.
„Als gehypnotiseerde konijntjes"
zoals Himmler cynisch meende te
kunnen formuleren hadden de Jo
den zich tot die dag in de wagons
laten persen en wegleiden. Maar op
de vroege ochtend van 19 april 1943,
bleek dit niet meer mogelijk.
Want op deze gedenkwaardige dag
begonnen de Joden in het Ghetto de
strijd tegen hun vijanden in dit door
SS en Wehrmacht afgesloten gebied.
En dit was het begin van het einde.
In 1940
Het Ghetto werd door de Duitsers in
1940 ingesteld en alle Joden in War
schau werden gedwongen er hun in
trek te nemen. 140.000 Joden moes
ten in het Ghetto gaan wonen bij de
genen. die daar reeds vertoefden, ter
wijl 80.000 Polen deze wijk moesten
verlaten. Er werd een hoge muur
rond de wijk gebouwd en de poorten
werden bewaakt door politie. Boven
de poorten verschenen opschriften
als: „Typhus, in- en uitgang streng
verboden". En dit was het begin van
de tragedie der in het Ghetto opge
sloten Joden.
Op 't moment dat de poorten werden
gesloten, bevonden er zich 370.000
personen. Korte tijd later werden
ook Joden uit andere steden naar 't
Ghetto gebracht. En ondanks de met
misdadige nauwkeurigheid van te vo
ren beraamde massale sterfte, telde
het Ghetto twee jaar later nog
540.000 inwoners.
Het Ghetto genoot in het begin een
zekere autonomie. Dank zij hun ge
niale organisatie-talent slaagden de
Joden erin ogenschijnlijk het onop
losbare probleem van hun bestaan op
te lossen.
Van de een half millioen tellende be
volking van het Ghetto waren slechts
125.000 personen geschikt werk te
verrichten. Alleen dank zij de actie
van het Amerikaanse „Joint", waar
van 300.000 personen hulp genoten,
konden de bewoners in leven blijven.
De toestand verslechterde zeer, toen,
als gevolg van Amerika's toetreding
tot de oorlog, de Amerikaanse hulp
een einde nam.
De Duitsers beperkten de rantsoenen
tot 420 gram brood, 130 gram vlees
en 25 gram vet perweek. Van
dit ogenblik af heerste in het Ghetto
honger. De dood aan ondervoeding
behoorde tot de dagelijkse gebeurte
nissen. De grote overbevolking was
verder oorzaak van uitbrekende epi
demieën cn in het jaar 1942 werden
in 't Ghetto niet minder dan 10.000
gevallen van tyfus geregistreerd.
Aan het einde van dat jaar vaardig
den de Duitsers een onmenselijk ver
bod uit. Er mochten geen geneesmid
delen meer worden verstrekt aan
kinderen beneden vijf jaar en aan
volwassenen boven 45 jaar.
Het sterftecijfer, dat in januari '42
nog 900 bedroeg, was aan het eind
van dat -jaar gestegen tot 6000 per
maand. Doch Hitier eiste, dat de Jo
den vlugger moesten sterven. Daar
om maakten de Nazi's een begin met
de evacuatie van het Ghetto, met als
gevolg dat er 4 januari 1943 reeds
340.000 mensen verdwenen waren in
de gaskamers van Birkenau, Maida-
nek en Treblinki.
De Zierikzeese schooljeugd was
klaarblijkelijk wel enthousiast voor
het „onontbeerlijke oorlom", zoals het
dagelijks flesje melk werd genoemd
tijdens de eerste „plechtige" ver
strekking van dit vaderlandse zuivel-
produkt. Foto P.Z.C
De meest tragische dag van het War-
schause Ghetto was die van 22 juli
1942. Op die dag eisten de Duitsers
namelijk van de Joodse Raad de le
vering van 6000 tot 10.000 Joden per
dag „voor deportatie naar het Oos
ten". Niemand wist toen nog, dat de
deportatie betekende massale ver
moording in de gaskamer.
Vermoedens
De president van de Joodse Raad, lr.
Czerniakow, moet echter toch iets
hebben vermoed, want hij weigerde
de ondertekening van de acte en be
roofde zichzelf door vergif van het
leven. Deze zelfmoord maakte in het
Ghetto een verpletterende indruk.
Zelfs de Duitsers schrokken en vrees
den voor een gewapend verzet.
In de kringen van de Joodse illega
len heeft men tegen ir. Czerniakow
wel een zekere wrok gekoesterd, om
dat hij zelfmoord heeft gepleegd in-
plaats van de massa tot opstand op
te roepen. Deze kritiek is echter on
gegrond. Het Ghetto bezat toen nog
geen wapens, en evenmin een onder
grondse beweging. Bovendien wist
niemand toen nog, dat de gedepor
teerden werden vermoord.
Pas zes dagen later, toen de gaska
mers van Treblinki alreeds enkele
tienduizenden waren vergast, kwa
men de inwoners van het Ghetto de
eerste berichten ter ore over het tra
gische lot van de weggevoerden. De
Joodse massa was teneergeslagen
en ongeschikt tot verzet. Met behulp
van enkele SS-bataljons, konden de
Duitsers de Joden deporteren en ver
moorden.
Het Ghetto stroomde leeg. Einde '42
is toen de „Joodse strijdorganisatie"
(Z.O.B.) opgericht, die in verbinding
stond met het Poolse Ondergrondse
Leger. De Polen voorzagen de Jo
den van wapens en munitie en leer
den hen hoe ze handgranaten moes
ten maken. Bunkers werden opge
richt, tezamen met onderaardse
schuilplaatsen, waarin vrouwen, kin
deren en grijsaards tenminste enige
tijd veilig zouden zijn voor de vervol
gingen.
De strijd
Op 18 Januari 1943 poogden de Duit
sers de deportatie van de circa 40.000
overgebleven Joden voort te zetten,
doch tot hun grote verbazing stoot
ten zij op verzet. Het kwam tot ge
vechten, die acht dagen duurden. De
Duitsers leden zware verliezen en
trokken zich terug, waarbij zij vele
huizen In brand staken. Er volgde
een korte tijd van rust.
Op 19 april 1948 drongen echter ster
ke Duitse formaties het Ghetto bin
nen om de overgebleven Joden te li
quideren. De Duitsers zetten hier
voor 6000 soldaten in, die over het al
lermodernste oorlogsmateriaal be
schikten, terwijl de Joodse verzets
organisatie slechts een kleine duizend
man telde.
„Wij willen een menswaardigie dood
sterven luidde hun laatste appèl
aan de wereld „én ons niet willoos
naar de gaskamers laten slepen".
De gevechten, die het karakter van
een reguliere Duits-Joodse oorlog
droegen, duurden 'n week en eindig
den voor de Duitsers met een verlies
van 1000 tot 1200 man. Het getal der
gesneuvelde Joden bedroeg 5000. De
zware verliezen dwongen de Duitsers
tot een andere taktiek. Met behulp
van brandbommen en vlammenwer
pers werd huis na huis, straat na
straat systematisch in brand gesto
ken. Wie niet in de vlammen om
kwam, werd onmiddellijk gedood. De
bestialiteit van de Duitsers kende
geen grenzen. De actie duurde onge
veer twee maanden en nam eerst een
einde, toen in de gehele wijk geen
steen meer op de andere stond en de
laatste inwoner door de Duitse ko
gels was gevallen.
„Voor het Joodse volk. voor zijn strij
ders en martelaren" staat in donker
graniet gebeiteld. Woorden niet al
leen van droefheid getuigend, doch
ook een boodschap bevattend van de
gestorvenen aan hen, die nog in le
ven zijn.
BILLY STRENK
Landbouwschap door Hoge
Raad in gelijk gesteld
De Hoge Raad heeft het Land
bouwschap in het gelijk gesteld in de
kwestie over de aftrek van vergoe
ding voor in 't bedrijf van de ouders
medewerkende kinderen. Ouders en
kinderen kunnen thans zonder fiscaal
nadelige gevolgen hun arbeidsver
houding naar eigen inzicht en in
overeenstemming met hun werkelijke
verhouding regelen.
Indien zij dit zodanig doen dat
er van een dienstverhouding geen
sprake is, dan mogen de ouders des-
nièttemin het aan de kinderen voor
hun arbeid toegekende in mindering
op hun bedrijfswinst brengen. Tevens
worden de ouders nu verlost van de
administratieve rompslomp verbon
den aan de inhouding van loonbe
lasting en A.O.W.-premie. De kin
deren zullen kunnen profiteren van
de reductie die op de A.O.W.-premie
wordt verleend aan hen die hun ar
beid niet in dienstverhouding ver
richten en wier inkomen beneden een
zeker minimum ligt.
Tot dusver huldigde de fiscus de
opvatting, dat de waarde van de aan
deze kinderen verstrekte kost, inwo
ning en kleding alsmede de toege
kende geldsbedragen door de ouders
slechts dan in mindering van hun be
drijfswinst mocht worden gebracht,
indien partijen zich op het stand
punt stelden dat er tussen hen een
arbeidsovereenkomst bestond, met al
le consequenties van dien ten aan
zien van loonbelasting en A.O.W.-
premie.
(Advertentie)
AMERICAN CIGARETTES
pa
uocnch. vocha cUmv&t
twat cpedg,ta6a& l&
siiuinnnininiiiiiiinniiiiiiniiiiniiiiininniniinnniiiiinitiiiininGiDiiiiiiiuiioainiiuiiuiiiiiiuiiiiiiBiiiiiiiiiiiuiiiii;!!
i^iii!i!iiiii!iiiiRinipniii!i:nitiniBniniiin!iiiiiiiB!iiiiiRnnniL
Gigantische feesttaart
voor koningin Juliana
Op de internationale tentoonstelling
„De Suiker" te Amsterdam werkt een
team van leraren van de bamketbak-
kersvakscholen, leerlingen en reeds
gevestigde banketbakkers aan een gi
gantische verjaardagstaart voor-H.M.
de Koningin. Deze taart zal op 30
april naar Soestdijk worden gebracht.
De koninginnedag, de laatste dag van
„De Suiker", zal in de R.A.I. niet on
opgemerkt voorbijgaan. Het uitvoe
rend gomité heeft, in samenwerking
met het Nederlands Zuivelbureau, be
sloten van deze dag een „slagroom
dag" te maken. Iedere bezoeker zal
dan een slagroomverassing krijgen.
Op de'tentoonstelling zijn de inzendin
gen te zien van twee vakwedstrijden.
De eerste is die voor „gelegenheids-
taarten", de tweede die van de ban
ketbakkersvrouwen, die een assorti
ment bonbons moesten etaleren.
„De Suiker", waarop gisteren de
35.000ste bezoeker werd begroet, sluit
woensdag 30 april des avonds half elf.
VOORLICHTINGSBUREAU VOOR VOEDING
Moeilijke overgang van
Nederlandse voedingswijze
Ondanks de hardnekkige pogingen,
die aangewend worden om de 18.000
Ambonezen, die in de zeventig woon
oorden in ons land leven, Nederlanse
levensgewoonten en vooral Neder
landse voedingsgewoonten bij te
brengen, is men daarmede nog niet
veel opgeschoten. Ongeveer driekwart
van het geld, waarover de Ambone
zen de beschikking krijgen gevert zij
uit aan de voeding. In verhouding tot
wat de Nederlanders aan eten én
drinken uitgeeft is dit te veel,
ONDER ZEELANDS HOGE HEMEL
Eerste koekoeksroep werd
reeds vernomen.
Sinds ons laatste natuurpraatje
opnieuw is gevolgd door een kille
periode, heeft enerzijds de ontwik
keling nagenoeg stilgestaan; ander
zijds hebben de laatste lentedagen
deze met sprongen vooruitgebracht.
door BAREND ZWERFMAN S
Ja, er zijn nog enkele meldingen
van zwaluwen binnengekomen: 5
april Oost-Souburg; 6 april Kle-
verskerke; 7 april Biezelinge; 11
april 's-Heer Arendskerkemaar
op één melding van 12 stuks op
eens na (Oostburg) gold het tel
kens slechts één overvliegend
exemplaar. Bij Vlissingen werd op
21 april echter een koppel zwalu
wen gesignaleerd. Men vermoedt,
dat die dieren juist uit warmer
oorden kwamen. Nog steeds ver
wachten we dus gaarne opgaven,
om op deze wijze een indruk te krij
gen van het zeer vreemde terugke
ren van de door de koude van de
wijs gebrachte zwaluwen. Bij Oost-
kapelle, waar begin vorige week al
les vrijwel nog kaal stond, zagen
we op 14 april een reeks elzeboom-
pjes, waarvan er én (zegge: één)
een poging deed enkele van zjjn
katjes in de bloeitoestand te bren
gen, alle andere waren nog volko
men gesloten. En dat, terwijl we
vóór 14 februari reeds eenzelfde
toestand waarnamen bij de elzen
van Kattendijke; die bij Oostkapel-
le waren dus precies twee maanden
ten achter.
Toch is anderzijds de ontwikkeling
doorgegaan. Niet alleen vonden
we in hetzelfde Oostkapelle het
longenkruid in volle bloei onder de
beschutting van het struweel,
maar in eigen omgeving zijn naast
de hommels ook de wilde bijen
weer opgedoken. De eerste Antho-
phora of pelsbij was er al op 3
april bij een temperatuur van
slechts zeven graden in de scha
duw. Pclsbijen lijken op hommels,
ze zijn kleiner, hebben geen dui
delijke banden en vliegen wild en
snel. De temperatuur heb ik met
een buiten het raam geplaatste
thermometer geconstateerd. Wel
scheen de zon: die lokt dus, meer
nog dan de luchttemperatuur, deze
bijen naar buiten. Uiteraard was
het een mannetje, te kennen aan
het driehoekig gele kopschild. De
mannetjes-pelsbijen verschijnen
steeds enkele dagen vroeger dan
de wijfjes.
Op 12 april zat echter ook de eerste
vrouwelijke pelsbij op onze bloeiende
Arabis, al spoedig opgejaagd en ach-
I tervolgd door een mannetje, waarbij
de toch al snelle vlucht nog iets werd
opgevoerd. Op 15 april bij 10 graden
in de schaduw verscheen de eerste
graafbij Andrena, de opvallende
soort met het vosrode pelsje en op
17 april zagen we de tweede, nu bij
7 graden, ergens stijf en kleumend
op de grond. Op 13 april was de eer
ste moshommel (bijna helemaal geel)
weer present en één dag later, bij 8
graden zowaar dat echte zonnekind,
de wolzwever, een parasietvlieg, die
haar eieren bij of in de monding van
nesten van wilde bijen deponeert.
Zo ontwikkelt ook bij lagere tempe
raturen het natuurleven, wanneer de
hogere te lang verstek laten gaan.
Hoe moeten we dit alles begrijpen?
Een deel van de ODlossing vinden we
als we eens een tochtje gaan maken
langs onze polderdijken, waar-in de zo
juist genoemde insecten graag (hun
overigens onschadelijke) nestgange
tjes graven. Deze dijken betekenen
vobr de insecten hetzelfde, als de
zonnige berghellingen voor de Alpen
toerist. Zo nu en dan zien we daar
schier ongelooflijke afbeeldingen van
toeristen in badpak, rustig zonneba
dend, terwijl de sneeuw rondom hen
de bodem bedekt. De zuid- en zuid
westhellingen van onze dijken leve
ren een verrukkelijk micro-klimaat
wegens de bescherming tegen de
noord- en noordoostelijke winden. Er-
is dan ook altijd wel een beschut
plekje te vinden voor de natuurlief
hebber, die het waagt bij zonnig weer
maar met koude wind naar buiten te
trekken; tien tegen één, dat hij dan
op dat plekje tevens gelegenheid
heeft kennis te maken met activitei
ten van klein gedierte, dat elders ge
dwongen is binnen te blijven.
De oogst van ons dijkentochtje in de
omgeving van 's Gravenpolder lever
de dan ook nog al wat op. Jammer
genoeg geen enkele zwaluw, maar
wel fitissen en no" wel in groot aan
tal, luidkeels kwinkelerend tegen el
kaar vanuit de nog maar even knop
pende takken van de peppels. We
hoorden een bonte specht geducht ra
telen in een halfdode populier en kon
den de lawaaimaker tot op een tien
tal meters naderen en bezig zien.
Waar we gingen zitten vloog de
eerst-waargenonren akkerhommel
voorbij, een der grote soorten van
lieve-heersbeestjes liet zich neer op
een grasspriet en een eindje verder
wakkelde een kleine vos (vlinder).
Naast het heerlijk liedje van de
boompieper klinkt het gekwaak van
de eerste kikvorsen ons als bijna nog
schonere muziek in de oren. De wei
den stonden even vol madeliefjes (nu
niet meer groenig) als Üe slootkanten
oplichtten onder de gouden sterren
regens van het speenkruid en de gul
den schijven van de paardebloemen.
Prachtig was het zicht vanaf de dijk
over de nu overal bottende meidoorn
struiken, biina uitgebloeide, maar
nog gele wilgen, knodsig ep zwart
bloeiende essen, witbloesemende slee
doorn en vroege pruimen, halfbloei-
ende peren, de roze schemer over de
met gevorderde bloesemknoppen be
dekte appels, veel reeds volkomen
groene akkers met daartussen de
licht-beige geblokte grond, waaraan
de aardappels waren toevertrouwd.
Ergens zien we zowaar de eerste
handjesvorming, het eerste groen van
de kastanje en we nemen ons voor
dit snel te melden aan het Meteoro
logisch Instituut in De Bilt (dat doet
U toch ook allemaal Het is een lust
de zon over het Zeeuwse polder
land te zien schuiven.
Ook op de terugtocht, wanneer we
een haas mét zijn schaduw zien
vluchten over dekkingloos aardappel
land en aan één der slootjes één bosje
nachtegaalskruid reeds een wit bloei-
scherni zien vertonen. In de nog jon
ge peppels naast de weg snellen
étappesgewijs trekvogels voor ons uit
Een klein groepje van de prachtige
tapuiten, maar ook ringmussen en
kneutjes. Ergens treffen we de kneu
tjes aan broederlijk verenigd niet een
troepje groenvinken. Een malle ge
waarwording als je keuen (pardon ik
bedoel kneuen) ziet opvliegen en
groenvinken ziet neerstrijken; tot je
bemerkt dat ze door elkaar heen zit
ten. Woerden van wilde eenden zitten
roerloos in het weiland, terwijl de
vrouwtjes broeden in het riet. Bessen
en frambozen staan schijnbaar al
weer dichter in het blad, dan toen we
vertrokken. Als dat zo doorgaat is
Zwerf mans' babbeltje, dat hij heden
schrijft, over twee dagen een week
ten achter. Zoiets kan ons thans ge
makkelijk overkomen en dat is maar
gelukkig, want de natuur heeft veel
in te halen. Denk eens aan het feit,
dat de koekoek tussen 15 en 20 april
behoort te verschijnen, in vorige ja
ren vaak verrassend veel vroeger on
ze provincie met eerste bezoeken ver
eerde. terwijl er thans nog slechts
bericht over een koekoeksroep bin-
één enkel bericht over een koekoeks
roep binnenkwam uit 's Heer Abts-
kerke.
aldus kan men lezen in het raport
dat het Voorlichtingsbureau voor
de voeding heeft opgesteld over de
voeding en voedingsgewoonten in en
kele woonoorden voor Ambonezen, op -
verzoek van minister Klompé.
Ruim 75 procent (tegenover Neder
landse gezinnen 30 tot 45 procent)
van het inkomen, dat ligt op het
niveau van een handarbeider, wordt
uitgegeven aan een menu dat zoveel
mogelijk het vertrouwde Indonesische
wil benaderen aangezien de ingredi
ënten, voedingsmiddelen als dure rijst
e.d. omvatten, zijn de kosten van de
dagelijkse voeding zo laag, dat het
sociale gezinsleven ongunstig beïn
vloed wordt»
Als daar nog bijkomt dat de woon
toestand in de kampen eerst nu, met
de bouw van moderne woongemeen
schappen als het nieuwe kamp Kapel-
Ie aan de LJsel, het stadium van
„vluchtelingenkamp" gaat overbrug
gen, is het volgens het enquête-rap
port wel begrijpelijk dat er een toe
stand is ontstaan, die verbeterd moet
woiden.
De Nederlandse regering, die een ver
blijf van langere duur van deze Am
bonezen in Nederland voorziet, stuit
echter op een grote weerstand van de
zijde der Zuid-Molukkers. welke zich
onder andere ook getoond heeft in de
geringe belangstlling voor de „econo
mische" cursussen in de kampen en
een principiële weigering van een
groot deel van de mannen om een
betrekking te aanvaarden.
De Ambonezen stellen zich, aldus
het rapport, in de zeven jaren van
hun verblijf in Nederland, volledig
in op het ideaal eens terug te gaan
naar een onafhankelijke republiek
der Zuid-Molukken, waardoor zij de
pogingen, tot sociale lotsverbetering
(o.a. opneming in de Nederlandse ge
meenschap) grotendeels met diep
wantrouwen bejegenen. Wel is daar
naast geconstateerd, dat van de spe
ciale faciliteitën, zoals het verschaf
fen van onderwijsmogelijkheden tot
en met universiteit toe, redelijk veel
gebruik wordt gemaakt, doch dit
geldt vooral voor de jongere genera
tie, die zich uiteraard gemakkelijker
aan de situatie aanpast.
De enquête-commissie is tot twee
conclusies gekomen ten aanzien van
de voeding, meer voor wat betreft
het financiële aspect daarvan.
In de eerste plaats wordt gesteld, dat
het huidige voedingspatroon op de
duur te kostbaar zal worden voor het
gemiddelde inkomsten-niveau. Voor
al de kinderen in de woonoorden zul
len hiervan de dupe worden.
Voorts, aldus het uitvoerig toege
lichte rapport, zal de voorlichting
zich niet alleen moeten richten op
het terrein van de voeding. Het
wordt van het allergrootste belang
geacht, dat bij de Ambonees in
Nederland voldoende belangstel
ling wordt gewekt voor het zoe
ken van een oplossing ten gunste
van een aanvaardbare huishoude
lijke bestiering. Hiertoe wordt
deskundige leiding nadrukkelijk
aanbevolen.
Room wordt niet duurder
De algemene vereniging voor melk-
voorziening deelt mede, dat hier en
daar misverstand is ontstaan over de
prijs van room. Het is alleen de kof
fiemelk, welke duurder wordt. Van
duurder worden van room is geen
sprake.