G Schrijfster Wilma Vermaat praat graag over boeken van anderen nze UzciHvenpagind Victoria Hotel 0en jas voor - Kroesjtsjew Italiaanse modekoning was even op Schiphol Gerechten die nog niet bestonden VRIJDAG 7 FEBRUARI 1958 PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT. 7 DERTIC JAAR VECHTEN OM GEZONDHEID Herfst en winter inspireren haar... Een kille gure wind blaast het dikke, bruine bladerpak, dat het smalle zandpaadje de enige verbinding van het woonhuis met de hut bedekt, uiteen. Als sneeuw uit een dichte, donkere hemel dwarrelen de verdorde bladeren uit de boomkruinen naar beneden. De natuurliefhebber geniet: de van gezelligheid houdende zakenman huivert; de schrijver of schrijfster vindt echter inspiratie. De nadering van de winter, het beleven van de herfst, zou de ach tergrond kunnen zijn van een roman. Een roman bijvoorbeeld over een meisje, dat op zeer jeugdige leeftijd reeds geconfronteerd wordt met de winter, de dood. Een meisje, dat zo ziek is, dat alle hoop op ge nezing, het meemaken van de lente, moet worden opgegeven. Toch heeft de schrijfster, die sinds 1935, het jaar waarop zij in Beekbergen kwam wonen, elk jaar opnieuw een herfst meegemaakt, deze roman nooit geschreven Althans niet zoals wij bedoelende beschrijving van de korte levensgeschiedenis van een ziek meisje. leraar van het gymnasium werd zij in 1873 in het Betuwse dorpje Zetten geboren. Ondanks haar zwakke ge zondheid, zag zij op betrekkelijk jonge leeftijd kans een studie in de Nederlandse taal, Frans en handwer ken te volgen. Zij deed dit aan de kweekschool voor onderwijzeressen, die in Zetten was gevestigd. Op 27- jarige leeftijd, toen men meende, dat zij haar telkens weer uitbrekende ziekte te boven was, verhuisde zij met haar ouders en enkele zusters naar Apeldoorn. Eén jaar slechts kon zij hier werk verrichten, namelijk ba tikken van stoffen. Toen werd zij weer ziek. Nog erger dan alle voor gaande keren. Iedereen dacht, dat het eind was gekomen, zijzelf ook. De grote strijd om haar leven ontbrand de in volle hevigheid, een strijd die in enkele dagen beslecht was: het leven had de dood overwonnen. Van het moment af, waarop zij haar bed kon verlaten, brak vooi- haar een tijdperk aan van onge kend genot. Zij. die nooit had kun nen genieten van de heerlijke na tuur, kon nu evenals alle andere gezonde mensen wandelen over de geurige heide, springen over de smalle, heldere beken, soezen op het zachte mos in de prachtige bossen. Deze plotselinge ommekeer in haar leven bracht ook een verandering in haar dagelijkse bezigheden. Even plotseling als haar genezing was gekomen, kreeg Wilma behoefte om te schrijven. Zij wilde in woorden uitdrukken hoe groot haar dankbaar heid was voor het feit, dat zij beter mocht worden. Het eerste boekje dat van haar verscheen was „Oude Vrijster", een novelle die spoedig door vele andere werd gevolgd. Bij ons gesprek kon mevrouw Vermaat niet precies ver tellen hoeveel boeken zij sinds haar beterschap heeft geschreven. Het zijn er in ieder geval tientallen. Haar meest recente werkje is „De nieuwe weg". Op de vraag hoe zij over de hedendaagse literatuur en niet na me de christelijke volksliteratuur denkt, antwoordde zij: „Ik krijg zo de indruk, dat de jonge schrijvers en schrijfsters het te veel gaan zoe ken in het negatieve. Uitsluitend de duisternis, de herfst, kunnen zij met een geweldige woordkeur als kern voor hun roman gebruiken. Het licht echter, Gods glorie, kennen zij niet. Waarschijnlijk komt dit, doordat zij zelf de duisternis nog nooit echt hebben meegemaakt. Zij zien het licht dus geheel anders dan iemand die wel langs afgronden heeft moeten gaan." Wij geloven, dat deze uitspraak uit de mond van een vrouw, die tot in alle finesses de ellende van dc wereld De thans 84-jarige Willemina Ver maat, of zo u haar waarschijnlijk beter kent: Wilma, ziet de dood niet als het einde. Zelfs niet als het einde van een roman. Toen zij dan ook een boek schreef over een klein, ziek meisje, was het de geschiedenis van een gevecht, waarin het leven, de lente, die zij ook elk jaar mag be leven, zegeviert. Dat boek, „Het heilig wonder van mijn leven", vertelt ons haar eigen levensgeschiedenis. Wie dit boek ge lezen heeft, weet dat Wilma een van de weinigen onder ons is, die via de donkerste schaduwzijden van het le ven bijna dertig jaar is zij ziek ge weest de levenslente, het zich vol komen gelukkig voelen, bereikt heeft. In haar strijd met de dood heeft zij geleerd wat léven is. Een gesprek met Wilma is niet een voudig. Zij praat niet graag over haar zelf, noch over haar boeken. „Wij zijn geen eenlingen, wij zijn mensen onder de mensen." Het liefst spreekt zij dan ook over haar vrienden, over de boeken van haar vrienden. Toch konden we na lang aandrin gen nog iets over haar levensloop te weten komen. Als dochter van een (Advertentie) KEELTABLETTEN Sterk desinfecterend 60 tabletten f 0.98 PHILIPS-ROXANE NEERLAND N.V, Een peignoir... of een „duster"? Geeft u de voorkeur aan een peig noir die u van hoofd tot voeten be haaglijk omhult, of voelt 11 meer voor de moderne „duster", de kortere, praktische ochtendjas, welke meestal met knopen gesloten en zonder ceintuur gedragen wordt? Het hier gegeven patroon kan men voor beide gevallen gebruiken. Maakt u de peignoir (ca. 3.60 m van 140 breed), dan laat u bij het tekenen de stippellijnen weg. Het pa troon van het kraagbeleg staat hier In het rugpatroon, maar u zult het toch wel apart tekenen De ceintuur wordt 180 cm lang. Bij dunne stof de gehele zak voeren, bij dikkere stof al leen de klep beleggen. UTTWe,rl5t de zakken af en stikt ze op. U sluit de figuurnaad in dc voor banen, daarna de zij- en schouder naden. U zet de kraag aan de rughals Het kraagbeleg wordt tegengestikt en met het aangeknipte beleg van de voorpanden verbonden. De mouwnaad sluiten en de manchet van dubbele stof aanzetten. De mouwen naad op naad vallend inzetten. Wilt u een duster, dan tekent u de voorkant en oriderkant volgens de stippellijnen, Het aan te knippen be leg wordt vanaf de stippellijn 5 cm breed. De knoopsgaten kan men naai verkiezing paspoilercn of festonneren Heeft u een badmantel nodig dan kunt u ook volgens deze patronen te werk gaan. heeft moeten ervaren, niet ver bezij den de waarheid ligt. Wanneer de herfstwind bij Wilma om het huis waait, denkt zij aan de lente, die volgt op die grauwe duistere tijd. Jammer dat zij een uitzondering is. De herfst kan een inspiratie zijn echter niet voor allen. „Mode te modieus", zegt men in Oost-Duitsland In het officiële orgaan van de Oostduitse partij, „Neues Deutsch- land" is een aanval gedaan op de „New Look" in de mode in Oost- Duitsland. In het artikel wordt verklaard, dat „de mode te modieus" is geworden en dat de ontwerpers modellen moeten maken die geschikt zijn om door een vrouw gedragen te worden terwijl zij een tractor bestuurt. „De ontwerpers doen net alsof het doorsnee Oostduitse meisje al haar tijd op cocktailfeesten en wintersport plaatsen doorbrengt, of in bed", aldus iet blad. Ook de mannequins krijgen een veeg uit de pan. Zij moeten haar ele- ganté gang laten varen en lopen als een meisje, dat iets nuttigs te doen heeft. De aanval van het blad op de huidi ge mode was vooral gericht tegen het modeblad „Sibylle". Dit ver schijnt met mode-ontwerpen in wes terse stijl van avond- en cocktailja ponnen, gewaagde badkostuums, sportkleding, elegante pyjama's en verleidelijke negligee's. „Neues Deutschland" vindt het wel letjes en wenst thans dat Sibylle laat zien wat de Oostduitse vróuw werkelijk kan gebruiken. „Wij zijn een werkend volk. Wij hebben een mantel nodig die bij zóveel mogelijk gelegenheden gebruikt kan worden en die enkele seizoenen lang gedragen kan worden". Het blad kritiseerde de tendenz om de „internationale mode na te apen" en*de „internationale houding van de mannequins". Volgens het blad lopen de mannequins alsof haar armen en benen zijn „ontwricht". De Parijse hoedenmode voor het komend seizoen is ook al in kannen en kruiken, en hiernaast ziet U vier voorbeelden ervan. Drie van de hoofddeksels zijn van het bekende modehuis Jean Patou, namelijk de breedgerande hoed links boven), uitgevoerd in een bleekblauwe tint, versierd met fluweel om de bol; voorts de kleine hoed rechtsboven die speciaal voor de ochtenduren is ontworpen en vervaardigd werd uit blauw en rood bedrukte katoenen sa tijn, en ook nog de schepping die links onder op de foto te zien is: een creatie van beige gaas op een bol van groene organza. Zoals U ziet, worden de hoofddeksels van Patou allemaal nogal op het achterhoofd gedragen. De vierde hoed op de foto tenslotte is van het huis Albouy; dit zwierige hoofddeksel dat denken doet aan de „Greta Garbo hoeden" van jaren geleden, is gemaakt uit witte panama en versierd met een zwart lint. „Textielse nieuwe" brengt kleur en fleur. Een kunstmatig strand vol bevallige zeemeerminnen vormde de entree van de verkoopbeurs van de textielgros- siers in Amsterdam: „De Textielse Nieuwe". En op dat strand zag men tegelijkertijd het eerste nieuwtje: een badkostuum van vlaggedoek. Meer minnen waren vervolgens ook te zien op badhanddoeken: de badstof schijnt steeds kleuriger te worden en dien tengevolge wordt het douchen steeds feestelijker. De theedoeken waren minder feestelijk, maar ze worden al door beter; er zijn er die vijftig pro cent meer vocht opnemen dan nor maal. Ook voor de heel kleintjes waren er al textielnieuwtjes: vrolijk bedrukte luiertjes, en babykleding in de fleurige tint geel. Modestoffen zag men te kust en te keur, zoals katoenen natté, en zoals de inprimeetjes die de jeugd van Dor drecht heeft ontworpen voor kinder kleding. Japonstoffen waren vaak be drukt met abstracte kriebels en kleur- vlekjes, met vooral veel groen en paars. Voor de teen-agers waren er rokken, waarop de portretten van film- en zangsterren gedrukt zijn. Voor de ouderen stoffen die bedrukt waren met landschapjes. Bij de woningtextiel vielen vooral de moderne gordijnstoffen op. in felle kleuren en met grillige grote dessins (lang niet allemaal even mooi); voorts de enkalon vloerbedekking, en het vloerkleed van plastic waarin haarbouclé geperst is. "N In de stromende regen stapte hij uit het toestel op Schiphol en on danks dat ontmoedigende weer bood hij onmiddellijk zijn brede glimlach aan de camera. Daar stond hij, de grote kleine man, die van beroemde mannen alles weet wat voor ons verborgen blijft. Wie immers is groot voor zijn kleermaker? De Siciliaan met zijn beeldende mimiek en leven dige zwarte ogen was drie jaar geleden nog onbekend en platzak, maar van zijn zevende jaar af al besloten „iets te worden" in de wereld. Ginds in Catania had men voor die overmoed slechts een glimlach. Angelo Litrico was de jongste uit een gezin van 24 kinderen en zijn ouders wa ren meer met kinderen dan met aardse goederen gezegend. Ongeveer honderd chef-koks hebben deze week in het Kurhaus in Scheveningen van een bijzonder diner genoten. Het bijzondere van dit eten was dat er «iets „orthodox Frans" bij was. Want de club van Neder landse chef-koks m Den Haag en Amsterdam, die het vijftigjarig be staan vierden, heeft bepaald dat elk lustrum gevierd zal worden met een maaltijd waarin alle gerechten nieuw zijn. Het jnenu mag niets bevatten wat tot de gangbare gerechten in de Franse keuken behoort of wat in de geschiedenis van de kookkunst al eens eerder is klaar gemaakt. De heer J. Th. Heering, chef-kok van het Kurhaus en president van de club, heeft het diner van het eerste lustrum bedacht. Hij heeft de gerechten wel Franse namen gegeven. Zo had hij op het menu geplaatst een „tortue en surprise", en dat was een gerecht van kleine „schildpadden", vervaardigd van zwezerik, gevuld met paté de foie gras en gehuld in schildpadgelei. De soep was ook apart: uiterste hel dere bouillon met asymetrische gevormde platte quenelles in verschillende kleuren. Een halve aubergine, gevuld met rijst, piment en fijngehakte aubergine waarop schrijven tong-filet waren gelegd, gevuld met zalm farce, gehakte piment en spersiebonen alsmede een plak kreeft heette volgens het menu „paupiette de sole Caroline". Deze paupiette was gegla ceerd met een kreeftensaus. En zo ging dit menu door. Een fazantenborst in cotelettevormwaar allerlei geraffineerde culinaire verrukkelijkheden in verwerkt waren, werd de feestende koks aangeboden onder de naam „cotelette de faisan espagne." Het desert „parfait au four" was een chocolade keukenfornuis compleet met toebehoren. Alleen het laatste wat op het menu stond was niet bijzonder; dat was mokka. Drie jaar geleden kwam hij in Rome aan met alleen zijn ideeën om hem door de wereld te helpen. Hulp of krediet heeft hij nooit willen aan vaarden. Hij viel direct op en werd met nog drie andere mode-ontwer pers vorige herfst naar Moskou ge nodigd, omdat heel de Romeinse kunstenaarswereld zich door hem liet kleden. In zijn bagage nam hij een jas voor Kroesjtsjew mee. Een erg mooie jas, te mooi om te dragen maar toch ook praktisch genoeg om de heerser van het Kremlin op het idee te bren gen dat die kleine Siciliaan zijn vak verstond. Het einde was een bestel ling van 2 overjassen en 2 kostuums in grijs en marine-blauw, af te leve ren aan de Russische ambassade in Rome. Een en ander verliep naar wens en de rekening van een half miljoen lires werd vlot voldaan. Nu begon de pers zich met Angelo te bemoeien, de internationale pers. Hij kreeg een uitgebreid artikel in „Paris Match" en „Life" zal ook binnenkort met een uitgebreide re portage over hem verschijnen. En nu is hij naar Londen. Om de Londenaars de Italiaanse stijl te le ren? Of heeft hij hogere ambities? Zeker is, dat hij een goudgeweven vest voor MacMillan in zijn bagage heeft en dat hij „van gedachten gaat wisselen" met prins Philips kleerma ker, uiteraard niet om wie dan ook te willen beconcurreren Daarna: een show in Parijs met nog drie beroemde Italiaanse ont werpers (onderwie Capucci en Anto- nelli) en in april naar Cairo waar hij een grote katoenshow zal geven. „Met een uniform voor Nasser in uw bagage?" vroegen wij. „Wie weet?" lachte Angelo. „Ik heb Faroek trouwens ook ge kleed". Of dat een aanbeveling zal zijn in het huidige Egypte, betwijfelen wij. Maar Angelo is ongevoelig voor politiek en ziet slechts figuren die gekleed moe ten worden, goed gekleed! Zelfs de omvangrijke en ietwat vormloze figuur van Faroek ver mocht hem niet te ontmoedigen. „Eerlijk gezegd, prefereer ik de moeilijke figuren", zegt hij. „Daar aan is de meeste eer te behalen". Niet dat hij alleen moeilijke op drachten krijgt. De beeldschone Re- nata Duse, een van Italië's beroemd ste actrices behoort ook tot zijn clientèle, evenals trouwens alle ac teurs van naam in Rome. Vrouw vrijwillig in gevangenschap In Liverpool woont een vrouw, die men misschien het beste met een kluizenaar kan vergelijken. Deze 62- jarige moeder van acht kinderen, heeft al in geen twintig jaar een win kel of een markt bezocht. Komt ze overdag brood of iets anders tekort, dan wacht ze tot een van haar kin deren thuis komt en de boodschap even voor haar doet. Heeft ze nieuwe kleren of schoenen nodig, dan kan ze deze slechts één week in het jaar kopen. In de week dat haar man va kantie heeft, omdat hij haar dan kan begeleiden. Wanneer een van haar buren haar uitnodigt voor een kopje thee, zal ze de invitatie nooit accep teren. maar meestal zeggen, dat zij het op dat moment te druk heeft. Mevrouw Fleming heeft deze straf vrijwillig gekozen. Het is moeilijk ge noeg voor haar geweest, haar acht kinderen te zien opgroeien, zonder ooit eens met ze in het park te heb ben gewandeld of naar een speeltuin te zijn gegaan. De vrijwillige gevan gene is een ongeneeslijke kleptomaan, die zo'n drang in haar handen krijgt bij het zien van andermans eigendom men, dat zij niet rust voor zij het be machtigd heeft. Als kind werd ze nooit uitgenodigd op een partijtje, omdat ze alles stal. Toen ze van school af was, had ze zeventien betrekkingen, en in die tijd stond ze 35 maal voor de rechter we gens diefstal. Acht jaar van haar le ven bracht ze door in een vrouwen gevangenis; nog nadat ze getrouwd en al moeder was heeft ze in de cel gezeten. Toen zij in 1935 voor het laatst voor de rechter stond, beloofde de vrouw plechtig dat ze na het uit zitten van haar straf nooit een voet meer buiten het huis zou zetten, zon der begeleiding van haar man. Deze belofte heeft zij tot nu toe gehouden. Rumoer om winkelsluiting in West-Duitsland Drie Westduitse huisvrouwen uit Bonn en Düsseldorf, vertegenwoor digd door een advocate uit Keulen, hebben bij het bondsrepublikeinse Hooggerechtshof in Karlsruhe een klacht ingediend tegen de Bondsrege ring in Bonn ter zake „beroving van het recht des burgers op vrije keuze bij het doen van inkopen en van de mogelijkheid om te koop aan geboden waren naar goedkoopte, bruikbaarheid en smaak uit te zoe ken." De aanklaagsters hebben het Hooggerechtshof verzocht om de eind 1956 na eindeloos geharrewar afge kondigde winkelsluitingswet voor on grondwettig te verklaren. Een win kelier uit Bonn heeft een soortgelijke aanklacht ingediend, omdat de win kelsluitingswet hem in de uitoefe ning van zijn beroep zou belemmeren. Op 1 januari j.l. zijn in de Bonds republiek de reeds in de winkelslui tingswet van 1956 opgenomen bepa lingen van kracht geworden, waarbij de winkels op de eerste zaterdag van elke maand om 6 uur 's avonds en al- andere zaterdagen om 2 uur 's middags moeten sluiten. In het overgangsjaar 1957 gingen de win kels in West-Duitsland op zaterdagen om 4 uur 's middags dicht. De invoe ring der wettelijke bepalingen op 1 januari j.l. was voor alle betrokkenen met uitzondering van het winkel personeel, dat nu eindelijk eens aan een werkelijk vrije zaterdagmiddag en een lang weekeinde toekomt een onaangename verrassing. Zij leid de. hoewel men van de wettelijke be palingen ten aanzien van de winkel sluiting toch al één jaar lang op de hoogte was, tot een storm van pro testen die in de beide aanklachten tegen de Bondsregering met verzoek tot ongrondwettigverklaring van haar winkelsluitingswet zijn geculmineerd. Advertentie) AMSTERDAM

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1958 | | pagina 3